Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 juni 2018
Tijdens de behandeling van de begroting van het Ministerie van Buitenlandse Zaken
voor het jaar 2018 vroeg uw Kamer om een reactie op de uitvoering van de motie Servaes/Ten
Broeke (Kamerstuk 34 300 V, nr. 26) over het Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP). Tevens verzocht
uw Kamer de regering in de motie Ten Broeke c.s. (Kamerstuk 34 775 V, nr. 16) om zo spoedig mogelijk met een voorstel te komen om de in de begroting 2018 voorziene
ombuiging van het NFRP-budget te verlichten.
Het NFRP is per 8 januari 2016 ingesteld met als twee pilaren het NFRP-Matra programma
(gericht op de landen met een EU-toetredingsperspectief en de landen van het Oostelijk
Partnerschap) en het NFRP-Shiraka programma (dat openstaat voor landen in Noord-Afrika
en het Midden-Oosten).
De afgelopen jaren is het NFRP budget in aanvulling op het in de begroting voorziene
bedrag enkele malen incidenteel verhoogd (2016: 29,7 miljoen; 2017: 31,3 miljoen).
Met ingang van 2018 wordt het budget voor het NFRP structureel naar een niveau van
EUR 31,3 mln. per jaar gebracht, waarmee incidentele verhogingen in eerdere jaren
worden bestendigd. Ten opzichte van de oorspronkelijke begroting voor 2018 betekent
dit een verhoging met € 7 miljoen, waarvan € 4 miljoen voor het Matra programma en
€ 3 miljoen voor het Shiraka programma. Op deze wijze komt het Kabinet op duurzame
wijze tegemoet aan de wens van de Kamer voor de inzet van extra middelen voor vergroting
van de maatschappelijke veerkracht en stabiliteit in de ring rond Europa.
De basis voor het structureel maken van de eerdere verhoging van het NFRP-budget is
de breed gedragen waardering, zowel nationaal als in de doellanden, voor de flexibiliteit
en doelgerichtheid van het programma, en voor de inzet van Nederlandse expertise.
Hiermee draagt het NFRP bij aan rechtsstaatsontwikkeling, goed bestuur en democratisering
in de doellanden. De Matra- en Shiraka-programma’s kunnen bogen op een grote naamsbekendheid
en weten aan te haken bij de lokale behoeften. In de meest recente evaluatie van het
Matra-programma (bijlagen bij Kamerstuk 34 300 V, nr. 51) vielen de relevantie van het programma en de effectiviteit in positieve zin op.
Ook wat betreft Shiraka (destijds Matra-zuid) scoorde de effectiviteit goed. Beide
programma’s dragen bij aan duurzame en lokaal gewortelde maatschappelijke transformatie.
Met het bovenstaande geeft het Kabinet zowel uitvoering aan de motie Ten Broeke e.a.
uit 2017 (Kamerstuk 34 775 V, nr. 16) als aan de in het regeerakkoord (bijlage bij Kamerstuk 34 700, nr. 34) vermelde focus op de «Ring van instabiliteit» rondom Europa.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok