35 000 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2019

F VERSLAG VAN EEN NADER SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 3 september 2019

De leden van de vaste commissies voor Justitie en Veiligheid1 en Volksgezondheid, Welzijn en Sport2 hebben kennisgenomen van de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken3, d.d. 29 mei 2019, waarin hij vragen van leden van de beide commissies in oude samenstelling (van de voorgaande zittingsperiode van de Kamer) beantwoordt over de ratificatie van het Facultatief Protocol bij het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR) en, in het verlengde hiervan, ook de facultatieve protocollen bij het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (VN-Verdrag Handicap) en het Verdrag inzake de rechten van het kind (VN-Kinderrechtenverdrag).

Naar aanleiding hiervan is op 3 juli 2019 een brief gestuurd aan de Minister.

De Minister heeft op 2 september 2019 gereageerd.

De commissies brengen bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.

De griffier voor dit verslag, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTERS VAN DE VASTE COMMISSIES VOOR JUSTITIE EN VEILIGHEID EN VOOR VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Minister van Buitenlandse Zaken

Den Haag, 3 juli 2019

De leden van de vaste commissies voor Justitie en Veiligheid (J&V) en Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) hebben kennisgenomen van uw brief4, d.d. 29 mei 2019, waarin u vragen van leden van de beide commissies in oude samenstelling (van de voorgaande zittingsperiode van de Kamer) beantwoordt over de ratificatie van het Facultatief Protocol bij het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR) en, in het verlengde hiervan, ook de faculta-tieve protocollen bij het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (VN-Verdrag Handicap) en het Verdrag inzake de rechten van het kind (VN-Kinderrechtenverdrag). Naar aanlei-ding van uw brief hebben zij nog de volgende opmerkingen en vragen.

De Eerste Kamer heeft in voorgaande jaren meerdere keren aan de regering gevraagd om duidelijkheid te verschaffen over de ratificatie van voornoemde protocollen, zowel in schriftelijke overleggen als tijdens plenaire debatten, opdat een inhoudelijk debat gevoerd kan worden over de wenselijkheid van ratificatie. Daarbij heeft de regering naar de mening van de leden niet de duidelijkheid verschaft die gevraagd is: gaat de regering de protocollen ratificeren, en zo ja, wanneer. De leden van de voorgaande commissies J&V en VWS hebben u gevraagd welke nadere overweging op financieel en juridisch vlak nu plaatsvindt. Tevens hebben zij gevraagd waarom de evaluatie over het functioneren van de verdragscomités wordt afgewacht alvorens te besluiten over ratificatie.

De leden van de commissies in nieuwe samenstelling stellen vast dat deze vragen onvoldoende zijn beantwoord. Met het uitblijven van de indiening van wetsvoorstellen ter ratificatie van de drie facultatieve protocollen, blijft de openbaarmaking van het advies van de Raad van State achterwege. Uw antwoord spreekt van moeilijk te overziene gevolgen voor de nationale rechtsorde door de introductie van een individueel klachtrecht, maar in de gemaakte risicotaxatie van de financiële en rechtsgevolgen wordt geen onderscheid gemaakt naar de drie afzonderlijke protocollen, die blijkens de web-site van de VN door wisselende aantallen (Europese) landen geratificeerd zijn. Het is de leden niet duidelijk welke specifieke Nederlandse kwetsbaarheden de regering bij de afzonderlijke protocollen onder ogen ziet.

Derhalve vragen zij u nogmaals meer duidelijkheid te verschaffen over de regeringsplannen wat betreft ratificatie en in het bijzonder welke nadere overweging op financieel en juridisch vlak plaatsvindt.

De leden van de commissies zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag uiterlijk 30 augustus 2019.

Voorzitter van de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid, M.M. de Boer

Voorzitter van de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport, M.A.M. Adriaansens

BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 september 2019

Graag bied ik u hierbij, mede namens de Ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Economische Zaken en Klimaat, Justitie en Veiligheid, Rechtsbescherming, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Sociale Zaken en Werkgelegenheid en Volksgezondheid, Welzijn en Sport de reactie aan op het verzoek van de vaste commissies voor Justitie en Veiligheid en voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 3 juli 2019 met kenmerk 163239.06u inzake Nadere vragen over ratificatie protocollen.

De leden van de vaste commissies vragen het kabinet meer duidelijkheid te verschaffen over de regeringsplannen wat betreft ratificatie van het Facultatief Protocol bij het Internationaal Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR) en de facultatieve protocollen bij het Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap (VN-Verdrag Handicap) en het Verdrag inzake de rechten van het kind (VN-Kinderrechtenverdrag). In het bijzonder vragen de commissies welke nadere overweging op financieel en juridisch vlak plaatsvindt.

Ik hecht eraan te herhalen dat het kabinet het belang van dit onderwerp onderkent en hecht aan een zorgvuldige beslissing over ondertekening en/of ratificatie van de hiervoor genoemde protocollen, wanneer voldoende informatie beschikbaar is om de juiste afweging te maken.

Zoals eerder aan uw Kamer gemeld, heeft het kabinet besloten de voortgang van de ratificatieprocedure bij het IVESCR-protocol en de procedure voor ondertekening van de twee andere protocollen tijdelijk aan te houden. Dit in verband met de mogelijke financiële en juridische gevolgen van ratificatie van deze protocollen, die momenteel moeilijk te overzien zijn.

De protocollen introduceren een individueel klachtrecht, wat betekent dat de relevante toezichthoudende VN-comités oordelen zullen kunnen vellen over Nederlands overheidshandelen. Deze oordelen zijn weliswaar niet juridisch bindend, maar wel gezaghebbend en kunnen gevolgen hebben voor de overheidsfinanciën en de Nederlandse rechtsorde. Het is momenteel moeilijk in te schatten hoe verstrekkend deze gevolgen zullen zijn, mede doordat het volume aan jurisprudentie nog te klein is voor deugdelijke conclusies. Het volgen van de zich ontwikkelende jurisprudentie en de interpretatie van de reikwijdte van de verdragen door de comités zal het naar verwachting mogelijk maken om de gevolgen van ratificatie van de facultatieve protocollen voor de Nederlandse rechtsorde beter in te schatten.

Daar komt bij dat de werkwijze en kwaliteit van de toezichthoudende comités momenteel onderwerp is van een uitgebreide VN-evaluatie, die in 2020 wordt afgerond. Het kabinet verwacht dat de evaluatie beter inzicht zal bieden in het functioneren van de verschillende comités en in de veranderingen die nodig zijn om de kwaliteit en effectiviteit ervan te verbeteren. De mogelijke gevolgen naar aanleiding van de evaluatie voor het functioneren van de comités die toezichthouden op het IVESCR, het VN-Verdrag Handicap en het VN-Kinderrechtenverdrag, kunnen worden meegenomen bij de overweging ten aanzien van de ratificatie dan wel de ondertekening van de facultatieve protocollen.

Het kabinet heeft er daarom voor gekozen ratificatie dan wel ondertekening aan te houden totdat meer duidelijkheid bestaat over de ontwikkelingen in de jurisprudentie, de uitkomsten van de evaluatie en mogelijke financiële en juridische gevolgen.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

Samenstelling Justitie en Veiligheid:

Backer (D66), De Boer (GL) (voorzitter), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Nooren (PvdA), Rombouts (CDA), Bikker (CU), Baay-Timmerman (50PLUS), Adriaansens (VVD), arbouw (VVD), Bezaan (PVV), De Blécourt-Wouterse (VVD), Cliteur (FVD), Dittrich (D66), Doornhof (D66), Frentrop (FVD), Gerbrandy (OSF), Janssen (SP), Karimi (GL), Meijer (VVD), Nicolaï (PvdD), Van Pareren (FVD), Recourt (PvdA), Rietkerk (CDA), Veldhoen (GL), Van Wely (FVD) (vicevoorzitter)

X Noot
2

SamenstellingVolksgezondheid, Welzijn en Sport:

Ganzevoort (GL), Gerkens (SP), Van Dijk (SGP), Van Hattem (PVV), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Rombouts (CDA), Koole (PvdA), Bredenoord (D66), Teunissen (PvdD), De Bruijn-Wezeman (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), Wever (VVD), Adriaansens (VVD) (voorzitter), Beukering (FVD), Van der Burg (VVD), Gerbrandy (OSF), Van Gurp (GL), Van Huffelen (D66), Van Pareren (FVD) (vicevoorzitter), Pouw-Verweij (FVD), Prins (CDA), Vendrik (GL), Verkerk (CU), Van Wely (FVD)

X Noot
3

Kamerstukken I 2018/19, 35 000 V, D

X Noot
4

Kamerstukken I 2018/19, 35 000 V, D

Naar boven