35 000 B Vaststelling van de begrotingsstaat van het gemeentefonds voor het jaar 2019

35 000 C Vaststelling van de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2019

Nr. 12 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 juni 2019

Hierbij bied ik u het Toezichtverslag 2019 aan (bijlage 1)1. Dit verslag geeft een overzicht van de bevindingen van het door mij uitgeoefende financiële toezicht op de begrotingen 2019 en de rekeningen 2017 van de provincies en de gemeenschappelijke regelingen waaraan provincies deelnemen.

Tevens zend ik u ter kennisneming het door de gezamenlijke provincies opgestelde verslag over het door de provincies uitgevoerde financieel toezicht op de gemeenten (bijlage 2)2. Daarnaast ontvangt u een overzicht van de financiële kengetallen van provincies (bijlage 3)3 en een overzicht van het aantal preventieve gemeenten 2019 en de ontwikkeling daarin (bijlage 4)4.

Ik constateer dat alle provincies aandacht vragen voor de ontwikkelingen in het sociaal domein, in het bijzonder bij de jeugdzorg. Inmiddels hebben kabinet en de VNG hierover overleg gevoerd en is uw Kamer bij brief van 27 mei 2019 (Kamerstukken 31 839 en 34 477, nr. 657) geïnformeerd dat het kabinet heeft besloten gemeenten tegemoet te komen.

De provincie Groningen vraagt tevens aandacht voor de consequenties van het gaswinningsdossier. Dit heeft de volle aandacht van het kabinet. Uw Kamer is hierover nader geïnformeerd bij brief van 3 juni 2019 (Kamerstuk 33 529, nr. 639).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
2

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
3

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

X Noot
4

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven