35 026 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2019)

P VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 3 september 2019

De leden van de vaste commissie voor Financiën1 hebben kennisgenomen van de op 29 mei jl. ontvangen Fiscale beleidsagenda 20192.

In haar vergadering van 18 juni jl. heeft de commissie besloten de Fiscale Beleidsagenda 2019 te betrekken bij het informele kennismakingsgesprek met Staatssecretaris van Financiën dat op 2 juli jl. heeft plaatsgevonden en na het gesprek te besluiten of zij nog in schriftelijk overleg wenst te treden met de Staatssecretaris van Financiën over de Fiscale Beleidsagenda 20193. De commissie heeft in haar vergadering van 9 juli jl. daartoe besloten. Leden van de fractie van de SGP hebben dezelfde dag hun vragen gesteld.

Op 16 juli 2019 is door de commissie een brief gestuurd aan de Staatssecretaris van Financiën.

De Staatssecretaris heeft op 30 augustus 2019 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIËN

Aan de Staatssecretaris van Financiën

Den Haag, 16 juli 2019

De leden van de vaste commissie voor Financiën hebben met belangstelling kennisgenomen van de op 29 mei jl. ontvangen Fiscale beleidsagenda 20194.

In haar vergadering van 18 juni jl. heeft de commissie besloten de Fiscale Beleidsagenda 2019 te betrekken bij het informele kennismakingsgesprek met u dat op 2 juli jl. heeft plaatsgevonden en na het gesprek te besluiten of zij nog in schriftelijk overleg wenst te treden met u over de Fiscale Beleidsagenda 20195. De commissie heeft in haar vergadering van 9 juli jl. daartoe besloten. Leden van de fractie van de SGP hebben dezelfde dag hun vragen gesteld.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SGP

In een eerdere brief6 van u naar aanleiding van Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (35 026) staat het volgende:

«Tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen 2017 heeft de Minister-President de heer Schalk toegezegd te blijven kijken naar de mogelijkheden om de fiscale kloof tussen een- en tweeverdieners te dichten. Aan die toezegging blijf ik voldoen.»

In dit kader en naar aanleiding van de Fiscale beleidsagenda 2019 willen de leden van de fractie van de SGP het volgende voorleggen:

Onder de kopjes «Effecten pakket inkomstenbelasting» en «Marginale druk» worden maatregelen genoemd die van invloed zullen/kunnen zijn op de marginale druk7. Zowel bij het Belastingplan 20188 als bij Belastingplan 20199 hebben de leden van de SGP-fractie vragen gesteld over de uitzonderlijk zware marginale druk, met name voor hen die een inkomen van 22.000 tot 32.000 euro per jaar hebben. Kunt u aangeven wat het effect van de maatregelen zal zijn, zoals aangegeven in de Fiscale beleidsagenda? Is het mogelijk om in de bijgevoegde overzichten10 een tussenstand te geven, zodat bezien kan worden of deze maatregelen het gewenste effect hebben?

Tot slot vragen de leden van de SGP-fractie naar de inkomensafhankelijke combinatiekorting (IACK). In de brief staat dat het nog aantrekkelijker wordt om meer uren te werken voor de minstverdienende partners met kinderen11. Betekent dit ook het tegengestelde, namelijk dat het daardoor ook onaantrekkelijker wordt om dit niet te doen? Gaan hierdoor de belastingverschillen nog meer uit elkaar lopen tussen een- en tweeverdieners, en dan met name rond de 30.000 – 34.000 euro, waar de marginale druk voor de eenverdiener al zo hoog is? Klopt het dat tweeverdieners het meest profiteren van de verhoging van de IACK? Wat is de reactie van de regering in het licht van de toezegging van de Minister-President tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen omtrent dit punt12?

De leden van de fractie van de SGP hebben ook een vergelijkbare vraag met betrekking tot de stijging van de kinderopvangtoeslag, die verhoogd is in 2019. Klopt het dat daardoor opnieuw grotere belastingverschillen ontstaan tussen een- en tweeverdieners? Kunt u dit ook plaatsen in het kader van de toezegging van de Minister-President tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen?

De leden van de vaste commissie voor Financiën zien de beantwoording van de gestelde vragen met belangstelling en bij voorkeur voor 6 september 2019 tegemoet.

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, H. Otten

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 augustus 2019

Op 16 juli jongstleden ontving ik van de leden van de vaste commissie voor Financiën een brief met vragen van de leden van de fractie van de SGP naar aanleiding van mijn brief Fiscale beleidsagenda 2019. Hierbij treft u de antwoorden op de door u gestelde vragen.

Marginale druk

De leden van de fractie van de SGP hebben een aantal vragen gesteld over de marginale druk en in het specifiek de marginale druk voor mensen met een inkomen tussen de € 22.000 en € 32.000. Zij vragen daarnaast of zij een update kunnen ontvangen van de marginale druk tabellen die ik eerder met hen heb gedeeld. De leden van de SGP stellen terecht dat het kabinet diverse maatregelen heeft genomen die de marginale druk beïnvloeden. De meeste van deze maatregelen zijn onderdeel van het Belastingplan 2019 en zijn inmiddels in werking getreden. Het gaat hierbij onder meer om de aanpassing van de arbeidskorting en de inkomensafhankelijke combinatie korting (IACK) en de invoering van het tweeschijvenstelsel. Tezamen met niet-fiscale maatregelen zoals het wegnemen van de harde inkomensgrens in de huurtoeslag, zorgen deze maatregelen ervoor dat de marginale druk voor de meeste mensen daalt en met name voor werkenden met een inkomen tussen de € 20.000 en € 30.000. Voor deze groep is dat extra belangrijk, omdat zij in de situatie die tot voor kort gold door een hoger inkomen soms aanzienlijk minder toeslagen ontvingen, waardoor meer werken voor hen nog te weinig lonend was.

Ik kan op dit moment nog geen update geven van de marginale druk tabellen waar de leden van de fractie van de SGP naar verwijzen. Conform de toezegging die ik vorig jaar heb gedaan tijdens de behandeling van het pakket Belastingplan 2019 in uw kamer zal ik een update van de gevraagde tabellen tezamen met het pakket Belastingplan 2020 op Prinsjesdag aan u doen toekomen.

Inkomensafhankelijke combinatie korting

De leden van de fractie van de SGP geven aan dat de aanpassing in de IACK er volgens het kabinet voor zorgt dat meer werken aantrekkelijker wordt. Zij vragen zich daarbij af of het tegengestelde, namelijk dat het daardoor ook onaantrekkelijk wordt om dit niet te doen, dan ook waar is. Zij vragen zich daarnaast af of het belastingverschil tussen eenverdieners en tweeverdieners daarmee nog groter wordt en wat de reactie van het kabinet hierop is in het licht van de toezegging van de Minister-President tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen. Door de hervorming van de IACK is het opbouwpercentage gestegen en is het vaste bedrag van deze heffingskorting juist verdwenen. De wijziging van de vormgeving van de IACK verlaagt voor de meeste minstverdienende partners de marginale druk en vergroot daarmee de prikkel om meer uren te gaan werken.

Door het verdwijnen van het vaste bedrag daalt de IACK voor een deel van de werkenden die daar aanspraak op maken en daarmee daalt ook het totale budgettaire beslag van de IACK. Omdat eenverdieners geen gebruik maken van de IACK, verkleint deze maatregel juist het belastingverschil tussen eenverdieners en tweeverdieners. Het uitgangspunt van het kabinet is dat eenverdieners net zoals andere groepen meeprofiteren. Het kabinet heeft om die reden ook verschillende maatregelen genomen die positief bijdragen aan het verminderen van het verschil tussen eenverdieners en tweeverdieners, zoals de invoering van het tweeschijvenstelsel en de verhoging van het kindgebonden budget. Hierdoor is de koopkrachtontwikkeling van eenverdieners minstens zo goed als die van tweeverdieners en alleenstaanden.

Kinderopvangtoeslag

Tot slot vragen de leden van de fractie van de SGP of door de verhoging van de kinderopvangtoeslag in 2019 het verschil tussen eenverdieners en tweeverdieners stijgt. De kinderopvangtoeslag is een tegemoetkoming in de kosten van de kinderopvang voor werkenden met kinderen. Alleenverdieners met kinderen maken geen aanspraak op kinderopvangtoeslag. Deze maatregel zorgt er opzichzelfstaand voor dat het verschil tussen eenverdieners en tweeverdieners iets groter wordt. Het doel van deze maatregel is echter om de arbeidsparticipatie van ouders te stimuleren. Het lonender maken van (meer) werken is voor het kabinet namelijk ook een belangrijk uitgangspunt. Daarnaast is het per saldo resultaat van alle maatregelen van het kabinet van belang. Dan zien we dat eenverdieners profijt hebben van de maatregelen van het kabinet.

Ik hoop uw Kamer hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Financiën, M. Snel


X Noot
1

Samenstelling:

Essers (CDA), Koffeman (PvdD), Backer (D66), Ester (CU), Faber-van de Klashorst (PVV), Sent (PvdA), Van Strien (PVV), Van Apeldoorn (SP), Jorritsma (VVD), N.J.J. van Kesteren (CDA), Schalk (SGP), Van Rooijen (50PLUS), Wever (VVD), Van Ballekom (VVD), Crone (PvdA), Frentrop (FVD), Geerdink (VVD), Gerbrandy (OSF), Van Huffelen (D66), Karimi (GL), (vice-voorzitter), Van der Linden (FVD), Otten (Fractie-Otten) (voorzitter), Rietkerk (CDA), Rosenmöller(GL), Vendrik (GL), Van Wely (FVD).

X Noot
2

Kamerstukken I, 2018–2019, 35 026, N.

X Noot
3

Korte aantekeningen van de vaste commissie voor Financiën, 18 juni 2019. Te raadplegen via https://www.eerstekamer.nl/korteaantekening/20190618_fin.

X Noot
4

Kamerstukken I, 2018–2019, 35 026, N.

X Noot
5

Korte aantekeningen van de vaste commissie voor Financiën, 18 juni 2019. Te raadplegen via https://www.eerstekamer.nl/korteaantekening/20190618_fin.

X Noot
6

Kamerstukken I, 2018–2019, 35 026, L, blz. 2.

X Noot
7

Kamerstukken I, 2018–2019, 35 026, N, blz. 12.

X Noot
8

Zie bijvoorbeeld handelingen I, 2017–2018, item 12, nr. 3, blz. 11–12.

X Noot
9

Zie bijvoorbeeld handelingen I, 2018–2019, item 8, nr. 8, blz. 14.

X Noot
10

Bijlage 1. Tabellen marginale druk 2018 en 2019. Tevens te raadplegen via https://www.eerstekamer.nl/overig/20181130/tabellen_marginale_druk/meta.

X Noot
11

Kamerstukken I, 2018–2019, 35 026, N, blz. 11.

X Noot
12

Toezegging T02493. Te raadplegen via https://www.eerstekamer.nl/toezegging/financiele_kloof_eenverdieners_34.

Naar boven