36 073 Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en de Wet op de economische delicten ter implementatie van Richtlijn (EU) 2019/2177 en ter uitvoering van Verordening (EU) 2019/2175 tot wijziging van diverse richtlijnen en verordeningen betreffende het Europees systeem voor financieel toezicht (Implementatiewet omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review)

Nr. 3 MEMORIE VAN TOELICHTING

ALGEMEEN

§ 1. Inleiding

Dit voorstel van wet houdt verband met de in artikel 1 van de omnibusrichtlijn ESFS-review1 opgenomen wijzigingen van de richtlijn markten voor financiële instrumenten 2014 (MiFID II)2 en geeft uitvoering aan de in artikel 4 van de omnibusverordening ESFS-review3 opgenomen wijzigingen van de verordening markten voor financiële instrumenten (MiFIR).4 De afkorting ESFS in de omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review staat voor «European System of Financial Supervision», en ziet op het geheel van instellingen op Europees niveau dat toezicht houdt op het Europese financieel systeem.5

De omnibusrichtlijn ESFS-review is op 30 december 2019 in werking getreden.6 De lidstaten dienen de richtlijn uiterlijk op 30 juni 2021 te hebben omgezet in nationaal recht en de in artikel 1 omnibusrichtlijn ESFS-review opgenomen maatregelen vanaf 1 januari 2022 toe te passen.7 De omnibusverordening ESFS-review is gelijktijdig (op 30 december 2019) met de omnibusrichtlijn ESFS-review in werking getreden. Een deel van die verordening is reeds vanaf 1 januari 2020 van toepassing. Dit betreft de aanpassingen van de ESA-verordeningen8 en van de verordening betreffende de bij geldovermaking te voegen informatie.9 De in de omnibusverordening ESFS-review opgenomen wijzigingen van MiFIR (en van de benchmarkverordening10) dienen de lidstaten vanaf 1 januari 2022 toe te passen.11

Op dit moment is de implementatietermijn uit de omnibusrichtlijn ESFS-review verstreken voor wat betreft de wijzigingen in MiFID II. Omdat de regels omtrent datarapporteringsdienstverleners die in de richtlijn komen te vervallen nu zijn opgenomen in de rechtstreeks werkende MiFIR-verordening is er geen lacune ontstaan in het regelgevend kader voor desbetreffende ondernemingen. De voorheen onder toezicht van de AFM staande datarapporteringsdienstverleners zijn sinds 1 januari 2022 onder direct toezicht geplaatst van ESMA waardoor de AFM nu geen toezicht meer houdt op deze ondernemingen. Ook zijn er nog geen kleine datarapporteringsdienstverleners die op grond van artikel 2, derde lid, MiFIR toch onder het toezicht van de AFM moeten vallen. Wel dient nog de Wet op het financieel toezicht (Wft) aangepast te worden zodat de bepalingen die gericht zijn op datarapporteringsdienstverleners komen te vervallen nu de bepalingen uit MiFID II zijn komen te vervallen. Ook dient voor extra handhaving door de AFM het besluit uitvoering EU-verordeningen financiele markten (BuEUv) aangepast te worden. In artikel 2 van het BuEUv is de AFM al aangewezen als bevoegde autoriteit voor MiFIR. Maar zij kan nog geen bestuurlijke boete of last onder dwangsom opleggen voor de nieuwe artikelen uit MiFIR nu deze artikelen nog niet zijn opgenomen op de bijlages van het BuEUv. Hierin zal worden voorzien middels een implementatiebesluit wat spoedig zal volgen op de Implementatiewet.

Na de algemene toelichting volgt de artikelsgewijze toelichting. Tevens is een bijlage toegevoegd met daarin de transponeringstabellen voor de wijzigingen in MiFID en MiFIR.

§ 2. Aanleiding ESFS-review

De omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review vormen samen met Verordening (EU) 2019/2176 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1092/2010 betreffende macroprudentieel toezicht van de Europese Unie op het financiële stelsel en tot oprichting van een Europees Comité voor systeemrisico’s (PbEU 2019, L 334) het zogenoemde «ESFS-review package» dat strekt tot herziening van het Europese systeem van toezichthouders.12

De aanleiding voor het vaststellen van de omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review is gelegen in de wens om de integratie van de financiële markten in Europa verder te bevorderen en de financiële stabiliteit te borgen. Geïntegreerde financiële markten leveren significante voordelen op voor de financiering van de Europese economie en voor het bevorderen van banen en groei op een gezonde en duurzame basis. Dat vereist gemeenschappelijke regels en een sterke coördinatie van het toezicht. Hoewel de Europese toezichthoudende autoriteiten sinds hun oprichting in 2010 reeds een belangrijke bijdrage hebben geleverd aan verdere integratie en coördinatie van het toezicht, bestond het idee dat er meer op dit gebied gedaan kon worden.

De ESFS-review moet dan ook worden bezien in de context van de kapitaalmarktunie. In deze context werd in het verslag van de vijf voorzitters over de voltooiing van de Europese economische en monetaire unie van juni 2015 gewezen op de noodzaak om het toezichtkader van de EU te versterken en uiteindelijk te komen tot een gemeenschappelijke toezichthouder voor de kapitaalmarkten.13 Ook in de Discussienota van de Commissie over de verdieping van de economische en monetaire unie werd voorgesteld om bij een evaluatie van het EU-toezichtkader de eerste stappen te zetten naar een dergelijke gemeenschappelijke toezichthouder tegen 2019.14

Na een evaluatierapport in 201415 en publieke consultaties in 2016 en 2017 zijn in 2017 de voorstellen van de Commissie vergezeld van een impact assessment verschenen.16 Na tussentijdse aanpassingen in het kader van voorstellen om witwassen en terrorisme tegen te gaan, zijn de voorstellen in 2019 aangenomen en de definitieve teksten van de omnibusrichtlijn ESFS-review, de omnibusverordening ESFS-review en de wijzigingsverordening voor de ESRB gepubliceerd.17

§ 3. Inhoud omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review

De belangrijkste wijziging van MiFID II en MiFIR die de omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review met zich brengt is dat de bevoegdheid tot het verlenen van een vergunning voor het verlenen van datarapporteringsdiensten en het toezicht op datarapporteringsdienstverleners voor het overgrote deel wordt overgeheveld van de nationale toezichthoudende instanties, zoals de Autoriteit Financiële Markten (AFM), naar de Europese Autoriteit voor effecten en markten (European Securities and Markets Authority: ESMA). De procedure voor vergunningverlening en de vergunningvereisten waaraan datarapporteringsdienstverleners dienen te voldoen, krijgen hun beslag in de omnibusverordening ESFS-review, die rechtstreeks in de lidstaten van toepassing is. In verband hiermee wordt titel V (Datarapporteringsdiensten) van MiFID II geschrapt.18 In MiFIR wordt een nieuwe Titel IV bis opgenomen met voorschriften voor de verlening van datarapporteringsdiensten. Titel IV bis bevat voorschriften met betrekking tot de voor datarapporteringsdienstverleners geldende vergunningplicht en vergunningvereisten (artikel 27 ter), de procedure voor vergunningverlening (de artikelen 27 quater tot en met 27 sexies) en de vereisten waaraan de verschillende categorieën van datarapporteringsdienstverleners moeten voldoen (de artikelen 27 septies tot en met 27 nonies).

Op grond van de omnibusverordening ESFS-review zijn er echter uitzonderingsgevallen waarin niet ESMA, maar de betrokken nationale toezichthoudende instantie het bevoegde orgaan is dat een vergunning aan een datarapporteringsdienstverlener kan verlenen en dat toezicht houdt op die datarapporteringsdienstverlener.19 De Commissie zal via gedelegeerde handelingen uitwerken wanneer de nationale toezichthoudende instantie – en niet ESMA – het bevoegde toezichthoudende orgaan is.20 De Commissie dient bij vaststelling van deze gedelegeerde handelingen in ieder geval rekening te houden met de volgende criteria: de mate waarin de datarapporteringsdiensten worden verleend aan beleggingsondernemingen waaraan in slechts één lidstaat vergunning is verleend, het aantal transactiemeldingen of transacties en of de datarapporteringsdienstverlener deel uitmaakt van een groep van

financiëlemarktdeelnemers die grensoverschrijdend actief zijn.21 Op grond van het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten is de AFM reeds aangewezen als bevoegde autoriteit ten aanzien van MiFIR.22 De AFM is naar huidig recht belast met het toezicht op datarapporteringsdienstverleners. Op grond van voornoemd besluit zal dat het geval blijven, voor zover zij op grond van MiFIR belast is met het toezicht op (en de vergunningverlening aan) datarapporteringsdienstverleners. De nationale toezichthoudende instanties, in Nederland de AFM, blijven bevoegd om handhavend op te treden bij een overtreding van MiFIR door een datarapporteringsdienstverlener die onder haar toezicht staat.

Op grond van de nieuwe Titel VI bis (artikelen 38 bis tot en met 38 sexdecies) van MiFIR worden aan ESMA verschillende bevoegdheden toegekend ten behoeve van het toezicht op datarapporteringsdienstverleners. Het betreft onder meer bestuursrechtelijke sancties en andere bestuursrechtelijke maatregelen. Ook zijn er samenwerkingsbepalingen in Titel VI bis van MIFIR opgenomen op basis waarvan de ESMA en toezichthoudende instanties van de lidstaten kunnen samenwerken.

§ 4. Wijze van implementatie

Dit voorstel van wet implementeert de in artikel 1 van de omnibusrichtlijn ESFS-review opgenomen wijzigingen van MiFID II.23 Verder geeft dit voorstel van wet uitvoering aan enkele in artikel 4 van de omnibusverordening ESFS-review opgenomen wijzigingen van MiFIR.

De omnibusrichtlijn ESFS-review bevat naast wijzigingen van MiFID II tevens wijzigingen van de richtlijn solvabiliteit II en van de vierde anti-witwasrichtlijn.24 De in de omnibusrichtlijn ESFS-review opgenomen wijzigingen van de richtlijn solvabiliteit II vergen slechts een aanpassing van

de Regeling taakuitoefening en grensoverschrijdende samenwerking financiële toezichthouders Wft (Rtgs).25 De in de omnibusrichtlijn ESFS-review opgenomen wijzigingen van de vierde anti-witwasrichtlijn zijn opgenomen in de Herstelwet financiële markten 2020 waarin ook enkele andere wijzigingen van de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren terrorisme (Wwft) zijn opgenomen.26

Enige in de omnibusverordening ESFS-review opgenomen wijzigingen hebben geen betrekking op MiFIR, maar op de (drie) verordeningen op basis waarvan de ESAs zijn opgericht, de benchmarkverordening en de

verordening betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie. De in de omnibusverordening ESFS-review opgenomen wijzigingen van de hiervoor bedoelde ESA-verordeningen behoeven omdat het rechtstreeks werkende bepalingen betreft geen nadere uitvoering in het Nederlandse nationale recht. Hetzelfde geldt voor de in de omnibusverordening ESFS-review opgenomen wijzigingen van de verordening betreffende bij geldovermaking te voegen informatie en de wijzigingen van de benchmarkverordening. In de ter uitvoering van die verordeningen benodigde nationale bepalingen is al voorzien in het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten.

Naast dit wetsvoorstel is tevens een implementatiebesluit voorzien om lagere regelgeving aan te passen nu een aantal artikelen met de grondslagen voor uitwerking op het niveau van een algemene maatregel van bestuur (AMvB) uit de Wft komen te vervallen. Dit betreft bijvoorbeeld de vereisten waaraan datarapporteringsdienstverleners moeten voldoen, nu deze vereisten zijn opgenomen in de MiFIR-verordening.

§ 5. Uitvoering

De AFM is gevraagd om een uitvoeringstoets27 te verrichten voor deze implementatiewet. De AFM geeft in haar reactie aan dat de wet uitvoerbaar is.

Het toezicht dat de AFM op dit moment uitoefent op datarapporteringsdienstverleners zal worden overgedragen aan ESMA nu alle datarapporteringsdiensten waarop de AFM toezicht houdt groot genoeg zijn om onder direct toezicht van ESMA te vallen. Dit betekent op dit vlak een verlichting van de toezichtstaak. Het wetsvoorstel heeft geen gevolgen voor het kostenkader van de AFM; de AFM zal haar toezichtprioriteiten bijstellen. Indien in de toekomst kleine datarapporteringsdienstverleners zich zullen zetelen in Nederland waar de AFM de toegewezen autoriteit voor zal zijn, zal de AFM bezien welke kosten het toezicht hierop met zich meebrengt.

§ 6. Regeldruk

Aan dit wetsvoorstel zijn geen regeldrukkosten verbonden. Voor zover er administratieve lasten en nalevingskosten voor het bedrijfsleven voortvloeien uit de in de omnibusverordening ESFS-review opgenomen wijzigingen van MiFIR, geldt dat deze hier rechtstreeks uit volgen. Het onderhavige wetsvoorstel is daarop niet van invloed. Uit de in dit voorstel van wet opgenomen wijzigingen van de Wft, die in de omnibusrichtlijn ESFS-review opgenomen voorschriften verwerken, vloeien evenmin administratieve lasten of nalevingskosten voor het bedrijfsleven voort. Deze wijzigingen schrappen enige reeds in de Wft verwerkte voorschriften van MiFID II ten behoeve van de vergunningverlening aan en het toezicht op datarapporteringsdienstverleners die als gevolg van de omnibusverordening ESFS-review en de omnibusrichtlijn ESFS-review zijn overgeheveld van MiFID II naar MiFIR.

Reeds door de AFM op grond van de Wft verleende vergunningen voor het in Nederland verlenen van beleggingsdiensten blijven op grond van artikel 54 bis, vijfde lid, MiFIR van kracht.

Een voorontwerp van het wetsvoorstel is voorgelegd aan het Adviescollege toetsing regeldruk. Het college heeft geen aanvullende opmerkingen of adviespunten met betrekking tot de gevolgen voor de regeldruk gemaakt.

§ 7. Consultatie

Nu een groot deel van de regelgeving in MiFID II voor datarapporteringsdienstverleners uit de richtlijn wordt gehaald, komt daarmee ook de nationale implementatie in de Wft te vervallen. Aangezien het wettelijk kader voor datarapporteringsdienstverleners hierna in de rechtstreeks werkende verordening ligt en dit wetsvoorstel voornamelijk artikelen laat vervallen, is ervoor gekozen deze wet niet te consulteren.

ARTIKELSGEWIJS

Artikel I

A (1:1 Wft)

De in artikel 1:1 Wft opgenomen definitie van het begrip datarapporteringsdienst vervalt omdat dit begrip vanwege de overheveling van het toezicht op datarapporteringsdienstverleners van MiFID II naar MiFIR niet langer wordt gebruikt in de Wft. Verder wordt in artikel 1:1 de definitie van het begrip datarapporteringsdienstverlener aangepast.28 In die definitie wordt een verwijzing naar artikel 2, eerste lid, onderdeel 36 bis, MiFIR opgenomen. Laatstgenoemd artikel bevat de definitie van het in die verordening gebruikte begrip aanbieders van datarapporteringsdiensten.29 Tevens wordt in de definitie van het begrip datarapporteringsdienstverlener een verwijzing opgenomen naar het nieuwe artikel 2, derde lid, MiFIR en naar de in dat artikel bedoelde door de Europese Commissie vast te stellen gedelegeerde handelingen.30 In deze gedelegeerde handelingen worden de criteria gespecificeerd voor de bepaling of een goedgekeurde publicatieregeling (APA) als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel 34, MiFIR of een goedgekeurd rapporteringsmechanisme (ARM) als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdeel 36, MiFIR gezien zijn beperkt belang voor de interne markt, onderworpen is aan vergunningverlening en toezicht door de AFM. De hiervoor bedoelde verwijzingen bewerkstelligen dat het in artikel 1:1 gedefinieerde begrip datarapporteringsdienstverlener uitsluitend ziet op APA’s en ARM’s ter zake waarvan de AFM de bevoegde autoriteit is. Deze definitie is nog nodig in de Wft omdat enkele bepalingen, die zien op samenwerking met toezichthouders uit andere lidstaten, behouden blijven nu deze niet zijn aangepast door de omnibusrichtlijn.

B (1:94)

Als gevolg van de omnibusrichtlijn ESFS-review en de omnibus-verordening ESFS-review zijn datarapporteringsdienstverleners in brede zin voortaan onderworpen aan verplichtingen die voortvloeien uit de rechtstreeks werkende verordening MiFIR. In verband hiermee komt de in artikel 1:94, eerste lid, onderdeel d, Wft neergelegde bevoegdheid te vervallen. Op basis van die bevoegdheid kan de toezichthouder een openbare verklaring publiceren, indien een datarapporteringsdienstverlener het bepaalde in het Deel gedragstoezicht financiële ondernemingen (Deel 4) van de Wft overtreedt. Uit dat deel van de Wft vloeien geen verplichtingen voor datarapporteringsdienstverleners meer voort.31

Op grond van artikel 70, zesde lid, onderdeel a, MiFID II gelezen in samenhang met artikel 70, derde lid, onderdeel b, van die richtlijn is de AFM bevoegd een openbare verklaring te publiceren, bij een overtreding van MiFIR door een datarapporteringsdienstverlener waaraan zij een vergunning heeft verleend en die onder haar toezicht staat. Overeenkomstig artikel 1:94, eerste lid, onderdeel h, Wft zal aan die bevoegdheid nader uitvoering worden gegeven via een wijziging in het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten.

C (1:102)

Dit onderdeel wijzigt artikel 1:102 Wft. Dat artikel bepaalt de termijn die de toezichthouder bij de behandeling van verschillende vergunningaanvragen in aanmerking moet nemen. Omdat de procedure voor de behandeling van een vergunningaanvraag voor het verlenen van datarapporteringsdiensten niet langer is opgenomen in MiFID II, maar in het nieuwe artikel 27 quinquies, derde lid, MiFIR (dat ook geldt indien de AFM de bevoegde toezichthoudende instantie is) wordt in artikel 1:102 Wft het zevende lid geschrapt.

D (1:104 Wft)

De in artikel 1:104, eerste lid, onderdelen f en k, Wft opgenomen verwijzingen naar de datarapporteringsdienstverlener worden geschrapt. Op grond van de in MiFID II neergelegde bevoegdheid die in artikel 1:104, eerste lid, is geïmplementeerd kan de toezichthouder een door hem verleende vergunning intrekken, beperken dan wel daaraan nadere voorschriften verbinden. Als gevolg van de omnibusrichtlijn ESFS-review en omnibus-verordening ESFS-review is die bevoegdheid wat betreft de aan een datarapporteringsdienstverlener verleende vergunning niet meer gebaseerd op MiFID II, maar op artikel 27 sexies MiFIR. In het eerste lid, onderdeel m, is nog wel opgenomen dat de vergunning van een datarapporteringsdienstverlener ingetrokken kan worden bij overtreding van MiFIR. Dit is opgenomen omdat in MiFID er expliciet een bepaling is opgenomen (art. 70, derde lid, onderdeel c) dat de nationale toezichthouder deze mogelijkheid heeft. Dit zal het geval zijn als de datarapporteringsdienst valt onder toezicht van de nationale toezichthouder en niet ESMA.

E (1:107 Wft)

Artikel 1:107, tweede lid, aanhef, Wft bepaalt dat de in dat artikel bedoelde registerhouder een openbaar register bijhoudt met inschrijvingen van financiële ondernemingen en van enkele andere entiteiten. Onderdeel b van artikel 1:107, tweede lid, ziet op een datarapporteringsdienstverlener waaraan ingevolge de Wft een vergunning is verleend. Op grond van het nieuwe artikel 27 ter, derde lid, eerste alinea, MiFIR houdt ESMA een openbaar register aan van alle (vergunninghoudende) datarapporteringsdienstverleners. In dat register zijn derhalve ook opgenomen de datarapporteringsdienstverleners waaraan ingevolge artikel 27 quater, eerste lid, MiFIR een vergunning is verleend door de AFM. Verder is van belang dat artikel 59, derde lid, MiFID II is geschrapt.32 Hierdoor zijn de lidstaten niet langer verplicht om een openbaar register aan te houden voor de registratie van (vergunninghoudende) datarapporteringsdienstverleners. Vanwege de introductie van artikel 27 ter MiFIR en het vervallen van artikel 59, derde lid, MiFID II komt artikel 1:107, tweede lid, onderdeel b, te vervallen.

F (afdeling 2.2.12a Wft)

Afdeling 2.2.12a Wft geeft uitvoering aan enige in MiFID II opgenomen voorschriften met betrekking tot het verlenen van datarapporteringsdiensten. Tot de in afdeling 2.2.12a opgenomen voorschriften behoort onder meer het in artikel 2:104a Wft neergelegde verbod om zonder een door de AFM verleende vergunning in Nederland datarapporteringsdiensten te verlenen. Omdat de voorschriften waaraan afdeling 2.2.12a uitvoering geeft niet langer zijn opgenomen in MiFID II, maar in de (rechtstreeks werkende) artikelen 27 ter, 27 quater en 27 quinquies MiFIR komt afdeling 2.2.12a te vervallen. De artikelen 27 ter, 27 quater en 27 quinquies vinden zowel toepassing in de situatie dat ESMA de bevoegde toezichthouder is als in de situatie dat de AFM de bevoegde toezichthouder is.

G (4:1 Wft)

Artikel I, vierde lid, omnibusrichtlijn ESFS-review schrapt Titel V (Datarapporteringsdiensten) MiFID II. In verband hiermee worden ook de in het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen (Deel 4) Wft opgenomen voorschriften geschrapt die uitvoering geven aan het bepaalde in Titel V. Tot die – te vervallen – voorschriften behoort artikel 4:1, eerste lid, onderdeel h, Wft. Dat artikel bepaalt dat datarapporteringsdienstverleners waaraan het ingevolge afdeling 2.2.12a Wft is toegestaan in Nederland datarapporteringsdiensten te verlenen onder het toepassingsbereik van Deel 4 Wft vallen.

H (4:9 Wft)

Dit onderdeel schrapt de in artikel 4:9, eerste en zevende lid, Wft opgenomen verwijzingen naar de datarapporteringsdienstverlener. Artikel 4:9, dat (mede) uitvoering geeft aan artikel 63, eerste lid, MiFID II, bevat het geschiktheidsvereiste waaraan de dagelijks beleidsbepalers van datarapporteringsdienstverleners en de personen die zijn belast met het toezicht op dat beleid moeten voldoen. De wijziging van artikel 4:9, eerste en zevende lid, houdt verband het vervallen van artikel 63, eerste lid, MiFID II (zie artikel I, vierde lid, omnibusrichtlijn ESFS-review). Het in artikel 63, eerste lid, opgenomen geschiktheidsvereiste is verplaatst naar artikel 27 septies MiFIR (zie artikel 4, zesde lid, omnibusverordening ESFS-review).

Voorts wordt artikel 4:9, achtste lid, Wft geschrapt. De in dat artikel(lid) opgenomen gelijkstellingsbepaling heeft zijn belang verloren vanwege het vervallen van de verwijzing naar de datarapporteringsdienstverlener in artikel 4:9, eerste en zevende lid.

I, J en K (4:10, 4:11, 4:14 Wft)

In de artikelen 4:10, eerste lid, 4:11, eerste lid, aanhef, en 4:14, eerste lid, aanhef, Wft worden de daarin opgenomen verwijzingen naar de datarapporteringsdienstverlener geschrapt. Deze artikelen, die voorschriften bevatten met betrekking tot respectievelijk het betrouwbaarheidsvereiste, het vereiste inzake de integere bedrijfsuitoefening en het vereiste inzake de integere en beheerste bedrijfsvoering waaraan datarapporteringsdienstverleners moeten voldoen, geven (onder meer) uitvoering aan de artikelen 63 tot en met 66 MiFID II. Omdat laatstbedoelde artikelen komen te vervallen (zie artikel I, vierde lid, omnibusrichtlijn ESFS-review), dienen de hiervoor bedoelde verwijzingen te worden geschrapt. Opgemerkt wordt dat de in de artikelen 63 tot en met 66 vervatte voorschriften voor datarapporteringsdienstverleners niet zijn vervallen. Die voorschriften zijn verplaatst naar artikel 27 septies MiFIR (zie artikel 4, zesde lid, omnibusverordening ESFS-review). Vanwege het vervallen van vorenbedoelde verwijzingen hebben de in de artikelen 4:10, vierde lid, 4:11, zesde lid, en 4:14, zesde lid, opgenomen gelijkstellingsbepalingen hun functie verloren. In verband hiermee vervallen deze artikelleden.

L (4:27 Wft)

De in dit onderdeel opgenomen wijziging van artikel 4:27 Wft strekt tot uitvoering van artikel 77, eerste lid, eerste alinea, MiFID II. Met deze wijziging wordt een verzuim hersteld. Artikel 4:27 ziet op de meldingsplicht van de accountant die het onderzoek uitvoert van de jaarrekening van bepaalde financiële ondernemingen. In het tweede lid van artikel 4:27 wordt een verwijzing naar de datarapporteringsdienstverlener opgenomen. Verder wordt een nieuw achtste lid toegevoegd aan artikel 4:27. Dat nieuwe achtste lid bepaalt dat artikel 4:27, eerste lid, van overeenkomstige toepassing is op een accountant die het onderzoek uitvoert van de jaarrekening van een datarapporteringsdienstverlener, zij het dat hij daarbij niet de op grond van het Deel Gedragstoezicht financiële ondernemingen (Deel 4) Wft («dit deel») opgelegde verplichtingen in aanmerking moet nemen, maar de op grond van titel IV bis MiFIR opgelegde verplichtingen.33

M (bijlagen bij de artikelen 1:79 en 1:80 Wft)

Op grond van artikel I, onderdeel F, vervalt afdeling 2.2.12a Wft, met inbegrip van het daarin opgenomen artikel 2:104a. In verband hiermee wordt de verwijzing naar laatstgenoemd artikel in de bijlagen bij de artikelen 1:79 en 1:80 Wft vervalt ook de verwijzing naar artikel 2:104a.

ARTIKEL II

Omdat artikel 2:104a Wft komt te vervallen (zie artikel I, onderdeel F), vervalt de in artikel 1, onderdeel 2°, Wet op de economische delicten (Wed) opgenomen verwijzing naar artikel 2:2104a, eerste lid.34 Daarvoor in de plaats wordt in artikel 1, onderdeel 2°, Wed een verwijzing naar artikel 27 quater MiFIR opgenomen, de bepaling waarin in de nieuwe situatie de vergunningplicht voor datarapporteringsdienstverleners is opgenomen.

ARTIKEL III

Dit artikel regelt de inwerkingtreding. De uiterste implementatiedatum van de omnibusrichtlijn ESFS-review is op 30 juni 2021 verstreken. Met het oog daarop volgt een zo spoedig mogelijke inwerkingtreding van de Implementatiewet omnibusrichtlijn en -verordening ESFS-review. Hiermee wordt afgeweken van de vaste verandermomenten voor wetgeving.

De Minister van Financiën, S.A.M. Kaag

BIJLAGE. TRANSPONERINGSTABELLEN

Transponeringstabel bij de in artikel 1 van Richtlijn (EU) 2019/2177 opgenomen wijzigingen van Richtlijn 2014/65/EU markten voor financiële instrumenten (MiFID II)

Wijzigingen van Richtlijn 2014/65/EU markten voor financiële instrumenten (MiFID II)

Titel, artikel, lid, of

onderdeel

Te implementeren

in

Omschrijving

Beleidsruimte

Toelichting

1, eerste lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

 

1, tweede lid, onderdeel d

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

 

4, eerste lid, onderdeel 36

Behoeft geen implementatie

Geen

Deze definitie is niet opgenomen in de Wft

4, eerste lid, onderdeel 37

Behoeft geen implementatie

Geen

Deze definitie is niet opgenomen in de Wft

4, eerste lid, onderdeel 52

Artikel I, onderdeel A

1:1 Wft

Geen

Onderdeel 52 van artikel 4, eerste lid, vervalt

4, eerste lid, onderdeel 53

Artikel I, onderdeel A

1:1 Wft

Geen

Onderdeel 53 van artikel 4, eerste lid, vervalt

4, eerste lid, onderdeel 54

Artikel I, onderdeel A

1:1 Wft

Geen

Onderdeel 54 van artikel 4, eerste lid, vervalt

4, eerste lid, onderdeel 55, subonderdeel c

Behoeft geen implementatie

Geen

Deze definitie is niet verwerkt in de Wft

4, eerste lid, onderdeel 63

Behoeft geen implementatie

Geen

Deze definitie is niet verwerkt in de Wft

22

Bestaand recht

1:24, 1:25, 1:72 en 1:74 Wft

Geen

 

Titel V (de artikelen (59 t/m 66)) wordt geschrapt

Artikel I, onderdelen C t/m F

1:102, zevende lid, Wft, 1:104, eerste lid, onderdelen f en k Wft, 1:107, tweede lid, onderdeel b, Wft en zesde lid, 2:104a t/m 2:104d Wft

Geen

 

59, eerste lid

Artikel I, onderdeel F

2:104a, eerste lid, Wft

Geen

59, eerste lid, vervalt

59, tweede lid

Artikel I, onderdeel F

2:104c, tweede en derde lid, Wft

Geen

59, tweede lid, vervalt

59, derde lid, eerste alinea

Artikel I, onderdeel E

1:107, tweede lid, onderdeel b, Wft

Geen

59, derde lid, eerste alinea, vervalt

59, derde lid, tweede alinea

Behoeft geen implementatie

Geen

59, derde lid, tweede alinea, vervalt

59, derde lid, derde alinea

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot ESMA

59, vierde lid

Behoeft geen implementatie, volgt uit de systematiek van de Wft

Geen

Artikel vervalt

60, eerste lid

Artikel I, onderdeel F

2:104a, tweede lid, Wft

Geen

60, eerste lid, vervalt

60, tweede lid

Artikel I, onderdeel F

2:104a, tweede lid en 2:104c, tweede lid, Wft

Geen

60, tweede lid, vervalt

61, eerste en tweede lid,

§2.12a Besluit markttoegang financiële ondernemingen Wft (Bmfo)

Geen

Paragraaf kan vervallen nu de grondslag uit 2:104b Wft is komen te vervallen

61, derde lid

Artikel I, onderdeel C

1:102, zevende lid, Wft

Geen

61, derde lid, vervalt

61, vierde en vijfde lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot ESMA

62, onderdeel a

Artikel I, onderdeel D

1:104, eerste lid, onderdelen f en k, Wft

Geen

In de onderdelen f en k van artikel 1:104, eerste lid, wordt de verwijzing naar de datarapporterings-

dienstverlener geschrapt

62, onderdeel b

Bestaand recht

1:104, eerste lid, onderdelen b en c, Wft

Geen

62, onderdeel b, vervalt. Noopt niet tot aanpassing van de Wft.

62, onderdeel c

Bestaand recht

1:104, eerste lid, onderdeel d, Wft

Geen

62, onderdeel c, vervalt. Noopt niet tot aanpassing van de Wft.

62, onderdeel d

Bestaand recht

1:104, eerste lid, onderdeel m, Wft

Geen

62, onderdeel d, vervalt. Noopt niet tot aanpassing van de Wft.

63, eerste lid

Bestaand recht

4:9, eerste en zevende lid, Wft 4:10, eerste lid, Wft5:29, derde lid, Wft

Geen

63, eerste lid, vervalt. Noopt niet tot aanpassing van de Wft.

63, tweede lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot ESMA

63, derde lid

Artikel I, onderdeel F

2:104b Wft

Geen

2:104b vervalt.

63, vierde lid

Artikel I, onderdeel K

4:14, eerste lid, Wft

Geen

In artikel 4:14, eerste lid, wordt de verwijzing naar de datarapporterings-

dienstverlener geschrapt.

63, vijfde lid

Artikel I, onderdeel F

2:104b, Wft

Geen

2:104b vervalt

64

Artikel 31i Besluit Gedragstoezicht financiële ondernemingen Wft (BGfo)

Geen

Bepaling kan vervallen nu de grondslag in de Wft is komen te vervallen

65

Artikel 31i BGfo

Geen

Bepaling kan vervallen nu de grondslag in de Wft is komen te vervallen

66

Artikel 31i BGfo

Geen

Bepaling kan vervallen nu de grondslag in de Wft is komen te vervallen

70, derde lid, onderdeel a

Artikel I, onderdeel M en artikel 10 Besluit bestuurlijke boetes financiële sector (Bbbfs)

Bijlagen bij de artikelen 1:79 en 1:80 Wft

Geen

In beide bijlagen van de Wft wordt de verwijzing naar artikel 2:104a geschrapt. Verdere verwerking vindt plaats door middel van een aanpassing van het Besluit bestuurlijke boetes financiële sector.

70, derde lid, onderdeel b

Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten wordt aangepast.

Geen

Beboetbaarheid van nieuwe MiFIR-bepalingen

70, vierde lid, onderdeel a

Behoeft geen implementatie (volgt reeds uit systematiek van de wet)

Geen

 

70, vierde lid, onderdeel b

Behoeft geen implementatie (volgt reeds uit systematiek van de wet)

Geen

 

70, zesde lid, onderdeel c

Bestaand recht

1:104 Wft

Geen

 

71, zesde lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot ESMA

Artikel 77, eerste lid, eerste alinea, eerste zin

Artikel I, onderdeel L

4:27, eerste lid, Wft

Geen

 

Artikel 89, tweede lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot Europese Commissie

Artikel 89, derde lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot Europese Commissie

Artikel 89, vijfde lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot Europese Commissie

Artikel 90, tweede lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot Europese Commissie

Artikel 90, derde lid

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Bepaling gericht tot Europese Commissie

Artikel 93, eerste lid, tweede alinea

Behoeft naar zijn aard geen implementatie

Geen

Toepassingsbepaling

Bijlage I, onderdeel D

Behoeft geen implementatie

Geen

Verwijzing naar deze bijlage komt niet voor in de Wft

Voor de implementatie van de artikelen 2 en 3 van de omnibusrichtlijn ESFS-review zie de Implementatieregeling omnibusrichtlijn ESFS-review (Stcrt. 2021, 33210) respectievelijk de Herstelwet financiële markten 2020 (Stb. 2020, 380).

Transponeringstabel bij de in artikel 4 van Verordening (EU) 2019/2175 opgenomen wijzigingen van Verordening (EU) nr. 600/2014 markten voor financiële instrumenten (MIFIR)

Wijzigingen van Verordening (EU) nr. 600/2014 markten voor financiële instrumenten (MiFIR)

Titel, artikel, lid, of

onderdeel

Te implementeren

in

Omschrijving

Beleidsruimte

Toelichting

Artikel 1

Behoeft naar zijn aard geen uitvoering

Geen

 

Artikel 2

Artikel I, onderdeel A

Geen

Aanpassing van de definitie van datarapporteringsdienstverlener om deze te laten aansluiten op de definities in MiFIR

Artikelen 22 t/m 27 bis

Behoeven naar hun aard geen uitvoering, hebben rechtstreekse werking.

   

27 ter

Artikel II

 

Het uitoefenen van het bedrijf van datarapporteringsdienstverlener zonder een vergunning wordt opgenomen in de Wet op de economische delicten (Wed) nu dat voorheen goldt voor de nationale vergunningsbepaling uit 2:104a Wft.

Artikel 27 quater tot en met 54 ter

Behoeven naar hun aard geen uitvoering, hebben rechtstreekse werking.

Geen

Voor de relevante artikelen van de verordening zal worden voorzien in toezicht en handhaving middels een wijziging van het Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten, indien de AFM de bevoegde autoriteit als bedoeld in artikel 2, eerste lid, van dat besluit is.

De artikelen 1, 2, 3, 5 en 6 van de omnibusverordening ESFS-verordening bevatten rechtstreeks werkende bepalingen in verordeningen die geen nadere uitvoering behoeven.


X Noot
1

Richtlijn (EU) 2019/2177 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2019 tot wijziging van Richtlijn 2019/138/EG betreffende de toegang tot en uitoefening van het verzekerings- en herverzekeringsbedrijf (Solvabiliteit II), Richtlijn 2014/65/EU betreffende markten voor financiële instrumenten, en van Richtlijn (EU) 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering (Pb EU 2019, L 334) (omnibusrichtlijn ESFS-review).

X Noot
2

Richtlijn 2014/65/EU van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014

betreffende markten voor financiële instrumenten en tot wijziging van Richtlijn 2002/92/EG en Richtlijn 2011/61/EU (PbEU 2014. L 173).

X Noot
3

Verordening (EU) 2019/2175 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1093/2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), Verordening (EU) nr. 1094/2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen) en Verordening (EU) nr. 1095/2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), Verordening (EU) nr. 600/2014 betreffende markten in financiële instrumenten, Verordening (EU) 2016/1011 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten, en Verordening (EU) 2015/847 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie omnibusverordening ESFS-review (Pb EU 2019, L 334) (omnibusverordening ESFS-review).

X Noot
4

Verordening (EU) nr. 600/2014 van het Europees Parlement en de Raad van 15 mei 2014 betreffende markten in financiële instrumenten en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 648/2012 (PbEU 2014, L 173).

X Noot
5

Op dat Europese financieel systeem wordt op Europees niveau toezicht gehouden door de drie European Supervisory Authorities (ESA’s) alsmede door de European Systematic Risk Board (ESRB). De drie ESA’s, de European Banking Authority (EBA), de European Insurance and Occupational Pensions Authority (EIOPA) en de European Securities and Markets Authority (ESMA), houden kort samengevat (dagelijks) toezicht op het Europese financieel systeem en zij coördineren dat toezicht terwijl de ESRB zich vooral richt op het maken van macro-analyses van dat systeem.

X Noot
6

Zie artikel 5 omnibusrichtlijn ESFS-review.

X Noot
7

Zie artikel 4, eerste en derde lid, omnibusrichtlijn ESFS-review. Het in artikel 4, tweede en derde lid, tweede zin, genoemde artikel 2, punt 1) omnibusrichtlijn ESFS-review, dat de lidstaten vanaf 1 juli 2021 moeten toepassen, noopt niet tot aanpassing van de Wet op het financieel toezicht (Wft) of van enige andere wet. Dit is reeds aan de Europese Commissie (Commissie) genotificeerd (zie Stcrt. 2020, 36491).

X Noot
8

Verordening (EU) nr. 1093/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Bankautoriteit), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/78/EG van de Commissie (EBA-verordening), Verordening (EU) nr. 1094/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor verzekeringen en bedrijfspensioenen), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/79/EG van de Commissie (EIOPA-verordening) en Verordening (EU) nr. 1095/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europese toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie (ESMA-verordening), allen uit PbEU 2010, L 331.

X Noot
9

Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten en tot wijziging van Richtlijnen 2008/48/EG en 2014/17/EU en Verordening (EU) nr. 596/2014 (PbEU 2016, L 171) (benchmark verordening) en Verordening (EU) 2015/847 van het Europees Parlement en de Raad van 20 mei 2015 betreffende bij geldovermakingen te voegen informatie en tot intrekking van Verordening (EG) nr. 1781/2006 (PbEU 2015, L 141). Zie voor de inwerkingtreding artikel 7, tweede zin, omnibusverordening ESFS-review.

X Noot
10

Verordening (EU) 2016/1011 van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2016 betreffende indices die worden gebruikt als benchmarks voor financiële instrumenten en financiële overeenkomsten of om de prestatie van beleggingsfondsen te meten en tot wijziging van Richtlijnen 2008/48/EG en 2014/17/EU en Verordening (EU) nr. 596/2014 (PbEU 2016, L 171).

X Noot
11

Zie artikel 7, laatste zin, omnibusverordening ESFS-review.

X Noot
12

Zie Kamerstukken II 2017/18, 22 112, nr. 2415.

X Noot
14

Discussienota van de Commissie over de verdieping van de economische en monetaire unie, https://eur-lex.europa.eu/legal-content/NL/TXT/HTML/?uri=CELEX:52017DC0291&from=nl.

X Noot
15

Report from the Commission to the European Parliament and the Council on the operation of the European Supervisory Authorities (ESAs) and the European System of Financial Supervision (ESFS), 8 augustus 2014 (kenmerk: COM(2014) 5019 final).

X Noot
16

SWD(2017) 313 final.

X Noot
17

Verordening (EU) 2019/2176 van het Europees Parlement en de Raad van 18 december 2019 tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1092/2010 betreffende macroprudentieel toezicht van de Europese Unie op het financiële stelsel en tot oprichting van een Europees Comité voor systeemrisico’s (PbEU 2019, L 334).

X Noot
18

Zie artikel 1, vierde lid, omnibusrichtlijn ESFS-review.

X Noot
19

Zie het nieuwe artikel 2, derde lid, MiFIR gelezen in samenhang met artikel 27 ter, eerste lid, MiFIR.

X Noot
20

Zie het in artikel 4, tweede lid, onderdeel b, omnibusverordening ESFS-review opgenomen nieuwe artikel 2, derde lid, MiFIR.

X Noot
21

Zie de tweede alinea van het nieuwe artikel 2, derde lid, MiFIR.

X Noot
22

Zie artikel 2, eerste lid, onderdeel m, Besluit uitvoering EU-verordeningen financiële markten.

X Noot
23

Enkele wijzigingen van MiFID II worden geïmplementeerd via wijziging van de op de Wft gebaseerde lagere wetgeving.

X Noot
24

Richtlijn (EU) 2018/843 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2018 tot wijziging van richtlijn (EU) 2015/849 inzake de voorkoming van het gebruik van het financiële stelsel voor het witwassen van geld of terrorismefinanciering, en tot wijziging van de Richtlijnen 2009/138/en 2013/36/EU (PbEU 2018, L 156) (vierde anti-witwasrichtlijn).

X Noot
26

Stb. 2020, 380.

X Noot
27

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer

X Noot
28

Het begrip datarapporteringsdienstverleners wordt nog wel gebruikt in de Wft (zie onder meer de artikelen 1:55, eerste lid, aanhef, 1:56, eerste en tweede lid, aanhef, en 1:87, eerste en tweede lid).

X Noot
29

Omdat de Wft al definities van de begrippen aanbieder en aanbieden kende – beide begrippen zien niet op datarapporteringsdiensten – is reeds bij de implementatie van MiFID II in plaats van het begrip aanbieder van datarapporteringsdiensten dat van datarapporteringsdienstverlener in artikel 1:1 Wft opgenomen (zie Stb. 2017, 512, p. 3).

X Noot
30

De Europese Commissie is op grond van artikel 50, tweede lid, MiFIR bevoegd de onderhavige gedelegeerde handelingen vast te stellen.

X Noot
31

Zie artikel 4 omnibusverordening ESFS-review.

X Noot
32

Zie artikel 1, vierde lid, omnibusrichtlijn ESFS-review dat titel V (de artikelen 59 tot en met 66) MiFID II schrapt.

X Noot
33

Zie ook artikel I, onderdeel G, van dit voorstel dat artikel 4:1, eerste lid, onderdeel h, Wft schrapt.

X Noot
34

Artikel VA Herstelwet financiële markten 2020, dat artikel 1, onderdeel 2°, WED wijzigt, bevat een foutieve wijzigingsopdracht. Artikel «2:103c, eerste lid» Wft is per abuis tot «2:2014a, eerste lid» vernummerd in plaats van tot «2:104a, eerste lid» (Stb. 2020, 380, p. 10).

Naar boven