36 410 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2024

Nr. 6 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 september 2023

Met deze brief geef ik invulling aan het verzoek van uw Kamer om inzichtelijk te maken welk nieuw beleid niet op 1 januari 2024 in uitvoering genomen kan worden indien de ontwerpbegrotingen 2024 later worden behandeld.

Het Coalitieakkoord (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 77) vormt de leidraad van mijn beleidsinzet. Hoewel de hoogte van het budget kan fluctueren tussen 2023 en 2024, blijft deze beleidsinzet zoveel mogelijk gelijk. Deze inzet is reeds begonnen in 2023. Daarom vindt u geen nieuw beleid in mijn Ontwerpbegroting 2024. Dit past ook bij de demissionaire status van het kabinet.

De Comptabiliteitswet 2016 schrijft ook voor dat, in het geval dat de begroting niet voor 1 januari 2024 aangenomen wordt, lopend beleid met terughoudendheid in uitvoering genomen wordt. Dat heeft tot gevolg dat hoe later in het jaar 2024 de begroting wordt aangenomen, hoe meer de reguliere uitvoeringspraktijk gaat knellen.

De Minister van Buitenlandse Zaken, H.G.J. Bruins Slot

Naar boven