Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 9 november 2021
In het mondeling overleg met de Minister van BZK over de Wet kwaliteitsborging voor
het bouwen (hierna: Wkb) van heden, 9 november 2021 heeft de heer Crone de volgende
vraag gesteld:
Kunnen gemeenten de bouwmelding (waarvan de risicobeoordeling en het borgingsplan
een onderdeel zijn) preventief en inhoudelijk beoordelen, of vindt hierop enkel een
procedurele toets plaats?
Hieronder zal ik, conform mijn toezegging in het mondeling overleg, deze vraag beantwoorden.
Bevoegdheden gemeenten bij meldingen
Zoals bij alle meldingen betreffen de bouw- en gereedmelding onder de Wkb een eenzijdige
informatiestroom, waarin de initiatiefnemer het bevoegd gezag informeert over zijn
voorgenomen en gerealiseerde activiteiten. Bij een melding heeft het bevoegd gezag
de taak om deze te controleren op volledigheid. Als een melding niet volledig is,
of niet voldoet aan de gestelde eisen, is er in juridische zin geen melding gedaan.
De bouw mag dan niet aanvangen. Uiteraard kan het bevoegd gezag de initiatiefnemer
hiervan op de hoogte stellen zodat deze de melding volledig kan maken. Een volledige
melding bevat de benodigde documenten conform de indieningsvereisten. Het bevoegd
gezag heeft geen bevoegdheid om een melding inhoudelijk goed of af te keuren.
De gemeente kan de informatie die ontvangen is bij de bouwmelding, gebruiken om het
toezicht tijdens de bouw en de handhavingsstrategie in te vullen. Daarbij kan de gemeente,
zoals geregeld in de Wkb, ook extra informatie opvragen. Het betreft hier geen bevoegdheid
voor het goed- dan wel afkeuren van het werk van de kwaliteitsborger.
Bij de gereedmelding vindt eveneens een controle op volledigheid plaats. De controle
op het bouwwerk zelf heeft plaatsgevonden door de kwaliteitsborger, die hierover een
verklaring afgeeft waardoor de gemeente een gerechtvaardigd vertrouwen mag hebben
dat het bouwwerk voldoet aan de bouwtechnische regels. Na de gereedmelding wordt het
bouwwerk onderdeel van de bestaande bouw. De gemeente heeft ook hier de bevoegdheid
om, gelijk aan de huidige situatie, zo nodig handhavend op te treden.
Bevoegdheden gemeenten bij handhaving
De gemeente is en blijft het bevoegd gezag. Op basis van de inhoudelijke beoordeling
van de stukken, signalen van derden, een melding van de kwaliteitsborger of eigen
waarnemingen kan de gemeente, indien nodig, handhavend optreden. Ze kan hierbij gebruik
maken van haar generieke handhavingsinstrumenten, zoals het betreden van de bouwplaats,
medewerking en informatie vorderen van alle partijen en zo nodig het werk onderbreken
om zelf onderzoek te doen.
Er is dus geen tegenstrijdigheid. Bij de bouwmelding en gereedmelding vindt een procedurele
controle op volledigheid plaats die aanleiding kan zijn om de melding als niet gedaan
te beschouwen. Tegelijkertijd kan een inhoudelijke beoordeling van de ingediende stukken
door het bevoegd gezag aanleiding zijn tot het opvragen van extra informatie, het
uitoefenen van toezicht op de bouwplaats en het inzetten van handhaving.
Ik vertrouw erop dat ik u met de bovenstaande uitleg voldoende geïnformeerd heb.
Zoals ik vanochtend in het overleg heb toegelicht, hoop ik dat de voorhang van de
AMvB kan worden afgerond en de advisering door de Raad van State in gang gezet kan
worden. Dit is belangrijk voor het vervolg, in het bijzonder de tijdige instelling
van de Toelatingsorganisatie kwaliteitsborging bouw. Ook de gemeenten hebben aangegeven
dat het belangrijk is dat de wet- en regelgeving een half jaar voor inwerkingtreding
helder zijn. Zij hebben aangegeven zich te kunnen vinden in de voorgestelde AMvB,
de regeling en de toelichting die de Minister de Kamer heeft gegeven.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren