De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat pensioenuitvoerders voortaan pensioeninformatie digitaal mogen verzenden
en dat massaal zullen doen;
constaterende dat het van belang is te waarborgen dat digitaal te verzenden juridische
documenten – waaraan veelal aanzienlijke en langjarige financiële rechten worden ontleend
– gegarandeerd veilig aankomen bij de pensioendeelnemer;
van mening dat digitale verzending van pensioeninformatie het reële risico met zich
meebrengt dat deze informatie mogelijk minder adequaat door de pensioendeelnemer wordt
opgemerkt tussen een veelheid aan emailberichten in vergelijking met per post verzonden
informatie en niet standaard door hem digitaal wordt opgeslagen als een te bewaren
document;
constaterende dat het Nationaal Pensioenregister geen bewaarfunctie heeft, maar informatie
over opgebouwde en op te bouwen pensioenaanspraken slechts toont als afgeleide informatie
van het laatst beschikbare UPO (Uniform Pensioenoverzicht);
verzoekt de regering om, te verkennen op welke wijze pensioeninformatie centraal beveiligd
kan worden verzonden en langjarig kan worden bewaard, op basis van uitgangspunten
als koppeling aan het bsn, toegang via DigiD, machtigingsmogelijkheid, centrale en
onafhankelijke bewaring, en de Kamer voor 1 september 2015 te informeren over de mogelijkheden
en zo mogelijk met een concreet voorstel komen voor de langjarige opslag van UPO's,
zodat deelnemers meer rechtszekerheid hebben,
en gaat over tot de orde van de dag.