36 410 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2024

36 410 K Vaststelling van de begrotingsstaat van het Defensiematerieelbegrotingsfonds voor het jaar 2024

Nr. 8 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 september 2023

Uw Kamer heeft verzocht inzichtelijk te maken welk nieuw beleid op 1 januari 2024 niet in uitvoering kan worden genomen indien de ontwerpbegrotingen 2024 niet vóór 1 januari 2024 worden behandeld. Dit verzoek is gedaan in relatie tot het advies van het presidium om de behandeling van de ontwerpbegrotingen voor het jaar 2024 in beginsel over te laten aan de nieuw verkozen Tweede Kamer, tenzij de Kamer in huidige samenstelling voor specifieke begrotingshoofdstukken besluit deze wel in hun geheel voorafgaand aan de verkiezingen te behandelen.

Omdat er in 2024 in de Defensiebegrotingen geen nieuwe (generale) budgetverhogingen plaatsvinden (m.u.v. de steunverlening aan Oekraïne, zie hieronder), er geen nieuwe anders dan eerder in de Defensienota aangekondigde maatregelen worden geïntroduceerd én er geen sprake is van voorzetting van beleid dat zou aflopen, ben ik van mening dat er in de Ontwerpbegrotingen van Defensie (hoofdstuk X en K) geen nieuwe beleidsuitgaven zijn opgenomen.

Zoals het kabinet eerder heeft aangegeven, wordt de steun aan Oekraïne onverminderd voortgezet, ondanks de demissionaire status van het kabinet. De kabinetsinzet ten aanzien van Oekraïne geniet ook brede steun van uw Kamer.1 Voor de militaire steun aan Oekraïne zijn additionele kasuitgaven voorzien voor de jaren 2024–2028. Uw Kamer heeft met instemming van verplichtingenbudgetten in 2023 waaraan meerjarige kasuitgaven zijn verbonden, zoals verwerkt in de 1e suppletoire begrotingen (hoofdstuk X en K) ter waarde van circa 313 miljoen euro, formeel de bijbehorende kasuitgaven in 2024 nog niet goedgekeurd. In praktijk is dan wel sprake van uitbetaling in 2024, maar dat zijn betalingen die voortvloeien uit het beleid dat in 2023 is geautoriseerd.

Er is ook sprake van verplichtingenbudget in 2023 met bijbehorend kaseffect in 2024 wat nog ter behandeling in het parlement voorligt. Deze Oekraïnesteun is verwerkt in de Suppletoire Begrotingen Prinsjesdag (hoofdstuk X en K) ter waarde van circa 706 miljoen euro. Omdat in de Voorjaarsnota 2023 is gemeld dat tot en met 2024 aanvullend generale middelen beschikbaar kunnen worden gesteld voor internationale steunverzoeken vanuit Oekraïne,2 betreft deze Oekraïnesteun voortzetting van beleid in 2023 zoals geautoriseerd bij 1e suppletoire begroting en doe ik een beroep op artikel 2.27 lid 1 van de Comptabiliteitswet om de uitvoering te kunnen starten per kennisgave aan uw Kamer. De bijbehorende kasuitgaven in 2024 zie ik daarmee dan ook als lopend beleid.

De Minister van Defensie, K.H. Ollongren


X Noot
1

Motie van het lid Piri (Kamerstuk 21 501-20, nr. 1829) over structurele financiële steun aan Oekraïne. Motie van het lid Sjoerdsma cs. (Kamerstuk 36 045, nr. 140) over uitspreken Oekraïne blijvend te steunen.

X Noot
2

Kamerstuk 36 350, nr. 1.

Naar boven