34 567 Voorstel tot wijziging van het Reglement van Orde, de Regeling financiële ondersteuning fracties Tweede Kamer 2014 en de Regeling vertrouwelijke stukken, met betrekking tot de vorming van fracties en met betrekking tot enkele bepalingen inzake de vaststelling van maximumspreektijden

Nr. 8 AMENDEMENT VAN HET LID KLEIN

Ontvangen 7 december 2016

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Artikel I, onderdeel C, onderdeel 2, wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vierde lid vervalt: in twee of meer fracties.

2. Het vijfde en het zesde lid komen te luiden:

• 5. Indien een of meer leden zich gezamenlijk afscheiden van een fractie en hun aantal gelijk is aan het aantal resterende leden van de fractie waarvan zij zich afscheiden, wordt deze fractie gesplitst in twee nieuwe fracties.

• 6. Indien een of meer leden zich afscheiden van een fractie en hun aantal lager is dan het aantal resterende leden van de fractie waarvan zij zich afscheiden, worden de afgescheiden leden ieder afzonderlijk, of twee of meer van hen gezamenlijk indien zij dit meedelen aan de Voorzitter, beschouwd als een groep.

Toelichting

De wijziging die het presidium nu voorstaat, gaat ervan uit dan bij een toekomstige afsplitsing het presidium de aangewezene is om te bepalen welk deel, wanneer beide delen zichzelf beschouwen als voorzetting van de oorspronkelijke fractie, van de twee delen die na een afsplitsing worden gevormd uiteindelijk door mag gaan als voorzetting van de oude fractie – welk deel aldus een fractie blijft. Het andere deel wordt dan automatisch een groep.

De indiener is van mening dat het geen taak van het presidium is om hier een uitspraak over te doen. Sterker nog, de indiener is ervan overtuigd dat het ook heel onverstandig is voor het presidium om zich met dergelijke aangelegenheden te bemoeien. Je begeeft je als presidium juist in een slangenkuil. De inzet dat het presidium moet gaan bepalen wie de oorspronkelijke fractie zou zijn, is per definitie discutabel. Criteria zijn niet te geven en maakt juist het presidium als dagelijks bestuur van de Kamer voor alle Kamerleden kwetsbaar.

Het is het voorstel van de indiener om voor deze beoordeling een objectief criterium te gebruiken. Daarom stelt de indiener voor de getalsmatige verhouding van doorslaggevende betekenis te laten zijn. Wanneer er twee ongelijk grote groepen ontstaan, zal de grootste groep als voorzetting van de oorspronkelijke fractie verder te gaan. De kleinere groep wordt dan automatisch een groep. Wanneer er twee even grote «groepen» ontstaan na de splitsing – en het dus inderdaad een splitsing van de fractie is en geen afsplitsing – en gaan beide groepen voortaan als fractie verder door het leven, met behoud van de privileges voor beide delen die daarbij horen.

Klein