Hieronder zijn opgenomen het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
d.d. 31 maart 2021 en het nader rapport d.d. 3 mei 2021, aangeboden aan de Koning
door de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Financiën. Het
advies van de Afdeling advisering van de Raad van State is cursief afgedrukt.
Blijkens de mededeling van de Directeur van Uw kabinet van 25 februari 2021, no. 2021000327,
machtigde Uwe Majesteit de Afdeling advisering van de Raad van State haar advies inzake
het bovenvermelde voorstel van wet rechtstreeks aan mij te doen toekomen. Dit advies,
gedateerd 31 maart 2021, nr. W06.21.0043/III, bied ik U hierbij aan. De tekst van
het advies treft u hieronder aan, voorzien van mijn reactie.
Bij Kabinetsmissive van 25 februari 2021, no. 2021000327, heeft Uwe Majesteit, op
voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de Minister van Financiën,
bij de Afdeling advisering van de Raad van State ter overweging aanhangig gemaakt
het voorstel van wet tot goedkeuring van de op 27 januari 2021 te Brussel tot stand
gekomen Overeenkomst tot wijziging van de Overeenkomst betreffende de overdracht en
mutualisatie van de bijdragen aan het gemeenschappelijk afwikkelingsfonds tussen het
Koninkrijk België, de Republiek Bulgarije, de Tsjechische Republiek, het Koninkrijk
Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, de Republiek Estland, Ierland, de Helleense
Republiek, het Koninkrijk Spanje, de Franse Republiek, de Republiek Kroatië, de Italiaanse
Republiek, de Republiek Cyprus, de Republiek Letland, de Republiek Litouwen, het Groothertogdom
Luxemburg, Hongarije, de Republiek Malta, het Koninkrijk der Nederlanden, de Republiek
Oostenrijk, de Republiek Polen, de Portugese Republiek, Roemenië, de Republiek Slovenië,
de Slowaakse Republiek en de Republiek Finland (Trb. 2021, 21), met memorie van toelichting.
De Afdeling advisering van de Raad van State heeft geen inhoudelijke opmerkingen bij
het voorstel.
De Afdeling verwijst naar de bij dit advies behorende redactionele bijlage.
De Afdeling adviseert het voorstel bij de Tweede Kamer der Staten-Generaal in te dienen.
Gelet op artikel 26, zesde lid jo vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, adviseert
de Afdeling dit advies openbaar te maken.
De vice-president van de Raad van State,
Th.C. de Graaf
Het voorstel van wet geeft de Afdeling advisering van de Raad van State geen aanleiding
tot het maken van inhoudelijke opmerkingen.
Overeenkomstig de redactionele opmerkingen van de Afdeling advisering van de Raad
van State is in de memorie van toelichting nader toegelicht dat de onderhavige Overeenkomst
uitsluitend van toepassing is op lidstaten die deelnemen aan het gemeenschappelijk
toezicht- en afwikkelingsmechanisme. Om die reden is de onderhavige Overeenkomst ook
alleen van toepassing op het Europese deel van Nederland. Van de gelegenheid is verder
gebruikgemaakt om de memorie van toelichting op enkele punten te verduidelijken en
om enkele redactionele wijzigingen aan te brengen.
Ik moge U, mede namens de Minister van Financiën, verzoeken het hierbij gevoegde voorstel
van wet vergezeld van de gewijzigde memorie van toelichting ter uitdrukkelijke goedkeuring
aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal te zenden.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
Redactionele bijlage bij het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State
betreffende no. W06.21.0043/III