34 210 XII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (XII) voor het jaar 2015 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen en ontvangsten)

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2015 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu.

De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Infrastructuur en Milieu, M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1.

Leeswijzer

0

     

2.

Het beleid

0

2.1

Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangsten mutaties

0

2.2

De beleidsartikelen

0

2.3

De niet-beleidsartikelen

0

2.4

De agentschappen

0

1. Leeswijzer

Naar aanleiding van de aanbeveling uit het rapport van de Tijdelijke commissie onderhoud en innovatie spoor (Kamerstukken II, 2011/2012, 32 707, nr. 9, blz. 22) wordt de onderstaande normering gehanteerd bij het inhoudelijk toelichten van begrotingsmutaties op de IenM fondsen. In het jaarverslag van de fondsen wordt deze norm reeds gehanteerd sinds 2011. Vanuit het oogpunt van uniformiteit en transparantie hanteer ik dezelfde norm ook om mutaties toe te lichten bij de eerste suppletoire begroting van 2015 van Infrastructuur en Milieu (XII). Dit houdt in dat artikelonderdelen en projecten, waarbij het verschil kleiner is dan de aangegeven norm niet worden toegelicht (tenzij deze beleidsmatig toch relevant zijn).

Begrotingsbedrag

Verschil

< € 4,5 miljoen

> 50%

€ 4,5 – € 22,5 miljoen

> € 2,5 miljoen

> € 22,5 miljoen

> 10%

> € 50 miljoen

> € 5 miljoen

In het wetsvoorstel (hiervoor) zijn de wijzigingen op de begrotingsstaat van het jaar 2015 voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten voor de begroting van Infrastructuur en Milieu (XII) opgenomen. Hierin wordt inzicht gegeven in de financiële mutaties die op artikelniveau worden voorgesteld in de begroting voor het jaar 2015.

In het overzicht in paragraaf 2.1 (hierna) zijnde belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties ten opzichte van de begrotingstaat 2015 opgenomen en worden deze financieel en inhoudelijk toegelicht. Dit overzicht vormt ook onderdeel van de budgettaire nota (Voorjaarsnota) van het Ministerie van Financiën.

Onder paragraaf 2.2 (beleidsartikelen) en paragraaf 2.3 (niet-beleidsartikelen) wordt inzicht gegeven in de mutaties op artikelonderdeel niveau die zijn opgenomen in de begrotingsstaat. De gepresenteerde budgetflexibiliteit (juridisch verplicht) is de stand per 1 maart 2015.

In de paragraaf agentschappen (zie paragraaf 2.4) staan de aanpassingen in de exploitatie- en kasstroomoverzichten van de agentschappen.

2. Het beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangsten mutaties

Suppletoire mutaties 2015 (eerste suppletoire begroting) (in € mln.)
   

Artikel

Uitgaven

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting

 

9.235,5

241,2

Stand vastgestelde begroting 2015

 

9.235,5

241,2

         

– Belangrijkste mutaties 1e suppletoire begroting

     
         

1.

Decentralisatie-uitkering Bodem

13

– 83,0

 

2.

Overboeking EZ tbv ANVS

98

15,0

 

3.

Generieke Digitale Infrastructuur

99

– 5,6

 

4.

Caribisch Nederland

13, 21

1,5

 
   

div.

– 1,5

 

5.

Brede Doeluitkering

25

86,3

 

6.

Belasting Infraspeed

26

22,5

 

7.

Topsector Logistiek

18

8,5

 
   

26

– 8,5

 

8.

Overboeking Luchtkwaliteit

20

23,0

 
   

26

– 23,0

 

9.

Exogene kasschuif: Bijdragen derden

26

– 250,0

 

10.

Generale kasschuif Deltafonds

26

– 75,0

 

11.

HGIS

div.

7,0

 

12.

Eindejaarsmarge

99

23,0

 

13.

Loon- en prijsbijstelling

99

37,6

 

14.

Diversen

div.

– 59,8

24,6

Stand 1e suppletoire begroting

 

8.953,5

265,8

Toelichting

1. Decentralisatie-uitkering Bodem

Het jaar 2015 is het laatste jaar van het «Convenant bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties». De middelen die zijn toegekend aan dit bodemconvenant worden gedecentraliseerd naar het Provinciefonds (€ 44 miljoen) en het Gemeentefonds (€ 39 miljoen). Dit betreft het bodemconvenant dat loopt tot en met het jaar 2015.

2. Overboeking EZ ten behoeve van ANVS

In de ministerraad van 24 januari 2014 is besloten om de expertise op het gebied van nucleaire veiligheid en stralingsbescherming bij IenM (ILT/KFD) en EZ (RVO/stralingslab, NIV) samen te voegen tot één onafhankelijke organisatie genaamd Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) en deze onderdeel te laten vormen van de organisatie IenM. De overboeking betreft de bijdrage vanuit het Ministerie van Economische Zaken aan IenM (€ 15 miljoen in 2015) voor de oprichting ANVS.

3. Generieke Digitale Infrastructuur (GDI)

Voor de digitale voorzieningen in het kader van de Generieke Digitale Infrastructuur boekt IenM € 5,6 miljoen over naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken vanuit het artikel 99 Nominaal en Onvoorzien.

4. Caribisch Nederland

Voor het opzetten van het afvalbeheer op Caribisch Nederland vindt er vanuit verschillende artikelen overboekingen plaats naar artikelonderdeel 21.05 Uitvoering Duurzame Productketens waar de uitgaven voor het afvalbeheer op Caribisch Nederland worden verantwoord. Daarnaast zijn er vanuit verschillende artikelen middelen overgeboekt naar artikelonderdeel 13.04 Programma Gebiedsgericht Instrumentarium voor uitvoeringstaken op het gebied van drinkwaterkwaliteit en drinkwaterkwantiteit op Caribisch Nederland.

5. Brede doeluitkering (BDU)

Dit betreft met name een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII artikel 25 Brede doeluitkering in het kader van het programma Beter Benutten (€ 58,9 miljoen). Daarnaast vinden diverse overboekingen plaats, waarvan de belangrijkste zijn: het toekennen aan de provincie Gelderland van de tranche 2015 voor de in het Lenteakkoord van 2012 afgesproken bijdrage aan 3 spoorlijnen in Oost Nederland, een tweetal toezeggingen aan de gemeente Utrecht, de decentralisatie bijdrage Zwolle-Enschede en een bijdrage aan de aanleg van P+R voorzieningen. U treft een nadere toelichting aan in paragraaf 2.2.

6. Belasting Infraspeed

Een bedrag van € 22,5 miljoen wordt in 2015 vanuit de algemene middelen overgeboekt naar het Infrastructuurfonds als gevolg van de clausule, opgenomen in het contract tussen de Staat en Infraspeed, met betrekking tot de aftrekbaarheid van de rente op de aandeelhoudersleningen. Tot en met 2028 wordt er in totaal een bedrag van € 60,3 miljoen overgeboekt.

7. Topsector Logistiek

Voor het jaar 2015 wordt ten behoeve van de financiële dekking voor het jaarplan 2015 van de Topsector Logistiek € 8,5 miljoen overgeheveld vanuit het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII. Meerjarig wordt er in totaal € 42 miljoen overgeboekt (periode 2015–2020). In 2015 wordt er een verplichting aangegaan van € 20,5 miljoen.

8. Overboeking IF Luchtkwaliteit

Op het Infrastructuurfonds staat in de periode 2015–2018 een nog resterend bedrag van € 23 miljoen gereserveerd voor maatregelen in het kader van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL), waarvan € 5 miljoen in 2015. De uitvoering van deze maatregelen worden verantwoord op Hoofdstuk XII, artikel 20 Lucht en Geluid. Bij deze begroting hevelt IenM de middelen over naar Hoofdstuk XII ten behoeve van een correcte verantwoording aan de Tweede Kamer.

9. Generale kasschuif: Bijdragen derden (Infrastructuurfonds)

Deze post bestaat uit diverse ontvangsten van derden. De belangrijkste bijdragen zijn een bijdrage van Vlaanderen aan het project Kanaal Gent-Terneuzen (€ 120,0 miljoen), een bijdrage van de regio aan de N35 Nijverdal-Wierden (€ 71,5 miljoen) en een bijdrage van de provincie Noord-Holland aan het project Zeetoegang IJmond (€ 56,7 miljoen). De projectuitgaven van deze projecten zijn pas in latere jaren voorzien. Middels een kasschuif via het generale beeld, worden deze financiële middelen (€ 250 miljoen) verschoven van 2015 naar 2016 (€ 100 miljoen) 2018 (€ 75 miljoen) en 2019 (€ 75 miljoen). Aangezien de voeding van het Infrastructuurfonds via artikel 26 loopt, wordt deze kasschuif ook op Hoofdstuk XII zichtbaar. Zie voor meer toelichting de 1e suppletoire 2015 van het Infrastructuurfonds.

10. Generale kasschuif Deltafonds

Op het Deltafonds lopen een aantal uitvoeringsprogramma’s af. Daarnaast zijn de deltabeslissingen genomen en is het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma opgestart. Dit leidt een beperkte herijking van de kasprognoses. Derhalve wordt een kasschuif via de algemene middelen van € 75 miljoen op het Deltafonds van 2015 naar 2019 aangebracht. Aangezien de voeding van het Deltafonds via artikel 26 loopt, wordt deze kasschuif ook op Hoofdstuk XII zichtbaar. Zie voor meer toelichting de 1e suppletoire 2015 van het Deltafonds.

11. Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS)

Dit betreft HGIS middelen voor onder meer de uitvoering van Partners voor Water, ESTEC (European Space Research and Technology Centre) en de afhandeling van een in Panama aangespannen arbitragezaak over het wel of niet moeten afnemen van emissierechten uit het CDM-waterkrachtproject Xacbal/Panama In februari 2015 is de uitspraak gekomen en negatief voor Nederland geëindigd. Conform HGIS-besluitvorming 2014 wordt IenM hiervoor gecompenseerd vanuit de HGIS.

12. Eindejaarsmarge

Bij 1e suppletoire wordt het voordelig saldo voor 2014 via de eindejaarsmarge aan de begroting van IenM toegevoegd op Hoofdstuk XII van het jaar 2015 (€ 23 miljoen).

13. Loon- en Prijsbijstelling

Dit betreft de toegekende loon- en prijsbijstelling 2015. De loon- en

prijsbijstelling voor alle IenM begrotingen wordt voorlopig technisch aan Hoofdstuk XII op artikel 99 toegevoegd en zal bij Ontwerpbegroting 2016 binnen de IenM begroting worden toebedeeld.

14. Diversen

Het grootste deel van deze post wordt verklaard door overboekingen naar het artikel 25 Brede Doeluitkering. Daarnaast betreft het diverse interdepartementale overboekingen, zoals naar het Ministerie van Economische Zaken voor ESA (European Space Science) € 2,5 miljoen en voor de Green Deal «Openbaar Toegankelijke Laadinfrastructuur» voor € 2,5 miljoen en de overboeking van € 12 miljoen van het Ministerie van Defensie naar IenM in het kader van het Search and Rescue (SAR)-contract. Verder wordt het surplus aan eigen vermogen van de agentschappen ten gunste gebracht aan de IenM begroting (€ 1,4 miljoen). Dit surplus is opgebouwd uit het surplus van ILT (€ 0,5 mln) en NEa (€ 0,9 miljoen). Daarnaast zijn er onder andere ontvangsten voor de verrekening van de centrale uitgaven bedrijfsvoering op artikel 98 en op artikel 22 Externe veiligheid en risico’s voor verschillende programma’s.

2.2 De beleidsartikelen

Artikel 11 Waterkwantiteit

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

11

Waterkwantiteit

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

30.634

0

30.634

4.994

35.628

– 1.056

– 695

– 311

– 2.476

Uitgaven:

37.847

0

37.847

– 1.300

36.547

– 757

– 277

– 276

– 276

Waarvan juridisch verplicht:

83%

83%

11.01

Algemeen waterbeleid

32.903

0

32.903

– 1.766

31.137

– 757

– 277

– 276

– 276

11.01.01

Opdrachten

3.354

0

3.354

– 1.005

2.349

– 344

– 274

– 273

– 276

11.01.02

Subsidies

9.506

0

9.506

– 878

8.628

– 410

0

0

0

 

– Partners voor Water (HGIS)

9.506

0

9.506

– 878

8.628

– 410

     
 

– Overige subsidies

0

0

0

0

0

       

11.01.03

Bijdrage aan agentschappen

18.005

0

18.005

120

18.125

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

17.605

0

17.605

0

17.605

       
 

– waarvan bijdrage aan KNMI

400

0

400

120

520

       

11.01.04

Bijdrage aan medeoverheden

2.038

0

2.038

– 3

2.035

– 3

– 3

– 3

 

11.02

Waterveiligheid

2.516

0

2.516

386

2.902

0

0

0

0

11.02.01

Opdrachten

2.516

0

2.516

386

2.902

       

11.03

Grote oppervlaktewateren

2.428

0

2.428

80

2.508

0

0

0

0

11.03.01

Opdrachten

2.107

0

2.107

1

2.108

– 73

– 66

– 55

– 55

11.03.05

Bijdrage aan internationale organisaties

321

0

321

79

400

73

66

55

55

 

Ontvangsten

23.800

0

23.800

0

23.800

0

0

0

0

Verplichtingen

IenM doet voor ruim € 5 miljoen beroep op de eindejaarsmarge van HGIS. Dit betreft de verplichtingen die in 2014 niet tot betaling van uitgaven zijn gekomen, voornamelijk ten behoeve van Partners voor Water.

11.01 Algemeen waterbeleid

De lagere uitgaven op Algemeen Waterbeleid hebben met name te maken met Partners voor Water. Binnen Partners voor Water heeft er een kas- en verplichtingenschuif plaatsgevonden van 2015 naar 2014 bij 2e Suppletoire 2014. Verder is er een herschikking geweest door het opheffen van een directie waarbij de werkzaamheden en middelen in de lijn zijn teruggebracht en verdeeld over de artikelonderdelen binnen artikel 11.

Artikel 12 Waterkwaliteit

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

12

Waterkwaliteit

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

4.564

0

4.564

– 88

4.476

– 477

– 637

– 525

– 400

Uitgaven:

6.225

0

6.225

– 660

5.565

– 375

– 375

– 375

– 375

Waarvan juridisch verplicht:

78%

77%

12.01

Waterkwaliteit

6.225

0

6.225

– 660

5.565

– 375

– 375

– 375

– 375

12.01.01

Opdrachten

4.012

0

4.012

199

4.211

– 455

– 687

– 575

– 450

12.01.02

Subsidies

262

0

262

– 122

140

– 40

112

   

12.01.03

Bijdrage aan agentschappen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

0

0

0

0

0

       
 

* Verbeterprogramma Waterkwaliteit rijkswateren

0

0

0

0

0

       
 

* Natuurcompensatie Perkpolder

0

0

0

0

0

       
 

* Natuurlijker Markermeer/IJ'meer

0

0

0

0

0

       
 

* Verruiming vaargeul Westerschelde

0

0

0

0

0

       

12.01.04

Bijdrage aan medeoverheden

404

0

404

0

404

       

12.01.05

Bijdrage aan internationale organisaties

1.547

0

1.547

– 737

810

120

200

200

75

 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

De wijzigingen bij 1e suppletoire begroting binnen dit artikel zijn kleiner dan de gehanteerde norm en worden daarom niet uiteengezet (zie de leeswijzer).

Artikel 13 Ruimtelijke ontwikkeling

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

13

Ruimtelijke ontwikkeling

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

172.802

– 500

172.302

– 79.739

92.563

– 1.463

– 1.574

– 880

– 358

Uitgaven:

194.736

– 500

194.236

– 81.116

113.120

757

297

126

126

Waarvan juridisch verplicht:

79%

     

100%

       

13.01

Ruimtelijk instrumentarium

11.712

– 126

11.586

914

12.500

167

97

126

126

13.01.01

Opdrachten

6.206

– 126

6.080

456

6.536

167

97

126

126

 

– Wabo

2.998

– 126

2.872

– 497

2.375

       
 

– Architectonisch beleid

1.522

0

1.522

40

1.562

       
 

– Overige opdrachten

1.686

0

1.686

913

2.599

167

97

126

126

13.01.02

Subsidies

3.506

0

3.506

246

3.752

       

13.01.03

Bijdrage aan agentschappen

1.200

0

1.200

0

1.200

       
 

– waarvan bijdrage aan RWS

1.200

0

1.200

0

1.200

       

13.01.04

Bijdrage aan medeoverheden

800

0

800

212

1.012

       

13.02

Geo-informatie

42.967

0

42.967

2.815

45.782

0

0

0

0

13.02.01

Opdrachten

2.173

0

2.173

150

2.323

150

– 780

– 780

– 780

13.02.02

Subsidies

12.532

0

12.532

0

12.532

0

380

380

380

 

– Basisregistraties

12.532

0

12.532

0

12.532

 

380

380

380

13.02.06

Bijdrage aan ZBO en RWT

28.262

0

28.262

2.665

30.927

– 150

400

400

400

 

– Kadaster

28.262

0

28.262

2.665

30.927

– 150

400

400

400

13.03

Gebiedsontwikkeling

3.828

0

3.828

– 768

3.060

0

0

0

0

13.03.01

Opdrachten

1.219

0

1.219

– 195

1.024

       

13.03.02

Subsidies

60

0

60

0

60

       

13.03.03

Bijdrage aan agentschappen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

0

0

0

0

0

       

13.03.04

Bijdrage aan medeoverheden

2.549

0

2.549

– 573

1.976

0

0

0

0

 

– Projecten BIRK

2.549

0

2.549

– 573

1.976

       
 

– Projecten Nota Ruimte

0

0

0

0

0

       
 

– Projecten Bestaand Rotterdams Gebied

0

0

0

0

0

       

13.04

Ruimtegebruik bodem

128.967

– 374

128.593

– 83.888

44.705

590

200

0

0

13.04.01

Opdrachten

3.505

0

3.505

– 693

2.812

180

200

   

13.04.02

Subsidies

16.538

0

16.538

– 71

16.467

20

0

0

0

 

– Bedrijvenregeling

10.000

0

10.000

– 521

9.479

       
 

– Bodemsanering NS

4.538

0

4.538

0

4.538

       
 

– Overige subsidies

2.000

0

2.000

450

2.450

20

     

13.04.03

Bijdrage aan agentschappen

6.750

0

6.750

0

6.750

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

6.750

0

6.750

0

6.750

       

13.04.04

Bijdrage aan medeoverheden

99.854

– 374

99.480

– 83.124

16.356

390

0

0

0

 

– Meerjarenprogramma Bodem

99.054

– 374

98.680

– 83.338

15.342

0

0

0

0

 

– Programma Gebiedsgericht instrumentarium

800

0

800

214

1.014

390

     

13.04.07

Bekostiging

2.320

0

2.320

0

2.320

0

0

0

0

 

– Uitvoering klimaatadaptie

2.320

0

2.320

0

2.320

       

13.05

Eenvoudig Beter

7.262

0

7.262

– 189

7.073

0

0

0

0

13.05.01

Opdrachten

6.949

0

6.949

– 189

6.760

0

0

0

0

 

– Eenvoudig beter

3.949

0

3.949

– 60

3.889

       
 

– OLO 3

3.000

0

3.000

– 129

2.871

       

13.05.03

Bijdrage aan agentschappen

313

0

313

0

313

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

313

0

313

0

313

       
 

Ontvangsten

934

0

934

2.890

3.824

0

0

0

0

Verplichtingen

De verlaging van het beschikbare bedrag verplichtingen vloeit voort uit de decentralisatie uitkering Bodem aan het Gemeente- en Provinciefonds, zoals gemeld onder 13.04 Ruimtegebruik bodem.

13.04 Ruimtegebruik bodem

Overboeking Gemeente- en Provinciefonds (Bodem)

Op artikel 13 Ruimtelijke ontwikkeling worden de bijdragen aan medeoverheden voor het Meerjarenprogramma bodem verantwoord.

2015 is het laatste jaar van het «Convenant bodemontwikkelingsbeleid en aanpak spoedlocaties». De middelen die zijn toegekend aan dit bodemconvenant worden in deze budgettaire nota gedecentraliseerd via het Gemeente- en Provinciefonds.

Het bodembeleid voor de periode 2016–2020 is opgenomen in het convenant «Bodem en Ondergrond 2016–2020». Dit convenant is ondertekend door het Rijk, het IPO, de VNG en de Unie van Waterschappen. Met de ondertekening van het convenant wordt ook de definitieve stap gezet naar de verdere decentralisatie van de middelen. Tevens vindt de uitfinanciering van oude afspraken plaats. Het betreft de rijksbijdrage aan het Rotterdamse gasfabriekprogramma in de periode 2016–2020 en de afkoop van de rijksbijdragen aan het Amsterdamse gasfabriekenprogramma, de Volgermeerpolder, aanpak asbest in het Gijmink in Overijssel en bodemsanering van het Thermphos-terrein in Zeeland. De budgettaire gevolgen zullen worden verwerkt bij Ontwerpbegroting 2016.

Caribisch Nederland – drinkwaterkwaliteit en -kwantiteit

Vanuit verschillende artikelen worden middelen overgeboekt naar artikelonderdeel 13.04 (Programma Gebiedsgericht Instrumentarium) voor uitvoeringstaken op het gebied van drinkwaterkwaliteit en drinkwaterkwantiteit op Caribisch Nederland

13.05 Eenvoudig beter

Overschot OLO-2

Binnen het programma Omgevingsloketonline wordt bij OLO-2 een overschot verwacht (€ 0,5 miljoen) als gevolg van de verrekening van de kosten van de release van OLO 2.11.

Ombouw OLO-3

DCI (Directie Concern Informatievoorziening) voert de opzet van OLO (omgevingsloket online) uit. In het kader van de uitvoering van OLO-3 wordt € 0,6 miljoen overgeboekt naar artikel 97 Algemeen departement (DCI is de interne uitvoerder van IenM). Diens uitgaven worden verantwoord op artikel 97 Algemeen departement.

Ontvangsten

De Unie van Waterschappen draagt bij aan de kosten van de opdrachtverstrekking aan het Kadaster voor Basisregistraties. Voor het innen van de gelden is een vordering vastgelegd. Op basis van de ontvangst wordt een aanvullende opdracht verstrekt aan het Kadaster. Hiervoor dient het uitgavenbudget voor het BRK (Basisregistraties Kadaster) deels te worden opgehoogd.

Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

14

Wegen en verkeersveiligheid

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

30.322

0

30.322

2.220

32.542

– 2.302

– 892

526

163

Uitgaven:

32.043

0

32.043

1.095

33.138

998

– 92

1.326

163

Waarvan juridisch verplicht:

68%

87%

14.01

Netwerk

15.029

0

15.029

1.201

16.230

1.166

– 36

1.365

192

14.01.01

Opdrachten

10.303

0

10.303

1.456

11.759

1.096

– 96

1.365

192

 

– Beter benutten

5.180

0

5.180

1.662

6.842

1.430

– 60

1.382

 
 

– Overige opdrachten

5.123

0

5.123

– 206

4.917

– 334

– 36

– 17

192

14.01.02

Subsidies

2.166

0

2.166

– 988

1.178

70

60

   

14.01.03

Bijdrage aan agentschappen

2.560

0

2.560

733

3.293

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

2.560

0

2.560

733

3.293

       

14.02

Veiligheid

17.014

0

17.014

– 106

16.908

– 168

– 56

– 39

– 29

14.02.01

Opdrachten

5.313

0

5.313

– 106

5.207

– 968

– 56

– 39

– 29

14.02.02

Subsidies

11.313

0

11.313

0

11.313

800

     

14.02.03

Bijdrage aan agentschappen

388

0

388

0

388

       
 

– waarvan bijdrage aan RWS

388

0

388

0

388

       

Ontvangsten

6.782

0

6.782

– 398

6.384

0

0

0

0

14.01 Netwerk

Beter Benutten

Ten behoeve van het programma Beter Benutten Intelligente Transport Systemen (ITS) worden middelen overgeheveld uit het Infrastructuurfonds artikel 12. ITS gaat om de toepassing van informatie- en communicatietechnologieën in transport, infrastructuur en voertuigen om het verkeer veiliger, efficiënter en betrouwbaarder te maken. De ITS-maatregelen zijn in zeven pijlers onder te verdelen: Multimodale reisinformatie, Spookfiles, Open parkeerdata, Brabant In Car III, Reisinformatiediensten, Blauwe Golf en de Data Verbeter Top 5.

Overige opdrachten

Bij Najaarsnota 2014 is gemeld dat de ministerraad een besluit zal nemen over de verstrekking van een renteloze lening voor infrastructurele werken aan Saba. De ministerraad heeft ingestemd met de lening van $ 2,5 mln, die wordt gefinancierd uit het opdrachtenbudget artikel 14. De lening wordt in de periode 2016 tot en met 2025 afgelost in jaarlijkse termijnen van € 0,2 mln door een inhouding op het BES-fonds. De inhouding wordt overgeboekt naar IenM.

Artikel 15 OV-keten

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

15

OV-keten

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

6.021

500

6.521

– 1.304

5.217

– 542

– 554

– 543

– 319

Uitgaven:

6.021

500

6.521

– 41

6.480

22

– 87

– 76

– 271

Waarvan juridisch verplicht:

70%

     

50%

       

15.01

OV-keten

6.021

500

6.521

– 41

6.480

22

– 87

– 76

– 271

15.01.01

Opdrachten

4.268

500

4.768

– 376

4.392

22

– 87

– 76

– 271

15.01.02

Subsidies

758

0

758

335

1.093

       

15.01.03

Bijdrage aan agentschappen

995

0

995

0

995

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

995

0

995

0

995

       

Ontvangsten

0

0

0

122

122

0

0

0

0

15.01 Openbaar vervoer

Subsidie regionaal OV systeem

Dit betreft subsidies voor de Boordcomputer Taxi (BCT) en voor de onafhankelijke OV-klantenbarometer. De OV-klantenbarometer heeft betrekking op al het openbaar vervoer dat wordt aangestuurd door de provincies en stadregio’s.

Ontvangsten

Met het oog op de eindafrekening van de tijdelijke subsidieregeling Boordcomputer Taxi (BCT) wordt rekening gehouden met een incidentele ontvangstenmeevaller, zoals zich ook in 2014 heeft voorgedaan.

Artikel 16 Spoor

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

16

Spoor

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

19.709

0

19.709

18.401

38.110

– 59

– 24

– 15

– 10

Uitgaven:

28.785

0

28.785

10.090

38.875

9.017

– 24

– 15

– 10

Waarvan juridisch verplicht:

98%

38%

16.01

Spoor

28.785

0

28.785

10.090

38.875

9.017

– 24

– 15

– 10

16.01.01

Opdrachten

2.339

0

2.339

10.054

12.393

– 59

– 24

– 15

– 10

 

– ERTMS

0

0

0

10.101

10.101

       
 

– Overige opdrachten

2.339

0

2.339

– 47

2.292

– 59

– 24

– 15

– 10

16.01.02

Subsidies

26.346

0

26.346

92

26.438

9.076

0

0

0

 

– GSM-R

15.000

0

15.000

0

15.000

       
 

– Subsidie bodemsanering NS percelen

9.076

0

9.076

0

9.076

9.076

     
 

– Overige subsidies

2.270

0

2.270

92

2.362

       

16.01.03

Bijdrage aan agentschappen

0

0

0

44

44

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan KNMI

0

0

0

44

44

       
 

– waarvan bijdrage aan RWS

0

0

0

0

0

       

16.01.05

Bijdragen aan internationale organisaties

100

0

100

– 100

0

0

0

0

0

 

Ontvangsten

0

0

0

135

135

0

0

0

0

Verplichtingen

De verhoging van het beschikbare bedrag verplichtingen vloeit voort uit het convenant «Bodemsanering NS-percelen». Op basis van dit convenant ontvangt de stichting bodemsanering Nederland een totale subsidie van € 18 miljoen in 2015 en 2016. Het kasbudget was reeds bij Miljoenennota 2015 opgenomen, het verplichtingenbudget wordt bij Voorjaarsnota opgehoogd.

16.01 Spoor

ERTMS

De verhoging van de uitgaven op artikel 16 betreft nagenoeg geheel de bijdrage aan NS voor de ERTMS pilot Amsterdam-Utrecht. Hiervoor worden middelen overgeboekt vanuit het Infrastructuurfonds artikel 13 Spoor. De uitgaven voor de ERTMS pilot worden namelijk op de operationele doelstelling 13.03 in het Infrastructuurfonds geraamd maar de uitgaven, met uitzondering van de door ProRail gemaakte kosten, dienen op de begroting van Hoofdstuk XII te worden verantwoord.

Ontvangsten

Met het oog op de eindafrekening van overige subsidies wordt rekening gehouden met een ontvangstenmeevaller zoals zich ook in 2014 heeft voorgedaan.

Artikel 17 Luchtvaart

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

17

Luchtvaart

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

20.617

0

20.617

– 698

19.919

– 294

– 181

– 40

– 29

Uitgaven:

23.759

0

23.759

– 639

23.120

– 294

– 181

– 40

– 29

Waarvan juridisch verplicht:

82%

82%

17.01

Luchtvaart

23.759

0

23.759

– 639

23.120

– 294

– 181

– 40

– 29

17.01.01

Opdrachten

10.229

0

10.229

– 864

9.365

– 752

– 639

– 298

– 287

 

– Opdrachten GIS

5.001

0

5.001

0

5.001

       
 

– Leefbaarheidsfonds

0

0

0

0

0

       
 

– Overige opdrachten

5.228

0

5.228

– 864

4.364

– 752

– 639

– 298

– 287

17.01.02

Subsidies

452

0

452

215

667

458

458

258

258

17.01.03

Bijdrage aan agentschappen

11.898

0

11.898

10

11.908

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS (Caribisch Nederland)

11.850

0

11.850

0

11.850

       
 

– waarvan bijdrage aan RWS

48

0

48

– 13

35

       
 

– waarvan bijdrage aan KNMI

0

0

0

23

23

       

17.01.05

Bijdrage aan internationale organisaties

1.180

0

1.180

0

1.180

       
 

Ontvangsten

33.109

0

33.109

240

33.349

– 200

– 300

0

0

17.01 Luchtvaart

Subsidie Corporate Biofuel Programme

In 2015, 2016 en 2017 draagt IenM jaarlijks € 0,2 miljoen bij aan het KLM Corporate Biofuel Programme. Dit is een innovatieprogramma waarbij ondernemingen ervoor kiezen om een deel van hun dienstreizen op duurzame biobrandstof te vliegen en zo de CO2-uitstoot te reduceren. De bijdrage van € 0,2 miljoen wordt door KLM volledig geïnvesteerd in duurzame biokerosine en draagt daarmee bij aan de vergroening van de luchtvaartsector.

Artikel 18 Scheepvaart en havens

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

18

Scheepvaart en Havens

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

4.707

0

4.707

29.386

34.093

– 310

– 271

– 14

– 10

Uitgaven:

4.732

0

4.732

8.436

13.168

18.671

6.780

4.456

2.599

Waarvan juridisch verplicht:

70%

100%

18.01

Scheepvaart en havens

4.732

0

4.732

8.436

13.168

18.671

6.780

4.456

2.599

18.01.01

Opdrachten

2.324

0

2.324

6.219

8.543

14.234

2.175

511

2.519

18.01.02

Subsidies

0

0

0

2.275

2.275

4.357

4.525

3.865

 

18.01.03

Bijdrage aan agentschappen

1.404

0

1.404

– 138

1.266

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

1.404

0

1.404

– 138

1.266

       

18.01.05

Bijdragen aan internationale organisaties

1.004

0

1.004

80

1.084

80

80

80

80

 

Ontvangsten

0

0

0

141

141

0

0

0

0

Verplichtingen

De verhoging van het beschikbare bedrag verplichtingen vloeit voort uit de dekking van de uitgaven voor de Topsector Logistiek jaarplan 2015, zoals gemeld onder 18.01 Scheepvaart en havens. In 2015 wordt voor het Jaarplan 2015 Topsector Logistiek € 20,5 miljoen aan verplichtingen aangegaan.

18.01 Scheepvaart en havens

Topsector Logistiek

Ten behoeve van de financiële dekking voor het jaarplan 2015 van de Topsector Logistiek wordt € 8,5 miljoen overgeheveld uit het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII. Het jaarplan omvat verschillende projecten om de ambities van de Topsector Logistiek op de thema’s bereikbaarheid, leefbaarheid en concurrentiekracht te realiseren.

Ontvangsten

In 2014 heeft zich een ontvangstenmeevaller voorgedaan op de tijdelijke subsidieregeling maritieme innovatie. Met het oog op de eindafrekening van deze regeling wordt in 2015 rekening gehouden met eenzelfde ontvangstenmeevaller, zoals zich in 2014 heeft voorgedaan.

Artikel 19 Klimaat

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

19

Klimaat

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

55.891

0

55.891

2.434

58.325

4.942

4.297

4.172

6.939

Uitgaven:

59.915

0

59.915

10.990

70.905

5.058

4.447

4.347

6.939

Waarvan juridisch verplicht:

80%

100%

19.01

Klimaat

25.124

0

25.124

– 9.414

15.710

– 4.016

– 3.948

– 3.478

– 728

19.01.01

Opdrachten

9.032

0

9.032

– 7.283

1.749

– 4.085

– 3.948

– 3.478

– 728

19.01.02

Subsidies

5.300

0

5.300

– 2.590

2.710

69

     

19.01.03

Bijdrage aan agentschappen

10.792

0

10.792

459

11.251

0

0

0

0

 

– Waarvan bijdrage aan KNMI

218

0

218

432

650

       
 

– Waarvan bijdrage aan RWS

3.391

0

3.391

0

3.391

       
 

– Waarvan bijdrage aan Nea

7.183

0

7.183

27

7.210

       

19.02

Internationaal beleid, coordinatie en samenwerking

34.791

0

34.791

20.404

55.195

9.074

8.395

7.825

7.667

19.02.01

Opdrachten

8.204

0

8.204

2.157

10.361

– 1.774

– 1.918

– 1.858

– 1.690

 

– Uitvoering CDM

0

0

0

6.900

6.900

       
 

– RIVM

0

0

0

0

0

       
 

– AgNL

0

0

0

0

0

       
 

– Interreg

2.783

0

2.783

0

2.783

       
 

– Overige opdrachten

5.421

0

5.421

– 4.743

678

– 1.774

– 1.918

– 1.858

– 1.690

19.02.03

Bijdrage aan agentschappen

23.913

0

23.913

17.127

41.040

10.848

10.313

9.683

9.357

 

– waarvan bijdrage aan RIVM

23.509

0

23.509

7.709

31.218

6.794

6.483

6.389

6.064

 

– waarvan bijdrage aan RWS

402

0

402

0

402

       
 

– waarvan bijdrage aan RVO

2

0

2

9.418

9.420

4.054

3.830

3.294

3.293

19.02.05

Bijdrage aan internationale organisaties

2.674

0

2.674

1.120

3.794

       
 

Ontvangsten

168.000

0

168.000

0

168.000

0

0

0

0

19.01 Klimaat

Gecoördineerde opdrachtverlening RVO

De totale opdracht aan het RVO wordt verantwoord op artikelonderdeel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar het hiervoor genoemde artikel.

Overboeking naar BDU

In het kader van praktijkproeven met waterstofbussen in het openbaar vervoer worden er middelen gedecentraliseerd naar het BDU. De verplichtingenbudgetten zijn reeds in 2014 overgeboekt en bij deze begroting worden de bijbehorende uitgavenbudgetten overgeboekt.

19.02 Internationaal beleid, coördinatie en samenwerking

Gecoördineerde opdrachtverlening RVO

De totale opdracht aan het RVO wordt verantwoord op artikel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar dit artikel. In 2015 is de totale omvang van opdrachten aan het RVO € 9,4 miljoen.

Gecoördineerde opdrachtverlening RIVM

De totale opdracht aan het RIVM wordt verantwoord op artikel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar dit artikel.

Arbitragezaak Panama (HGIS)

Bij HGIS-besluitvorming 2014 is afgesproken dat eventuele verplichtingen die mogelijk voortvloeien uit een in Panama aangespannen arbitragezaak over het wel of niet moeten afnemen van emissierechten uit het CDM-waterkrachtproject Xacbal/Panama en uit twee vergelijkbare zaken worden opgevangen binnen de HGIS. In februari 2015 is de uitspraak in de arbitragezaak Xacbal/Panama gekomen en negatief voor Nederland geëindigd. In totaal bedragen de kosten die samenhangen met deze arbitragezaak € 6,7 miljoen. Conform HGIS-besluitvorming 2014 wordt IenM hiervoor gecompenseerd vanuit de HGIS.

Overboeking t.b.v. ESA (ruimtevaart)

In het kader van ESA-ruimtevaart worden middelen naar het Ministerie van Economische Zaken overgeheveld (€ 2,5 miljoen). Deze bijdrage wordt gedaan voor de ontwikkeling van producten van ESA-programma’s.

Artikel 20 Lucht en geluid

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

20

Lucht en Geluid

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

25.638

0

25.638

9.783

35.421

– 284

– 126

– 1.489

– 1.194

Uitgaven:

36.450

0

36.450

– 24

36.426

1.716

874

10.366

– 1.194

Waarvan juridisch verplicht:

92%

100%

20.01

Luchtkwaliteit en tegengaan geluidshinder

36.450

0

36.450

– 24

36.426

1.716

874

10.366

– 1.194

20.01.01

Opdrachten

7.328

0

7.328

– 1.333

5.995

– 771

– 1.434

– 1.489

– 1.194

 

– Verkeersemmissies

3.802

0

3.802

– 1.370

2.432

 

– 1.206

– 1.194

– 1.194

 

– Geluid- en luchtsanering

3.526

0

3.526

37

3.563

– 771

– 228

– 295

 

20.01.02

Subsidies

2.000

0

2.000

2.262

4.262

3.687

2.308

0

0

 

– Euro 6 en Euro-VI

2.000

0

2.000

2.262

4.262

3.687

2.308

   

20.01.03

Bijdrage aan agentschappen

1.057

0

1.057

0

1.057

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

1.057

0

1.057

0

1.057

       

20.01.04

Bijdrage aan medeoverheden

25.191

0

25.191

– 1.400

23.791

– 1.200

0

11.855

0

 

– NSL

1.250

0

1.250

– 1.250

0

   

11.855

 
 

– Wegverkeerlawaai

23.941

0

23.941

– 150

23.791

– 1.200

     
 

– Overige bijdrage medeoverheden

0

0

0

0

0

       

20.01.07

Bekostiging

874

0

874

447

1.321

       
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Verplichtingen

De verhoging van de verplichtingen heeft er met name mee te maken dat bij de overboeking van het Infrastructuurfonds naar Hoofdstuk XII naast kasbudget ook verplichtingenbudget wordt overgeheveld.

20.01 Luchtkwaliteit en tegengaan geluidshinder

Gecoördineerde opdrachtverlening RIVM

De totale opdracht aan het RIVM wordt verantwoord op artikelonderdeel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar het hiervoor genoemde artikel.

Overboeking ten behoeve van Green Deal Laadinfrastructuur

In het kader van de Green Deal «Openbaar Toegankelijke Laadinfrastructuur» wordt een bedrag van € 2,5 miljoen overgeheveld naar het Ministerie van Economische Zaken. Deze bijdrage is nodig voor de infrastructuur van laadpunten voor elektrische auto’s.

Overboeking van Infrastructuurfonds

Op het Infrastructuurfonds staat in de periode 2015–2018 een nog resterend bedrag van € 23 miljoen gereserveerd voor maatregelen in het kader van het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit (NSL). Bij deze begroting hevelt IenM de middelen over naar Hoofdstuk XII ten behoeve van een correcte verantwoording. Voor 2015 is dit een bedrag van € 5,2 miljoen.

Artikel 21 Duurzaamheid

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

21

Duurzaamheid

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

19.262

1.000

20.262

724

20.986

– 348

862

874

– 2.108

Uitgaven:

20.493

1.000

21.493

– 2.135

19.358

– 286

862

874

– 2.108

Waarvan juridisch verplicht:

85%

100%

21.04

Duurzaamheidsinstrumentarium

1.787

0

1.787

– 336

1.451

– 331

– 129

– 155

– 322

21.04.01

Opdrachten

1.593

0

1.593

– 336

1.257

– 331

– 129

– 155

– 322

21.04.03

Bijdrage aan agentschappen

194

0

194

0

194

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

194

0

194

0

194

       

21.05

Duurzame Productketens

15.399

1.000

16.399

– 1.054

15.345

700

1.646

1.684

– 1.131

21.05.01

Opdrachten

12.279

1.000

13.279

– 1.702

11.577

638

1.646

1.684

– 1.131

21.05.02

Subsidies

520

0

520

648

1.168

62

     

21.05.03

Bijdrage aan agentschappen

2.600

0

2.600

0

2.600

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

2.600

0

2.600

0

2.600

       

21.06

Natuurlijk kapitaal

3.307

0

3.307

– 745

2.562

– 655

– 655

– 655

– 655

21.06.01

Opdrachten

2.079

0

2.079

– 386

1.693

– 655

– 655

– 655

– 655

21.06.02

Subsidies

359

0

359

– 359

0

       

21.06.03

Bijdrage aan agentschappen

869

0

869

0

869

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

869

0

869

0

869

       

21.06.04

Bijdrage aan medeoverheden

0

0

0

0

0

       
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

21.05 Duurzame Productketens

Gecoördineerde opdrachtverlening RVO

De totale opdracht aan het RVO wordt verantwoord op artikelonderdeel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar het hiervoor genoemde artikel.

Gecoördineerde opdrachtverlening RIVM

De totale opdracht aan het RIVM wordt verantwoord op artikelonderdeel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar het hiervoor genoemde artikel.

Caribisch Nederland – Afvalbeheer

Voor het opzetten van afvalbeheer op Caribisch Nederland vindt er een overboeking plaats van verschillende artikelen (13, 16 en 18) naar artikel 21.

Artikel 22 Externe veiligheid en risico’s

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

22

Externe veiligheid en risico's

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

42.203

– 1.000

41.203

9.952

51.155

– 4.355

– 3.950

– 4.232

– 4.137

Uitgaven:

43.846

– 1.000

42.846

5.023

47.869

– 4.383

– 3.950

– 4.232

– 4.137

Waarvan juridisch verplicht:

94%

50%

22.01

Veiligheid chemische stoffen

10.597

0

10.597

523

11.120

– 2.372

– 2.720

– 3.732

– 3.407

22.01.01

Opdrachten

7.483

0

7.483

– 3.448

4.035

– 2.655

– 3.320

– 3.907

– 3.582

 

– Veiligheid en gezondheid

2.182

0

2.182

– 1.547

635

– 1.443

– 1.452

– 1.214

– 1.412

 

– Overige opdrachten

5.301

0

5.301

– 1.901

3.400

– 1.212

– 1.868

– 2.693

– 2.170

22.01.02

Subsidies

2.469

0

2.469

3.971

6.440

303

600

175

175

22.01.03

Bijdrage aan agentschappen

645

0

645

0

645

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

645

0

645

0

645

       

22.01.05

Bijdragen aan internationale organisaties

0

0

0

0

0

– 20

     

22.02

Veiligheid GGO's

2.910

0

2.910

– 231

2.679

– 1.400

– 730

0

– 230

22.02.01

Opdrachten

2.910

0

2.910

– 231

2.679

– 1.400

– 730

0

– 230

22.02.05

Bijdragen aan internationale organisaties

0

0

0

0

0

       

22.03

Externe veiligheid inrichtingen en transport

30.339

– 1.000

29.339

4.731

34.070

– 611

– 500

– 500

– 500

22.03.01

Opdrachten

24.053

– 1.000

23.053

– 2.031

21.022

– 611

– 500

– 500

– 500

 

– Programma omgevingsveiligheid

19.000

– 1.000

18.000

– 289

17.711

       
 

– Uitvoering veiligheid inrichtingen en basisnetten

3.083

0

3.083

– 742

2.341

– 611

– 500

– 500

– 500

 

– Overige opdrachten

1.970

0

1.970

– 1.000

970

       

22.03.02

Subsidies

524

0

524

3.057

3.581

4.500

7.000

21.591

21.583

22.03.03

Bijdrage aan agentschappen

2.762

0

2.762

0

2.762

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan RWS

2.762

0

2.762

0

2.762

       

22.03.04

Bijdragen aan medeoverheden

0

0

0

6.177

6.177

– 4.500

– 7.000

– 21.591

– 21.583

 

– Bijdragen asbestsanering

0

0

0

6.177

6.177

– 4.500

– 7.000

– 21.591

– 21.583

 

– Bijdragen programma Externe Veiligheid

0

0

0

0

0

       
 

– Overige bijdragen aan medeoverheden

0

0

0

0

0

       

22.03.05

Bijdragen aan internationale organisaties

0

0

0

0

0

       

22.03.09

Inkomensoverdracht

3.000

0

3.000

– 2.472

528

       

Ontvangsten

2.719

0

2.719

10.203

12.922

128

425

0

0

Verplichtingen

De verhoging van de verplichtingen heeft met name te maken met de desalderingen die verband houden met de uitvoering van NANoREG, ProSafe en de Saneringsregeling Asbestwegen derde fase.

22.01 Veiligheid chemische stoffen

Gecoördineerde opdrachtverlening RIVM

De totale opdracht aan het RIVM wordt verantwoord op artikelonderdeel 19.02.03. De in het kader van deze opdracht bij de afzonderlijke directies geraamde aanvullende budgetten worden dan ook overgeboekt naar het hiervoor genoemde artikel.

NANoREG

IenM ontvangt van de Europese Commissie (EC) middelen ten behoeve van de coördinatie van het EU-programma NANoREG. De uitvoering van dit project is ondergebracht bij het projectbureau NANoREG bij het RIVM. Artikel 22 fungeert als een doorgeefluik. Hierdoor wordt het subsidiebudget verhoogd met € 2,3 miljoen.

ProSafe

IenM ontvangt van de Europese Commissie (EC) middelen ten behoeve van de coördinatie van het EU-project ProSafe. Net als in het geval met NANoREG fungeert artikel 22 als een doorgeefluik. Hierdoor wordt het subsidiebudget verhoogd met € 1,6 miljoen.

22.03 Externe veiligheid inrichtingen en transport

De verhoging van dit budget betreft met name de afrekening van het project Saneringsregeling Asbestwegen derde fase (€ 6,2 miljoen).

Ontvangsten

De verhoging van de ontvangsten heeft met name te maken met de desalderingen zoals hierboven genoemd. IenM ontvangt van de Europese Commissie (EC) middelen ten behoeve van de coördinatie van het EU-programma NANoREG (€ 2,3 miljoen) en ProSafe (€ 1,6 miljoen). Daarnaast zijn er ontvangsten in het kader van de afrekening van het project Saneringsregeling Asbestwegen derde fase (€ 6,2 miljoen).

Artikel 23 Meteorologie, seismologie en aardobservatie

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

23

Meteorologie, seismologie en aardobservatie

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

40.781

0

40.781

165

40.946

Uitgaven:

39.914

0

39.914

165

40.079

0

0

0

0

Waarvan juridisch verplicht:

100%

100%

23.01

Meteorologie en seismologie

22.913

0

22.913

165

23.078

0

0

0

0

23.01.03

Bijdrage aan het agentschap KNMI

22.046

0

22.046

0

22.046

0

0

0

0

 

– Meteorologie

21.553

0

21.553

0

21.553

       
 

– Seismologie

493

0

493

0

493

       

23.01.04

Bijdrage aan internationale organisatie

867

0

867

165

1.032

0

0

0

0

 

– Contributie WMO (HGIS)

867

0

867

165

1.032

       

23.02

Aardobservatie

17.001

0

17.001

0

17.001

0

0

0

0

23.02.03

Bijdrage aan het agentschap KNMI

17.001

0

17.001

0

17.001

0

0

0

0

 

– Aardobservatie

17.001

0

17.001

0

17.001

       
 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

De wijzigingen bij 1e suppletoire begroting op dit artikel zijn zeer beperkt en kleiner dan de gehanteerde norm en worden verder niet uiteengezet (zie de leeswijzer).

Artikel 24 Handhaving en toezicht

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

24

Handhaving en toezicht

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

110.047

0

110.047

– 2.933

107.114

– 3.306

– 4.110

– 4.264

– 4.264

Uitgaven:

110.047

0

110.047

– 2.933

107.114

– 3.306

– 4.110

– 4.264

– 4.264

Waarvan juridisch verplicht:

100%

100%

24.01

Handhaving en toezicht

110.047

0

110.047

– 2.933

107.114

– 3.306

– 4.110

– 4.264

– 4.264

24.01.03

Bijdrage aan het agentschap ILT

110.047

0

110.047

– 2.933

107.114

– 3.306

– 4.110

– 4.264

– 4.264

 

– Risicovolle bedrijven

9.990

0

9.990

– 3.812

6.178

– 3.984

– 4.137

– 4.294

– 4.294

 

– Rail en wegvervoer

24.286

0

24.286

343

24.629

105

71

72

72

 

– Scheepvaart

14.892

0

14.892

– 36

14.856

– 29

– 50

– 49

– 49

 

– Luchtvaart

12.957

0

12.957

– 34

12.923

– 27

– 45

– 45

– 45

 

– Risicovolle stoffen en producten

33.131

0

33.131

129

33.260

144

103

103

103

 

– Water, bodem, bouwen

14.791

0

14.791

477

15.268

485

– 52

– 51

– 51

 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

24.01 Handhaving en toezicht

De afname komt voornamelijk door de budgettaire overboeking van middelen voor de Kernfysische Dienst (KFD) naar artikel 98 als gevolg van de overgang van de KFD in de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS) per 1 januari 2015.

Artikel 25 Brede Doeluitkering

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

25

Brede doeluitkering

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

1.807.451

0

1.807.451

0

1.807.451

Uitgaven:

1.782.405

0

1.782.405

91.001

1.873.406

0

0

0

0

Waarvan juridisch verplicht:

100%

100%

25.01

Brede doeluitkering

1.782.405

0

1.782.405

91.001

1.873.406

       

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

25.01 Brede doeluitkering

Beter Benutten

In het kader van het programma Beter Benutten wordt € 58,9 miljoen overgeboekt vanuit het Infrastructuurfonds.

Waterstofbussen

Via de BDU 2015 wordt € 4,7 miljoen beschikbaar gesteld voor proeven met zero-emissie waterstofbussen in het openbaar vervoer. De middelen bestemd voor vijf proeven met waterstofbussen zijn afkomstig van artikel 19 Klimaat.

Overige projecten

Naast Beter Benutten en de proeven met waterstofbussen vinden er voor diverse andere projecten overboekingen vanuit het Infrastructuurfonds naar de BDU plaats. Het betreft hier bijdragen aan stadregio’s en provincies voor de aanleg van P+R voorzieningen, een bijdrage aan de provincie Gelderland voor de in het Lenteakkoord 2012 afgesproken bijdrage aan drie spoorlijnen in Oost Nederland en bijdragen voor de decentralisatie van de spoorlijn Zwolle-Enschede en twee spoorprojecten in de gemeente Utrecht.

Artikel 26 Bijdrage investeringsfondsen

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

26

Bijdrage investeringsfondsen

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

6.453.944

0

6.453.944

– 405.136

6.048.808

70.544

– 6.029

60.239

149.918

Uitgaven:

6.453.944

0

6.453.944

– 405.136

6.048.808

70.544

– 6.029

60.239

149.918

26.01

Bijdrage aan het Infrastructuurfonds

5.329.360

0

5.329.360

– 330.527

4.998.833

69.774

– 6.799

59.499

74.553

26.02

Bijdrage aan het Deltafonds

1.124.584

0

1.124.584

– 74.609

1.049.975

770

770

740

75.365

 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Verplichtingen

De verplichtingenmutaties zijn een weerspiegeling van de bovenstaande toegelichte kasmutaties.

26.01 Bijdrage aan het Infrastructuurfonds

De bijdrage vanuit Hoofdstuk XII aan het Infrastructuurfonds wordt voor het jaar 2015 met € 330,8 miljoen verlaagd. De voeding wordt enerzijds verlaagd ten behoeve van de kasschuif via de algemene middelen (- € 250 miljoen), bijdragen aan de BDU (- € 86,3 miljoen, waarvan € 58,9 miljoen voor Beter Benutten, zie artikel 25) en de financiering van de ERTMS pilot en de Topsector Logistiek (- € 8,5) en anderzijds een toevoeging van de algemene middelen ten behoeve van de belasting van Infraspeed (€ 22,5 miljoen).

a) Kasschuif via algemene middelen

In 2015 worden voor de projecten Kanaal Gent-Terneuzen, N35 Nijverdal-Wierden en Zeetoegang IJmond versneld bijdragen van derden ontvangen, terwijl de projectuitgaven pas in latere jaren zijn voorzien. Middels een kasschuif via het generale beeld, worden deze financiële middelen (- € 250 miljoen) verschoven van 2015 naar 2016 (€ 100 miljoen) 2018 (€ 75 miljoen) en 2019 (€ 75 miljoen)

b) Naar BDU

In het kader van het programma Beter Benutten worden middelen aan de BDU overgeboekt (- € 58,9 miljoen). Daarnaast vinden diverse overboekingen plaats, waarvan de belangrijkste zijn: het toekennen aan de provincie Gelderland van de tranche 2015 voor de in het Lenteakkoord van 2012 afgesproken bijdrage aan 3 spoorlijnen in Oost Nederland, een tweetal toezeggingen aan de gemeente Utrecht, de decentralisatie bijdrage Zwolle-Enschede en een bijdrage aan de aanleg van P+R voorzieningen. Zie artikel 25 voor een verdere toelichting.

d) ERTMS en Topsector Logistiek

In het kader van de ERTMS pilot Amsterdam-Utrecht (€ 10,6 miljoen) en ter dekking van het jaarplan 2015 van de Topsector Logistiek (- € 8,5 miljoen) is de voeding aan het Infrastructuurfonds ten behoeve van verantwoording op Hoofdstuk XII achtergebleven (zie respectievelijk artikelen. Het Infrastructuurfonds wordt in de periode 2015 -2020 met € 42,3 miljoen, waarvan € 8,5 miljoen in 2015) verlaagd. Zie ook artikel 14 en 16 voor een verdere toelichting

c) Belasting Infraspeed

Een bedrag van € 22,5 miljoen wordt in 2015 vanuit de algemene middelen overgeboekt naar het infrastructuurfonds als gevolg van de clausule, opgenomen in het contract tussen de Staat en Infraspeed, met betrekking tot de aftrekbaarheid van de rente op de aandeelhoudersleningen. Tot en met 2028 wordt er in totaal een bedrag van € 60,3 miljoen overgeboekt.

26.02 Bijdrage aan het Deltafonds

De bijdrage vanuit Hoofdstuk XII aan het Deltafonds wordt voor het jaar 2015 met € 74,6 miljoen verlaagd. De voeding wordt voornamelijk als gevolg van de kasschuif via de algemene middelen (- € 75 miljoen). De voeding wordt verder verlaagd ten behoeve van de overboeking van middelen voor het budget BIRK/NSP (- € 0,4 miljoen). Aan de andere kant wordt de voeding vanuit Hoofdstuk XII IenM en Hoofdstuk XIII EZ met € 0,8 miljoen verhoogd ten behoeve van extra wettelijke monitoringverplichtingen.

a) Kasschuif via algemene middelen

Op het Deltafonds lopen een aantal uitvoeringsprogramma’s af. Daarnaast zijn de deltabeslissingen genomen en is het nieuwe Hoogwaterbeschermingsprogramma opgestart. IenM staat voor de opgave om het ritme van het meerjarige programma en het budget op het Deltafonds weer met elkaar in overeenstemming te brengen. Derhalve wordt een kasschuif via de algemene middelen van € 75 miljoen op het Deltafonds van 2015 naar 2019 aangebracht.

b) BIRK/NSP

Een deel van het budget van het beëindigde project IJsselsprong Zutphen wordt toegevoegd aan het aanverwante budget BIRK/NSP op hoofdstuk XII (€ 0,4 miljoen).

c) Wettelijke monitoringverplichtingen

IenM en EZ hebben afgesproken om gezamenlijk het monitoringbudget van RWS de komende jaren met € 0,8 miljoen per jaar te verhogen om aan de extra wettelijke monitoringverplichtingen te voldoen, voortvloeiende uit de vogel- en habitatrichtlijn en de kaderrichtlijn mariene strategie.

2.3 De niet-beleidsartikelen

Artikel 97 Algemeen departement

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

97

Algemeen departement

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

45.168

0

45.168

3.789

48.957

– 2.345

– 1.639

– 2.364

– 1.472

Uitgaven:

45.445

0

45.445

1.359

46.804

– 1.595

– 900

– 1.625

– 700

97.01

IenM-brede programmamiddelen

45.445

0

45.445

1.359

46.804

– 1.595

– 900

– 1.625

– 700

97.01.01

Opdrachten

23.213

0

23.213

359

23.572

– 2.595

– 1.900

– 2.625

– 1.700

97.01.02

Subsidies

250

0

250

1.000

1.250

1.000

1.000

1.000

1.000

97.01.03

Bijdrage aan agentschappen

16.605

0

16.605

0

16.605

0

0

0

0

 

– waarvan bijdrage aan KNMI

0

0

0

0

0

       
 

– waarvan bijdrage aan ILT

16.000

0

16.000

0

16.000

       
 

– waarvan bijdrage aan RWS

605

0

605

0

605

       

97.01.06

Bijdrage aan ZBO en RWT

5.377

0

5.377

0

5.377

       

Ontvangsten

3.373

0

3.373

– 1.100

2.273

– 1.100

– 1.100

– 1.100

– 1.100

Hieronder worden alle beleidsmatig relevante mutaties op het niveau van het artikelonderdeel zichtbaar gemaakt, en waar zinvol en relevant, ook toegelicht (zie leeswijzer).

Verplichtingen

De hogere verplichtingen in 2015 hebben met name te maken met het versterken van de eigenaarsrol in het kader van audits. Verder heeft er een verplichtingenschuif plaatsgevonden ten behoeve van de subsidieverlening aan de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek voor het programma SURF (Smart Urban Regions of the Future).

97.01 Algemeen departement

De hogere uitgaven in 2015 worden met name veroorzaakt door overboekingen vanuit artikel 13 ten behoeve van DCI voor het uitvoeren van de opzet van Omgevingsloketonline. Verder betreft dit een overheveling van middelen vanuit artikel 99 Nominaal en onvoorzien voor het versterken van de eigenaarsrol in het kader van audits, zoals gemeld in de Decemberbrief 2014 (Kamerstukken II, 2014/15, 34 000 XII nr. 62).

Artikel 98 Apparaat van het Kerndepartement

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

98

Apparaat van het kerndepartement

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

296.110

0

296.110

25.177

321.287

26.216

20.749

21.529

20.292

Uitgaven:

300.273

0

300.273

28.323

328.596

24.816

19.348

20.129

18.892

 

Personele uitgaven

207.452

0

207.452

19.865

227.317

20.369

19.401

20.390

19.465

 

– waarvan eigen personeel

184.953

0

184.953

17.022

201.975

17.651

17.162

18.151

17.226

 

– waarvan externe inhuur

11.317

0

11.317

2.786

14.103

2.718

2.239

2.239

2.239

 

– waarvan postactieven

11.182

0

11.182

57

11.239

       
 

Materiele uitgaven

92.821

0

92.821

8.458

101.279

4.447

– 53

– 261

– 573

 

– waarvan regulier materieel

30.261

0

30.261

6.775

37.036

– 969

– 1.159

– 1.094

– 1.000

 

– waarvan ICT

32.065

0

32.065

654

32.719

– 7

– 2

   
 

– waarvan bijdrage aan SSO's

30.495

0

30.495

1.029

31.524

5.423

1.108

833

427

 

Ontvangsten

2.434

0

2.434

10.991

13.425

1.100

1.100

1.100

1.100

Hieronder worden alle beleidsmatig relevante mutaties op het niveau van het artikelonderdeel zichtbaar gemaakt, en waar zinvol en relevant, ook toegelicht (zie leeswijzer).

Verplichtingen

De toename van de verplichtingen zijn het gevolg van onderstaande mutaties aan de uitgavenkant. Daarnaast is er sprake van een afname omdat er in 2014 verplichtingen eerder zijn aangegaan.

Artikel 98 Apparaat van het kerndepartement

98.01 Personele uitgaven

Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS)

De verhoging van de personele uitgaven betreft nagenoeg geheel een overboeking vanuit EZ (circa € 15 miljoen) en ILT (circa € 3,8 miljoen)) ten behoeve van de ANVS in oprichting. Deze dienst valt per 1 januari 2015 onder IenM met een organisatieomvang van ca 100 fte. Vanuit EZ zijn per 1 januari 2015 het RVO/Stralingslab en de directie NIV overgegaan in de ANVS en vanuit de ILT is de Kernfysische Dienst overgegaan. Deze overboekingen zijn voor IenM kaderverhogend.

ERTMS- treinbeveiligingssysteem

In het Regeerakkoord is opgenomen dat dit speerpunt vanaf 2016 gefaseerd moet worden uitgewerkt en ingevoerd. ERTMS heeft medio 2013 door de Tweede Kamer de status van Groot Project Status verkregen. Het totale budget is opgenomen op artikel 17 van het Infrastructuurfonds. Bij de Voorkeursbeslissing van 11 april 2014 (kamerstuk 33 652, nr. 14) heeft de ministerraad aangegeven dat een gemeenschappelijke programmalocatie en inhuur nodig is. Bij het programma was tot op heden nog niet bekend welk bedrag (inhuur en locatie) als separaat apparaatbudget op hoofdstuk XII moest worden gereserveerd. De overboeking van kosten voor inhuur en personele exploitatie bedraagt € 1,1 miljoen.

98.02 Materiële uitgaven

Centrale uitgaven bedrijfsvoering

Een deel van de centraal betaalde uitgaven voor ICT en facilitaire dienstverlening vindt plaats ten behoeve van agentschappen. Hiervoor vindt een interne verrekening plaats door middel van facturering (circa € 9,9 miljoen), zie ook de ontvangsten.

Herverdeling eenheidsprijzen kantoren

Dit betreft de verrekening van huisvestingsbudgetten in verband met de financiële gevolgen van de masterplannen en stelselherziening van de rijkshuisvesting en het aandeel van IenM in de renovatiekosten van het Binnenhof door RVB met ingang van 2016.

ICT/Elias

Het betreft de overdracht aan BZK van de structurele bijdrage IenM ten behoeve van de rijksbrede kosten als gevolg van het eindrapport van de commissie ICT/Elias.

Ontvangsten

Centrale uitgaven bedrijfsvoering

Het betreft de interne verrekening van centraal betaalde uitgaven voor ICT en facilitaire dienstverlening ten behoeve van agentschappen in 2015. Zie ook materiële uitgaven.

Artikel 99 Nominaal en Onvoorzien

Budgettaire gevolgen van beleid: 1e suppletoire begroting 2015 (Bedragen in x € 1.000)

99

Nominaal en onvoorzien

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Mutatie 2019

   

(1)

(2)

(3=1+2)

(4)

(5=3+4)

(6)

(7)

(8)

(9)

Verplichtingen

8.593

0

8.593

55.493

64.086

29.811

33.968

29.855

31.351

Uitgaven:

8.593

0

8.593

55.493

64.086

29.811

33.968

29.855

31.351

Nominaal en onvoorzien

8.593

0

8.593

55.493

64.086

29.811

33.968

29.855

31.351

Ontvangsten

0

0

0

1.388

1.388

Artikel 99 Nominaal en Onvoorzien

Eindejaarsmarge en loon- en prijsbijstelling

Het voordeling saldo wordt via de eindejaarsmarge aan de begroting van IenM toegevoegd op Hoofdstuk XII, waarvan € 23,2 miljoen in het jaar 2015 en € 2,4 miljoen in het jaar 2017. Daarnaast wordt de loon- en prijsbijstelling van het jaar 2015 voor alle IenM begrotingen bij 1e suppletoire technisch aan Hoofdstuk XII op artikel 99 Nominaal en Onvoorzien toegevoegd en zal dit bij Ontwerpbegroting 2016 binnen de IenM begroting worden toebedeeld.

Generieke Digitale Infrastructuur (GDI)

De afgelopen jaren is de druk op het gebruik van GDI voorzieningen, de instandhouding en doorontwikkeling daarvan sterk toegenomen. Hierdoor zijn er tekorten ontstaan in de financiering. Onder regie en organisatie van de Digicommissaris heeft interbestuurlijke besluitvorming en versterkte governance plaatsgevonden met als doel het ontwikkelen van een solide en toekomstbestendige digitale overheid. De bijdrage voor GDI wordt bij 1e suppletoire voorlopig technisch van artikel 99 afgeboekt en zal bij Ontwerpbegroting 2016 binnen de IenM begroting worden verrekend.

Versterken eigenaarsrol

Ten behoeve van het versterken van de eigenaarsrol in het kader van audits, zoals BOV-Spoor, wordt er € 1,1 miljoen van artikel 99 Nominaal en Onvoorzien overgeboekt naar artikel 97 Algemeen departement.

Ontvangsten

Het eigen vermogen van een baten-lastenagentschap is op basis van artikel 27, lid 4c van de Regeling agentschappen gebonden aan een maximumomvang van 5% van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar. Conform de Regeling agentschappen zal het surplus aan eigen vermogen ten gunste komen van de IenM begroting (€ 1,4 miljoen). Dit surplus is opgebouwd uit het surplus van ILT (€ 0,5 mln) en NEa (€ 0,9 miljoen).

2.4 De agentschappen

Conform de Rijksbegrotingvoorschriften worden hieronder de exploitatie- en kasstroomoverzichten opgenomen van agentschappen waarbij sprake is van cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan 5% van de oorspronkelijk vastgestelde begroting of cumulatieve mutaties (in totaal) groter dan € 20 mln. ten opzichte van de oorspronkelijk vastgestelde begroting.

Rijkswaterstaat

Exploitatieoverzicht Baten-lastenagentschap RWS

1

2

3 = (1) +(2)

Totaal

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

stand 1e suppletoire begroting

Baten

     

Omzet IenM

2.119.836

21.892-

2.097.944

Omzet nutv werkzaamheden

276.318

276.318

Omzet overige departementen

29.718

 

29.718

Omzet derden

136.886

 

136.886

Rentebaten

800

 

800

Bijzondere baten

10.000

 

10.000

Totaal baten

2.297.240

254.426

2.551.666

       

Lasten

     

Apparaatskosten

965.478

11.666

977.144

– Personele kosten

725.185

8.743

733.928

* waarvan eigen personeel

673.243

8.743

681.986

* waarvan externe inhuur

51.942

 

51.942

.-Materiële kosten

240.293

2.923

243.216

* waarvan apparaat ICT

45.000

 

45.000

* waarvan bijdrage aan SSO’s

56.000

 

56.000

Onderhoud

1.274.039

242.760

1.516.799

Rentelasten

8.748

 

8.748

Afschrijvingskosten

39.975

39.975

– materieel

38.000

 

38.000

*waarvan apparaat ICT

6.000

 

6.000

– immaterieel

1.975

 

1.975

Overige lasten

 

– dotatie voorziening

 

– bijzondere lasten

 

Totaal lasten

2.288.240

254.426

2.542.666

Saldo van baten en lasten

9.000

0

9.000

Dotatie aan reserve Rijksrederij

9.000-

9.000-

Te verdelen resultaat

0

0

0

Toelichting

Baten

Omzet IenM en Omzet nutv werkzaamheden

Deze mutaties aan de baten-kant hangen samen met de mutaties die worden toegelicht onder de toelichtingen bij de personele en materiële kosten en het onderhoud.

Lasten

Personele en materiële kosten

In belangrijke mate betreffen de extra personele uitgaven extra capaciteit ter beschikking wordt gesteld te behoeve van de uitvoering van de productie in 2015. Daarnaast betreft dit extra budget in verband met een van ILT overgekomen formatieplaats.

Onderhoud

Dit bedrag heeft hoofdzakelijk betrekking op de post Nog uit te voeren werkzaamheden 2014 ad € 276,4 mln. Deze werkzaamheden waren gepland in 2014 maar niet in uitvoering genomen. Deze werkzaamheden worden in 2015 uitgevoerd.

Kasstroomoverzicht Rijkwaterstaat

1

2

 

3 = (1) +(2)

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

 

stand 1e suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2015

222.713

259.082

1

481.795

2.

Totaal operationele kasstroom

17.748

276.318-

2

258.570-

3a.

Totaal investeringen (-/-)

– 50.500

– 2.700

3

– 53.200

3b.

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

   

3.

Totaal investeringskasstroom

– 50.500

– 2.700

 

– 53.200

4a.

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

   

0

4b.

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

7.300

   

7.300

4c.

Aflossingen op leningen (-/-)

– 40.000

   

– 40.000

4d.

Beroep op leenfaciliteit (+)

50.500

2.700

4

53.200

4.

Totaal financieringskasstroom

17.800

2.700

 

20.500

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2015 (=1+2+3+4)

207.761

– 17.236

 

190.525

Toelichting

  • 1) De rekening-courant RHB per 1 januari 2015 is geactualiseerd op basis van de jaarrekening 2014.

  • 2) Deze mutatie betreft de post Nog uit te voeren werkzaamheden 2014. Zie mutatie 3 in het exploitatieoverzicht.

  • 3) en 4) Dit betreft de aansluiting op het beroep op de leenfaciliteit 2015.

Inspectie Leefomgeving en Transport

Exploitatieoverzicht Batenlastenagentschap ILT

(1)

(2)

(3) = (1) +(2)

Totaal

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

stand 1e suppletoire begroting

       

Baten

     

Omzet IenM

126.047

– 2.933

123.114

Omzet overige departementen

6.527

– 6.527

0

Omzet derden

7.584

 

7.584

Rentebaten

50

 

50

Bijzondere baten

   

0

Totaal baten

140.208

– 9.460

130.748

     

Lasten

     

Apparaatskosten

138.008

– 9.460

128.548

– Personele kosten

111.241

– 5463

105.778

– waarvan eigen personeel

108.541

– 5.463

103.078

– waarvan externe inhuur

2.700

 

2.700

– Materiële kosten

26.767

– 3.997

22.770

– waarvan apparaat ICT

5.000

– 750

4.250

– waarvan bijdrage aan SSO’s

18.000

– 1.500

16.500

Rentelasten

100

 

100

Afschrijvingskosten

2.100

 

2.100

– materieel

2.100

 

2.100

– waarvan apparaat ICT

     

– immaterieel

     

Overige lasten

     

– dotatie voorziening

     

– bijzondere lasten

     

Totaal lasten

140.208

– 9.460

130.748

       

Saldo van baten en lasten

0

0

0

Toelichting

Baten

Omzet IenM en Omzet overige departementen

De omzet IenM en omzet vanuit overige departementen (in casu het Ministerie van Economische Zaken) nemen af doordat de Kernfysische Dienst (KFD) per 1 januari 2015 is overgedragen aan de Autoriteit Nucleaire Veiligheid en Stralingsbescherming (ANVS).

Lasten

Personele en materiële kosten

De personele en materiële kosten nemen evenredig met de omzet af als gevolg van het opgaan van de KFD in ANVS.

Kasstroomoverzicht ILT

(1)

(2)

(3) = (1) +(2)

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Mutaties (+ of –) 1e suppletoire begroting

stand 1e suppletoire begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2015

39.301

448

39.749

2.

Totaal operationele kasstroom

– 6.000

0

– 6.000

3a.

Totaal investeringen (-/-)

– 2.000

0

– 2.000

3b.

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

     

3.

Totaal investeringskasstroom

– 2.000

0

– 2.000

4a.

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

– 491

– 491

4b.

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

     

4c.

Aflossingen op leningen (-/-)

     

4d.

Beroep op leenfaciliteit (+)

     

4.

Totaal financieringskasstroom

     

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2015 (=1+2+3+4)

31.3011

– 43

31.258

X Noot
1

In OB 2015 stond een foutieve optelling.

Toelichting

De rekening-courant RHB per 1 januari 2015 is geactualiseerd op basis van de jaarrekening 2014.

Naar boven