34 475 C Jaarverslag en slotwet Provinciefonds 2015

Nr. 4 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)

De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om de begrotingsstaat van het provinciefonds voor het jaar 2015 te wijzigen.

Het in die begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikel wordt in onderdeel B van deze memorie toegelicht.

Wetsartikel 3 (verplichtingenbedrag als bedoeld in artikel 5, eerste lid, van de Fvw)

Ingevolge artikel 5, eerste lid van de Financiële-verhoudingswet wordt in dit wetsartikel het bedrag vermeld dat als verplichting geldt voor het totaal van de algemene uitkeringen.

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.H.A. Plasterk

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes

B. BEGROTINGSTOELICHTING

Onderdeel uitgaven, verplichtingen en ontvangsten

Uitgaven

In onderstaande tabel wordt een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het uitgavenbedrag van het provinciefonds. Ten opzichte van de tweede suppletoire begroting 2015 is het uitgavenbedrag van het provinciefonds met € – 53.000 gewijzigd. De in de tabel weergegeven mutaties worden onder de tabel nader verklaard.

Tabel 1: Totstandkoming uitgavenbedrag provinciefonds (x € 1.000)

Stand uitgavenbedrag vastgestelde begroting 2015

 

952.181

Stand uitgavenbedrag 1e suppletoire begroting 2015

 

1.003.126

Stand uitgavenbedrag 2e suppletoire begroting 2015

 

1.114.594

     

Voorgestelde mutaties bij slotwet 2015:

   

1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingswet

– 200

 

2) Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2015

1

 

3) Wijziging betalingsverloop algemene uitkering 2015

147

 

4a) DU Ontwikkel / OEM variabel (algemene uitkering)

15.352

 

4b) DU Ontwikkel / OEM variabel (decentralisatie-uitkering)

– 15.352

 

Totaal mutaties bij slotwet

 

– 53

     

Stand uitgavenbedrag slotwet begroting 2015

 

1.114.540

Waarvan uitgavenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet

 

0

Waarvan uitgavenbedrag Algemene uitkeringen

 

309.431

Waarvan uitgavenbedrag Integratie-uitkeringen

 

0

Waarvan uitgavenbedrag Decentralisatie-uitkeringen

 

805.108

De wijziging van het uitgavenbedrag is het saldo van een aantal mutaties:

1) Realisatie Kosten Financiële-verhoudingswet

Het gerealiseerde bedrag komt door de slotwetmutatie € 200.000 lager uit dan na de stand 2e suppletoire begroting 2015 werd geraamd.

2) Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2015

Vastgesteld is dat de in 2015 gerealiseerde betalingen voor de decentralisatie-uitkeringen aan de provincies € 1.000 hoger zijn dan het bedrag dat bij de 2e suppletoire begroting 2015 voor de betalingen is geraamd.

3) Wijziging betalingsverloop algemene uitkering 2015

Vastgesteld is hoe de in 2015 gerealiseerde betalingen aan de provincies zich verhouden tot het bedrag dat bij de 2e suppletoire begroting 2015 voor de betalingen is geraamd. Daarbij is gebleken dat er hogere uitbetalingen zijn gedaan dan bij 2e suppletoire begroting 2015 werden verwacht. Het gaat hierbij om een verschil van € 147.000.

De reden van het verschil ligt in het feit dat zolang de uitkeringsfactor1 niet definitief is de omvang van betalingen aan de provincies kan afwijken ten opzichte van wat in de begroting vermeld staat. De oorzaak ligt bij het verschil tussen raming van de verdeelmaatstaven voor de bepaling van voorlopige uitkeringsfactor en de verdeelmaatstaven die bij de betalingen worden gebruikt. Indien bij de betalingen de definitieve verdeelmaatstaven niet beschikbaar zijn, worden de gegevens van het vorige jaar gebruikt. Op het moment dat de definitieve gegevens beschikbaar komen, kan het gat tussen begroting en betaling gedicht worden door de uitkeringsfactor aan te passen. Het onderdeel wijziging betalingsverloop algemene uitkering zal bij 1e suppletoire begroting 2016 dan ook met dit bedrag neerwaarts worden bijgesteld. Deze mutatie bij 1e suppletoire begroting 2016 heeft dus nog betrekking op het begrotingsjaar 2015. Hetzelfde principe geldt voor de wijziging betalingsverloop bij de decentralisatie-uitkering.

4a en 4b) DU Ontwikkel / OEM variabel

In het verdeelmodel van het provinciefonds per 1 januari 2012 wordt onderscheid gemaakt tussen beheer- en ontwikkeltaken, omdat beide andere verdeelcriteria vragen. Het beheerdeel omvat de vaste jaarlijks terugkerende kosten, bijvoorbeeld het betalen van de salarissen, onderhoud provinciehuis, wegen, groen, etc. Het ontwikkeldeel van het provinciefonds betreft taken zoals aanleg van nieuwe wegen, integrale gebiedsontwikkeling in het landelijk gebied, natuur en bodemsanering, maar ook taken met betrekking tot buitengewone groei en krimp. Om verdeeltechnische redenen is er voor gekozen om een deel van het bedrag dat gemoeid is met de ontwikkeltaken via een decentralisatie-uitkering (DU Ontwikkel/OEM variabel) uit te betalen aan de provincies.

In het verdeelmodel wordt er ook rekening mee gehouden dat provincies in staat zijn een deel van hun taken (ijkpunten) te financieren met eigen inkomsten uit de zogenaamde «overige eigen middelen» (OEM). De OEM in het nieuwe verdeelmodel wordt samengesteld uit twee onderdelen. Er is een vast deel van 5,48% dat wordt verondersteld voor alle provincies. Dit vaste deel is op voorhand in mindering gebracht op alle maatstaven en op de nieuwe decentralisatie-uitkering. Voor het variabele deel is gekozen om 35% van de inkomsten uit energiebedrijven (geraamde situatie in 2016) mee te nemen met een fictief rendement van 3%. Dit deel wordt in mindering gebracht op de bovenstaand beschreven bedragen van de decentralisatie-uitkering.

De op deze manier ontstane «DU Ontwikkel / OEM variabel» bedraagt in 2015 € 343.089.000. Dat is € 15.352.000 minder dan in de 2e suppletoire begroting 2015 (Tweede Kamer, 2015–2016, 34 350 C, nr. 2) is vermeld.

Tabel 2: Specificatie Integratie- en decentralisatie-uitkeringen 2015 (x € 1.000)
 

Budget na NJN

Slotwet

Budget totaal

Uitgegeven

Verschil

Integratie-uitkeringen

         

n.v.t.

0

 

0

0

0

TOTAAl IU

0

0

0

0

0

           

Decentralisatie-uitkeringen

         

Afsluitdijk

500

 

500

500

0

Bedrijventerreinen

13.202

 

13.202

13.202

0

Bedrijventerreinen (Toppergelden)

100

 

100

100

0

DU Ontwikkel / OEM variabel

358.437

– 15.352

343.085

343.089

4

Monumenten

20.000

 

20.000

20.000

0

Nationale gebiedsontwikkelingen

8.334

 

8.334

8.334

0

Natuur

230.167

 

230.167

230.167

0

Sterke regio's

3.130

 

3.130

3.130

0

Waddenfonds

40.499

 

40.499

40.499

0

Zwemwaterrichtlijn EU

1.200

 

1.200

1.200

0

Wijziging betalingsverloop decentralisatie-uitkeringen 2014

2

 

2

0

– 2

Regionale luchthavens

934

 

934

933

– 1

Bodemsanering

48.023

 

48.023

48.023

0

Beter benutten

5.293

 

5.293

5.293

0

Green Deal

2.105

 

2.105

2.105

0

Programma Impuls Omgevingsveiligheid

16.196

 

16.196

16.196

0

Erfgoed en ruimte

87

 

87

87

0

RSP Zuiderzeelijn

43.148

 

43.148

43.148

0

Life Sciences Park Oss

100

 

100

100

0

Actieplan bevolkingsdaling

815

 

815

815

0

Zoetwater

630

 

630

630

0

Opruiming drugsafval

1.000

 

1.000

1.000

0

DuurzaamDoor

1.500

 

1.500

1.500

0

Regiegroep kust

15

 

15

15

0

Tour de France 2015

250

 

250

250

0

Randstadspoor

2.381

 

2.381

2.381

0

MKB Samenwerkingsagenda Rijk-Regio

2.000

 

2.000

2.000

0

MKB Innovatiestimulering Topsectoren

15.000

 

15.000

15.000

0

Vismigratierivier

413

 

413

413

0

Regionale Investeringssteun Groningen

5.000

 

5.000

5.000

0

TOTAAL DU

820.461

– 15.352

805.109

805.108

1

TOTAAL

820.461

– 15.352

805.109

805.108

1

Verplichtingen

In de volgende tabel wordt ter toelichting een nadere uitsplitsing gegeven van de totstandkoming van het verplichtingenbedrag van het provinciefonds.

Ten opzichte van de 2e suppletoire begroting 2015 is het verplichtingenbedrag met € – 200.000 gewijzigd.

Tabel 3: Totstandkoming verplichtingenbedrag provinciefonds (x € 1.000)

Stand verplichtingenbedrag vastgestelde begroting 2015

 

952.181

Stand verplichtingenbedrag 1e suppletoire begroting 2015

 

1.003.239

Stand verplichtingenbedrag 2e suppletoire begroting 2015

 

1.114.707

     

Voorgestelde mutaties bij slotwet 2015:

   

1) Realisatie kosten Financiële verhoudingswet

– 200

 

2a) DU Ontwikkel / OEM variabel (algemene uitkering)

15.352

 

2b) DU Ontwikkel / OEM variabel (decentralisatie-uitkering)

– 15.352

 

Totaal mutaties bij slotwet

 

– 200

     

Stand verplichtingenbedrag slotwet begroting 2015

 

1.114.507

Waarvan verplichtingenbedrag Kosten Financiële-verhoudingswet

 

0

Waarvan verplichtingenbedrag Algemene uitkeringen

 

309.398

Waarvan verplichtingenbedrag Integratie-uitkeringen

 

0

Waarvan verplichtingenbedrag Decentralisatie-uitkeringen

 

805.109

De wijziging van het verplichtingenbedrag is het saldo van een aantal mutaties. Voor de verklaringen van de in de tabel weergegeven mutaties wordt verwezen naar de verklaringen bij de overeenkomende mutaties van de «uitgaven».

Ontvangsten

Sinds de invoering van de Financiële-verhoudingswet zijn de uitgaven en de inkomsten op grond van artikel 4 van die wet over ieder uitkeringsjaar aan elkaar gelijk. Ten opzichte van de 2e suppletoire begroting voor 2015 worden de ontvangsten met € – 53.000 gewijzigd.


X Noot
1

De uitkeringsfactor is de verhouding tussen de voeding van het provinciefonds en de totale landelijke uitkeringsbasis. De voeding van het provinciefonds is de jaarlijkse omvang van het provinciefonds zoals wordt vastgesteld via de normeringsystematiek. De uitkeringsbasis wordt berekend via vermenigvuldiging van het aantal eenheden van een set van verdeelmaatstaven met bijbehorende gewichten (bedragen per eenheid).

Naar boven