Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 oktober 2021
Deze brief informeert uw Kamer over het besluit om het voorwaardelijk toegekende budget
vanuit het Nationaal Groeifonds voor het project Nationaal Onderwijslab om te zetten
in een onvoorwaardelijke toekenning. Hiertoe is besloten op basis van bijgevoegd positief
advies van de beoordelingscommissie1.
In de Kamerbrief van 9 april jl.2 over de uitkomsten van de eerste ronde is toegelicht dat op advies van de beoordelingsadviescommissie
er met drie verschillende bekostigingsvormen wordt gewerkt: onvoorwaardelijke toekenningen,
voorwaardelijke toekenningen en reserveringen. De onvoorwaardelijke toekenningen van
de eerste ronde zijn reeds verwerkt in de Voorjaarsnota (Kamerstuk 35 850, nr. 1) en de 1e suppletoire begroting (Kamerstuk 35 850 XIV). Voor de voorwaardelijke toekenningen dienen de indieners eerst een aangepast voorstel
aan te leveren bij de commissie waarin het voorstel versterkt is in lijn met de door
de commissie geschetste voorwaarden.
De beoordelingsadviescommissie heeft voor het project Nationaal Onderwijslab het aangepaste
voorstel beoordeeld en geeft aan dat aan de gestelde voorwaarden is voldaan. Zij adviseert
dan ook positief over het definitief onvoorwaardelijk toekennen van de middelen.
De omgezette toekenning betreft een bedrag van 80 miljoen euro. In de Kamerbrief van
9 april jl. en diens bijlagen is nadere toelichting gegeven bij het voorstel. Naast
deze toekenning is voor het project ook nog een aanvullende NGF-bijdrage gereserveerd
van 63 miljoen euro. Mede op basis van bewezen succes in de eerste fasen en/of nadere
onderbouwing van het voorstel zal de commissie op een later moment over de toekenning
van deze reservering adviseren.
Het besluit tot omzetting naar een onvoorwaardelijke toekenning zal middels een nota
van wijziging (Kamerstuk 35 925 XIX, nr. 4) worden verwerkt in de Ontwerpbegroting 2022 (Kamerstuk 35 925 XIX).
De verwerking zal zijn in de vorm van een budgetoverheveling op de begroting van het
Nationaal Groeifonds en op de begroting van het Ministerie van Economische Zaken en
Klimaat. Voor de voorwaardelijke toekenning was reeds geld geoormerkt op de NGF-begroting
middels de Voorjaarsnota en de 1e suppletoire begroting.
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
S.A. Blok
De Minister van Financiën,
W.B. Hoekstra