34 139 Nederlands EU-voorzitterschap 2016

34 166 Staat van de Europese Unie 2015

G HERDRUK1 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 10 mei 2016

De vaste commissies voor Europese Zaken2 en voor Immigratie & Asiel / JBZ-raad3 hebben op 15 maart 2016 de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken van 2 maart 2016 besproken inzake de regeringsinzet voor het transparantiebeleid tijdens het Nederlands Voorzitterschap van de EU.4

Naar aanleiding hiervan hebben zij de Minister op 31 maart 2016 een brief gestuurd.

De Minister heeft op 29 april 2016 gereageerd.

De commissies brengen bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier voor dit verslag, Bergman

BRIEF VAN DE VOORZITTERS VAN DE VASTE COMMISSIES VOOR EUROPESE ZAKEN EN VOOR IMMIGRATIE EN ASIEL / JBZ-RAAD

Aan de Minister van Buitenlandse Zaken

Den Haag, 31 maart 2016

De commissies voor Europese Zaken en voor Immigratie & Asiel / JBZ-raad hebben op 15 maart 2016 uw brief van 2 maart 2016 besproken inzake de regeringsinzet voor het transparantiebeleid tijdens het Nederlands Voorzitterschap van de EU.5 De commissies hebben hierover de volgende opmerkingen en vragen.

De brief is besproken mede in het kader van de toezeggingen die door u zijn gedaan tijdens een mondeling overleg op 3 maart 2015 en tijdens de Algemene Europese Beschouwingen (AEB) van 19 mei 2015 om de Kamer te informeren over de regeringsinzet voor transparantiebeleid tijdens het Voorzitterschap en in het bijzonder over de transparantie van Raadsdocumenten.6

De commissies hebben op 15 maart jl. besloten om de status van de toezegging ongewijzigd (openstaand) te laten in afwachting van de aangekondigde evaluatie van de werkwijze in de Raad van Ministers bij het openbaar maken van de namen van lidstaten bij de ingenomen standpunten in lopende wetgevingsprocedures.7 Daarbij speelt eveneens mee dat u tijdens de Algemene Europese Beschouwingen van 8 maart 2016 heeft toegezegd om in Raadsverband erop aan te dringen dat de evaluatie de komende maanden aan de orde wordt gesteld en dat bij deze evaluatie ook wordt meegenomen of de toegankelijkheid tot Limité-documenten kan worden uitgebreid naar derden, zoals deskundigen die een adviesfunctie vervullen voor het parlement.8

De commissies wensen ten aanzien van de aangekondigde evaluatie en het Nederlandse transparantiebeleid nog de volgende vragen te stellen.

Wanneer de Minister toezegt erop aan te dringen dat de evaluatie de komende maanden aan de orde wordt gesteld, wanneer zal de evaluatie dan plaatsvinden? Kan de Minister het precieze tijdspad voor de uitvoering van de evaluatie in kaart brengen?

Kan de Minister ook toelichten hoe de evaluatie van de werkwijze van de Raad vorm zal krijgen? Welke aspecten van de werkwijze omtrent de openbaarheid van Raadsdocumenten zullen worden geëvalueerd? De commissie verwijst hierbij naar de toezegging die de Minister heeft gedaan tijdens de AEB 2016 over het betrekken van de toegankelijkheid van Limité-documenten voor derden en naar de opmerkingen gedaan tijdens de AEB 2015 over hoe de Raad nu in de praktijk omgaat met het criterium «passend» bij de beoordeling of de namen van de lidstaten in documenten in lopende wetgevingsprocedures al dan niet worden vermeld.9

Gelet op het feit dat in de Raadsformaties wetgevingsteksten aan de orde zijn, moeten ten minste amendementen zo spoedig mogelijk na indiening actief openbaar worden gemaakt, zodat deze ook deel kunnen uitmaken van de publieke discussie rondom de totstandkoming van in het bijzonder richtlijnen en verordeningen. Kan de Minister, in het kader van het Nederlandse transparantiebeleid, bewerkstellingen dat dit tijdens het Nederlandse Voorzitterschap de praktijk wordt en dit wordt meegenomen bij de inhoudelijke discussie over transparantie van het Europees besluitvormingsproces in de RAZ van juni?

De commissies vernemen graag een antwoord op bovenstaande vragen uiterlijk vier weken na dagtekening van deze brief.

De voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken, A. Elzinga

De voorzitter van de vaste commissie voor Immigratie en Asiel /JBZ-Raad, G. Markuszower

BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 29 april 2016

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen over de evaluatiewerkwijze openbaarheid Raadsdocumenten en Nederlands transparantiebeleid. Deze vragen werden ingezonden op 31 maart 2016 met kenmerk 158889.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

Antwoorden van de Minister van Buitenlandse Zaken op vragen over de evaluatie werkwijze openbaarheid Raadsdocumenten en Nederlands transparantiebeleid.

Vraag 1

Wanneer zal de evaluatie van de werkwijze van de Raad van Ministers plaatsvinden? Kan de Minister het precieze tijdspad voor de uitvoering van de evaluatie in kaart brengen?

Antwoord

Bovenstaande werkwijze refereert aan de Hofuitspraak Access Info Europe (zie o.a. Kamerstuk nr. 33 87722 112). Op verzoek van Nederland wordt de evaluatie tijdens het Nederlands voorzitterschap geagendeerd. Deze zal naar verwachting in mei plaatsvinden.

Vraag 2

Kan de Minister ook toelichten hoe de evaluatie van de werkwijze van de Raad vorm zal krijgen? Welke aspecten van de werkwijze omtrent de openbaarheid van Raadsdocumenten zullen worden geëvalueerd? De commissie verwijst hierbij naar de toezegging die de Minister heeft gedaan tijdens de AEB 2016 over het betrekken van de toegankelijkheid van Limité-documenten voor derden, en naar de opmerkingen gedaan tijdens AEB 2015 over hoe de Raad nu in de praktijk omgaat met het criterium «passend» bij de beoordeling of de namen van de lidstaten in documenten in lopende wetgevingsprocedures al dan niet worden vermeld.

Antwoord

De uitvoering van de uitspraak, en ook de voorbereiding van de evaluatie, ligt primair in handen van het Raadssecretariaat – als redacteur en coördinator van de meeste Raadsdocumenten. Nederland heeft reeds in maart 2015 bij het Raadssecretariaat navraag gedaan naar de wijze waarop de evaluatie zou worden uitgevoerd (vgl. ook Kamerbrief nr. 34 139 – 2016). Daarnaast zal het Raadssecretariaat een notitie opstellen over de ervaringen met de uitvoering van de uitspraak. Deze notitie zal grotendeels gebaseerd zijn op de resultaten van een interne consultatie onder de betrokken onderdelen van het Raadssecretariaat.

Nederland zal bij de bespreking van de evaluatie in de Raadswerkgroep Informatie de toepassing van het criterium «passend» naar voren brengen in het verlengde van hetgeen aan bod is gekomen tijdens Algemene Europese Beschouwingen 2015 (nr. T02082). Criteria bij deze afweging zijn (cfm. doc. 8622/1/14) de gebruikelijke praktijk; de effecten op de doeltreffendheid van de besluitvorming; de behoefte van lidstaten om de ontwikkeling van de onderhandelingen te volgen, en de bijzondere of gevoelige aard van het dossier.

De Hofuitspraak geeft geen aanleiding tot het aanpassen van de richtsnoeren voor de behandeling van interne Raadsdocumenten of het herzien van de praktijk betreffende de markering van documenten met «Limté» (Kamerstuk 22 112, nr. 1830). Dit betekent dat er niet gesproken wordt over de toegankelijkheid van Limité-documenten voor derden, zoals reeds aangegeven tijdens de Algemene Europese Beschouwingen 2016.

Dit laat onverlet dat Nederland van mening is dat de praktijk betreffende de toepassing van de markering Limité onduidelijk is. Om deze reden zal op initiatief van het Nederlands voorzitterschap in de Raadswerkgroep informatie de markering van Raadsdocumenten als Limité, en in het bijzonder het afwegingskader dat hieraan ten grondslag ligt, worden besproken. Tijdens het Nederlands voorzitterschap is bovendien het doel, waar mogelijk, en met inachtneming van het daarvoor geldende beoordelingskader, de Limité markering zo vroeg mogelijk op te heffen en documenten, die onderdeel van het wetgevingsproces zijn, actief openbaar te maken.

Vraag 3

Kan de Minister, in het kader van het Nederlandse transparantiebeleid, bewerkstellingen dat tijdens het Nederlandse voorzitterschap amendementen van de Raad op wetgevingsvoorstellen (in het bijzonder richtlijnen en verordeningen), zo spoedig mogelijk na indiening openbaar worden gemaakt, en dit wordt meegenomen bij de inhoudelijke discussie over transparantie van het Europees besluitvormingsproces in de RAZ van juni?

Antwoord

Met uw toegang tot extranet heeft u continu inzage in het onderhandelingsproces in de Raad. Op dit moment zijn alle documenten geagendeerd op een Raad en vermeld onder het deel «wetgevingsberaadslagingen» openbaar. Dit geldt ook voor de uitkomsten en het verloop van een Raad (live te volgen op internet) daar waar het wetgeving betreft.

Een voorzitterschap kan echter niet eigenstandig voor 28 lidstaten besluiten documenten, en daarmee alle daarin besloten amendementen, openbaar te maken. Wel kan het voorzitterschap de discussie hierover agenderen. Het Nederlands voorzitterschap zal dit doen tijdens de Raad Algemene Zaken van juni in het kader van de voorbereiding op de totstandkoming van de gemeenschappelijke database van de drie instellingen. De vraag welke documenten vanuit de Raad in deze database komen te staan dient immers beantwoord te worden. Hiermee wordt opvolging gegeven aan afspraken die in het interinstitutioneel akkoord Beter Wetgeven zijn vastgelegd.


X Noot
1

Letter G heeft alleen betrekking op 34 139; herdruk in verband met toevoeging van de brief van de Minister van Buitenlandse Zaken van 29 april 2016.

X Noot
2

Samenstelling Europese Zaken:

Kox (SP), Duthler (VVD), Elzinga (SP) (voorzitter), Ten Hoeve (OSF), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU), Schaap (VVD), Strik (GL), Backer (D66), Faber-van de Klashorst (PVV), Martens (CDA), Popken (PVV), Swagerman (VVD), Postema (PvdA), Schrijver (PvdA) (vice-voorzitter), Van Apeldoorn (SP), Van Dijk (SGP), Knapen (CDA), Markuszower (PVV), Oomen-Ruijten (CDA), Van Rooijen (50PLUS), Schaper (D66), Stienen (D66), Van de Ven (VVD), Vreeman (PvdA).

X Noot
3

Samenstelling Immigratie en Asiel / JBZ-Raad:

Engels (D66), Ruers (SP), Van Bijsterveld (CDA), Duthler (VVD), Ten Hoeve (OSF), Van Kappen (VVD), Strik GL) (vice-voorzitter), Knip (VVD), Beuving (PvdA), Popken (PVV), Swagerman (VVD), Schrijver (PvdA), Gerkens (SP), Bikker (CU), Bredenoord (D66), Van Dijk (SGP), Knapen (CDA), Markuszower (PVV) (voorzitter), Nooren (PvdA), Oomen-Ruijten (CDA), Rombouts (CDA), Van Rooijen (50PLUS), Stienen (D66), Teunissen (PvdD), Van Weerdenburg (PVV), Wezel (SP).

X Noot
4

EK, 2015–2016, 34 139, F.

X Noot
5

EK, 2015–2016, 34 139, F.

X Noot
6

Toezegging met nummer T02082 te vinden op www.eerstekamer.nl.

X Noot
7

Deze evaluatie is aangekondigd in het kader van de opvolging van de uitspraak Access Info Europe van het Europees Hof van Justitie.

X Noot
9

Zie ook het schriftelijk overleg hierover: EK, 2014–2015, 33 877, K.

Naar boven