35 510 Parlementaire ondervraging kinderopvangtoeslag

Nr. 143 BRIEF VAN DE MINISTER-PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 maart 2024

Op 29 februari 2024 ontving ik uw brief (Kamerstuk 35 510, nr. 142) waarin u opnieuw verzoekt om alsnog eerder dan op Verantwoordingsdag 2024 de Kamer te (doen) informeren over de stand van zaken van de vervolgacties die genomen zijn naar aanleiding van het rapport «Ongekend onrecht».

Sinds de Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag op 17 december 2020 (Kamerstuk 35 510, nr. 2) het rapport «Ongekend onrecht» publiceerde, heeft het kabinet 87 vervolgacties in gang gezet. Deze vervolgacties hebben de bewindspersonen gedurende de afgelopen drie jaar geïntegreerd in lopende beleidslijnen en uitvoeringsprogramma’s binnen hun competentiegebied. Over deze beleidslijnen en programma’s leggen de bewindspersonen verantwoording af aan de Tweede Kamer binnen de reguliere beleids- en verantwoordingscyclus. Ter illustratie zij gewezen op de vervolgacties die samenhangen met de hersteloperatie toeslagen. Deze vervolgacties zijn geïntegreerd in het programma Herstel toeslagen van het Ministerie van Financiën. De Tweede Kamer ontvangt iedere vier maanden van de Staatssecretaris van Financiën (T&D) een voortgangsrapportage over de hersteloperatie. Het kabinet ziet geen toegevoegde waarde om bovenop deze periodieke voortgangsrapportages en buiten de reguliere verantwoordingscyclus om te rapporteren over de stand van zaken van de vervolgacties.

Om deze reden heeft het kabinet in de brief van 9 februari 2024 (Kamerstuk 35 510, nr. 142) meegedeeld vast te willen houden aan de toezegging gedaan in het debat op 23 mei 2023 aan het lid Inge van Dijk (CDA) om jaarlijks op een vast moment te rapporteren over de stand van zaken van de vervolgacties, te weten in de departementale jaarverslagen die de Tweede Kamer op Verantwoordingsdag ontvangt. Verantwoordingsdag vindt dit jaar plaats op woensdag 15 mei 2024. De Kamer zal dus conform toezegging over twee maanden worden geïnformeerd over de voortgang van de opvolging van het rapport «Ongekend onrecht».

De Minister-President, Minister van Algemene Zaken, M. Rutte

Naar boven