35 000 Nota over de toestand van 's Rijks financiën

Q VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 23 mei 2019

Tijdens de Algemene financiële beschouwingen van 20 november 2018 heeft de Minister van Financiën de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Ester (ChristenUnie), toegezegd een afschrift te zenden van een brief aan de Tweede Kamer, waarin hij ingaat op chartaal geld als betaalmiddel1. Hij heeft op 7 december 2018 per brief gevolg gegeven aan deze toezegging2. Bij het nalopen van de toezeggingenregistratie werd opgemerkt dat deze brief – per abuis – niet eerder in de commissie werd geagendeerd.

In haar vergadering van 26 maart 2019 heeft de commissie besloten in schriftelijk overleg te treden met de regering naar aanleiding van de op 7 december 2018 ontvangen brief. In dit kader hebben de leden van de fractie van D66 op 17 april 2019 enkele vragen aan de Minister gesteld.

De leden van de fractie van de SP hebben zich bij deze vragen aangesloten.

De Minister heeft op 23 mei 2019 gereageerd.

De vaste commissie voor Financiën3 brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Dooren

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIEN

Aan de Minister van Financiën

Den Haag, 17 april 2019

Tijdens de Algemene financiële beschouwingen van 20 november 2018 heeft u de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Ester (ChristenUnie), toegezegd een afschrift te zenden van een brief aan de Tweede Kamer, waarin u ingaat op chartaal geld als betaalmiddel4. U heeft op 7 december 2018 per brief gevolg gegeven aan deze toezegging5. Bij het nalopen van de toezeggingenregistratie werd opgemerkt dat deze brief – per abuis – niet eerder in de commissie werd geagendeerd.

In haar vergadering van 26 maart 2019 heeft de commissie besloten in schriftelijk overleg te treden met de regering naar aanleiding van de op 7 december 2018 ontvangen brief. In dit kader wensen de leden van de fractie van D66 enkele vragen aan u voor te leggen6. De leden van de fractie van de SP sluiten zich aan bij de vragen van de leden van de D66-fractie.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van D66, mede namens de leden van de SP-fractie.

Contante betalingen nemen met ongeveer drie à vier procentpunten per jaar af7. De Nederlandsche Bank (DNB) en Betaalvereniging Nederland meldden eerder dat Nederlanders nog maar in vier op de tien gevallen contant betalen8. In 2014 waren nog zes op de tien betalingen contant5. Toch blijkt uit onderzoek van DNB dat 71% van de Nederlanders wil dat er bij winkels een mogelijkheid tot contant betalen blijft9. Niet alleen voor kwetsbare groepen, maar ook voor de gevoeligheid voor storingen10. Daarnaast is volgens het World Economic Forum het risico op cyberaanvallen en diefstal van data en geld een aandachtspunt in 201911. Een storing in het pinnen kan de samenleving nog verder ontwrichten als elektronische betalingen een belangrijkere rol spelen. Kunt u aangeven hoe deze gevoeligheid voor storingen in kaart wordt gebracht? En welke maatregelen u heeft genomen?

In Scandinavië lopen contante betalingen eerder en sneller terug dan in Nederland12. In Noorwegen werden daarom al vroeg maatregelen genomen om contante betalingen mogelijk te laten blijven13. Dat werkte beter dan in Zweden, waar dat pas gebeurde toen het kwaad al was geschied. Beide landen laten zien dat met beperkte bijsturing contant geld ook bij een aanzienlijk kleiner aandeel in het toonbankbetalingsverkeer, goed kan blijven functioneren als betaalmiddel. Welke lessen zijn hieruit volgens u te trekken? U onderschrijft de aanbeveling van hetMaatschappelijk Overleg Betalingsverkeer om het functioneren van het betaalmiddel aan de markt over te laten, maar bij te sturen wanneer de goede werking ervan in het geding zou komen14. Zo voorkomen we dat ongemerkt een punt of no return wordt gepasseerd. De vraag is of u niet op deze manier het point of no return te laat opmerkt en wij in Nederland in de situatie van Zweden belanden? Hoe gaat u dit voorkomen?

Volgens DNB is het onwaarschijnlijk dat de acceptatie van contant geld de komende jaren verder daalt15. Welke acties onderneemt u als de acceptatie van contant geld verder daalt dan nu wordt voorzien door DNB?

Al accepteren winkeliers betalen met contant geld nog, het moet dan wel mogelijk zijn om contant geld te kunnen krijgen. Nederlanders halen nog gemiddeld 197 euro per jaar «uit de muur», maar die muur is steeds verder weg16. De grens van «binnen vijf km» wordt steeds verder opgezocht. De grootste banken hebben besloten samen geldautomaten neer te zetten met de naam «geldmaat», naar Fins en Zweeds voorbeeld17. Welke lessen trekt u uit de praktijk in Finland en Zweden? Welke maatregelen voorziet u nu de veiligheid van omwonenden van pinautomaten een belangrijke afweging is geworden bij het plaatsen van automaten?

De leden van de vaste commissie voor Financiën zien de beantwoording van de gestelde vragen met belangstelling en bij voorkeur binnen vier weken na dagtekening van deze brief tegemoet.

Voorzitter van de vaste commissie voor Financiën M.A.J. Knip

BRIEF VAN DE MINISTER VAN FINANCIEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 mei 2019

Hierbij ontvangt u de beantwoording van de schriftelijke vragen van de fracties van D66 en de SP gesteld op 17 april jl. over het functioneren van contant geld als betaalmiddel (kenmerk 164844u).

Hoogachtend,

De Minister van Financiën, W.B. Hoekstra

Beantwoording van schriftelijke vragen van de fracties van D66 en de SP over chartaal geld als betaalmiddel

De leden van de fracties van D66 en de SP vragen hoe de gevoeligheid voor storingen van het elektronisch betalingsverkeer in kaart wordt gebracht, en welke maatregelen de Minister heeft genomen om storingen te voorkomen.

Een betrouwbaar, veilig en integer (elektronisch) betalingsverkeer is een essentieel onderdeel van een goed werkend financieel stelsel en heeft nadrukkelijk mijn aandacht. Ook die van De Nederlandsche Bank (DNB), vanuit haar centrale-banktaak en oversight-rol om de goede werking van het betalingsverkeer te bevorderen. Zoals blijkt uit haar Visie op Betalen 2018–2021 is het bevorderen van een robuuste elektronische betaalinfrastructuur een speerpunt van DNB en zet zij zich onder meer in om de weerbaarheid tegen cyberaanvallen en storingen van individuele instellingen en de sector als geheel te versterken.18 Vanuit haar oversight-rol stelt DNB eisen aan de beschikbaarheid van het elektronische betalingsverkeer.19 Dit geldt voor zowel pinbetalingen als voor overschrijvingen via internet- en mobielbankieren (onder andere betalen via iDEAL). Deze eisen zien op de bedrijfsvoering van partijen die in het betalingsverkeer actief zijn en hebben betrekking op de inrichting van hun systemen en de maatregelen die ze moeten nemen om (cyber)risico’s te voorkomen en te mitigeren. Tot slot staan de veiligheid, betrouwbaarheid en beschikbaarheid van het betalingsverkeer ook in het verband van het Maatschappelijk Overleg Betalingsverkeer (MOB) voorop.20 Dit blijkt uit de continue monitoring van de robuustheid van het betalingsverkeer door het MOB of door individuele leden daarvan, waardoor de gevoeligheid voor storingen in kaart wordt gebracht.21 Door deze wettelijke eisen en de doorlopende aandacht van DNB, het MOB en mijzelf is het Nederlandse elektronische betalingsverkeer van hoge kwaliteit en bijna altijd beschikbaar. Zo was de beschikbaarheid van pinnen en contactloos betalen over 2018 99,89%.22

De leden van de fracties van D66 en de SP vragen welke lessen getrokken kunnen worden uit de maatregelen die Noorwegen en Zweden hebben genomen om contante betalingen mogelijk te laten blijven. Verder vragen de leden van de fracties van D66 en SP of de huidige Nederlandse aanpak er niet toe leidt dat het «point of no return» te laat wordt opgemerkt waardoor wij in Nederland in de situatie van Zweden belanden, en hoe de Minister dit gaat voorkomen? De leden van de fracties van D66 en de SP vragen welke acties de Minister onderneemt als de acceptatie van contant geld sneller daalt dan nu wordt voorzien door DNB.

Het gebruik van contant geld in Noorwegen en Zweden is significant lager dan in Nederland. Zo is het aandeel van contant geld in het aantal betalingen 11% in Noorwegen en 13% in Zweden, tegenover 45% in Nederland in 2017.23 De ervaringen in beide landen wijzen er wel op dat het verstandig is om de ontwikkelingen nauwgezet te volgen en aan de hand daarvan tijdig na te denken over de rol van contant geld in de (nabije) toekomst. Over de precieze acceptatiegraad van contant geld door toonbankinstellingen in deze landen is geen volledige informatie beschikbaar; in Nederland is deze 96% in 2017.24 Om de ontwikkelingen te kunnen volgen in de acceptatie van contant geld in Nederland laat DNB periodiek onderzoek uitvoeren25 en ook doet zij hier zelf samen met de Betaalvereniging Nederland terugkerend onderzoek naar.26

Juist om tijdig actie te kunnen nemen en om te voorkomen dat het «point of no return» te laat wordt opgemerkt, bijvoorbeeld in het geval dat de acceptatie van contant geld sneller daalt dan DNB nu voorziet, heeft het gebruik en de acceptatie van contant geld grote aandacht van het MOB, waar het ministerie toehoorder is. Binnen het MOB overleggen DNB, banken, betaaldienstverleners en verschillende belangenorganisaties (waaronder Detailhandel Nederland, de Consumentenbond, ouderenbonden en organisaties die opkomen voor mensen met een beperking) over de maatschappelijke efficiëntie van het betalingsverkeer. Binnenkort beziet het MOB of haar in 2015 geformuleerde standpunt over contant geld herijkt dient te worden in het licht van de ontwikkelingen sinds 2015.27 Daarnaast heeft DNB aangegeven extra aandacht te hebben voor (de afname) van het gebruik van contant geld. Zoals aangegeven in mijn brief, blijf ik de ontwikkelingen in het functioneren van contant geld en maatschappelijke reacties hierop periodiek monitoren met het MOB en DNB. Ik zal uw Kamer ook informeren over de stand van zaken bij de volgende MOB-rapportage dit voorjaar.

De leden van de fracties van D66 en de SP vragen welke lessen getrokken kunnen worden uit de maatregelen die Finland en Zweden hebben getroffen ten aanzien van de beschikbaarheid van geldautomaten. Verder vragen de leden van de fracties van D66 en de SP welke maatregelen door de Minister worden voorzien nu de veiligheid van omwonenden van geldautomaten een belangrijke afweging is geworden bij het plaatsen van deze automaten.

Het samengaan van de geld- en afstortautomaten van drie Nederlandse grootbanken (ABN AMRO, ING en Rabobank) in Geldmaat, naar Zweeds en Fins voorbeeld, zorgt ervoor dat er op efficiëntie wijze een goede dekking wordt behouden in de bereikbaarheid en beschikbaarheid van opname- en afstortpunten van contant geld. Nederland is vrij uniek met haar maatschappelijke afspraken hierover. Het MOB hanteert hiervoor de zogeheten vijfkilometernorm: de norm dat inwoners van Nederland binnen een straal van vijf kilometer contant geld kunnen opnemen. Uit rapportages hierover blijkt dat de landelijke dekkingsgraad van geldautomaten hoog is. Medio 2018 heeft 99,55% (in 2017: 99,58%, in 2016: 99,63%) van alle huishoudens in Nederland binnen een straal van vijf kilometer toegang tot een geldautomaat.28 De partijen die betrokken zijn bij Geldmaat hebben aangegeven de vijfkilometernorm te blijven hanteren en naar een landelijke dekkingsgraad van geldautomaten te streven die in de toekomst minimaal gelijk is aan het niveau van 2016 (99,63%) en waar mogelijk wordt verbeterd.29 Bij de herinrichting van de locaties waarop geldautomaten zijn geplaatst wordt rekening gehouden met de meest recente inzichten over de veiligheid van de geldautomaten zelf en van de locaties.30


X Noot
1

Handelingen I, 2018–2019, nr. 8 item 8 – blz. 38–39

X Noot
2

Kamerstukken I, 2018–2019, 35.000, P

X Noot
3

Samenstelling:

Nagel (50PLUS), Ten Hoeve (OSF), Knip (VVD)(voorzitter), Backer (D66), Ester (CU), Postema (PvdA), Sent (PvdA), Van Strien (PVV), Kok (PVV), Bruijn (VVD), Vac. (PVV), Van Apeldoorn (SP), N.J.J. van Kesteren (CDA), Knapen (CDA), Köhler (SP), Van Rij (CDA) (vicevoorzitter), Rinnooy Kan (D66), Schalk (SGP), Van de Ven (VVD), vac. (PvdA), Reuten (SP), Wever (VVD), Teunissen (PvdD), Binnema (GL), Gout-van Sinderen (D66)

X Noot
4

Handelingen I, 2018–2019, nr. 8 item 8 – blz. 38–39

X Noot
5

Kamerstukken I, 2018–2019, 35.000, P

X Noot
6

Zie ook de korte aantekeningen van de commissievergadering op 26 april jl.

X Noot
7

RTLZ (2018). DNB waarschuwt: cashloze samenleving «maakt ons kwetsbaar». Te raadplegen via [https://www.rtlz.nl/life/personal-finance/artikel/4466451/dnb-waarschuwing-cash-pin-contactloos-ouderen-laaggeletterden]

X Noot
8

NRC (2018). Afname in cash leidt tot «geldmaat». Te raadplegen via [https://www.nrc.nl/nieuws/2018/11/05/afname-in-cash-leidt-tot-geldmaat-a2754034]

X Noot
9

DNB (2017). DNBulletin: Contant betalen moet mogelijk blijven. Te raadplegen via [https://www.dnb.nl/nieuws/nieuwsoverzicht-en-archief/dnbulletin-2017/dnb352209.jsp]

X Noot
10

RTLZ (2018). DNB waarschuwt: cashloze samenleving «maakt ons kwetsbaar». Te raadplegen via [https://www.rtlz.nl/life/personal-finance/artikel/4466451/dnb-waarschuwing-cash-pin-contactloos-ouderen-laaggeletterden]

X Noot
11

Risk en Business (2019). Global Risk Report World Economic Forum: Zeven van de tien risico’s die in 2019 toenemen zijn van geopolitieke aard. Te raadplegen via [https://www.riskenbusiness.nl/nieuws/risks/global-risk-report-world-economic-forum-zeven-van-de-tien-risicos-die-in-2019-toenemen-zijn-van-geopolitieke-aard/]

X Noot
12

Trouw (2017). In Zweden is contant geld zeldzaam. Te raadplegen via [https://www.trouw.nl/home/in-zweden-is-contant-geld-zeldzaam~a17833a4/]

X Noot
13

Kamerstukken II, 2018–2019, 27 863 nr. 75

X Noot
14

Kamerstukken I, 2018–2019, 35.000, P, blz. 3

X Noot
15

DNB (2018). DNBulletin: «Contant of pin? Wie betaalt, bepaalt». Te raadplegen via [https://www.dnb.nl/nieuws/nieuwsoverzicht-en-archief/DNBulletin2018/dnb379982.jsp]

X Noot
16

AD (2018). Pinautomaat verdwijnt in regio langzaam uit het straatbeeld. Te raadplegen via [https://www.ad.nl/dordrecht/pinautomaat-verdwijnt-in-regio-langzaam-uit-het-straatbeeld~ac5c8093/]

X Noot
17

De Volkskrant (2018). Geldautomaten ING, ABN Amro en Rabobank verdwijnen, banken komen met gezamenlijke Geldmaat. Te raadplegen via [https://www.volkskrant.nl/nieuws-achtergrond/geldautomaten-ing-abn-amro-en-rabobank-verdwijnen-banken-komen-met-gezamenlijke-geldmaat~b7b4d246/]

X Noot
18

Volgens DNB betekent robuust: betrouwbaar en bedrijfszeker, veilig en bestand tegen externe aanvallen, zodat gebruikers er altijd van op aan kunnen. Visie op Betalen 2018–2021, DNB.

X Noot
19

Regeling Oversight goede werking betalingsverkeer.

X Noot
20

Het MOB is een samenwerkingsverband van maatschappelijke organisaties dat zich richt op een goede werking van het betalingsverkeer. In het MOB zijn verschillende partijen in de betaalketen (aanbieders en gebruikers) vertegenwoordigd.

X Noot
21

Zie bijvoorbeeld het rapport «Analyse robuustheid van het elektronische betalingsverkeer» van het MOB uit 2013, verkregen via https://zoek.officielebekendmakingen.nl/blg-262185.pdf, en de opvolgers «Robuustheid Betalingsverkeer – verbeteracties en resultaten 2013–2015» en «Update 2015–2018» van de Betaalvereniging Nederland, verkregen via https://www.dnb.nl/binaries/Agendapunt%206.1b%20Rapportage%20robuustheid%202018_tcm46–380178.pdf.

X Noot
22

Meer informatie hierover is te vinden op de factsheet van de Betaalvereniging Nederland, verkregen via https://factsheet.betaalvereniging.nl/ en https://www.pin.nl/wp-uploads/2019/02/Infographic_betalingsverkeer_2018.pdf.

X Noot
23

Kamerbrief van de Minister van Financiën van 7 december 2018 (Rol, gebruik en acceptatie van contant geld in Nederland), Kamerstukken II, vergaderjaar 2018–2019, 27 863 nr. 75, p. 11.

X Noot
24

Kamerstukken II, vergaderjaar 2018–2019, 27 863 nr. 75, p. 2.

X Noot
25

Omslagpunt in het accepteren van een betaalmiddel, een onderzoek onder retailers, Panteia 2018, verkregen via https://www.dnb.nl/nieuws/nieuwsoverzicht-en-archief/DNBulletin2018/dnb379982.jsp en https://www.dnb.nl/binaries/Eindrapport_tcm46–379981.pdf?2018110917.

X Noot
27

Standpunt MOB over contant geld, 2015, kenmerk MOB/2015/767053; Visie op de rol van contant geld als toonbankbetaalmiddel, MOB, 2015, p. 5 e.v.

X Noot
28

Tussenrapportage bereikbaarheid en afstortfaciliteiten 2018, MOB.

X Noot
29

Kamerstukken II, vergaderjaar 2018–2019, 27 863 nr. 75, p. 14.

X Noot
30

Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 705; Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2017–2018, nr. 706.

Naar boven