34 300 VI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Veiligheid en Justitie (VI) voor het jaar 2016

Nr. 99 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 augustus 2016

Uw Kamer verzocht mij tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 15 juni 2016 (Handelingen II 2015/16, nr. 96, item 6) per brief in te gaan op de kwestie van een voormalig advocaat-generaal, die wordt verdacht van het indienen van onjuiste aangiften bij de Belastingdienst, het onjuist informeren van de Belastingdienst en valsheid in geschrifte. Hieronder ga ik op dit verzoek in, evenals op het verzoek van de vaste commissie voor Veiligheid en Justitie van 1 oktober 2014.

De rechtbank heeft nog geen datum vastgesteld voor de inhoudelijke behandeling van de strafzaak. Ik kan u als bekend niet nader informeren over lopende strafrechtelijke onderzoeken. Dit heeft ook mijn ambtsvoorganger aan uw Kamer bericht in zijn brief van 27 januari 2014 (Kamerstuk 33 750 VI, nr 107). Wel zeg ik u toe uw Kamer te informeren over de uitspraak in de strafzaak, zodra deze onherroepelijk is.

In reactie op de opmerkingen van het lid Gesthuizen tijdens de Regeling van Werkzaamheden op 15 juni 2015 herhaal ik hetgeen mijn ambtsvoorganger op 17 oktober 2014 heeft geantwoord op vragen van het lid Oskam (CDA)(Aanhangsel Handelingen II 2014/15, nr. 288). Voor de benoeming als rechterlijk ambtenaar bij het Openbaar Ministerie geldt een uitgebreide en zorgvuldige selectieprocedure. De procedure houdt onder meer in dat de selectiecommissie, na toestemming van de betrokkene, de beschikking krijgt over de justitiële gegevens van de kandidaat. Een assessment vormt tevens een vast onderdeel van de selectieprocedure. Ook worden per kandidaat ten minste drie referenten benaderd. Bij de aanstelling van de betrokken advocaat-generaal is deze reguliere selectieprocedure doorlopen. Het College van procureurs-generaal heeft aan mijn ambtsvoorganger gemeld dat in de selectieprocedure geen contra-indicaties voor benoeming naar voren zijn gekomen.

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur