34 191 Wijziging van wetten teneinde misslagen en omissies in wetten op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport te herstellen, de broninhouding van eigen bijdragen voor beschermd wonen te kunnen voortzetten en het College bouw zorginstellingen op te heffen (Verzamelwet VWS 2016)

C/ nr. 35 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Ter griffie van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal ontvangen op 8 november 2016.

De wens dat het in de maatregel te regelen onderwerp bij de wet wordt geregeld kan door of namens een van beide Kamers te kennen worden gegeven uiterlijk op 8 december 2016.

Aan de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 november 2016

Hierbij zend ik u, mede namens de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, het besluit van 19 september 2016, houdende wijziging van een aantal algemene maatregelen van bestuur op het terrein van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport teneinde misslagen en omissies te herstellen (Stb. 2016, nr. 349)1. De datum van inwerkingtreding van de artikelen II, XXI en XXVII van het besluit wordt bij koninklijk besluit vastgesteld. De voorlegging van deze artikelen van het besluit geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven procedure in respectievelijk artikel 11c, derde lid, van de Tabaks- en rookwarenwet, artikel 65 van de Wet toelating zorginstellingen en artikel 15, derde lid, van de Wet op de orgaandonatie.

Artikel II van het besluit wijzigt de bijlage bij de Tabaks- en rookwarenwet. Met deze wijziging wordt de recidivetermijn die geldt voor de overtreding van artikel 8 van de Tabaks- en rookwarenwet verkort tot twaalf maanden na het onherroepelijk worden van de bestuurlijke boete voor de eerste overtreding. Hiermee wordt aangesloten bij de recidivetermijnen die op grond van de Drank- en Horecawet gelden. Op grond van artikel 11c, derde lid, van de Tabaks- en rookwarenwet treedt deze wijziging niet eerder in werking dan acht weken na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het besluit is geplaatst.

In artikel XXI van het besluit wordt in artikel 2.3 van het Uitvoeringsbesluit WTZi een verwijzing naar het interim-besluit forensische zorg aangepast. Op grond van artikel 65 van de Wet toelating zorginstellingen wordt dit artikel gedurende dertig dagen bij het parlement nagehangen. Dit biedt uw Kamer de gelegenheid kenbaar te maken dat de in artikel XXI van het besluit geregelde materie bij wet dient te worden geregeld. In dat geval wordt de wijziging van het Uitvoeringsbesluit WTZi ingetrokken en wordt zo spoedig mogelijk een wetsvoorstel ingediend.

In artikel XXVII van het besluit wordt een omissie in de bijlage bij het Besluit Hersendoodprotocol hersteld. Op grond van artikel 15, derde lid, van de Wet op de orgaandonatie treedt deze wijziging niet eerder in werking dan acht weken na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het besluit is geplaatst.

Er wordt gestreefd naar inwerkingtreding van de genoemde artikelen van het besluit met ingang van 1 januari 2017.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl

Naar boven