34 351 Evaluatie Wet werk en zekerheid (Wwz)

Nr. 23 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 april 2017

Op 30 juni1, 26 september en 26 oktober 20162 is Uw Kamer geïnformeerd over de eenmalige tegemoetkoming die UWV in 2017 aan (gewezen) WW-gerechtigden verstrekt. De tegemoetkoming wordt verstrekt aan specifieke groepen WW-gerechtigden die als gevolg van de wijziging van het Dagloonbesluit werknemersverzekeringen per 1 juli 20153 geconfronteerd konden worden met een lager dagloon. Dit betreft starters, herintreders, flexwerkers en werknemers die na de wachttijd voor de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen minder dan 35% arbeidsongeschikt waren.

Zoals aan Uw Kamer is toegezegd, is voor deze groepen per 1 december jl. het dagloon aangepast. Tevens ontvangen deze groepen vanaf april 2017 een eenmalige tegemoetkoming. Dat proces is inmiddels gaande. Het UWV heeft op 4 en 6 april betrokkenen met een beschikking geïnformeerd over het recht op en de hoogte van de tegemoetkoming. De betaling daarvan vindt kort daarna plaats. Hierbij werkt het UWV nauw samen met de Belastingdienst.

Indien betrokkenen naast de tegemoetkoming ook recht hebben op een uitkering op grond van de Participatiewet of een toeslag van de Belastingdienst, kan de tegemoetkoming namelijk van invloed zijn op de hoogte hiervan. Via de Verzamelbrief zijn gemeenten geïnformeerd over het mogelijke effect op een uitkering op grond van de Participatiewet.

Voor de toeslagen geldt dat er 54.000 toeslaggerechtigden worden geraakt door de uitbetaling aan henzelf, hun partner of medebewoner. Om deze toeslagontvangers proactief te informeren, stuurt de Belastingdienst deze groep op 8 april een brief. In deze brief zijn de verwachte effecten van de eenmalige tegemoetkoming op hun toeslag(en) zo goed mogelijk opgenomen.

Naar het zich laat aanzien heeft de uitbetaling van de eenmalige tegemoetkoming voor 85% van de groep een effect van € 10 of minder per maand op hun toeslag. Voor 14% van de groep varieert het effect, maar is het effect per saldo (tegemoetkoming minus de verminderde toeslag) positief. Voor een hele kleine groep (minder dan 1%, 435 mensen) kan het effect van de tegemoetkoming op de huurtoeslag op dit moment niet worden vastgesteld. Het is op voorhand niet uit te sluiten dat binnen deze groep sommigen er per saldo op achteruit kunnen gaan. De Belastingdienst zal deze groep, naast de brief, daarom ook nog telefonisch benaderen om te zien of dit effect optreedt. Hiermee worden deze personen in staat gesteld om een afweging te maken om desgewenst van de tegemoetkoming af te zien. Door de gevolgde maatwerkaanpak wordt maximale dienstverlening naar de verschillende groepen geboden.

Aanvullend op de tegemoetkoming die nu wordt verstrekt, keert het UWV in 2018 aan de zogenaamde herlevers een tegemoetkoming uit. Ook dan zullen UWV en de Belastingdienst de communicatie naar betrokkenen toe op elkaar afstemmen.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, L.F. Asscher

De Staatssecretaris van Financiën, E.D. Wiebes


X Noot
1

Kamerstuk 34 351, nr. 18.

X Noot
2

Kamerstuk 34 351, nr. 21.

Naar boven