36 040 Wijziging van de Faillissementswet in verband met de implementatie van de Richtlijn (EU) 2019/1023 van het Europees parlement en de Raad van 20 juni 2019 betreffende preventieve herstructureringsstelsels, betreffende kwijtschelding van schuld en beroepsverboden, en betreffende maatregelen ter verhoging van de efficiëntie van procedures inzake herstructurering, insolventie en kwijtschelding van schuld, en tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 (Richtlijn betreffende herstructurering en insolventie) (PbEU 2019, L 172) (Implementatiewet richtlijn herstructurering en insolventie)

Nr. 10 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2022

Graag informeer ik uw Kamer over mijn beoordeling van twee amendementen die zijn ingediend op het Implementatiewetsvoorstel richtlijn herstructurering en insolventie. Dit betreft de amendementen van het lid Van Nispen, gedrukt onder Kamerstuk 36 040, nrs. 8 en 9.

Graag dank ik het lid Van Nispen voor zijn nuttige aanvullingen op het wetsvoorstel. Met de amendementen wordt invulling gegeven aan de optie die artikel 3 lid 5 van richtlijn 2019/1023 inzake herstructurering en insolventie aan lidstaten biedt om de werknemersvertegenwoordigers steun te verstrekken bij de beoordeling van de economische situatie van de schuldenaar. Daarmee versterken de amendementen de mogelijkheden van werknemersvertegenwoordigers om een bijdrage te leveren aan het oplossen van financiële problemen bij de onderneming.

Ik laat het oordeel over beide amendementen daarom graag aan uw Kamer.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

Naar boven