35 949 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met het begrip melkvee en enkele andere wijzigingen betreffende het stelsel van fosfaatrechten

B BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 januari 2022

Met mijn brief van 21 januari 2022 over het wetsvoorstel houdende wijziging van de Meststoffenwet in verband met het begrip melkvee en enkele andere wijzigingen betreffende het stelsel van fosfaatrechten (Kamerstuk 35 949, nr. 2), heb ik uw Kamer verzocht dit wetsvoorstel spoedig in behandeling te nemen na aanname door de Tweede Kamer. Met deze brief ga ik nader in op de wenselijkheid van een spoedige behandeling door uw Kamer van dit wetsvoorstel.

De wenselijkheid van een spoedige behandeling door uw Kamer is gelegen in de wens om boeren dit jaar gebruik te kunnen laten maken van de mogelijkheid om fosfaatrechten gedeeltelijk afromingsvrij te leasen. Hieraan ligt een uitdrukkelijke wens van de Tweede Kamer ten grondslag (zie o.a. de motie Geurts en Lodders, Kamerstuk 33 037, nr. 317). Gelet op dit verzoek van de Tweede Kamer bevat het wetsvoorstel de mogelijkheid om het onderdeel betreffende de gedeeltelijk afromingsvrije lease met terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2022 in werking te laten treden. Dit onderdeel van het wetsvoorstel heeft daarmee ook betrekking op reeds gedane leasetransacties van fosfaatrechten vanaf 1 januari 2022. Om de gedeeltelijke afromingsvrije lease in de uitvoering door de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland adequaat te kunnen realiseren, is een uiterste publicatiedatum vroeg in dit jaar nodig, zo mogelijk op 1 maart 2022. Hoe later het wetsvoorstel in werking treedt, hoe moeilijker het realiseerbaar is in de uitvoering. Mocht behandeling van het wetsvoorstel voor 1 maart door uw Kamer niet haalbaar blijken, dan doe ik een beroep op u om het wetsvoorstel zo spoedig mogelijk, opdat problemen in de uitvoering en daarmee gepaard gaande onzekerheid voor melkveehouders zoveel mogelijk voorkomen kunnen worden.

In reactie op de vraag van uw Kamer naar de relatie met derogatie van de Nitraatrichtlijn, kan ik u melden dat dit wetsvoorstel geen directe relatie heeft met derogatie van de Nitraatrichtlijn. Dit wetsvoorstel strekt ertoe duidelijkheid te bieden over de reikwijdte van het fosfaatrechtenstelsel, afromingsvrije lease van maximaal 100 kilogrammen fosfaatrecht per jaar mogelijk te maken en een grondslag te bieden voor het bij algemene maatregel van bestuur kunnen regelen van afromingsvrije lease van het fosfaatrecht in situaties van verplaatsing van het bedrijf nabij Natura 2000-gebieden of voor verduurzaming van melkveeveestallen. Er worden regels gesteld over het laten terugwerken van de registratie van een kennisgeving tot overgang van een fosfaatrecht en een omissie ten aanzien van de strafbaarstelling van overtredingen van artikel 21b, derde lid, wordt hersteld. De verschillende onderdelen van dit wetsvoorstel zijn met de Europese Commissie afgestemd in verband met de staatssteungoedkeuring op het fosfaatrechtenstelsel. Het wetsvoorstel dient niet ter onderbouwing van een aanvraag van derogatie van de Nitraatrichtlijn en staat verlening van derogatie ook niet in de weg.

Ik hoop dat deze nadere duiding van de noodzaak van een spoedige behandeling van het wetsvoorstel, uw Kamer in de gelegenheid stelt dit wetsvoorstel spoedig in behandeling te nemen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, H. Staghouwer