Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 11 december 2019
Met deze brief informeer ik uw Kamer over mijn toezegging met betrekking tot de toepassing
van voorlopige hechtenis zonder ernstige bezwaren bij ernstige terroristische misdrijven.1
Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Versterking strafrechtelijke aanpak terrorisme
heb ik, naar aanleiding van vragen van het lid Strik (GroenLinks), aan uw Kamer de
toezegging gedaan om de Eerste Kamer jaarlijks te informeren over het gebruik van
de nieuwe wettelijke mogelijkheid om zonder ernstige bezwaren de voorlopige hechtenis
te kunnen verlengen in geval van verdenking van een aantal ernstige terroristische
misdrijven.
Vóór inwerkingtreding van de Wet versterking strafrechtelijke aanpak terrorisme was
het op grond van artikel 67, vierde lid, van het Wetboek van Strafvordering reeds
mogelijk om een verdachte van een terroristisch misdrijf na inverzekeringstelling,
in bewaring te stellen voor de duur van 14 dagen zonder dat er reeds sprake hoefde
te zijn van ernstige bezwaren tegen die verdachte. Deze bredere mogelijkheid om een
verdachte van een terroristisch misdrijf in bewaring te kunnen stellen was al eerder
gecreëerd door de Wet verruiming mogelijkheden opsporing en vervolging terroristische
misdrijven (in werking getreden op 1 februari 2007).
Door de inwerkingtreding van de Wet versterking strafrechtelijke aanpak terrorisme
op 16 oktober 2018 bestaat bij een verdenking van een aantal specifiek in de wet genoemde
ernstige terroristische misdrijven de mogelijkheid dat de rechtbank de voorlopige
hechtenis ook na de periode van bewaring kan verlengen tot in de fase van de gevangenhouding,
zonder dat reeds ernstige bezwaren zijn vereist. De gevangenhouding kan in dat geval
steeds voor maximaal 10 dagen worden bevolen, met een maximum van in totaal 30 dagen.
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft in de periode vanaf de inwerkingtreding van de
wet tot en met oktober 2019 nog geen gebruik gemaakt van deze mogelijkheid.
Tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Versterking strafrechtelijke aanpak terrorisme
in de Tweede Kamer is de motie Verhoeven c.s.2 aangenomen waarin de regering wordt verzocht de Tweede Kamer jaarlijks te informeren
over het gebruik van deze wettelijke mogelijkheid. Ik heb de Tweede Kamer per aparte
brief gelijkluidend geïnformeerd.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus