34 952 Investeren in Perspectief – Goed voor de Wereld, Goed voor Nederland

Nr. 181 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 oktober 2022

Gezien de recente vorderingen ten aanzien van de overbrenging van personen uit Afghanistan informeer ik met deze brief uw Kamer, mede namens de Minister van Defensie en de Staatssecretaris van Justitie & Veiligheid, over de huidige stand van zaken.

Voortgang in algemene zin

Na het einde van de evacuatiefase zijn vanaf 26 augustus 2021 in de overbrengingsfase tot op heden 2.551 personen uit Afghanistan overgebracht naar Nederland. Er bevinden zich op dit moment nog 189 personen in Afghanistan die wachten op overbrenging. Onderstaande tabellen geven inzicht in de aantallen personen die zijn overgebracht sinds de laatste kamerbrief van 15 augustus jl.1 en die nog in aanmerking komen voor overbrenging naar Nederland.

Voortgang in specifieke zin

In de brief van 15 augustus jl. is de voortgang gemeld naar aanleiding van de mogelijkheid die Pakistan heeft geboden om groepen personen zonder geldige reisdocumenten over land naar Pakistan te laten reizen en vervolgens naar Nederland over te brengen. In de periode 15 augustus tot 10 oktober zijn 252 personen overgebracht (zie tabel I). Intussen is sinds de stand van zaken brief van 15 augustus jl. de lijst van nog over te brengen personen geactualiseerd. Ten opzichte van de laatste kamerbrief is het aantal nog over te brengen personen afgenomen met 307 (tabel II: van 496 tot 189). Het verschil tussen de afname van 307 personen en de 252 reeds overgebrachte personen valt te verklaren door het verstrijken van de deadline van 1 september jl. die werd genoemd in de kamerbrief van 7 juli 20222, door het intrekken van verzoeken tot overbrenging en door een overlijdensgeval. Hierdoor komen 55 personen niet langer in aanmerking voor overbrenging.

In tabel II staat de gebruikelijke uitsplitsing naar categorie vermeld, waarin zowel de inmiddels overgebrachte personen als de van de lijst geschrapte personen zijn verwerkt.

Tabel I – Totaal aantal overgebrachte personen sinds 26 augustus 2021

I – OVERGEBRACHT

Brief

15 aug ’22

Stavaza

10 okt ’22

Totaal aantal personen overgebracht sinds 26 augustus 2021

2299

2551

Tabel II – Nog over te brengen personen

CAT

II – NOG NAAR NL OVER TE BRENGEN PERSONEN

per categorie (incl. gezinsleden)

Brief

15 aug ’22

Stavaza

10 okt ’22

1

Nederlanders en Afghanen met een verblijfsrecht in NL

74

25

2

Motie-Belhaj c.s. – opgeroepen tijdens acute evacuatiefase

(15–26 aug 2021)

10

0

3

Speciale voorziening verdere uitvoering Motie-Belhaj c.s. (brief 11/10/’21) – NGO medewerkers

78

19

4

Speciale voorziening verdere uitvoering Motie-Belhaj c.s. (brief 11/10/’21) – MINDEF en EUPOL personeel

73

13

5

Tolkenregeling MINDEF (tolken, hoog-profiel en politie missiepersoneel)

79

48

6

Lokale staf Nederlandse ambassade

0

0

7

Lokale staf internationale organisaties (EU, VN, NAVO)

0

0

8

Extra inspanning tbv (fixers van) journalisten en MR-verdedigers op basis van lijst EU

13

5

9

Achtergebleven kerngezinsleden

169

79

 

TOTAAL NOG NAAR NL OVER TE BRENGEN:

496

189

 

Waarvan in transit:

240

0

 

Waarvan nog in Afghanistan:

256

189

Vooruitblik overbrenging

De groep mensen die afgelopen zomer geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om Afghanistan te verlaten via Pakistan valt in twee groepen uiteen. Deels gaat het om mensen die niet in staat waren om gebruik te maken van de Pakistaanse optie, bijvoorbeeld omdat ze bij de grens zijn tegengehouden, omdat ze geen geld hadden om over land naar de grens te reizen of omdat hun toetsing nog niet afgerond kon worden wegens het niet tijdig kunnen aanleveren van benodigde documenten.

Deels gaat het om Afghanen en Nederlanders die bewust de mogelijkheid voorbij hebben laten gaan om deze zomer te worden overgebracht. Daardoor komen zij terecht in de categorie van personen die herhaaldelijk een aanbod hebben geweigerd om hen moverende redenen.

Voor zover deze personen beschikken over een paspoort is hen nu een nieuwe en laatste concrete overbrengingsoptie aangeboden. Naar het zich nu laat aanzien zal het merendeel van hen dit aanbod accepteren. Daarbij is een deadline genoemd van 1 november 2022. De personen die dit aanbod hebben geweigerd behouden na 1 november 2022 het recht om naar Nederland te komen, maar worden geacht dit dan zelf te organiseren en bekostigen.

Voor mensen uit de nog over te brengen groep zonder geldig reisdocument bestaat er op dit moment helaas geen mogelijkheid om Afghanistan te verlaten. De route via Pakistan is niet meer beschikbaar. Hen kan op dit moment alleen geadviseerd worden om te proberen een paspoort te bemachtigen voor henzelf en al hun kerngezinsleden. Hun situatie blijven we volgen. Wanneer de mogelijkheid zich aandient zal hun overbrenging alsnog gefaciliteerd worden.

Stand van zaken kerngezinsleden

In de brief van 30 maart jl.3 werden twee groepen kerngezinsleden genoemd waarvan de overbrenging gefaciliteerd zou worden:

  • In de eerste plaats ging het om achtergebleven kerngezinsleden van mensen die op een evacuatielijst stonden en tussen 15 en 26 augustus 2021 naar Nederland zijn geëvacueerd. Van deze groep is iedereen overgebracht (peildatum 10 oktober).

  • In de tweede plaats ging het om achtergebleven kerngezinsleden van alleenstaande minderjarige vreemdelingen (amv’s). Van deze groep zijn er 50 nog in Afghanistan en van 29 kerngezinsleden moet de toetsing nog afgerond worden (peildatum 10 oktober).

Voor die laatste groep geldt dat de benodigde documentatie nog niet compleet is, vaak omdat de amv zonder enige documenten in Nederland arriveerde.

Samen met de IND wordt bezien hoe alsnog kan worden vastgesteld of het hier daadwerkelijk gaat om eerste-graadsfamilieleden van de amv’s. De brief «besluitvorming opvangcrisis» van de Staatssecretaris van Justitie & Veiligheid van 26 augustus jl. en de daarin aangekondigde maatregel in het kader van nareis heeft geen invloed op het overbrengen van de kerngezinsleden waarover hier wordt gesproken.

De uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van woensdag 14 september jl. heeft vooralsnog geen invloed op het proces van overbrenging. De Afdeling bestuursrechtspraak heeft geoordeeld dat ondanks het ontbreken van een wettelijke grondslag in dit uitzonderlijke geval toch sprake is van een publieke taak en bestuursrechtelijke bevoegdheid. Wel betekent de uitspraak dat alle besluiten over overbrenging voortaan genomen moeten worden door de Minister van Buitenlandse Zaken en dat juridische geschillen voorgelegd moeten worden aan de bestuursrechter en in beginsel niet meer aan de civiele rechter.

Het moge duidelijk zijn dat het kabinet de komende tijd al het mogelijke zal blijven doen om de resterende groep personen die daarvoor in aanmerking komt zo spoedig mogelijk naar Nederland over te brengen.

De Minister van Buitenlandse Zaken, W.B. Hoekstra


X Noot
1

Kamerstuk 27 925, nr. 913.

X Noot
2

Kamerstuk 34 952, nr. 179.

X Noot
3

Kamerstuk 27 925, nr. 892.

Naar boven