35 853 Wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met enkele verbeteringen en preciseringen van de tijdelijke regels over de inzet van coronatoegangsbewijzen bij de bestrijding van het virus SARS-CoV-2

C BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 juni 2021

Op 11 juni jl. heb ik uw Kamer de wijziging van de Tijdelijke regeling maatregelen covid-19 in verband met de inzet van coronatoegangsbewijzen op basis van vaccinatie of herstel toegestuurd. Per abuis is er een onjuiste versie van de tekst van het besluit aan uw Kamer verstuurd. Hierbij zend ik u de juiste versie1 toe. Voor de volledigheid stuur ik de toelichting2 opnieuw mee.

De belangrijkste wijzingen in deze versie zien op het volgende. Er is onderscheid gemaakt tussen het vaccinatiebewijs en het bewijs van herstel. Vanwege technische redenen kunnen toegangsbewijzen op basis van herstel niet eerder dan per 1 juli worden uitgegeven. De bepalingen over het vaccinatiebewijs kunnen wel eerder in werking treden. Daarnaast is de eis dat men niet langer dan 180 dagen eerder geïnfecteerd moet zijn geweest om met één prik volledig gevaccineerd te zijn, geschrapt. Ten slotte is aan de inleiding een alinea toegevoegd over de verhouding tot de Europese Verordening over de Digitale Corona Certificaat.

Beoogd wordt deze regeling in werking te laten treden in de voorlaatste week van juni 2021, tegelijk met de wijziging van de Wet publieke gezondheid in verband met enkele verbeteringen en preciseringen van de tijdelijke regels over de inzet van coronatoegangsbewijzen bij de bestrijding van het virus SARS-CoV-2 (Kamerstukken II 2020/21, 35 853, nrs. 12).

Een gelijkluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, H.M. de Jonge


X Noot
1

Ter inzage gelegd bij de Directie Inhoud.

X Noot
2

Ter inzage gelegd bij de Directie Inhoud.

Naar boven