34 861 Regels ter implementatie van richtlijn (EU) 2016/681 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 over het gebruik van persoonsgegevens van passagiers (PNR-gegevens) voor het voorkomen, opsporen, onderzoeken en vervolgen van terroristische misdrijven en ernstige criminaliteit (PbEU 2016, L 119) (Wet gebruik van passagiersgegevens voor de bestrijding van terroristische en ernstige misdrijven)

B BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 april 2019

Bovenvermeld wetsvoorstel is op 19 maart jl. door de Tweede Kamer aanvaard en thans bij Uw Kamer in behandeling. Het voorbereidend onderzoek vindt plaats op 23 april 2019. De regering hecht er zeer aan dat de Eerste Kamer het implementatiewetsvoorstel zo mogelijk nog voor de Kamerwisseling plenair behandelt en in stemming brengt. De redenen voor dit verzoek om spoedige plenaire behandeling van het wetsvoorstel zijn de volgende.

Omdat de implementatietermijn van de PNR-richtlijn op 25 mei 2018 is verstreken, is de Europese Commissie een inbreukprocedure tegen Nederland gestart wegens niet tijdige omzetting. Op 7 mei 2019 wordt door de Commissie een kennisgeving door de Nederlandse regering verwacht van de maatregelen tot omzetting van de PNR-richtlijn in nationaal recht. De kans is zeer aanzienlijk dat de Commissie een jaar na het verstrijken van de implementatietermijn van de PNR-richtlijn (25 mei 2019) de zaak aanhangig maakt bij het Hof van Justitie van de Europese Unie en een boete en dwangsom gaat vorderen. Een boete zal minimaal € 3.7 miljoen bedragen en een dwangsom tussen € 4.536 en € 272.160 per dag, afhankelijk van het oordeel van het Hof over de aard en de ernst van de inbreuk.

Er is de regering derhalve veel aan gelegen de Commissie te kunnen melden dat de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel naar verwachting op zeer korte termijn zal zijn afgerond. Indien de Eerste Kamer het wetsvoorstel aanvaardt, zal ik zorgdragen voor een zo spoedig mogelijke publicatie in het Staatsblad en inwerkingtreding van de wet.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

Naar boven