34 220 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2015)

Nr. 2 VOORSTEL VAN WET

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is in een aantal belastingwetten en enige andere wetten enkele wijzigingen van overwegend technische aard aan te brengen;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet inkomstenbelasting 2001 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 3.18, vijfde lid, onderdeel a, wordt «artikel 18a» vervangen door «de artikelen 18a» en wordt «negende lid,» vervangen door: negende lid, en 18ga.

B

In artikel 3.18, eerste lid en vijfde lid, onderdeel a, wordt «18ga» vervangen door: 18ga, eerste lid,.

C

In artikel 3.29a, eerste lid, wordt «derde lid» vervangen door: vierde lid.

D

In artikel 3.52a, vijfde lid, wordt «artikel 1, eerste lid, onderdeel n, met inbegrip van de beperking als bedoeld in het vierde lid, van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen» vervangen door «artikel 1, eerste lid, onderdeel n, van de Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen, met inbegrip van de beperking, bedoeld in artikel 1, derde lid, van die wet». Voorts wordt «artikel 23 of artikel 27 van die wet» vervangen door: artikel 1, eerste lid, onderdeel q, van die wet.

E

Artikel 3.104 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel p vervalt onder verlettering van onderdeel q tot onderdeel p.

2. In onderdeel p (nieuw) wordt «onderdelen a tot en met p» vervangen door: onderdelen a tot en met o.

F

Artikel 3.123a, vijfde tot en met zevende lid, vervalt.

G

In artikel 4.12a wordt «Ingeval aandelen of winstbewijzen krachtens erfrecht zijn verkregen« vervangen door «Ingeval de belastingplichtige aandelen of winstbewijzen krachtens erfrecht heeft verkregen» en wordt «genoten reguliere voordelen uit die aandelen of winstbewijzen» vervangen door «door die belastingplichtige genoten reguliere voordelen uit die aandelen of winstbewijzen of uit aandelen of winstbewijzen van dezelfde soort in dezelfde vennootschap». Voorts wordt «de verkrijgingsprijs van de verkregen aandelen of winstbewijzen» vervangen door: de verkrijgingsprijs van de aandelen of winstbewijzen van die soort in die vennootschap.

H

Artikel 4.25 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het derde lid wordt «indien het aandelen in of winstbewijzen van een in Nederland gevestigde vennootschap betreft» vervangen door: indien de belastingplichtige voordien ten aanzien van een aanmerkelijk belang buitenlands belastingplichtig is geweest.

2. In het vierde lid vervalt:, en voor het geval voordien artikel 7.5, zevende lid, is toegepast.

I

Artikel 5.10 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid, onderdeel b, vervalt onder verlettering van de onderdelen c tot en met e tot onderdelen b tot en met d.

2. Het tweede lid alsmede de aanduiding «1.» voor het eerste lid vervallen.

J

In artikel 9.2, eerste lid, onderdeel d, vervalt: het Groothertogdom Luxemburg of.

K

In artikel 10a.14 wordt «artikel 3.20 zestiende lid, onderdeel a, achttiende lid of eenentwintigste lid» vervangen door: artikel 3.20, vijftiende lid, onderdeel a, zeventiende lid of twintigste lid.

ARTIKEL II

Artikel 3.104, onderdeel p, van de Wet inkomstenbelasting 2001, zoals dat luidde op 31 december 2015, blijft van toepassing op tegemoetkomingen krachtens artikel 2 van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten, zoals dat luidde op 31 december 2015.

ARTIKEL III

De Wet op de loonbelasting 1964 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 13 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het derde lid, onderdeel c, vervalt onder verlettering van onderdeel d tot onderdeel c.

2. Onder vernummering van het vijfde en zesde lid tot zesde en zevende lid wordt na het vierde lid een lid ingevoegd, luidende:

  • 5. De waarde van het rentevoordeel van een door de inhoudingsplichtige dan wel door een met de inhoudingsplichtige verbonden vennootschap aan de werknemer verstrekte geldlening ter zake van de aanschaf van een fiets, elektrische fiets of elektrische scooter wordt gesteld op nihil.

B

Aan artikel 31, vierde lid, worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel g door een puntkomma, twee onderdelen toegevoegd, luidende:

  • h. het rentevoordeel van een door de inhoudingsplichtige dan wel door een met de inhoudingsplichtige verbonden vennootschap aan de werknemer verstrekte geldlening, daaronder begrepen een gedeelte van een geldlening, waarvan de rente als aftrekbare kosten in de zin van de artikelen 3.120 tot en met 3.123 van de Wet inkomstenbelasting 2001 in aanmerking genomen kan worden;

  • i. de aan een geldlening als bedoeld in onderdeel h verbonden kosten.

C

In artikel 31a, negende lid, wordt «artikel 13, zesde lid» vervangen door «artikel 13, zevende lid». Voorts wordt «artikel 13, eerste tot en met vijfde lid» vervangen door: artikel 13, eerste tot en met zesde lid.

D

In artikel 39h wordt «artikel 13bis, drieëntwintigste lid, onderdeel a, vijfentwintigste lid of achtentwintigste lid» vervangen door: artikel 13bis, tweeëntwintigste lid, onderdeel a, vierentwintigste lid of zevenentwintigste lid.

ARTIKEL IV

De Wet op de vennootschapsbelasting 1969 wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 12b wordt als volgt gewijzigd:

1. In het vijfde lid, onderdeel b, wordt «van dit artikel, alsmede met» vervangen door: van dit artikel, vermeerderd met.

2. In het vijfde lid, onderdeel c, wordt «en verminderd met» vervangen door: alsmede vermeerderd met.

3. In het vijfde lid, onderdeel d, wordt «de som van de in onderdelen a, b en c bedoelde bedragen» vervangen door: de som van de in de onderdelen a, b, c en d bedoelde bedragen.

4. In het vijfde lid wordt na onderdeel c, onder verlettering van onderdeel d tot onderdeel e een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • d. de waarde in het economische verkeer van een immaterieel activum waarvoor de belastingplichtige in het jaar heeft gekozen voor toepassing van dit artikel en waarvan de voordelen in enig voorafgaand jaar deel uitmaakten van de winst uit een andere staat waarop artikel 15e, eerste lid, van toepassing is, bepaald naar het moment waarop de voordelen uit dat activum niet langer deel uitmaakten van die winst, voor zover deze waarde in het economische verkeer de voortbrengingskosten overtreft, en verminderd met:.

5. In het zesde lid, onderdeel b, wordt «de in het vijfde lid, onderdelen b en c, bedoelde vermeerderingen» vervangen door: de in het vijfde lid, onderdelen b, c en d, bedoelde vermeerderingen.

6. In het zesde lid, onderdeel c, wordt «de in het vijfde lid, onderdeel d, bedoelde vermindering» vervangen door: de in het vijfde lid, onderdeel e, bedoelde vermindering.

B

In artikel 20, zesde lid, wordt vóór de bestaande tekst een volzin ingevoegd, luidende:

Indien de feitelijke werkzaamheid van een belastingplichtige gedurende een deel van het jaar uitsluitend of nagenoeg uitsluitend bestaat uit het houden van deelnemingen of het direct of indirect financieren van met hem verbonden lichamen en de belastingplichtige gedurende een ander deel van het jaar geen of nagenoeg geen werkzaamheden verricht of uitsluitend of nagenoeg uitsluitend werkzaamheden verricht in het kader van de voorbereiding of de beëindiging van werkzaamheden bestaande uit het houden van deelnemingen of het direct of indirect financieren van verbonden lichamen, wordt ook dat andere deel van het jaar voor de toepassing van het vierde lid aangemerkt als een deel van het jaar waarin de feitelijke werkzaamheid van de belastingplichtige uitsluitend of nagenoeg uitsluitend bestaat uit het houden van deelnemingen of het direct of indirect financieren van met hem verbonden lichamen.

ARTIKEL V

De Wet op de dividendbelasting 1965 wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan artikel 10 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 5. Bij een in Nederland gevestigd lichaam dat aan de vennootschapsbelasting is onderworpen is het eerste lid van overeenkomstige toepassing op de dividendbelasting die ten laste van dat lichaam is ingehouden op opbrengsten die bij hem ingevolge de artikelen 8e, 8f en 8g van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 niet tot de winst behoren. Bij een lichaam dat is gevestigd in een staat als bedoeld in het tweede of derde lid, zijn het tweede en vierde lid, onderscheidenlijk het derde en vierde lid, van overeenkomstige toepassing op de te zijnen laste ingehouden dividendbelasting op opbrengsten die in die andere staat niet in een belasting naar de winst worden betrokken en die, ware het lichaam in Nederland gevestigd, ingevolge de artikelen 8e, 8f en 8g van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 niet tot de winst zouden behoren.

B

In artikel 11, derde lid, wordt «een rechtspersoon als bedoeld in artikel 10, eerste lid, of een daarmee vergelijkbaar in het buitenland gevestigd lichaam» vervangen door: een rechtspersoon of lichaam als bedoeld in artikel 10.

ARTIKEL VI

De Wet op de omzetbelasting 1968 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 8, vijfde lid, aanhef, wordt «Bij algemene maatregel van bestuur» vervangen door: Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur.

B

Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid, onderdeel f, vervalt: ernstige.

2. In het eerste lid, onderdeel g, onder 2°, vervalt:, met dien verstande dat tot de bedoelde diensten niet behoren de bij ministeriële regeling in verband met het voorkomen van een ernstige verstoring van concurrentieverhoudingen aan te wijzen diensten.

3. In het eerste lid, onderdeel t, vervalt: bij algemene maatregel van bestuur kan de vrijstelling buiten toepassing worden verklaard in gevallen waarin zij zou leiden tot een ernstige verstoring van concurrentieverhoudingen;.

4. In het eerste lid, onderdeel u, vervalt: ernstige.

  • 5. In het eerste lid, onderdeel v, vervalt de punt na «bedraagt». Voorts vervalt: Tot de in dit onderdeel bedoelde leveringen en diensten behoren niet de bij ministeriële regeling in verband met het voorkomen van een ernstige verstoring van de concurrentieverhoudingen aan te wijzen leveringen of diensten.

6. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 6. Tot de leveringen of diensten, bedoeld in het eerste lid, onderdelen f, g, onder 2° en onder 3°, t, u of v, behoren niet de bij ministeriële regeling, in verband met het voorkomen van een verstoring van concurrentieverhoudingen, aan te wijzen leveringen of diensten.

C

In artikel 35a, zesde lid, wordt «bepaald worden dat op de facturen volstaan kan worden met de krachtens het tweede lid voorgeschreven vermeldingen» vervangen door: ontheffing worden verleend van bepaalde verplichtingen die zijn opgelegd bij dit artikel.

D

Tabel I wordt als volgt gewijzigd:

1. In post a.35, wordt «inplanteringsprothesen» vervangen door: implanteringsprothesen.

2. In post b.9, wordt «het vervoer van personen, bedoeld in artikel 1, onderdelen h, i, en j, van de Wet personenvervoer 2000, het vervoer met auto’s voor de uitvoering van trouwerijen, begrafenissen en crematies daaronder begrepen» vervangen door: besloten busvervoer, openbaar vervoer en taxivervoer als bedoeld in artikel 1 van de Wet personenvervoer 2000.

E

Tabel II wordt als volgt gewijzigd:

1. In post a.7, onder a, wordt «niet zijn ingevoerd of uitgeslagen» vervangen door: niet zijn uitgeslagen tot verbruik.

2. In post a.7, onder b, onder 1°, wordt «uitslag» vervangen door: uitslag tot verbruik.

3. In post a.7, onder b, onder 2°, wordt «Verordening 2008/118/EG van de Raad» vervangen door: Richtlijn 2008/118/EG van de Raad.

4. In post a.7, bijzondere bepaling, wordt «uitslag» telkens vervangen door: uitslag tot verbruik.

5. In post a.8, bijzondere bepaling, wordt «de uitslag» vervangen door: het beëindigen van de opslag.

ARTIKEL VII

De Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, vijfde lid, en in artikel 16aa, tweede lid, onderdeel c, wordt «register» vervangen door: kentekenregister.

B

In artikel 14a, eerste lid, wordt «en het motorrijtuig wordt geregistreerd in een andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte» vervangen door:, het motorrijtuig overeenkomstig Richtlijn 1999/37/EG van de Raad van 29 april 1999 inzake de kentekenbewijzen van motorvoertuigen (PbEG 1999, L 138) wordt ingeschreven in een andere lidstaat van de Europese Unie of een staat die partij is bij de Overeenkomst betreffende de Europese Economische Ruimte en als bewijs van die inschrijving door de bevoegde autoriteit een kentekenbewijs wordt afgegeven, met uitzondering van een kentekenbewijs dat is afgegeven op basis van een tijdelijke inschrijving van het motorrijtuig als bedoeld in artikel 1 van die richtlijn.

ARTIKEL VIII

De Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 2, onderdeel a, wordt «met uitzondering van een bromfiets in de zin van artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wegenverkeerswet 1994» vervangen door: met uitzondering van een bromfiets als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Wegenverkeerswet 1994 en een fiets met trapondersteuning als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel ea, van die wet.

B

Artikel 23, derde lid, komt te luiden:

  • 3. In afwijking van het tweede lid, onderdeel b, bedraagt de aldaar bedoelde brandstoftoeslag: nihil bij een eigen massa van 800 kg of minder en € 14,56 bij een eigen massa van 900 kg of meer, vermeerderd met € 14,56 per 100 kg eigen massa boven 900 kg indien met betrekking tot de personenauto in het kentekenregister de brandstofsoort CNG, LNG of de brandstofsoort LPG met de typeaanduiding af-fabriek-, G3- of R115-installatie is opgenomen.

C

In artikel 23b, eerste lid, onderdelen a en b, wordt «auto’s» vervangen door: een personenauto.

D

Na artikel 30 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 31

In afwijking van het in dit hoofdstuk, afdeling 3 tot en met 8, bepaalde bedraagt de belasting nihil voor een motorrijtuig dat is ingericht en bestemd om uitsluitend te worden aangedreven door een elektromotor, mits de elektrische energie uitsluitend door een batterij of door een brandstofcel wordt geleverd, of door een verbrandingsmotor die kan worden gevoed met waterstof.

ARTIKEL IX

De Wet belastingen op milieugrondslag wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 12, eerste lid, onderdeel c, wordt «water, dat met behulp van een leiding of distributienet» gewijzigd in: water dat met behulp van een distributienet.

B

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. Aan het eerste lid wordt een volzin toegevoegd, luidende:

Bij een verbruiksperiode korter dan wel langer dan twaalf maanden wordt de hoeveelheidsgrens, genoemd in de eerste volzin, naar evenredigheid verlaagd, onderscheidenlijk verhoogd.

2. Het tweede lid komt te luiden:

  • 2. Als een levering als bedoeld in het eerste lid wordt niet aangemerkt de levering van leidingwater via een aansluiting op het distributienet van een afzonderlijke watervoorziening, tenzij degene die de levering verricht leidingwater levert via in totaal ten minste 1000 aansluitingen. Bij ministeriële regeling worden nadere regels gesteld voor vaststelling van het aantal aansluitingen dat bij toepassing van de eerste volzin in aanmerking wordt genomen, in het geval dat het water wordt geleverd aan een particuliere installatie voor centrale watervoorziening.

C

In artikel 18a wordt «artikel 14, tweede lid» vervangen door: artikel 14, eerste lid, tweede volzin.

D

In artikel 23, eerste lid, onderdeel a, wordt «Verordening (EG) nr. 1013/2006 van het Europees parlement en de Raad van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen (PbEU 2006, L 190)» vervangen door: de EVOA.

E

Artikel 25, eerste lid, komt te luiden:

  • 1. De belasting wordt berekend:

    • a. bij toepassing van artikel 23, eerste lid, onderdelen a en b: over het gewicht van de afvalstoffen die ter verwijdering worden afgegeven, onderscheidenlijk worden verwijderd binnen de inrichting waarin deze zijn ontstaan, gemeten in kilogrammen;

    • b. bij toepassing van artikel 23, eerste lid, onderdeel c: over het gewicht van de afvalstoffen waarvoor toestemming wordt verkregen tot overbrenging uit Nederland om deze buiten Nederland te laten verbranden, gemeten in kilogrammen.

F

Artikel 55 komt te luiden:

Artikel 55

De belasting wordt berekend:

  • a. voor aardgas: per eenheid brandstof, uitgedrukt in kubieke meter, met inachtneming van de krachtens de Gaswet gestelde regels ter bepaling van de geleverde hoeveelheid;

  • b. voor elektriciteit: per eenheid energie-inhoud, uitgedrukt in kWh.

G

In artikel 60 wordt na het eerste lid, onder vernummering van het tweede tot en met vierde lid tot derde tot en met vijfde lid, een lid ingevoegd, luidende:

  • 2. De tarieven, genoemd in het eerste lid, zijn niet van toepassing als de verbruiker een onderneming in moeilijkheden is. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld ter vaststelling wanneer de verbruiker moet worden aangemerkt als een onderneming in moeilijkheden.

H

In artikel 61 wordt «artikel 60, eerste en tweede lid» vervangen door: artikel 60, eerste en derde lid.

I

In artikel 66, derde lid, wordt «Verordening (EG) nr. 800/2008 van de Commissie van 6 augustus 2008 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 87 en 88 van het Verdrag met de gemeenschappelijke markt verenigbaar worden verklaard (de algemene groepsvrijstellingsverordening) (PbEU 2008, L 214)» vervangen door: Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard (PbEU 2014, L 187).

ARTIKEL X

In de Wet op de accijns wordt in artikel 69a, eerste lid, «artikel 50, vierde lid» vervangen door: artikel 50, derde lid.

ARTIKEL XI

De Algemene douanewet wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 9:1, tweede lid, artikel 9:2, derde lid, artikel 9:3, tweede lid, en artikel 9:4, tweede lid, wordt «€ 300» vervangen door: € 321.

B

In artikel 9:6a wordt «artikelen 9:1, eerste lid, 9:2, eerste en tweede lid, 9:3, eerste lid, 9:4, eerste lid,» vervangen door: artikelen 9:1, 9:2, 9:3, 9:4.

ARTIKEL XII

In de Algemene wet inzake rijksbelastingen wordt aan artikel 30ha een lid toegevoegd, luidende:

  • 5. Geen belastingrente wordt vergoed aan een ondernemer als bedoeld in artikel 32, onderdeel a, van de Wet op de omzetbelasting 1968 ter zake van een teruggaaf van in Nederland in rekening gebrachte omzetbelasting als bedoeld in artikel 32b van die wet.

ARTIKEL XIII

De Invorderingswet 1990 wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 25, eenentwintigste lid, eerste volzin, wordt «vijfde, zesde» vervangen door: vijfde.

B

Artikel 42b vervalt.

C

In artikel 70b, tweede lid, wordt «artikel 24, zevende lid, en» vervangen door: artikel 24, zevende lid, artikel 25, eenentwintigste lid, eerste volzin, en.

ARTIKEL XIV

In de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen wordt in artikel 23, eerste lid, onderdeel b, «de belastingplichtige» vervangen door: de belanghebbende.

ARTIKEL XV

In de Provinciewet wordt artikel 222, derde lid, als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel d komt te luiden:

  • d. dit tarief voor motorrijtuigen, bedoeld in artikel 23b, eerste lid, onderdeel a, van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994, nihil bedraagt;.

2. Na onderdeel d wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:

  • da. dit tarief voor motorrijtuigen, bedoeld in artikel 23b, eerste lid, onderdeel b, van de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994, wordt gedeeld door twee;.

3. In onderdeel e wordt «die wet» vervangen door: de Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994.

ARTIKEL XVI

De Belastingwet BES wordt als volgt gewijzigd:

A

Artikel 4.8, tweede lid, derde volzin, komt te luiden:

Bij ministeriële regeling kunnen nadere regels worden gesteld met betrekking tot de toepassing van de eerste volzin.

B

In artikel 6.7h, eerste lid, wordt «deze ondernemer» vervangen door: de afnemer.

C

Artikel 6.7i, derde lid, vervalt.

ARTIKEL XVII

In de Wet maatregelen woningmarkt 2014 II wordt in artikel 1.2, eerste lid, onderdeel f, «door de belastingplichtige betaalde investeringskosten die noodzakelijkerwijs voortvloeien» vervangen door: door de belastingplichtige betaalde investeringskosten die drukken op de belastingplichtige en noodzakelijkerwijs voortvloeien.

ARTIKEL XVIII

De Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel II wordt «artikel 10.2» vervangen door «artikel 10.2a» en wordt «Artikel 10.2a» vervangen door: Artikel 10.2b.

B

In het in artikel IV opgenomen artikel 18ga, tweede lid, wordt «artikel 10.2a» vervangen door: artikel 10.2b.

ARTIKEL XIX

In het Belastingplan 2015 wordt na artikel XXXIV een artikel ingevoegd, luidende:

ARTIKEL XXXIVA

Voor zover een renteperiode waarover ingevolge de artikelen 30h en 30ha van de Algemene wet inzake rijksbelastingen met betrekking tot een naheffingsaanslag ter zake van dividendbelasting belastingrente in rekening wordt gebracht, onderscheidenlijk met betrekking tot een teruggaafbeschikking ter zake van dividendbelasting belastingrente wordt vergoed, is gelegen vóór 1 januari 2013, is in afwijking van artikel 30hb, eerste lid, van die wet de regeling inzake het rentepercentage van de heffingsrente van artikel 30f, vijfde lid, van die wet, zoals dat luidde op 31 december 2012, van toepassing.

ARTIKEL XX

  • 1. Deze wet treedt, onder toepassing van artikel 12, eerste lid, van de Wet raadgevend referendum, in werking met ingang van 1 januari 2016, met dien verstande dat:

    • a. artikel XII eerst toepassing vindt met betrekking tot teruggaven gedaan naar aanleiding van teruggaafverzoeken als bedoeld in artikel 32, onderdeel d, van de Wet op de omzetbelasting 1968 ter zake van een in 2015 gelegen teruggaaftijdvak als bedoeld in artikel 32, onderdeel c, van die wet;

    • b. artikel XVIII toepassing vindt voordat de artikelen II en IV van de Wet verlaging maximumopbouw- en premiepercentages pensioen en maximering pensioengevend inkomen worden toegepast.

  • 2. In afwijking van het eerste lid treedt artikel IX, onderdelen D en E, in werking op het tijdstip waarop artikel XV, onderdelen Fa, Ga, Gb, Gc, Gd, Ia, Ib en Id, van het Belastingplan 2015 in werking treedt.

  • 3. Artikel XIII, onderdelen A en C, werkt terug tot en met 1 januari 2013.

  • 4. Artikel I, onderdeel C, werkt terug tot en met 22 juli 2013.

  • 5. Artikel XIII, onderdeel B, werkt terug tot en met 10 oktober 2013.

  • 6. Artikel I, onderdeel D, en artikel XIV werken terug tot en met 1 januari 2014.

  • 7. Artikel I, onderdelen A, J en K, artikel III, onderdeel D, artikel IX, onderdelen B, C en F, artikel X, artikel XVI, onderdeel A, en artikel XIX werken terug tot en met 1 januari 2015.

ARTIKEL XXI

Deze wet wordt aangehaald als: Fiscale verzamelwet 2015.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Financiën,

Naar boven