Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
1
Na artikel XII worden twee artikelen ingevoegd, luidende:
ARTIKEL XIIA
In de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen wordt in artikel V, onderdeel F, na «artikel 38n»
ingevoegd «, eerste lid,».
ARTIKEL XIIB
Indien het bij koninklijke boodschap van 29 juni 2022 ingediende voorstel van wet
houdende wijziging van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen in verband met de
herziening van de mogelijkheid tot afkoop in de vorm van een bedrag ineens alsmede
tot wijziging van de Wet op de loonbelasting 1964 (Wet herziening bedrag ineens) (Kamerstukken
36 154) tot wet wordt verheven, worden de artikelen I, onderdeel D, onder 4, en II van die
wet als volgt gewijzigd:
1. In het in artikel I, onderdeel D, onder 4, opgenomen onderdeel C, onder 1, wordt
«vijfde lid» vervangen door «zesde lid».
2. In het in artikel I, onderdeel D, onder 4, opgenomen onderdeel C, onder 2, wordt
«het zesde tot en met negende lid tot zevende tot en met tiende lid» vervangen door
«het zevende tot en met tiende lid tot achtste tot en met elfde lid» en wordt het
daarin opgenomen zesde lid vernummerd tot zevende lid.
3. In artikel II, tweede zin, wordt «het kalenderjaar 2023» vervangen door «het kalenderjaar
2023 tot en met het kalenderjaar waarin deze wet in werking treedt».
ALGEMENE TOELICHTING
Met deze nota van wijziging worden een aantal technische wijzigingen aangebracht.
Deze wijzigingen zijn toegelicht in de onderdeelsgewijze toelichting van deze nota
van wijziging.
Uitvoeringsgevolgen
De nota van wijziging is beoordeeld met de uitvoeringstoets. De dienaangaande eerder
vastgestelde uitvoeringstoetsen zijn onverkort van kracht.1
ONDERDEELSGWIJZE TOELICHTING
Onderdeel 1
Artikel XIIA (artikel V, onderdeel F, van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen)
(artikel 38n van de Wet op de loonbelasting 1964)
Met artikel V, onderdeel F, van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen wordt aan
artikel 38n Wet LB 1964 een zin toegevoegd. Deze wetswijziging is nog niet in werking
getreden. Met artikel III, onderdeel A, van onderhavig wetsvoorstel wordt voorgesteld
om artikel 38n Wet LB 1964 te laten bestaan uit twee leden. Onderhavig wetsvoorstel
heeft een eerdere beoogde inwerkingtredingsdatum dan artikel V, onderdeel F, van de
Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen. Zodra onderhavig wetsvoorstel tot wet wordt
verheven en die wet in werking treedt kan de wijzigingsopdracht van artikel V, onderdeel F,
van de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen niet goed uitgevoerd worden. Het is
dan niet duidelijk of de betreffende zin toegevoegd moet worden aan artikel 38n, eerste
lid, Wet LB 1964 of aan artikel 38n, tweede lid, Wet LB 1964. Met de op dit punt in
deze nota van wijziging opgenomen aanpassing wordt dit hersteld.
Artikel XIIB (artikelen I, onderdeel D, onder 4, en II van de Wet herziening bedrag
ineens) (artikelen 3.133 en 5.16c van de Wet inkomstenbelasting 2001)
In de artikelen I, onderdeel D, onder 4, en II van het bij koninklijke boodschap van
29 juni 2022 ingediende voorstel van wet houdende wijziging van de Wet bedrag ineens,
RVU en verlofsparen in verband met de herziening van de mogelijkheid tot afkoop in
de vorm van een bedrag ineens alsmede tot wijziging van de Wet op de loonbelasting
1964 (Wet herziening bedrag ineens) (Kamerstukken 36 154) zijn een aantal omissies geslopen van technische aard waardoor de betreffende wijzigingsopdrachten
niet goed uitgevoerd kunnen worden. Het gaat om onjuiste verwijzingen en nummeringen
(wijzigingsopdrachten 1 en 2) en een indexatieartikel dat de indexatie regelt van
het in artikel I, onderdeel D, onder 1. van genoemd wetsvoorstel vermelde bedrag,
dat op grond van de betreffende wijzigingsopdracht moet worden opgenomen in artikel 3.133,
tweede lid, onderdeel d, Wet IB 2001, maar die indexatie slechts regelt tot en met
het kalenderjaar 2023 terwijl de beoogde wijzigingen in ieder geval niet eerder dan
1 juli 2025 in werking zullen treden (wijzigingsopdracht 3). De voorgestelde wijzigingen
zijn nodig voor een juiste uitvoering van de betreffende wijzigingsopdrachten.
De Minister van Financiën, E. Heinen