34 453 Wijziging van de Woningwet, de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en het Burgerlijk Wetboek in verband met de invoering van een nieuw stelsel van kwaliteitsborging voor het bouwen en de versterking van de positie van de bouwconsument (Wet kwaliteitsborging voor het bouwen)

AE BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 april 2022

In mijn brief van 28 maart jl. heb ik u laten weten dat ik het Besluit kwaliteitsborging voor het bouwen op zeer korte termijn bekend zal maken inclusief het openbaar maken van het advies van de Raad van State. Dit conform de gangbare procedure op basis van de Wet op de Raad van State.

Ik kan u mededelen dat het besluit inmiddels door de Koning is getekend en door mij gecontrasigneerd en morgen wordt gepubliceerd in het Staatsblad. Daarmee wordt tevens voor iedereen kenbaar op welke wijze het advies van de afdeling advisering van Raad van State is verwerkt. De bekendmaking van het besluit staat los van de inwerkingtreding van het stelsel via het inwerkingtredingsbesluit dat later zal volgen.

Voor het instellen van de Toelatingsorganisatie kwaliteitsborging bouw (hierna: Tlokb) volgt een separaat inwerkingtredingsbesluit op zeer korte termijn, zodat zij tijdig kunnen starten met het toelaten van instrumenten en het verrichten van andere voorbereidende werkzaamheden die voor een zorgvuldige invoering van belang zijn. Alleen de artikelen die de Tlokb nodig heeft om haar werkzaamheden te starten die voorafgaand aan de inwerkingtreding van het stelsel noodzakelijk zijn, zullen in werking treden.

Het inwerkingtredingsbesluit voor de overige artikelen ten behoeve van de inwerkingtreding van het gehele Wkb stelsel volgt later. Dit besluit zal ik nemen op basis van het finale advies van de Monitoringsgroep Wkb en nadat het inwerkingtredingsbesluit voor de Omgevingswet is vastgesteld.

Voorafgaand aan de bekendmaking van dit Inwerkingtredingsbesluit bied ik Uw Kamer de gelegenheid tot een reactie.

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge

Naar boven