35 000 V Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2019

Nr. 15 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 november 2018

In reactie op het verzoek van de Vaste Kamercommissie Buitenlandse Zaken van 1 november 2018 stuur ik u hierbij een verslag van mijn reis aan Nigeria, Niger en Tunesië. Van 29 oktober t/m 1 november bezocht ik achtereenvolgens Abuja, Niamey, Agadez en Tunis. Het doel van deze reis was het versterken van de samenwerking met deze landen, vanwege de belangen die Nederland daar heeft op het gebied van migratie, veiligheid, economie en politiek.

In alle drie de landen voerde ik goede gesprekken met relevante gesprekspartners. In Nigeria sprak ik met Minister van Buitenlandse Zaken Onyeama en met het Nigeriaanse anti-mensensmokkel agentschap. In Niger sprak ik met de ministers Ankourao en Bazoum van respectievelijk Buitenlandse en Binnenlandse Zaken, Amadou van Justitie, Kané van Planning, Moutari van Defensie en met lokale autoriteiten in Agadez. In Tunesië sprak ik met president Essebsi, premier Chahed, Minister van Buitenlandse Zaken Jhinaoui en Minister van Handel Behi. Daarnaast had ik tijdens de verschillende onderdelen van mijn reis gesprekken met jongeren, migranten, maatschappelijke organisaties, de EU en de IOM.

De volgende onderdelen liepen als een rode draad door mijn reis:

  • 1. Bilaterale betrekkingen en politiek

  • 2. Migratiesamenwerking

  • 3. Veiligheid

  • 4. De mogelijkheden tot het versterken van de economische samenwerking.

Bilaterale betrekkingen en politiek

Vanwege de brede belangen die Nederland in Nigeria, Niger en Tunesië gemeen hebben, sprak ik met mijn counterparts af om de bilaterale samenwerking te intensiveren.

Met Nigeria tekende ik op 17 juli jl. een Memorandum of Understanding (MoU) waarin we afspraken vastlegden over intensivering, verdieping en structurering van brede relaties. Tijdens mijn bezoek aan Nigeria heb ik dit onderstreept door meer (diplomatieke) inzet in het land aan te kondigen. Onze ambassade in Abuja en ons kantoor in Lagos krijgen meer diplomatiek personeel. We hebben afgesproken dat we op het gebied van migratie, consulaire samenwerking en handel regelmatig bilateraal overleg gaan voeren.

In Niger heb ik het Nederlandse ambassadekantoor officieel geopend en de voorgenomen diplomatieke intensivering van onze relaties met Niger aangekondigd. Het kabinet zal in de komende jaren de veiligheid- en migratiesamenwerking met Niger verder versterken. Ook investeert het kabinet in Niger in conflictpreventie en de aanpak van grondoorzaken van armoede, door het bevorderen van meisjesonderwijs, werkgelegenheid en water- en voedselzekerheid, zoals aangegeven in de BHOS-nota «Investeren in Perspectief» (Kamerstuk 34 952, nr. 1). Ik heb in Niger mijn waardering uitgesproken voor regionale (militaire) samenwerking zoals die van de G5 Sahel en waarvan Niger dit jaar voorzitter is. Niet alleen door de G5 Sahel maar ook in MNJTF-verband1 met Nigeria worden grensoverschrijdende uitdagingen, met implicaties voor Noord- en West-Afrika, zoals terrorisme, (mensen-)smokkel en irreguliere migratie tegengegaan.

Met de Tunesische Minister van Buitenlandse Zaken Jhinaoui heb ik een MoU getekend voor jaarlijkse bilaterale consultaties op hoogambtelijk niveau. Minister-President Rutte tekende in april jl. reeds een intentieverklaring met premier Chahed om de bilaterale samenwerking met Tunesië te versterken. Tijdens mijn bezoek heb ik bovendien mijn steun uitgesproken voor de unieke democratische transitie, die sinds 2011 aan de gang is.

Migratie

Nigeria is een belangrijk herkomstland van zowel migratie in de West-Afrikaanse regio, alsmede van migratie naar Europa. Nigeria en Nederland onderhouden goede bilaterale betrekkingen op het gebied van migratiesamenwerking, en zijn partners in de internationale strijd tegen mensenhandel en mensensmokkel. Mijn Nigeriaanse collega Onyeama lichtte de samenwerking toe van Nigeria bij de repatriëring van duizenden gestrande Nigerianen uit Noord-Afrika (onder meer uit Libië), als onderdeel van de AU-EU-VN evacuatiemissies van de IOM en UNHCR. Tevens zegde hij tijdens mijn bezoek toe verplichtingen na te zullen komen op het gebied van repatriëring van illegaal in de EU verblijvende Nigeriaanse staatsburgers en bevestigde de goede bilaterale terugkeersamenwerking. Voorts bespraken wij de gezamenlijke strijd tegen grensoverschrijdende mensenhandel en mensenmokkel en ik heb mijn counterpart om steun gevraagd bij de internationale strijd in VN-verband tegen mensensmokkel en mensenhandel. Tijdens mijn bezoek aan de National Agency for the Prohibition of Trafficking in Persons (NAPTIP), het Nigeriaanse agentschap dat zich inzet tegen mensensmokkel en mensenhandel, sprak ik over onze gezamenlijke belangen en manieren waarop Nigeria en Nederland verder invulling kunnen geven aan praktische samenwerking op dit terrein.

In Niger bezocht ik het IOM-opvangcentrum in Agadez waar migranten verblijven die gestrand zijn en route naar Europa of zijn teruggekomen naar Niger vanuit Algerije of Libië. Nederland ondersteunt IOM financieel bij deze reddingsoperaties van migranten in de woestijn, die vervolgens bescherming en ondersteuning krijgen bij hun vrijwillige terugkeer naar hun landen van herkomst. Het beeld werd bevestigd dat de irreguliere migratiestroom aan het verschuiven is van de Centraal Mediterrane Route naar de West Mediterrane Route, onder meer via landen als Algerije. Uit gesprekken met migranten kwamen ook signalen dat er steeds meer West-Afrikaanse migranten vanuit Algerije, in plaats van Libië, naar Niger terugkeren. Dit betreft zowel transitmigranten alsook migranten die al jaren in Algerije woonden en werkten. Ook maakten teruggekeerde migranten melding van een toename van uitzettingen door de Algerijnse autoriteiten van migranten over de grens naar Niger. Ik heb aangegeven dat ik deze ontwikkelingen in mijn reguliere contacten met mijn Algerijnse collega zal opbrengen. Uit de gesprekken met mijn Nigerijnse collega’s bleek vooral dat een succesvolle migratiesamenwerking met Niger samenhangt met een Nederlandse betrokkenheid op de lange termijn met oog voor de behoeften van de lokale autoriteiten zoals het adresseren van de grondoorzaken van armoede en instabiliteit. Door met een brede agenda op alle niveaus te investeren in de relaties kan er een dialoog worden gevoerd over het tegengaan van irreguliere migratie en het bevorderen van terugkeer van irreguliere migranten. Met mijn Nigerijnse collega’s besprak ik ook de kwetsbare positie van vrouwen en meisjes in Niger, dat een van de landen is met de grootste bevolkingsgroei ter wereld.

Met mijn Tunesische collega Jhinaoui heb ik gesproken over het belang om perspectief te bieden aan de Tunesische bevolking, die te kampen heeft met een kwakkelende economie en hoge werkloosheid. In mijn gesprek met Tunesische jongeren kwam ook duidelijk naar voren dat dit grondoorzaken voor migratie zijn. Daarom wil het kabinet graag met de Tunesiërs samenwerken bij het weer op gang krijgen van de eigen economie, met werkgelegenheidsprogramma’s en het verbeteren van het investeringsklimaat. Ook heb ik met mijn Tunesische gesprekspartners gesproken over de aanpak van migratie naar Europa. De Tunesische kustwacht houdt al veel irreguliere migranten tegen. We hebben afgesproken het gesprek over migratie voort te zetten.

Veiligheid en mensenrechten

In Nigeria sprak ik met mijn evenknie Onyeama over de zorgwekkende uitdagingen op het gebied van conflict en terrorisme. In het noordoosten van Nigeria is Boko Haram nog steeds actief en in centrale delen van het land eist het bloedige conflict tussen boeren en herders veel slachtoffers, waarbij kerkelijke leiders stellendat christenen hierbij bewust doelwit zijn. Ik sprak daarover mijn zorg uit. Onyeama gaf aan dat dit conflict vooral een oorzaak heeft in gebrek aan land en religie geen rol speelt. Ik sprak ook mijn zorg uit over berichten van mensenrechtenschendingen door het Nigeriaanse leger. Onyeama antwoordde dat berichten over mogelijke mensenrechtenschendingen door de krijgsmacht serieus worden genomen tot op het hoogste niveau en dat er maatregelen worden genomen om structureel een beter optreden van veiligheidsdiensten te realiseren. De veiligheidssituatie in Nigeria kan, als deze niet goed geadresseerd wordt, effect hebben op Europa en Nederland. Het is daarom een belangrijke taak om de vele door conflict ontheemd geraakte inwoners een veilig thuis te bieden, gewelddadig extremisme tegen te gaan en verdachten te berechten, te rehabiliteren en re-integreren. Ik heb tijdens dit bezoek aangekondigd dat Nederland naast de huidige inzet op humanitair terrein en het tegengaan van gewelddadig extremisme ook 1,3 miljoen euro zal bijdragen aan het IOM re-integratie programma voor voormalige Boko Haram strijders.

De Nederlandse bijdrage van 4 miljoen euro aan de Compagnie Mobile de Contrôle des Frontières (CMCF) via EUCAP Sahel Niger heb ik in Niger aangekondigd. Dit zijn mobiele grensteams die op een aantal grensposten op de zuidelijke grens met Nigeria, langs vele migratieroutes, patrouilleren. Een CMCF bestaat uit 250 pax en kan drie eenheden tegelijkertijd uitzenden voor een periode van een maand. Dit project draagt bij aan de wens van de Nigerijnse autoriteiten om hen te ondersteunen bij grensbeheer in de strijd tegen irreguliere migratie. Dit doet Nederland samen met Duitsland.

In Tunesië heb ik afgesproken om de samenwerking op het gebied van contraterrorisme te verstevigen. Veel Tunesiërs sloten zich in de afgelopen jaren aan als foreign terrorist fighter bij ISIS. Het land kampt nu met terugkerende jihadisten en de gebrekkige perspectieven veroorzaken een blijvende voedingsbodem voor radicalisering. Nederland stelt 2,8 miljoen euro beschikbaar voor verschillende programma’s gericht op het voorkomen en tegengaan van gewelddadig extremisme, waaronder het instellen van wijkagenten en het versterken van burgerschap onder jongeren.

Economie

Grote armoede en gebrek aan perspectief voor de jonge bevolking zijn in Nigeria, Niger en Tunesië een voedingsbodem voor migratie en radicalisering. Nederland wil bijdragen aan de economische ontwikkeling van deze landen.

De BHOS-nota onderstreept waar en hoe Nederland verschil kan en zal maken bij het aanpakken van grondoorzaken en het aanjagen van ontwikkeling. Nigeria, Niger en Tunesië maken nadrukkelijk deel uit van die agenda.

In Abuja is overeengekomen om samen te werken op het gebied van handelsontwikkeling en handelsbevordering. Met name in de land- en tuinbouwsector kan Nederlandse kennis en technologie van grote meerwaarde zijn. Op het gebied van landbouw liggen er veel kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Het kabinet zal dan ook in 2019 een Nederlandse handelsmissie naar Nigeria organiseren.

Ik heb in Niger benadrukt dat Nederland zal werken aan het adresseren van de grondoorzaken van armoede en werkgelegenheid bevorderen voor met name vrouwen en jongeren. In Tunesië is het belang van hervormingen onderstreept om duurzame economische groei te bewerkstelligen. Het kabinet biedt er steun in de vorm van werkgelegenheidsprogramma’s.

De Minister van Buitenlandse Zaken, S.A. Blok


X Noot
1

MNJTF: Multinational Joint Task Force: het regionale militaire verband dat optreedt tegen de terroristische beweging Boko Haram

Naar boven