35 353 Wijziging van de Huisvestingswet 2014 in verband met de aanpak van ongewenste neveneffecten van toeristische verhuur van woonruimte (Wet toeristische verhuur van woonruimte)

Nr. 21 AMENDEMENT VAN HET LID NIJBOER

Ontvangen 7 september 2020

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In het opschrift wordt na «Huisvestingswet 2014» ingevoegd «en de Gemeentewet».

II

Na artikel I wordt een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL Ia

In artikel 224 van de Gemeentewet wordt, onder vernummering van het tweede lid tot het derde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. Voor zover de belasting wordt geheven van degene die een dienst van de informatiemaatschappij verleent gericht op het publiceren van aanbiedingen voor toeristische verhuur als bedoeld in artikel 1, eerste lid, aanhef en onder h, van de Huisvestingswet 2014, is deze bevoegd de belasting als zodanig te verhalen op degene ter zake van wiens verblijf de belasting verschuldigd wordt.

Toelichting

Dit amendement heeft tot doel om te faciliteren dat gemeenten de toeristenbelasting direct heffen aan digitale platforms, in plaats van aan de verhuurder. De gemeente kan in haar belastingverordening regelen dat de toeristenbelasting zal worden geheven aan het platform. Het amendement regelt dat de platforms de belasting vervolgens kunnen verhalen op de toerist. Deze regeling sluit aan bij de wijze waarop het heffen van belasting aan degene die gelegenheid tot verblijf biedt, is geregeld.

Door de opzet van veel dienstverleners is het lastig tot onmogelijk voor gemeenten om tot inning van alle verschuldigde toeristenbelasting bij de verschillende verhuurders over te gaan. Dit is onwenselijk omdat de inkomsten van de toeristenbelasting mede dienen om de extra kosten die toerisme met zich mee brengt, bijvoorbeeld op het gebied van handhaving en leefbaarheid, op te vangen. Dienstverleners hebben ten opzichte van gemeenten volledig zicht op toeristische woonruimte die via de dienstverlener wordt verhuurd. Bovendien is de indiener van mening dat de baten en kosten op deze manier beter verdeeld worden. Gemeenten dragen thans de kosten voor handhaving en inning van toeristenbelasting, terwijl de dienstverleners vooral baten van de verhuur ervaren. Bovendien ziet dit amendement op het terugbrengen van het gelijke speelveld tussen traditionele overnachtingsmogelijkheden zoals hotels en nieuwe verhuurders die gebruikmaken van een dienstverlener om toeristische woonruimte aan te bieden. Door het gebrek aan zicht op de volledige betaling van de toeristenbelasting ontstaat een onacceptabel kostenvoordeel ten nadele van traditionele etablissementen die toeristische overnachtingen aanbieden.

Nijboer

Naar boven