Vragen van het lid Dibi (GroenLinks) aan de minister voor Wonen, Wijken en Integratie over de vrijheid van meningsuiting en religiekritiek (ingezonden 26 april 2010).

Vraag 1

Bent u bekend met het bericht over de Deense cartoonist Kurt Westergaard die binnenkort mogelijk stopt met het tekenen van spotprenten voor de krant Jyllands-Posten omdat hij het gevoel heeft dat de krant dat wil sinds hij in november op «onvrijwillige vakantie» is gestuurd? Hoe oordeelt u over dit bericht?1

Vraag 2

Deelt u de mening dat dit incident, een van velen, duidelijk maakt dat de vrijheid van meningsuiting dikwijls onder druk komt te staan bij religieus kritische uitingen, zoals ook bij Gregorius Nekschot, Benno Barnard, Sooreh Hera, Frans Groenendijk, imam Abdulwahid van Bommel, imam Fawaz Jneid of bijvoorbeeld de AEL-cartoonkwestie?

Vraag 3

Wat is uw oordeel over bovenstaande kwesties? Ziet u deze kwesties als incidenten of als een bredere en in toenemende mate aanwezige ontwikkeling?

Vraag 4

Welke taak ziet u voor uzelf weggelegd in het in Nederland omgaan met de spanning tussen religieus kritische uitingen en de vrijheid van meningsuiting?

Vraag 5

Bent u bereid initiatieven te nemen om het maatschappelijke debat hierover aan te zwengelen? Zo ja, op welke wijze bent u voornemens dit te doen?

Vraag 6

Wist u dat mensen die bedreigd worden na religieus kritische uitingen veelal de indruk hebben geen maatschappelijke en politieke steun te krijgen? Welk signaal geeft u af aan zij die uit angst voor geweld of intimidatie niet langer vrijuit durven spreken, schrijven of tekenen?

Vraag 7

Bent u bereid contact te zoeken met u collega-ministers in Europa over deze kwesties en de Kamer te informeren over de uitkomst? Zo ja, wanneer gaat u dat doen? Zo nee, waarom niet?

Toelichting:

Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen ter zake van het lid Van der Ham, ingezonden 23 april 2010 (vraagnummer 2010Z07395)


XNoot
1

Nu.nl, 22 april 2010.

Naar boven