Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 september 2018
Bij drie ministeries, het Ministerie van Financiën, het Ministerie van Economische
Zaken en Klimaat, en het Ministerie van Algemene Zaken, is een verzoek om openbaarmaking
van informatie op grond van de Wob ingediend over «de dividendbelasting en het voornemen
deze af te schaffen sinds het afronden van de formatie op 9 oktober 2017». Daarnaast
zijn bij het Ministerie van Financiën Wob-verzoeken ingediend, die betrekking hebben
op «stukken die in de afgelopen 10 jaar zijn opgesteld door of uitgewisseld met de
Coördinatiegroep Internationale Belastingstrategie», «de tariefverlaging en voorgenomen
afschaffing van de Nederlandse dividendbelasting over de periode van 1 januari 2004
tot 11 januari 2018», «gesprekken met Unilever over de dividendbelasting en/of eventuele
verplaatsing van (hoofd)kantoren», «het kennismakingsgesprek van 15 maart met Shell»,
en «(veranderingen in) het beleid rondom dividendbelasting van het kabinet Rutte II
en III».
Gelet op het feit dat de verzoeken (gedeeltelijk) overlappen is door mij gelijktijdig
op de verzoeken beslist. Er zijn documenten (gedeeltelijk) openbaar gemaakt en verstrekt
aan de indieners van het Wob-verzoek.
In dit kader is door een aantal Kamerleden ook schriftelijke vragen gesteld over de
dividendbelasting. Gelet op de samenhang met het pakket Belastingplan 2019, zal de
beantwoording van deze Kamervragen gelijktijdig met de indiening van dit pakket op
Prinsjesdag plaatsvinden.
Voor de volledigheid wijs ik u erop dat de besluiten en de (gedeeltelijk) openbaar
gemaakte documenten zijn gepubliceerd op rijksoverheid.nl (documenten/Wob-verzoeken).
De Staatssecretaris van Financiën,
M. Snel