35 322 Voorstel tot algehele herziening van het Reglement van Orde

Nr. 32 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN MEENEN EN ÖZÜTOK TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 9

Ontvangen 8 februari 2021

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel 7.14 wordt na het eerste lid een lid ingevoegd, luidende:

  • 1a. In het plan, bedoeld in het eerste lid, onderdeel e, wordt in ieder geval vastgelegd op welke wijze de commissie controle uitoefent op de door haar ontvangen jaarverslagen voor de verantwoording van de rijksuitgaven, met inbegrip van de benoeming van rapporteurs als bedoeld in artikel 7.37.

Toelichting

Dit amendement regelt dat in het jaarplan van de vaste Kamercommissies in ieder geval moet worden vastgelegd op welke wijze zij controle uitoefenen op de jaarverslagen in het kader van de financiële controle van de regering en dat zij in dat kader hun rapporteurs benoemen. Volgens de indieners zorgt dit voor een wenselijke transparantie en duidelijkheid over de te volgen procedure. Ook verankert het amendement hiermee in het Reglement van Orde een staande praktijk dat vaste Kamercommissies ieder jaar leden uit de eigen commissie benoemen tot rapporteur, ten behoeve van het verantwoordingsdebat over het jaarverslag van het betrokken ministerie. Rapporteurs kunnen hiervoor gebruikmaken van de «Handreiking controle begroting en verantwoording» en de «Controlekaart begroting en verantwoording», zoals in 2014 opgesteld door het lid Van Meenen en het toenmalig lid Duisenberg. De rapportage draagt bij aan versterking van de informatie- en controlepositie van de Kamer en een inhoudelijker debat over de Rijksuitgaven. Indieners achten bestendiging in het Reglement van Orde daarom op zijn plek.

Van Meenen Özütok

Naar boven