35 300 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2020

Nr. 80 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR BASIS- EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN MEDIA

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 november 2019

Zoals toegezegd tijdens het algemeen overleg met uw Kamer over de Inspectie van het Onderwijs in het Funderend Onderwijs van 19 juni jongstleden (Kamerstuk 35 000 VIII, nr. 214) treft u bijgaand de evaluatie van het convenant «Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring» aan1.

Het sponsorconvenant geeft scholen richtlijnen om zorgvuldig om te gaan met sponsoring. Het uitgangspunt is dat het waardevol voor scholen is wanneer bedrijven vanuit hun maatschappelijke betrokkenheid samenwerken met scholen. Wanneer scholen geld of middelen ontvangen waarvoor zij een tegenprestatie leveren, dienen daarbij echter enkele spelregels in acht te worden genomen.

Het convenant is opgesteld door het Ministerie van OCW en andere convenantpartijen2. De eerste versie stamt uit 1997. Met de convenantpartijen is afgesproken dat er een evaluatie zou plaats vinden voordat er een nieuw meerjarig convenant afgesloten zou kunnen worden. Daarnaast is ook in het Nationaal Preventieakkoord opgenomen dat de rijksoverheid en de convenantpartijen het sponsorconvenant in 2019 zouden evalueren (Kamerstuk 32 793, nr. 339). Dit omdat het sponsorconvenant afspraken bevat over het weren van sponsoring die schadelijk is voor de ontwikkeling van leerlingen om zo een gezonde leefstijl te bevorderen.

Gezien de toezeggingen uit zowel het Nationale Preventieakkoord als uit het vorige convenant heeft een onderzoeksbureau de opdracht gekregen om het vorige convenant te evalueren om te bekijken of het convenant naar behoren functioneert en of het bij de huidige ontwikkelingen past. In de tussentijd is het convenant tot en met 2019 verlengd.

Bijgevoegd bij deze brief vindt u de resultaten van de evaluatie. De conclusies zijn onder meer dat er meer bekendheid moet worden gegeven aan het convenant, dat er in het convenant aandacht moet zijn voor privacy en digitalisering, en dat het duidelijker moet zijn voor scholen wanneer zij een tegenprestatie verrichten.

Op dit moment ben ik in gesprek met de convenantpartijen over de aanbevelingen uit de evaluatie en de tekst van het nieuwe convenant. Naar verwachting zal het nieuwe convenant in december 2019 voltooid worden en zal het in het eerste kwartaal van 2020 inclusief appreciatie naar uw Kamer verzonden worden.

De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

De andere convenantpartijen zijn de PO-Raad, de VO-raad, CNVO, Aob, LAKS, AVS, Ouders & Onderwijs, GEU, MKB-Nederland en VNO-NCW.

Naar boven