Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 13 april 20222 en het nader rapport d.d. 12 mei 2022, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Staatssecretaris van Financiën.
Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 5 april 2022, no.2022000776,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde protocol rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies, gedateerd
13 april 2022, nr. W06.22.0054/III, bied ik U hierbij aan. De tekst van het advies
treft u hieronder aan, voorzien van mijn reactie.
Bij Kabinetsmissive van 5 april 2022, no.2022000776, heeft Uwe Majesteit, op voordracht
van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Staatssecretaris van Fiscaliteit
en Belastingdienst, bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging
aanhangig gemaakt het protocol tot wijziging van het Verdrag tussen het Koninkrijk
der Nederlanden en de Republiek Chili tot het vermijden van dubbele belasting met
betrekking tot belastingen naar het inkomen en naar het vermogen en het voorkomen
van het ontduiken en ontwijken van belasting, met Protocol, ondertekend te Santiago,
Chili, op 25 januari 2021; Santiago, Chili, 9 maart 2022 (Trb. 2022, 28), met toelichtende nota.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen opmerkingen over het verdrag
en adviseert het verdrag aan de beide Kamers der Staten-Generaal over te leggen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert
de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De vice-president van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Het protocol geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding tot
het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Ik verzoek U, mede namens de Staatsecretaris van Financiën – Fiscaliteit en Belastingdienst,
mij te machtigen gevolg te geven aan mijn voornemen het protocol vergezeld van de
toelichtende nota ter stilzwijgende goedkeuring over te leggen aan de Eerste en aan
de Tweede Kamer der Staten-Generaal.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra