35 396 Wijziging van de Spoorwegwet en enige andere wetten in verband met de omvorming van ProRail van een besloten vennootschap tot een publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan (Wet publiekrechtelijke omvorming ProRail)

Nr. 9 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 oktober 2020

Hierbij bied ik u, mede namens mijn ambtgenoot van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Nota naar aanleiding van het Verslag (Kamerstuk 35 396, nr. 10) bij het wetsvoorstel Publiekrechtelijke omvorming ProRail (Kamerstuk 35 396) aan. Bij de nota naar aanleiding van het verslag zijn tevens drie bijlagen opgenomen. Ten eerste vindt u een tabel met de vindplaats van de geclusterde vragen. Ten tweede is de Samenwerkingsvisie van ProRail en mijn ministerie bijgevoegd. Als derde is een overzicht van de financiële gevolgen opgenomen.

In het regeerakkoord (Bijlage bij Kamerstuk 34 700, nr. 34) is afgesproken dat ProRail wordt omgevormd tot publiekrechtelijk zelfstandig bestuursorgaan met eigen rechtspersoonlijkheid. Dit draagt bij aan de goede verantwoording over de inzet van de bijbehorende publieke middelen en een verbeterde transparantie. De wettelijke basis hiervoor wordt geregeld met bovengenoemd wetsvoorstel. Zo spoedig mogelijke duidelijkheid over het toepasselijke wettelijk kader is voor alle betrokken partijen van belang.

Uw Kamer heeft na een toelichting van de Raad van State en een rondetafelgesprek op 15 september het Verslag uitgebracht over het wetsvoorstel. Middels bijgevoegde Nota naar aanleiding van het Verslag geef ik antwoord op de vragen die uw Kamer mij heeft gesteld. Ik kijk er daarom naar uit om met uw Kamer in debat te gaan over het wetsvoorstel. Ik hoop dan ook dat dit debat, ondanks de huidige beperkte mogelijkheden, toch binnenkort zal kunnen worden ingepland.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer