34 109 Bundeling en aanpassing van regels op het terrein van cultureel erfgoed (Erfgoedwet)

Nr. 46 AMENDEMENT VAN HET LID KEIJZER

Ontvangen 16 juni 2015

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

Aan artikel 5.1 wordt een lid toegevoegd, luidende:

  • 3. Van een geval als bedoeld in het tweede lid is in elk geval sprake indien de handelingen, bedoeld in het eerste lid:

    • a. slechts tot gevolg hebben dat verstoring van de bodem optreedt,

    • b. uitsluitend worden verricht door een natuurlijk persoon die niet handelt in de uitoefening van een beroep of bedrijf en die de bodem die hij verstoort in eigendom heeft, en

    • c. plaatsvinden in gebieden waarvan bij of krachtens algemene maatregel van bestuur is bepaald dat deze geen of beperkte archeologische waarde hebben.

Toelichting

Dit amendement regelt dat natuurlijke personen ten behoeve van het opsporen, onderzoeken of verwerven van cultureel erfgoed of onderdelen daarvan, op hun eigen grond de bodem mogen verstoren zonder certificaat daartoe, mits zij dit niet vanuit een beroep of bedrijf doen en die grond gelegen is in een gebied waarvan bij of krachtens algemene maatregel van bestuur is bepaald dat deze geen of beperkte archeologische waard heeft.

Keijzer

Naar boven