34 775 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2018

Nr. 55 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 februari 2018

De vaste commissie voor Binnenlandse Zaken uit uw Kamer vroeg mij om de stand van zaken van de bestuursafspraak Friese taal en cultuur (BFTC). Met deze brief informeer ik u hierover.

Gelet op de gezamenlijke verantwoordelijkheid en zorgplicht voor de Friese taal en cultuur maken het Rijk en de provincie Fryslân periodiek bestuursafspraak ter uitwerking van de verantwoordelijkheid voor de Friese taal en cultuur (BFTC). De BFTC bevat afspraken over het gebruik van het Fries in het onderwijs, de rechtspraak, het bestuurlijk verkeer, media, cultuur, economisch en sociaal leven en grensoverschrijdende uitwisselingen.

De voorbereidingen voor de nieuwe bestuursafspraak zijn reeds halverwege 2017 begonnen. De provincie Fryslân en BZK, als coördinerend departement, overleggen regelmatig over de inhoud van de nieuwe BFTC. Daarnaast vinden er gesprekken plaats tussen de provincie en de andere betrokken departementen, waaronder OCW en J&V. Het adviesorgaan voor de Friese taal DINGtiid adviseert, gelet op Artikel 19 van de Wet gebruik Friese taal, over de totstandkoming van de nieuwe bestuursafspraak.

In de BFTC 2019–2023 zal, naast het gebruik van het Fries in de bovengenoemde domeinen, onder andere de rol van de provincie als Taalschipper en de recente wetgeving (2014)1 worden opgenomen. Halverwege 2018 vindt er een bestuurlijk overleg plaats over de nieuwe bestuursafspraak tussen de provincie en het Rijk. De nieuwe bestuursafspraak treedt per 1 januari 2019 in werking.

Voor de stand van zaken van de huidige BFTC verwijs ik u naar mijn brief aan de Kamer van 2 december 2016 over de Tussenevaluatie Friese taal en cultuur2 alsook naar de beantwoording van het VSO van 28 augustus 2017 (Kamerstuk 34 550 VII, nr. 53).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren

Naar boven