CXLVIII Rapport van de werkgroep zelfevaluatie naar aanleiding van de toeslagenaffaire (2003–2019)

D MOTIE VAN HET LID VERKERK C.S.

Voorgesteld 8 november 2022

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de toeslagenaffaire heeft laten zien dat het doenvermogen van de burger systematisch wordt overschat;

constaterende dat het veronderstelde doenvermogen van burgers dat als uitgangspunt van de wetgeving is gehanteerd, tot grote problemen heeft geleid;

constaterende dat een veelomvattende hersteloperatie noodzakelijk is om slachtoffers en hun kinderen financiële en psychosociale hulp te bieden;

overwegende dat ook de WRR adviseert om wetgeving vooraf te toetsen op «doenlijkheid», ofwel een operationele toets op cognitieve vaardigheden en mentale competenties van burgers om wetsvoorstellen te doorgronden;

overwegende dat de motie-Sent1 eerder aandacht vroeg voor een dergelijke toets;

constaterende dat het rapport van de werkgroep zelfevaluatie kinderopvangtoeslagenaffaire concludeert dat de Eerste Kamer onvoldoende oog had voor het doenvermogen van ouders;

verzoekt de regering een robuuste, handzame en gevalideerde toets te ontwerpen op doenvermogen door de burger van (fiscale) wetsvoorstellen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Verkerk

Van Apeldoorn

Backer

Ganzevoort

Koole

Oomen-Ruijten

Prast

Raven

Schalk

Van Rooijen


X Noot
1

Kamerstukken I, 2018/19, 35 026, I.

Naar boven