Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 34000-XVII nr. 42 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | 34000-XVII nr. 42 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 december 2014
Op 12 mei jl. heeft uw Kamer de rapportage ontvangen over de economische missies en economisch relevante inkomende bezoeken die tijdens het eerste kwartaal van dit jaar plaatsvonden (Kamerstuk 33 750 XVII, nr. 59). Hierbij ontvangt u de rapportage over de economische missies en inkomende bezoeken die sindsdien hebben plaatsgevonden.
Opgenomen verslagen economische missies en werkbezoeken
Deze rapportage bevat verslagen van de missies en werkbezoeken naar:
• Mexico (14 april)
• Roemenië (22–23 april)
• Turkije (1–4 juni)
• Nigeria en Ghana (16–19 juni)
• Zuid-Afrika (7–8 juli)
• Angola (9–10 juli)
• China (27–30 oktober),
• India (5–7 november)
• Colombia (24–27 november).
Het verslag van de reis naar Congo en Rwanda (10–13 november) is eerder, conform verzoek van uw Kamer, separaat gestuurd (referentie 2014.666700).
Ook zijn verslagen opgenomen van de economische missies die en marge van bezoeken van het Koninklijk Huis hebben plaatsgevonden. Het betreft:
• Polen (24–25 juni)
• Duitsland (27 mei)
• Japan (27–31 oktober)
• Zuid-Korea (1–5 november).
Tevens bevat deze rapportage de hoofdlijnen van:
• deelname van Minister-President Rutte, Minister Kamp en Staatssecretaris Dekker aan de Hannover Messe in Duitsland (6–11 april)
• economische missie onder leiding van Minister-President Rutte en Staatssecretaris Dijksma naar Vietnam (15–18 juni)
• economische missie onder leiding van Minister Kamp aan Koeweit (8–9 september) en Kazachstan (8–9 september)
• economische missies en werkbezoeken van Minister Schultz van Haegen aan Indonesië (31 maart–5 april) en Singapore en Birma/Myanmar (1–6 juni), en van Staatssecretaris Mansveld aan Brazilië (31 maart–4 april).
Zoals aangekondigd in de rapportage van 12 mei jl. en besproken tijdens het Algemeen Overleg Economische Missies en Exportbevordering van 9 september jl., wordt, aanvullend aan het verslag, voor iedere economische missie een factsheet opgesteld met daarin de belangrijkste uitkomsten van een onder de deelnemers van de missie uitgevoerde evaluatie. Hoewel niet alle bedrijven de vragenlijst invulden, geven deze factsheets een goede indicatie van wat deelname aan de missies hen heeft opgeleverd.
Deze evaluaties worden enkele maanden na afloop van een economische missie uitgevoerd. De factsheets in deze rapportage hebben betrekking op de economische missies die plaatsvonden tot en met het tweede kwartaal van 2014. Het betreft:
• Tanzania en Mozambique (zie rapportage van 12 mei jl.1)
• Roemenië
• Turkije
• Nigeria/Ghana
• Vietnam.
De factsheets van de missies die plaatsvonden in de tweede helft van 2014 worden opgenomen in de eerste rapportage van 2015.
De economische reisagenda komt zoveel mogelijk vraaggestuurd tot stand aan de hand van afstemming in de Dutch Trade and Investment Board (DTIB), waarin zowel het bedrijfsleven als de centrale- en decentrale overheid zitting heeft. Naast landen waar het Nederlands bedrijfsleven economische belangen heeft wordt nadrukkelijk ook gekeken naar landen waar door middel van missies synergie tussen hulp en handel kan worden bereikt, zoals bv. de missie naar Ghana.
Opgenomen verslagen inkomende bezoeken
Net als eerder wordt ook gerapporteerd over economische onderdelen van inkomende bezoeken die voldoen aan de volgende voorwaarden:
− De leider van de inkomende delegatie is een bewindspersoon, die in Nederland op bewindsliedenniveau wordt ontvangen.
− Er is sprake van een meereizende economische missie, bestaande uit meer dan drie bedrijven/kennisinstellingen.
− Economische onderdelen van inkomende staatsbezoeken worden ook in de rapportages opgenomen.
Het betreft in deze rapportage de inkomende bezoeken van de Zweedse Koning Carl XVI Gustaf en Koningin Silvia Sommerlath (4–5 april) en van Minister Schmid van Economische Zaken van Baden-Württemberg (3 december).
Daarnaast zijn verslagen opgenomen van economische onderdelen van inkomende bezoeken die strikt genomen niet aan alle criteria voldoen maar die nadrukkelijk de follow-up zijn van eerdere bezoeken. Het betreft de inkomende bezoeken van de Ghanese Minister Ativor van Transport (7–8 mei), van de Birmeese President Thein Sein (8–9 september) en van de Franse premier Valls (31 oktober).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen
Verslagen economische missies/werkbezoeken Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Mexico, 14 april
Voorafgaand aan de tweedaagse vergadering van het Global Partnership for Effective Development Cooperation bracht ik op 14 april een werkbezoek aan de zuidelijke deelstaat Tabasco.
Doelstelling
De doelstelling van het bezoek was het presenteren van Nederland als duurzame economische partner, met nadruk op de energiesector en de watersector. Het bezoek vond plaats tegen de achtergrond van de liberalisering van de energiemarkt in Mexico, waardoor veel kansen ontstaan voor bedrijven uit de sectoren water, energie, logistiek en infrastructuur.
Met de deelstaat Tabasco bestaat een structurele samenwerking op het gebied van watermanagement. In maart 2014 vond een eerste missie plaats van het Dutch Risk Reduction Team (DRR Team) naar Mexico Stad en Tabasco. Bij een vervolgmissie in juni 2014 werd een aantal projecten (o.a. integrale watervisie op Tabasco met focus op stedelijke planning) geïdentificeerd dat begin volgend jaar in samenwerking met de Mexicaanse partners wordt uitgewerkt.
Belangrijkste onderdelen programma
• Met de gouverneur en de Minister van Economische Ontwikkeling en Toerisme van Tabasco sprak ik over intensivering van de economische samenwerking, in het bijzonder op het gebied van watermanagement. Met de rector van de universiteit Juarez Autonoma besprak ik de «gouden driehoek»-benadering en het belang van de betrokkenheid van kennisinstellingen bij beleidsuitvoering.
• Ook voerde ik een gesprek met de gouverneur van Tabasco en het lokale bedrijfsleven over de uitdagingen van de aanstaande energiehervorming en de daarmee samenhangende water- en sociaaleconomische problematiek. Enkele lokaal vertegenwoordigde Nederlandse bedrijven, vooral actief in de maritieme sector, waren bij dit gesprek aanwezig.
• De haven van Frontera is het belangrijkste project in het economisch ontwikkelingsprogramma van Tabasco. Het Nederlandse bedrijf Arcadis werkt mee aan de eerste fase van het ontwerp van deze haven. Tijdens een bezoek aan de haven heb ik me laten informeren over de voortgang van dit project en de verdere mogelijkheden voor betrokkenheid van Nederlandse partijen.
• Namens de Minister Infrastructuur en Milieu ondertekende ik een MoU met het Mexicaanse Ministerie van Milieu en Natuurlijke Hulpbronnen over technische en wetenschappelijke samenwerking op het gebied van watermanagement.
MVO/mensenrechten
MVO was een belangrijk thema tijdens het bezoek. Nederlandse bedrijven onderscheiden zich in Mexico door hun MVO-aanpak en oogsten hiermee waardering. Vanwege de energiehervorming zal MVO in Mexico een steeds prominentere plaats krijgen. Zo heeft Mexico wettelijk vastgelegd dat in 2020 de emissies met 30% omlaag moeten. Dit betekent dat onderwerpen zoals klimaatverandering, biodiversiteit en gezondheid op de agenda van de energiesector geplaatst worden. Aangezien staatsoliebedrijf Pemex een grote presentie heeft in Tabasco en ook de bredere energiesector hier een grote rol speelt, is deze thematiek voor deze deelstaat erg relevant. Op de universiteit sprak ik met de mensenrechtenorganisatie Jovenes por el Derecho a Decidir over reproductieve rechten.
Betrokken partijen
Lokale vertegenwoordigingen van Nederlandse bedrijven namen deel aan het overleg met de gouverneur van Tabasco.
Resultaten en follow-up
Het MoU over watermanagement tussen de Nederlandse en Mexicaanse overheden fungeert als «kapstok» waarmee samenwerking met en tussen het bedrijfsleven kan worden gefaciliteerd. Activiteiten die onder het MoU vallen zijn onder andere de werkzaamheden van het DRR-team in Tabasco, maar bijvoorbeeld ook een Letter of Intent tussen kennisinstellingen, waarbij van Nederlandse zijde Wageningen UR, TU Delft en Deltares betrokken zijn. Ook projecten van Arcadis en Deltares, die in Frontera een training hebben gegeven over het ontwerpen van een integraal waterplan, en DAFdf, dat een ontwikkelingsproject uitvoert van de gemeente Nacajuca in Tabasco op het snijvlak van economische ontwikkeling en watermanagement, kunnen hieronder worden geschaard.
De liberalisering van de energiemarkt maakt het zeer opportuun om met de sectoren water, energie, maritiem en infrastructuur aan een meerjarige benadering van de Mexicaanse markt te werken. Het voornemen is om, als startpunt van een dergelijke benadering, in 2015 een economische missie naar Mexico te organiseren met deze sectoren.
Roemenië, 22–23 april
De economische missie naar Roemenië werd georganiseerd vanwege de toenemende interesse van het Nederlandse bedrijfsleven in deze groeimarkt. Roemenië is voor bedrijven een interessante markt vanwege de omvang van het land en de bevolking, de goed opgeleide beroepsbevolking, het grote landbouwpotentieel, aantrekkelijke productiekosten, de beschikbaarheid van EU-fondsen en de strategische ligging ten opzichte van de Zwarte Zee en de monding van de Donau. De missie arriveerde in Boekarest op 22 april. Op 24 april werd de missie voortgezet in de tweede economische stad van Roemenië, Cluj-Napoca, onder leiding van de directeur-generaal Buitenlandse Economische Betrekkingen.
Doelstellingen
De belangrijkste doelstelling van de economische missie was het positioneren van het Nederlandse bedrijfsleven in de sectoren landbouw en water. De watersector ziet in Roemenië vooral kansen voor het verbeteren van de waterkwaliteit en het tegengaan van overstromingen. De landbouwsector richtte zich tijdens de missie vooral op melkveehouderij en boomkwekerij. De komende jaren komt een budget van 8 miljard euro beschikbaar voor modernisering van de landbouw in Roemenië. Deelnemers van de missie uit Nederland kregen van het Roemeense Ministerie van landbouw een presentatie over het nieuwe Plattelands-ontwikkelingsprogramma (POP), inclusief de kansen voor Nederlandse toeleveranciers (melkveehouderij, vleesproductie en aanplant van fruitbomen).
Een tweede doelstelling van het bezoek was het ondersteunen van Nederlandse bedrijven bij de uitdagingen waarmee het zakendoen met Roemenië gepaard gaat. Ik heb zowel tijdens bilaterale gesprekken, als tijdens publieke optredens aandacht gevraagd voor bijvoorbeeld uitdagingen rondom MVO, een beter ondernemingsklimaat en individuele bedrijfskwesties. Eén van deze kwesties is een uitstaande schuld van de Roemeense overheid aan het Nederlandse sleep- en bergingsbedrijf Multraship.
Belangrijkste onderdelen programma
• Gesprekken met de Ministers van Transport en Economische Zaken en met drie Staatssecretarissen van het Ministerie van Landbouw. Bedrijven uit de missie waren bij delen van deze gesprekken aanwezig. In het gesprek met de Minister van Transport heb ik de kwestie van het bedrijf Multraship aangekaart en aangedrongen op betaling. Met het Ministerie van Landbouw ondertekende ik een Letter of Intent over nauwere samenwerking op de terreinen melkveehouderij en tuinbouw.
• Ronde tafel over MVO-uitdagingen voor het MKB in Roemenië.
• Bijeenkomst met Nederlandse en Roemeense bedrijven en kennisinstellingen uit de watersector, gecombineerd met de afsluiting van een project over satellietmeting van waterkwaliteit.
• Een innovatieseminar, waar Nederlandse kennis en kunde op het terrein van energie-efficiëntie, innovatie in de gezondheidszorg en op het gebied van watermanagement gepresenteerd werd.
• Opening van de nieuwe Nederlandse ambassade in Boekarest.
• Bedrijfsbezoek en viering van de uitbreiding van de Nederlandse logistiek-dienstverlener KLG nabij Boekarest.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaande aan het bezoek zijn de deelnemers door MVO Nederland geïnformeerd over uitdagingen op MVO-terrein in Roemenië voor MKB-bedrijven. Tijdens het bezoek nam ik deel aan een ronde tafel over ditzelfde onderwerp, waar ook Roemeense en Nederlandse bedrijven, NGO’s en vertegenwoordigers van de Roemeense overheid en media aanwezig waren.
Betrokken partijen
De bedrijvendelegatie bestond uit 45 vertegenwoordigers van 24 bedrijven uit de sectoren water, zuivel, tuinbouw/ bomenteelt, transport en logistiek. De deelnemers aan de missie namen deel aan een matchmakingprogramma en een aantal inhoudelijke evenementen, zoals een innovatieseminar en een door Partners voor Water georganiseerde workshop. Bij dit laatste onderdeel stond het zogenaamde BASISMS-systeem centraal, een monitoringssysteem voor het meten van waterkwaliteit van de Donau-delta en de kustwateren aan de Zwarte Zee. Dit systeem is tot stand gekomen door samenwerking tussen Nederlandse en Roemeense partijen en is een uitstekend voorbeeld van koppeling van hoogwaardige Roemeense gebieds- en systeemkennis aan innovatieve Nederlandse monitoringskennis.
Resultaten en follow-up
Tijdens de missie werden door deelnemers contracten getekend over watermanagement, transport en logistieke concepten voor de (petro-)chemische industrie, levering van melkrobots en cloud-based webhosting.
Met de Staatssecretaris van Landbouw tekende ik een Letter of Intent. Dit document biedt een basis om Nederlandse kennis over melkveehouderij en boomkwekerij te koppelen aan het, deels met EU-middelen gefinancierde, Roemeense plattelandsontwikkelingsprogramma. Inmiddels is een Nederlands consortium erin geslaagd een publiek-privaat partnerschap aan te gaan in de melkveehouderijsector in Roemenië, waarvoor een financieringsvoorstel is ingediend bij de Topsector Agri & Food. Ook zijn de sectoren melkveehouderij en tuinbouw bezig met het ontwikkelen van een meerjarige publiek-private aanpak op Roemenië onder het programma Partner for International Business. Ook de sector boomkwekerij is actief verdergegaan met de resultaten van de missie; branchevereniging Anthos is naar aanleiding van de missie gestart met een initiatief op het thema groene stadsontwikkeling.
De ronde tafel over MVO met bedrijven en NGO’s heeft bijgedragen aan de (geplande) oprichting in 2015 van UN Global Compact Romania. Hierbij zijn ook Nederlandse bedrijven in Roemenië betrokken als founding partners van dit internationale netwerk.
Met de Roemeense Minister van Economische Zaken heb ik afgesproken te zullen samenwerken bij de ontwikkeling van het Roemeense exportbeleid. Roemenië wil het exportbevorderingsbeleid verbeteren door meer te prioriteren, bedrijvenclusters te vormen en versnippering over verschillende overheidsdiensten tegen te gaan. Dit heeft voordelen voor het in Roemenië gevestigde Nederlandse bedrijfsleven, dat meer regie wenst vanuit de Roemeense overheid op beleidskeuzes, aanleg van infrastructurele werken en ontwikkeling van bedrijfsclusters en corridors. De RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) heeft inmiddels een bezoek gebracht aan Roemenië om een bilateraal uitwisselingsprogramma op te zetten.
Zie ook factsheet Roemenië2.
Turkije, 1–4 juni
Van 1 tot en met 4 juni bracht ik een bezoek aan Turkije, vergezeld door vertegenwoordigers van dertig bedrijven, waarvan het overgrote gedeelte MKB. Nederland is een belangrijke handels- en investeringspartner van Turkije. Tussen 2010 en 2014 is de handel tussen Nederland en Turkije verdrievoudigd; er zijn ruime mogelijkheden om dit volume verder te vergroten.
Doelstellingen
De Nederlandse economische relatie met Turkije is uitgebreid en divers. Dit bezoek had tot doel een bijdrage te leveren aan het verder verbreden van deze relatie, onder andere door aandacht te besteden aan het thema innovatie en het institutionaliseren van de economische contacten met de instelling van een gezamenlijke economische en commerciële commissie.
Het bezoek diende tevens om MVO te bevorderen onder Nederlandse bedrijven en hun Turkse zakenpartners.
Belangrijkste onderdelen programma
• Met vicepremier Babacan besprak ik de relatie tussen Turkije en de EU. Ook spraken we over enkele politieke thema’s in Turkije, zoals de ban op Twitter en Youtube en de nasleep van de Gezi-rellen.
• Met Minister Zeybecki van Economische Zaken besprak ik de problemen die Turkije heeft ten aanzien van de douane-unie tussen Turkije en de EU. Turkije zou deze douane-unie graag moderniseren en wil daarnaast overleg met de EU over de mogelijke effecten van TTIP op Turkije. Met Zeybecki ondertekende ik een Joint Economic and Trade Agreement, waarmee de basis werd gelegd voor de gezamenlijke economische en commerciële commissie.
• In Gaziantep sprak ik met Ibrahim Miro, de Minister van Economische Zaken en Financiën van de Syrische regering in ballingschap en bezocht ik in Nizip een vluchtelingenkamp voor Syrische vluchtelingen. Ik heb een extra bijdrage van 7 miljoen euro toegezegd voor de Syrische vluchtelingen.
• Met de Turkse Exportkamer in Istanbul ondertekende ik een Letter of Intent over verdere samenwerking op het gebied van innovatie.
• In Istanbul bracht ik een bezoek aan het Turkse bedrijf Organik Kimya, dat investeert in de Rotterdamse haven.
• In Ankara opende ik de nieuwe fabriek van het bedrijf De Meeuw, samen met Minister Isik van Wetenschap, Industrie en Technologie.
MVO/mensenrechten
Met de International Labour Organization tekende ik een bijdrage-overeenkomst om kinderarbeid in de hazelnootoogst verder terug te brengen (zie ook beantwoording Kamervragen d.d. 7 juli 2014 over kinderarbeid en schending van andere rechten, Aanhangsel Handelingen II 2013/14, nr. 2449).
Ook had ik een ontmoeting met de Turkse werkgevers- en werknemersorganisaties in de metaalsector en TNO over veiligheid en gezondheid op de werkvloer. TNO heeft voor deze organisaties een project uitgevoerd over veiligheid op de werkvloer, een actueel thema in Turkije. Ervaringen met sociale dialoog in deze sector (de enige in Turkije waar werkgevers- en werknemersorganisaties samenwerken) kunnen worden ingezet in andere sectoren (bijvoorbeeld textiel). Met Turkse vrouwelijke CEO’s sprak ik over gender in business.
Betrokken partijen
Vertegenwoordigers van dertig bedrijven en kennisinstellingen, vooral uit de topsectoren Agri & Food, Life Sciences & Health en High Tech Systemen en Materialen, namen deel aan de economische missie. De bedrijvendelegatie nam deel aan matchmakingsprogramma’s in Istanbul, Ankara en Gaziantep. Ook lokaal aanwezig Nederlands bedrijfsleven sloot aan bij het programma.
Resultaten en follow-up
Tijdens het bezoek werden enkele intensiveringen van de economische relatie aangekondigd. Zo maakte Organik Kimya bekend dat het gaat uitbreiden in de Rotterdamse haven. Nutricia Dairy en de Uludag universiteit sloten een overeenkomst waaronder deze universiteit een onderzoek zal uitvoeren naar de relatie tussen voedselcomponenten en hersenaandoeningen.
Afgesproken is dat Nederland in 2014 en 2015 partnerland is bij de Innovatieweek in Istanbul. Dit beidt mogelijkheden om Nederland een sterker profiel te geven op dit thema en om de samenwerking tussen Turkse en Nederlandse universiteiten, kennisinstellingen en kennisintensieve bedrijven te bevorderen. Nu worden vooral de VS, Duitsland en het VK in Turkije gezien als innovatiepartners.
Nederland organiseert in de eerste helft van 2015 de bijeenkomst van de gezamenlijke economische en commerciële commissie en een parallel zakelijk forum. Onder de commissie komen verschillende sectorale werkgroepen bijeen, bestaande uit vertegenwoordigers van overheid en bedrijfsleven. Het doel hiervan is door een gestructureerde economische dialoog te komen tot een aantal zakelijke projecten Ook onderwerpen als MVO en trilaterale samenwerking zullen aan de orde komen.
Zie ook factsheet Turkije3.
Nigeria en Ghana, 16–19 juni
Van 16 tot en met 19 juni bracht ik een bezoek aan Nigeria en Ghana, vergezeld door vertegenwoordigers van 45 bedrijven. Beide landen behoren tot de Afrikaanse economieën met veel potentie. De diversificatie van de Nigeriaanse economie en de huidige relatief brede handelsrelatie met Ghana bieden veel kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. De grootste mogelijkheden liggen in de topsectoren Agri & Food, Tuinbouw, Water (maritieme industrie en havenontwikkeling) en Life Sciences & Health.
Doelstellingen
Het doel van het bezoek was het positioneren van het Nederlandse bedrijfsleven op de Nigeriaanse en Ghanese markten, met nadruk op de bovengenoemde sectoren. Een aantal Nederlandse bedrijven dat deelnam is al actief in Nigeria en Ghana en reisde mee om nieuwe handels- en investeringskansen te identificeren. Voor andere bedrijven betekende de missie een mogelijkheid om te worden geïntroduceerd bij de relevante autoriteiten of specifieke kwesties aan te kaarten.
Ondanks de dynamische economische groei valt er in beide landen nog veel af te dingen op het ondernemers- en vestigingsklimaat. Hiertoe heb ik met Nigeriaanse en Ghanese counterparts een aantal handelspolitieke dossiers besproken. In Ghana heb ik daarnaast de overgangsagenda ten aanzien van dat land gepresenteerd, waarbij ik het Dutch Good Growth Fund en het nieuwe instrument DRIVE – heb geïntroduceerd.
Belangrijkste onderdelen programma
• Als eerste bezocht ik de Niger Delta, dit gebied heeft te kampen met grote milieuschade en sociaaleconomische problematiek als gevolg van oliediefstal en -lekkages. Na een gesprek met Nigeriaanse NGO’s die werkzaam zijn op het terrein van milieu en mensenrechten in de Niger Delta, bezocht ik de Bodo en Bomu-gemeenschappen in Ogoniland. Sinds ruim een jaar vindt een bemiddelingspoging tussen de Bodo-gemeenschap en SHELL Petroleum Development Company of Nigeria (SPDC) plaats waarbij ik de Nederlandse oud-ambassadeur heb betrokken om als procesbegeleider op te treden. Op verzoek van alle stakeholders zal de Nederlandse inzet nog voor een korte periode worden voortgezet.
• In Abuja sprak ik met Minister Okonjo-Iweala van Financiën over mogelijkheden om de bilaterale handels- en investeringsrelatie verder uit te bouwen. Wij spraken over de aansluiting tussen de Nederlandse kennis en expertise op gebied van landbouw, maritieme logistiek en gezondheidszorg en de snel groeiende Nigeriaanse middenklasse. Daarnaast spraken wij over het handelsverdrag tussen de EU en ECOWAS en de vrees aan Nigeriaanse zijde voor schade aan de in opbouw zijnde industrie en arbeidsmarkt en de effecten van het verdrag op de handel met andere partners.
• In Lagos sprak ik met Minister Aganga van Industrie en Handel over de mogelijkheden van het Dutch Good Growth Fund. Ook spraken wij over het belang van een nieuw en investeringsvriendelijk Nigeriaans textielbeleid en de eerder dit jaar in werking getreden beperkingen op de invoer van bevroren vis.
• In Accra sprak ik met president Dramani en Minister Tetteh van Buitenlandse Zaken. We spraken onder andere over de precaire financieel-economische situatie van Ghana en over mogelijkheden om de ORIO-projectportefeuille in Ghana op gang te krijgen. Ook spraken we, net als in Nigeria, over het vrijhandelsakkoord tussen EU en ECOWAS. Ik heb hierbij mijn waardering uitgesproken voor de leiderschapsrol van Ghana in dit proces.
• In beide landen werd een aantal seminars georganiseerd. Vooral het seminar in Lagos over duurzame woningbouw en stadsplanning slaagde er goed in Nederlandse expertise en Nigeraanse behoeften op elkaar aan te sluiten. Urbanisering is een van de grote uitdagingen in miljoenen stad Lagos. De landbouwproblematiek is daar deels aan gelinkt- voedselvoorziening aan de snel groeiende bevolking.
• In Ghana bracht ik een bezoek aan het bilaterale WASH-programma (water, sanitatie en hygiëne), waarbij ik het programma Football for Water Partnership heb gelanceerd. Bij een bezoek aan het bedrijf Cargill heb ik het programma Cocoa Rehabilitation and Intensification gelanceerd over duurzaamheid in de cacaoketen.
• In Ghana heb ik veel aandacht besteed aan de havenontwikkeling in West-Afrika. Zo sprak ik tijdens een seminar dat was georganiseerd door een consortium van 18 Nederlandse bedrijven samengebracht in het «Port Development Partnership». Door de clustervorming biedt het PDP een breed scala aan expertise op gebied van maritieme logistiek en havenontwikkeling, hetgeen hun positionering in West-Afrikaanse havens, waaronder ook die in Ghana, versterkt. Ook bracht ik een bezoek aan de haven van Tema, waar een samenwerking bestaat tussen Nederland en de Ghanese belasting- en douaneautoriteiten. De samenwerking moet leiden tot een reductie van de doorlooptijden bij de Ghanese douane.
• Ik sloot mijn reis af met een kort bezoek aan Senegal waar ik een regionale ambassadeursconferentie bijwoonde. Ik sprak met Premier Aminata Touré en met Nederlandse ondernemers. Daarnaast tekende ik een financieringsovereenkomst met de Hoge Commissaris van de Organisation pour la Mise en Valeur du Fleuve Sénégal (OMVS). Dankzij deze steun is Waterschap Rivierenland betrokken bij de capaciteitsopbouw van OMVS. Nederlandse ondernemers, reeds gevestigd op de Senegalese markt, bevestigen dat Senegal goede kansen biedt in de maritieme sector en in de landbouw. Nederland is de vierde handelspartner van het land en wil in 2015 een handelsmissie naar Senegal organiseren.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaande aan het bezoek zijn de deelnemers geïnformeerd over uitdagingen op MVO-terrein in Nigeria en Ghana. In Nigeria werden de MVO-strategieën van FrieslandCampina en Heineken aan de missiedeelnemers toegelicht en woonden zij de ondertekening bij van een MoU over cassavebouw tussen Nigerian Breweries in de context van het door Nederland ondersteunde 2Scale-programma.
In Ghana vormen MVO-aspecten een belangrijk onderdeel van publiek-private samenwerkings-programma’s die van de bilaterale «van hulp naar handel agenda». Het eerder genoemde programma Football for Water, met betrokkenheid van Vitens, en het programma Water and Sanitation for the Urban Poor, waarbij Unilever is betrokken, vormen hier goede voorbeelden van.
Betrokken partijen
Vertegenwoordigers van 45 bedrijven namen deel aan de missie. De nadruk lag op de topsectoren Agri & Food, Tuinbouw, Life Sciences & Health en Water (maritieme logistiek). Ook lokaal vertegenwoordigd Nederlands bedrijfsleven sloot aan bij het programma. Vier NGO’s (DASUDA, Cordaid, KIT en PharmAccess) maakten eveneens deel uit van de delegatie. Het bedrijvenprogramma in zowel Nigeria als in Ghana bestond uit deelname aan seminars, matchmaking, bedrijfsbezoeken en netwerkevenementen.
Resultaten en follow-up
Tijdens mijn bezoek zegde de Ghanese overheid een financiële bijdrage van 14 miljoen euro toe voor een «tuberculosis detection programme», waarvoor een Nederlands bedrijf de MRI-scanners zal leveren. Na goedkeuring van het Ghanese parlement zal Nederland de rest van de contractwaarde van in totaal 21,5 miljoen euro betalen. Tijdens het bezoek aan de haven van Tema ondertekenden STC en de Ghanese havenautoriteiten een MoU om de bestaande samenwerking verder uit te bouwen.
Zie ook factsheet Nigeria en Ghana4.
Van mijn gecombineerde reis naar Nigeria, Ghana en Senegal deed ik u verslag per brief d.d. 5 september 2014, Kamerstuk 33 625, nr. 120.
Zuid-Afrika, 7–8 juli
Op 7 en 8 juli bezocht ik Zuid-Afrika, vergezeld door een delegatie van ongeveer 50 bedrijven, kennisinstellingen en NGO’s. Zuid-Afrika is de belangrijkste handelspartner van Nederland in Afrika. Naast de politieke en culturele banden, ligt het zwaartepunt in de bilaterale relaties dan ook op economisch terrein.
Doelstellingen
Zuid-Afrika is een belangrijke partner voor Nederland en de intentie is om het land regelmatig op bewindsliedenniveau te bezoeken. Mijn bezoek aan Zuid-Afrika had tot doel de bilaterale betrekkingen met Zuid-Afrika zowel op politiek, als op economisch terrein te versterken en over het voetlicht te brengen dat Nederlandse bedrijven kunnen bijdragen aan werkgelegenheid en capaciteitsopbouw ten behoeve van de duurzame en inclusieve ontwikkeling van Zuid-Afrika.
Belangrijkste onderdelen programma
• Het programma vond plaats in Johannesburg en Kaapstad. Ik heb gesproken met de Ministers van Buitenlandse Zaken, Handel en Industrie en met de premier van de West-Kaap. Naast de brede politieke relatie zijn daarbij ontwikkelingen in het Zuid-Afrikaanse investeringsklimaat, investeringsbescherming en een aantal specifieke handelskwesties aan de orde gekomen.
• Een hoogtepunt was de opening van het Department of Design (DoD) in Kaapstad, de Nederlandse bijdrage aan World Design Capital 2014. Dit was een evenement van drie weken gericht op creatieve, innovatieve samenwerking tussen Nederland en Zuid-Afrika op het gebied van (onder andere) stedenbouw, duurzaamheid, landbouw, infrastructuur en water. Ongeveer 45 Nederlandse bedrijven hebben hieraan deelgenomen.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaande aan het bezoek zijn de deelnemers geïnformeerd over uitdagingen op MVO-terrein in Zuid-Afrika. Ook tijdens de missie heb ik aandacht besteed aan deze thematiek, onder andere in mijn bilaterale gesprekken en speeches.
Met bezoeken aan enkele projecten heb ik aandacht gevraagd voor de sociale ontwikkeling van Zuid-Afrika. In het kader van een samenwerkingsproject van Nederlandse en Zuid-Afrikaanse jongeren sprak ik met aartsbisschop Tutu. Ook heb ik in Stellenbosch een voetbalveld geopend dat in samenwerking tussen de KNVB en een aantal Nederlandse bedrijven tot stand is gekomen. Daaraan verbonden was de bekrachtiging van ondersteuning aan een NGO die zich richt op de ontwikkeling van meisjes en jonge vrouwen in Zuid-Afrika.
Betrokken partijen
Vijftig bedrijven namen deel aan de missie, met nadruk op de topsectoren Agri & Food, Tuinbouw, Creatieve Industrie, Life Sciences & Health en Logistiek. Voor de bedrijven werden vier separate sectorprogramma’s georganiseerd. Zij konden via een uitgebreid programma met matchmaking, bedrijfsbezoeken en netwerkevenementen nieuwe contacten opdoen, relaties intensiveren of potentiële klanten ontmoeten.
Tegelijkertijd waren 45 Nederlandse bedrijven in Kaapstad aanwezig voor het «Department of Design» als onderdeel van Cape Town World Design Capital 2014.
Resultaten en follow-up
De missie heeft een impuls gegeven aan de economische relatie in infrastructuur, land- en tuinbouw, Creatieve Industrie, Life Sciences & Health. Tijdens de missie ondertekenden deelnemers zes MoU’s en één Letter of Intent. Ook ging één bedrijf een joint venture aan met een Zuid-Afrikaanse counterpart.
Nederlandse bedrijven hebben zich kunnen profileren als lange termijnpartners die bijdragen aan werkgelegenheid en capaciteitsopbouw. Het Department of Design in Kaapstad heeft de naamsbekendheid van Nederland sterk vergroot op het gebied van innovatieve en duurzame oplossingen voor Zuid-Afrika.
Angola, 9–10 juli
Op 9 en 10 juli bezocht ik Angola met een economische missie van 28 bedrijven. Angola ontwikkelde zich in het afgelopen decennium tot een belangrijke economische macht op het Afrikaanse continent. De oliesector is daarvoor grotendeels verantwoordelijk. Tegelijk wil de Angolese regering de economie graag minder afhankelijk maken van de oliesector. Daardoor ontstaan goede mogelijkheden voor Nederlandse bedrijven op het terrein van de infrastructuur (havenontwikkeling, logistiek) en landbouw.
Doelstellingen
Het bezoek had tot doel in te spelen op deze ontwikkelingen en het Nederlandse bedrijfsleven te profileren als kennispartner voor Angola op gebied van energie, (maritieme) infrastructuur en landbouw.
Angola is een land met een uitdagend ondernemingsklimaat en stevige internationale concurrentie. Voor Nederlandse bedrijven is het lastig om toe te treden tot de markt en contracten in de wacht te slepen. Juist daarom is ondersteuning door de Nederlandse overheid van toegevoegde waarde. Nederland wil Angola assisteren bij de gewenste diversificatie van de economie en bij het gebruik van local content, om duurzame en inclusieve economische ontwikkeling te steunen. Dit kunnen Nederland en het Nederlandse bedrijfsleven doen door bij te dragen aan de opbouw van capaciteit en kennis.
Belangrijkste onderdelen programma
• Ik heb gesprekken gevoerd met verschillende politieke counterparts, onder anderen de vicepresident en de Ministers van Handel, Petroleum en Transport. Voor een aantal bedrijven heb ik hier specifieke kwesties kunnen aankaarten. Ook heb ik benadrukt dat versoepeling van visumaanvragen kan helpen om het zakendoen in Angola te vergemakkelijken. Dit is voor Nederlandse bedrijven een belangrijk punt.
• Voor de deelnemende bedrijven werd een programma georganiseerd met matchmaking, seminars, netwerkgelegenheden en bedrijfsbezoeken. Waar nuttig en mogelijk heb ik hieraan deelgenomen. Zo heb ik het nieuwe geotechnische laboratorium van Fugro geopend. Dit laboratorium is gedeeltelijk tot stand gekomen door het Private Sector Investeringsprogramma (PSI) in samenwerking met Angolese partijen. Een belangrijke taak van het laboratorium is het trainen en opleiden van Angolese werknemers. Zo dragen Nederlandse bedrijven bij aan de duurzame ontwikkeling van het land.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaande aan het bezoek zijn de deelnemers geïnformeerd over uitdagingen op MVO-terrein in Angola. Tijdens het bezoek heb ik deelgenomen aan een ronde tafel met partijen uit het maatschappelijk middenveld over inclusieve groei en duurzame ontwikkeling. Juist in een land als Angola is het belangrijk om ook maatschappelijke organisaties ruimte te geven bij te dragen aan deze thema’s.
Betrokken partijen
De economische missie bestond uit 28 bedrijven, waarvan het grootste gedeelte uit de sectoren energie en maritieme infrastructuur en een kleinere groep uit de agrarische sector.
Resultaten en follow-up
De missie was nuttig voor verdere positionering van het Nederlandse bedrijfsleven, het leggen van contacten en om beter zicht te krijgen op de plannen en ontwikkelingen. Enkele bedrijven hebben al concrete stappen kunnen zetten, sommigen in de vorm van contracten, anderen door snel na de missie terug naar Angola te gaan om met nieuwe partners afspraken te maken over vervolgstappen.
Inzet van Nederlandse kennis en expertise lijkt bij de Angolese autoriteiten zeer welkom. Er is duidelijke belangstelling voor Nederland als partner voor de duurzame ontwikkeling van de energiesector, maar ook op het gebied van landbouw. Ik heb mijn counterparts uitgenodigd om Nederland te bezoeken om verder kennis te nemen van de Nederlandse expertise op deze terreinen.
China, 27–30 oktober
Van 27 tot en met 30 oktober bracht ik een bezoek aan China (Shanghai en Beijing) met een economische missie bestaande uit vertegenwoordigers van dertig bedrijven. Burgemeester Van der Laan van Amsterdam bezocht China tegelijkertijd met een bedrijvendelegatie. Om het effect van beide missies te versterken, hebben we deels een gezamenlijk programma gevolgd.
Doelstellingen
Uiteraard was een belangrijke doelstelling van het bezoek aan Shanghai en Beijing het versterken van de bilaterale economische relatie, onder andere door nieuwe kansen en knelpunten in het economische verkeer te bespreken in het kader van de gemengde economische commissie.
Ook ontwikkelingssamenwerking was een belangrijk thema van het bezoek. China is uitgegroeid tot een belangrijke speler op OS-gebied en we komen elkaar steeds vaker tegen in ontwikkelingslanden. Het bezoek bood een mogelijkheid om het wederzijds begrip en inzicht in elkaars OS-beleid te vergroten en de mogelijkheden te verkennen voor trilaterale samenwerking in een derde (ontwikkelings)land.
Belangrijkste onderdelen programma
• Met viceminister Zhong Shan van Handel zat ik de 16e zitting voor van de bilaterale gemengde economische commissie. Hier is onder andere gesproken over knelpunten die bedrijven van beide zijden ondervinden in het zakendoen. Zo werd van China zijde de Europese toepassing van het defensieve handelsinstrumentarium aan de orde gesteld en van Nederlandse kant de knelpunten bij markttoegang. Ook heb ik mijn zorgen uitgesproken over de situatie in Hong Kong en de behandeling van sympathisanten in China en heb ik het belang onderstreept van vrije meningsuiting en het voorkomen van geweldsescalatie.
• In het gesprek met de viceminister heb ik eveneens aandacht gevraagd voor het vergemakkelijken van het reizigersverkeer tussen China en Nederland. Nederland heeft al stappen gezet om de visumverstrekking te vereenvoudigen en wachttijden te verkorten. Mijn Chinese gesprekspartner zegde toe eenzelfde inspanning te zullen verrichten.
• Ik heb een aantal bedrijfsbezoeken afgelegd en was aanwezig bij de handelsdiners in Shanghai en Beijing, waar ook enkele contracten werden ondertekend.
• In Shanghai zat ik een ronde tafel voor over MVO en hield ik een toespraak over ontwikkelingssamenwerking op de vooraanstaande Fudan universiteit.
• Op de laatste dag van het bezoek opende ik de «China Holland Business Summit», georganiseerd door de gemeente Amsterdam en de Chinese bank ICBC.
MVO/mensenrechten
Viceminister Zhong Shan bevestigde in ons gesprek dat de aandacht van de Chinese regering voor MVO toeneemt. China heeft zich aangesloten bij een aantal VN-initiatieven op dit terrein en ook Chinese bedrijven nemen MVO-principes in toenemende mate in acht.
In Shanghai woonde ik een bijeenkomst bij over MVO met bedrijven en het maatschappelijk middenveld. Tijdens de bijeenkomst heb ik met de deelnemende bedrijven gesproken over de MVO-uitdagingen waar zij in China mee te maken hebben. Ook was er aandacht voor een door de Nederlandse overheid gefinancierd samenwerkingsproject met (toeleveranciers van) de Nederlandse bedrijven in China. In het project wordt onder begeleiding van NGO Solidaridad en de China National Textile Apparel Council trainingen gegeven om MVO in de keten te vergroten.
Tijdens een bijeenkomst met het Chinese bedrijfsleven over duurzame palmolie bleek dat, ondanks de complexiteit van het vraagstuk, de Chinese private NGO-sector bereid is samen te werken aan de verduurzaming van toeleveringsketens. Ik heb de deelnemers aangemoedigd om het momentum aan te grijpen en hierover verder te spreken.
Betrokken partijen
De Nederlandse bedrijvendelegatie bestond uit dertig bedrijven, voor het merendeel uit de topsectoren Life Sciences & Health, High Tech Systemen en Materialen, Agri & Food en Tuinbouw. Deze bedrijven werden in een parallel programma tijdens matchmakingsessies in contact gebracht met potentiële zakenpartners.
Resultaten en follow-up
Met viceminister Zhong Shan heb ik afgesproken om de bilaterale relatie verder te intensiveren; zowel op het gebied van handel en investeringen, als op nieuwe terreinen zoals ontwikkelingssamenwerking. We spraken af om over ongeveer anderhalf jaar een volgende zitting van de gemengde economische commissie te organiseren in Nederland.
De Chinese zijde toonde zich geïnteresseerd in samenwerking op het gebied van ontwikkelingssamenwerking in de vorm van trilaterale samenwerking in een derde (ontwikkelings)land. We hebben afgesproken om de komende tijd gezamenlijk concrete plannen hiervoor te ontwikkelen.
Tijdens het bezoek zijn 12 overeenkomsten ondertekend. De contracten zijn afgesloten in uiteenlopende sectoren. Bijvoorbeeld de overeenkomst tussen ASML en het Chinese technologieconcern SMIC. Ook op uiteenlopende andere terreinen – zoals scheepsbouw, telecom, buizen voor transportsystemen en de aanleg van ijsbanen – zijn gesprekken succesvol afgerond.
India, 5–7 november
Op 5 november leidde ik een economische missie naar India (New Delhi), die op 6 en 7 november onder hoogambtelijke leiding in Mumbai werd voortgezet. Het moment, vijf maanden na het aantreden van de nieuwe regering van Minister-President Modi, was strategisch gekozen. Hierdoor kon ik kennis maken met mijn nieuwe counterparts en kennis nemen van de sociaaleconomische beleidsintenties van de regering onder leiding van de Bharatiya Janata Partij.
De missie bestond uit vertegenwoordigers van 32 bedrijven en was gericht op twee topsectoren: Agri & Food en Life Sciences & Health. Beide sectoren zien India als een belangrijke groeimarkt en hebben zich gecommitteerd aan een meerjarige benadering. Bedrijven uit deze sectoren namen ook vorig jaar deel aan economische missies naar India onder leiding van Minister Schippers (LSH) en mijzelf (Agri & Food).
Doelstellingen
Het bezoek was gericht op het verdiepen en bestendigen van de bestaande contacten voor de genoemde sectoren en de samenwerking op het gebied van landbouw en gezondheidszorg te intensiveren.
Een tweede doelstelling was het verder intensiveren en institutionaliseren van de economische samenwerking op overheidsniveau, door de instelling van een gemengde economische commissie.
Belangrijkste onderdelen programma
• Ik heb gesprekken gevoerd met de Ministers van Handel en Industrie en Woman and Child Development in de nieuwe Indiase regering. Met de eerstgenoemde Minister ondertekende ik een MoU ter instelling van de genoemde gemengde economische commissie. Tijdens het tweede gesprek heb ik onder meer gesproken over kinderarbeid.
• Ook sprak ik met vertegenwoordigers van het Indiase bedrijfsleven, wetenschappelijke instituten en het maatschappelijk middenveld en had ik een ontmoeting met de recente Nobelprijswinnaar Kailash Satyarthi.
• Tijdens een ronde tafel over MVO sprak ik met CEO’s van Nederlandse en Indiase bedrijven over de wijze waarop ze hieraan invulling geven in India.
MVO/mensenrechten
Het thema MVO liep als een rode draad door de verschillende programmaonderdelen. Tijdens de MVO-bijeenkomst werd onder meer gesproken over de «Companies Bill», die er in voorziet dat grote bedrijven twee procent van hun winst moeten besteden aan MVO-activiteiten. Ook werden enkele voorbeelden genoemd van activiteiten die Indiase en Nederlandse bedrijven in India zelf ondernemen. Bedrijven als Tata en Unilever zijn bedrijven die zeer actief zijn op het gebied van duurzaamheid en MVO. MVO was eveneens een belangrijk thema tijdens mijn gesprekken met de beide Ministers.
Betrokken partijen
De economische missie bestond uit 32 bedrijven, vooral ondernemers uit het midden- en kleinbedrijf en actief in de topsectoren Agri & Food en Life Sciences & Health. Ook NGO’s (o.a. Unicef), brancheorganisaties, vertegenwoordigers van het bankwezen en kennisinstellingen namen deel aan het programma. Het programma van de bedrijvendelegatie bestond uit bezoeken aan New Delhi en Mumbai. Naast gerichte matchmaking en inhoudelijke seminars stonden hier ook bezoeken op het programma aan onder andere ziekenhuizen en landbouwbedrijven.
Resultaten en follow-up
Met de instelling van de bilaterale gemengde economische commissie is een kanaal geopend voor structurele dialoog over markttoegang en (het wegnemen van) handelsbelemmeringen. Afgesproken is dat deze commissie in 2015 voor het eerst bijeen zal komen.
Het meereizend bedrijfsleven was enthousiast over de kansen en mogelijkheden die de Indiase markt te bieden heeft en tijdens de missie werd een aantal contracten en MoU’s getekend.
Colombia, 23–25 november
Van 23 tot en met 25 november bezocht ik Colombia met een bedrijfsdelegatie, CEO’s van energiebedrijven en vertegenwoordigers van NGO’s. Ook twee leden van uw Kamer, Jan Vos en Sjoerd Sjoerdsma, reisden mee. Een deel van de bedrijvendelegatie reisde onder leiding van de directeur-generaal Buitenlandse Economische Betrekkingen vanuit Colombia door naar Peru.
Door snelle economische ontwikkeling is Colombia een middeninkomensland geworden. De Colombiaanse overheid investeert fors in fysieke en sociale infrastructuur en heeft daarbij grote behoefte aan Nederlandse kennis en kunde, bijvoorbeeld op het gebied van water, agro-food en maritieme logistiek. Nederland heeft de bilaterale samenwerking daarom geïntensiveerd en zet de eerder ingezette verschuiving van een hulp- naar een handelsrelatie voort.
Aangezien een behoorlijk aandeel5 van de Nederlandse import van kolen uit Colombia afkomstig is, hecht Nederland veel waarde aan de manier waarop steenkool in Colombia wordt gewonnen. Ik ben met verschillende actoren in de steenkoolketen in Colombia in gesprek gegaan om te bezien hoe invulling kan worden gegeven aan het convenant dat ik met de energiebedrijven heb gesloten.
Doelstellingen
De belangrijkste doelen van het bezoek waren de goede economische betrekkingen te onderstrepen, een nieuwe impuls te geven aan de handelsrelatie met Colombia en, samen met de CEO’s van Nederlandse energiebedrijven en NGO’s, kennis te nemen van de situatie in de steenkoolketen. Ook wilde ik kennisnemen van de ontwikkeling van het vredesproces in Colombia en de mogelijke ondersteuning daarvan door Nederland.
Belangrijkste onderdelen programma
• Ik heb gesprekken gevoerd met de Minister én viceminister van Buitenlandse Zaken, de Minister voor Handel, Industrie en Toerisme en de viceminister voor Energie en Mijnbouw. Het luchtvaartverdrag, dat ik tijdens mijn bezoek ondertekende, faciliteert de directe KLM-vlucht Amsterdam–Bogotá (vanaf 31 maart 2015) en geeft hiermee een belangrijke impuls aan de bilaterale relatie. Ook heb ik aangedrongen op zo spoedig mogelijke hervatting van de onderhandelingen over een verdrag ter voorkoming van dubbele belastingen. Dit is voor Nederlandse bedrijven een belangrijk punt. In de gesprekken heb ik tevens hulp aangeboden van Nederland aan de implementatie van een vredesakkoord, met name op het gebied van transitional justice, en een extra bijdrage aangekondigd aan de internationale monitoring- en verificatiemissie op gebied van het vredesproces in Colombia van de Organisatie van Amerikaanse Staten.
• Ook sprak ik met de directeur en het bestuur van het Holland House / Casa de Holanda, dat dienstverlening levert aan Nederlandse bedrijven op de Colombiaanse markt. Het Holland House is een unieke combinatie van een Kamer van Koophandel, consultancy en incubator en is opgericht met tijdelijke steun van de Nederlandse overheid en Nederlandse en Colombiaanse bedrijven. In het eerste jaar zijn al goede resultaten geboekt; de organisatie lijkt op de goede weg om, zoals afgesproken, binnen drie jaar financieel op eigen benen te staan.
• Ten slotte heb ik, samen met verschillende Nederlandse belanghebbenden, een bezoek gebracht aan de mijnbouwregio in het departement Cesar, waar het grootste deel van de door Nederland geïmporteerde Colombiaanse steenkool wordt gedolven. Ik heb daar de mogelijkheden verkend voor de concrete invulling van het convenant dat ik eerder met energiebedrijven heb gesloten. Op uitnodiging van het mijnbouwbedrijf Drummond bezocht ik een van hun mijnen. Ondanks stevige druk van mij en de energiebedrijven was PAX helaas niet welkom bij dit bezoek. Op verzoek van de gehele delegatie heb ik besloten Drummond toch te bezoeken, in een poging het bedrijf ertoe te bewegen de dialoog uit aan te gaan. Enkele vertegenwoordigers van de energiebedrijven hebben uit solidariteit met PAX het bezoek aan de mijn overgeslagen. Andere onderdelen van het bezoek aan de mijnregio waren gesprekken met omwonenden, lokale autoriteiten en vakbonden. Hier waren alle deelnemers weer aanwezig. Voorafgaand aan het bezoek aan de mijnregio werd een seminar over MVO in de steenkoolketen georganiseerd. Tijdens dit seminar heb ik onder andere gesproken met slachtoffers van het gewapend conflict, afkomstig uit de mijnbouwregio.
MVO/mensenrechten
Bij aanvang van het bezoek zijn de deelnemers geïnformeerd over uitdagingen op MVO-terrein in Colombia. Hoewel de situatie is verbeterd en vredesbesprekingen zijn gestart, is het conflict in Colombia nog steeds gaande. Mede hierdoor is MVO een belangrijke component voor bedrijven die zaken willen doen in Colombia. Bedrijven dienen vanuit hun ketenverantwoordelijkheid rekening te houden met de dynamiek van het gewapend conflict en de gevolgen daarvan. Tijdens een seminar over de steenkoolketen en mijn bezoek aan de mijnregio stonden de MVO-aspecten in de steenkoolketen centraal. Diverse belanghebbenden zoals de mijnen, de slachtoffers van het conflict, omwonenden en lokale autoriteiten kwamen daarbij aan het woord.
Betrokken partijen
De economische missie bestond uit 25 bedrijven uit 6 sectoren: water, afval, maritieme technologie, agrofood, (duurzame) energie en life science & health (LSH). Ook namen vertegenwoordigers van vijf Nederlandse energiebedrijven, vier NGO’s, de haven Rotterdam, overslagbedrijf EMO en een vakbond deel aan deze reis.
Resultaten en follow-up
De missie was nuttig voor de positionering van het Nederlandse bedrijfsleven, het leggen van contacten en voor een beter zicht op de plannen en ontwikkelingen in de Colombiaanse economie. Concrete resultaten van de missie zijn onder meer de ondertekening van het luchtvaartverdrag tussen Colombia en Nederland en de ondertekening van de samenwerking tussen het Centrum voor bevordering van import uit Ontwikkelingslanden (CBI) en het Colombiaanse exportagentschap ProColombia ter verbetering van de exportkansen van Colombiaanse ondernemers. Ook heb ik een overeenkomst ondertekend met de Interamerican Investment Cooperation, onderdeel van de Interamerican Development Bank, om Nederlandse en Colombiaanse ondernemers bij elkaar te brengen en de eventuele joint ventures die hieruit voortkomen te ondersteunen. Inzet van Nederlandse kennis en expertise uit de meereizende sectoren is bij de Colombiaanse autoriteiten zeer welkom. De deelnemende bedrijven gaven aan dat de gelegde contacten goed uitzicht bieden op contracten.
Mijn bezoek aan de mijnregio was, hoewel het mijnbedrijf niet openstond voor een gesprek met alle deelnemers, nuttig. De diverse gesprekken stemden mij voorzichtig positief over de mogelijkheden voor een dialoog tussen mijnbouwbedrijven, lokale gemeenschappen, slachtoffers van het gewapend conflict en maatschappelijke organisaties over de problemen bij steenkoolmijnen in Colombia. Wederzijds vertrouwen om tot een dialoog te komen dient echter nog verder te verbeteren. Daarbij zal de aandacht natuurlijk op de toekomst gericht moeten zijn, echter zonder het verleden te veronachtzamen. Ik heb daarbij ondersteuning vanuit Nederland aangeboden. Zo kan Nederland helpen bij het tot stand brengen van een dialoog tussen de mijnbedrijven en de slachtoffers van het gewapend conflict. Ik heb daarom gevraagd of de grondstoffengezant naar Colombia wil gaan om te verkennen welke mogelijkheden er voor dialoog zijn. Ik vind het belangrijk om samen met Colombia te werken aan verbetering in de steenkoolketen. Als overheden willen we een MoU afsluiten, waarin we vastleggen hoe we samen kunnen werken en op welke gebieden. Nederland zal ook een aantal projecten steunen om het milieu en de sociale omstandigheden rond de steenkoolmijnen te verbeteren. Zo wordt een onafhankelijk onderzoek gefinancierd, waarmee de maatschappelijke risico's verbonden aan mijnbouwactiviteiten in kaart worden gebracht. Met de uitkomsten kunnen mijnbouwbedrijven aan de slag om misstanden te voorkomen. Nederland gaat eveneens zijn waterexpertise inzetten, bijvoorbeeld om te helpen waterverontreiniging door mijnbouwactiviteiten tegen te gaan en om drinkwatervoorziening in de mijnbouwregio’s te verbeteren. Tenslotte wordt geld vrijgemaakt voor het Global Reporting Initiative, dat mijnbouwbedrijven technisch ondersteunt om transparanter te zijn over hun activiteiten, en voor een project dat lokale gemeenschappen helpt bij het opkomen voor hun rechten.
Ook het vervolg van de missie in Peru onder leiding van de directeur-generaal Buitenlandse Economische Betrekkingen was nuttig voor de positionering van het bedrijfsleven, het leggen van contacten en voor een beter zicht op de plannen en ontwikkelingen van de Peruaanse economie. Er is onder meer gesproken met vertegenwoordigers van de Ministeries van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel, Economie en Financiën en Landbouw en Rurale Ontwikkeling. Daarbij is onder andere het belang onderstreept voor het, ook met Peru, afsluiten van een luchtvaartovereenkomst en een verdrag ter voorkoming van dubbele belastingen. Voor het merendeel van meereizende bedrijven was bezoek vooral bedoeld als kennismaking met Peru en de mogelijkheden die de Peruaanse economie biedt. De bedrijven gaven aan zeer goede contacten te hebben opgedaan die mogelijkheden bieden voor het omzetten in contracten. Eén van de bedrijven tekende tijdens de missie reeds een MoU.
Verslagen economische missies en marge bezoeken Koninklijk Huis
Duitsland 26–27 mei
Op 26 en 27 mei bracht het Koninklijk Paar een werkbezoek aan Nedersaksen en Noordrijn-Westfalen (NRW). Op economisch terrein werden zij op 26 mei begeleid door de directeur-generaal Buitenlandse Economische Betrekkingen en op 27 mei door Minister Kamp.
Doelstellingen
Het Nederlandse bedrijfsleven heeft een grote markt in de traditioneel belangrijkste afzetgebieden Noordrijn-Westfalen en Nedersaksen: vijftig procent van de export naar Duitsland gaat naar deze twee deelstaten. Haast nog belangrijker is de rol van Nedersaksen en NRW bij de internationalisering van het MKB. Veel startende Nederlandse exporteurs zetten hier hun eerste stappen op een buitenlandse markt. Tegelijkertijd geven veel bedrijven aan Duitsland te zien als één van de uitdagende exportlanden, onder andere vanwege de hoge technische standaarden. Het bezoek beoogde het Nederlandse bedrijfsleven hierin te ondersteunen door deuren te openen en hun bekendheid in beide deelstaten te vergroten.
Belangrijkste onderdelen programma
• Het Koninklijk Paar sprak met Minister-President Weil van Nedersaksen en Minister-President Kraft van NRW.
• In Nedersaksen was er een Duits-Nederlandse energiesymposium waarbij de discussie vanuit het thema energieopslag is aangevlogen. De discussie ging over de vraag hoe energieopslag – naast andere technologieën t.b.v. leveringszekerheid – kostenefficiënt en gebaseerd op marktwerking in het energiesysteem van de toekomst kan worden geïntegreerd.
• Daarnaast was er bezoek aan EWE onderzoekscentrum voor energietechnologie en een lunchgesprek over hoe grensoverschrijdende samenwerking verbeterd kan worden.
• In Noordrijn-Westfalen werden onder andere bezoeken gebracht aan het Fraunhofer Institut für Materialfluss & Logistik, dat zich heeft gespecialiseerd in logistieke processen binnen productiefaciliteiten en tussen bedrijven, en aan ontwerpbureau MMID, waar samenwerking in de creatieve industrie werd besproken. In Kleef vond een Duits-Nederlandse bedrijvenbijeenkomst plaats, waar de nadruk lag op samenwerking in de maakindustrie.
MVO/mensenrechten
MVO en mensenrechten zijn in de relatie met Duitsland geen punten van bijzondere aandacht; Nederland en Duitsland delen dezelfde normen en waarden op dit gebied.
Betrokken partijen
De topsectoren Energie, Logistiek, Creatieve Industrie en High Tech Systemen en Materialen waren betrokken bij de organisatie van de verschillende evenementen. Voor alle programmaonderdelen werden bedrijven uit de achterbannen van deze topsectoren gericht uitgenodigd.
Resultaten en follow-up
In Dortmund werd door DINALOG en het Duitse Effizienscluster een MoU ondertekend over digitalisering van de logistiek. Het MoU is op 30 oktober voortgezet met een gezamenlijke workshop in het kader van de tweede TEN-T-conferentie voor Duitse en Nederlandse bedrijven. Ongeveer tachtig bedrijven en overheidsinstanties namen hieraan deel. FME-CWM en het postennet in Duitsland zijn voornemens om en marge van de Hannover Messe 2015 een vergelijkbare bijeenkomst te organiseren over energietechnologie, waar ook matchmaking voor Nederlandse en Duitse bedrijven is voorzien.
De topsector Creatieve Industrie werkt met het Ministerie van Buitenlandse Zaken en de Nederlandse ambassade in Berlijn aan de vormgeving van een publiek-private Duitslandagenda. Als onderdeel hiervan wordt met de topsector Life Sciences & Health een gezamenlijke inzending naar de MEDICA-beurs georganiseerd.
Minister-President Weil van Nedersaksen bracht op 5 december een bezoek aan Noord-Nederland. De grensoverschrijdende samenwerking is tijdens dit bezoek verder uitgewerkt.
Polen, 24–25 juni
En marge van het staatsbezoek op 24 en 25 juni reisde onder mijn leiding een brede economische missie van ruim zestig bedrijven naar Polen. Het staatsbezoek bood een uitstekende gelegenheid om de economische banden met Polen te verstevigen en zowel de zichtbaarheid van Nederland in Polen, als van Polen in Nederland te vergroten.
Doelstellingen
Naast de genoemde algemene doelstellingen, was een specifiek doel van het bezoek het bevorderen van de economische samenwerking in een aantal sectoren waarin de overheid een relatief grote rol speelt. Denk aan de watersector waar het vaak de overheid is die de opdrachten verstrekt aan het bedrijfsleven. Tijdens het staatsbezoek is overeengekomen dat Nederlandse bedrijven en de Poolse overheid gaan samenwerken om de rivieren Wisla en Bystrzyca bevaarbaar te maken. Ook heeft Nederland tijdens het bezoek aandacht gevraagd voor het belang van energie-efficiency en hetgeen Nederlandse innovatieve bedrijven op dit gebied te bieden hebben.
Belangrijkste onderdelen programma
• In aanwezigheid van het Koninklijk Paar werd in verschillende vormen (innovatieforum, tentoonstelling van Nederlandse bedrijven, ronde tafels, CEO ronde tafel, bedrijfsbezoeken, transportseminar en ondernemersmarkt) gesproken over het ondernemersklimaat in Polen, kansen voor en ervaringen van het Nederlandse bedrijfsleven en mogelijkheden om samenwerking op verschillende niveaus te versterken.
• Ook was er veel aandacht voor de sinds twee jaar bestaande spoorverbinding tussen de haven van Rotterdam en Poznan voor de overslag van goederen van de weg naar het spoor, een succesvol voorbeeld van intermodale vervoersoplossingen. Door meer bekendheid van de spoorverbinding haven Rotterdam – Poznan is de frequentie van het aantal treinen inmiddels tegenomen tot 8 per week in beide richtingen.
MVO/mensenrechten
MVO Nederland heeft tijdens de aan de missie voorafgaande deelnemersbijeenkomst een presentatie verzorgd over de aandachtspunten op het gebied van MVO in Polen.
Betrokken partijen
De bedrijvendelegatie bestond uit vertegenwoordigers van 61 bedrijven: 37 MKB-bedrijven, dertien CEO’s van grotere bedrijven en elf leden van Jong Management VNO-NCW. De nadruk lag op de topsectoren Water, Energie, Logistiek en Agri & Food.
Resultaten en follow-up
Tijdens het bezoek zijn vijf samenwerkingsovereenkomsten ondertekend tussen de Poolse overheid en het Nederlandse bedrijfsleven. Zo tekende een Nederlands bedrijf een overeenkomst met de gemeente Wroclaw over het uitwisselen van kennis en best practices ten behoeve van de ontwikkeling van Wroclaw tot een smart city en om deze stad te helpen bij de voorbereidingen om Europese culturele hoofdstad te worden in 2016. Ook werden overeenkomsten gesloten tussen enkele Nederlandse bedrijven en de Poolse overheid om de rivieren Wisla en Bystrzyca te revitaliseren en bevaarbaar te maken. Om de uitvoering van deze overeenkomsten te bevorderen zet het Ministerie van Buitenlandse Zaken waar nodig economische diplomatie in om eventuele handels- en investeringsbelemmeringen weg te nemen. Zo organiseert de ambassade zogenaamde roadshows onder andere op het gebied van water om lokale Poolse overheden bekend te maken met de expertise van Nederlandse bedrijven op dit gebied. Voor Polen is het zeer aantrekkelijk dat Nederlandse bedrijven geïntegreerde oplossingen kunnen bieden (denk bijvoorbeeld aan een oplossing die zowel overstromingen tegen houdt en tegelijkertijd zorgt voor schoon drinkwater).
Zie ook factsheet Polen6.
Japan, 27–31 oktober
Van 27 tot en met 31 oktober vond, parallel aan het staatsbezoek, onder leiding van Minister Kamp een economische missie plaats naar Japan. Het brede karakter van de economische betrekkingen tussen Nederland en Japan kwam duidelijk tot uiting in de omvang en diversiteit van de missie, die bestond uit meer dan 110 bedrijven en kennisinstellingen.
Doelstellingen
Het behouden en aantrekken van Japanse investeringen in Nederland is al decennia een belangrijke doelstelling van Nederland in de relatie met Japan. Momenteel zijn ongeveer 250 Japanse bedrijven met 450 vestigingen actief in Nederland, gezamenlijk goed voor 38.000 banen en een cumulatieve investering van bijna 10 miljard euro. Wel staat de sterke positie van Nederland als bestemming voor Japanse bedrijven in toenemende mate onder druk door concurrentie uit vooral VK en Duitsland.
Niet alleen handels- en investeringsbelangen tellen in de relatie met Japan. Ook op het vlak van toegepast onderzoek bestaan sterke banden. Japan en Nederland staan voor een aantal vergelijkbare maatschappelijke uitdagingen, de vergrijzende bevolking, het voornemen tot een duurzamere energiemix te komen en oplossingen op het vlak van infrastructuur. De missie was erop gericht op deze thema’s verbindingen te zoeken.
Belangrijkste onderdelen programma
• Om de relatie met multinationals als Mitsubishi, Fuji, Canon en Toshiba te onderhouden was een substantieel deel van het programma van Minister Kamp ingeruimd voor gesprekken met deze investeerders. Ook was hij aanwezig bij een met Amsterdam in Business en de gemeente Amstelveen georganiseerd seminar over investeren in de regio Amsterdam.
• Minister Kamp was als één van de keynote speakers aanwezig bij een goed bezocht seminar over wind op zee. Eén van de economische gevolgen van de nucleaire ramp in Fukushima van 2011 is de negatieve handelsbalans die is ontstaan door de toename van import van gas en olie. De Japanse overheid zoekt naar mogelijkheden om alternatieve energiebronnen, zoals wind op zee, een groter deel van de energiemix uit te laten maken.
• De agrarische sector kwam aan bod in een seminar, met Z.M. de Koning en Minister Kamp als keynote speakers, en een besloten bijeenkomst met Japanse en Nederlandse bedrijven over het raakvlak tussen energie(efficiëntie) en landbouw. Japan heeft altijd een beschermde en relatief kleinschalige en onproductieve agrarische sector gehad. Door samenwerking met Nederlandse land- en tuinbouwsector wil Japan een moderniseringsslag maken om de sector concurrerender te maken en de exportinkomsten te vergroten.
• Met de topsector Life Sciences & Health was een evenement georganiseerd over healthy ageing, waar ook het Koninklijk Paar aan deelnam. Japan, in grotere mate dan Nederland, ondervindt de gevolgen van een vergrijzende bevolking. Om de welvaartsstaat betaalbaar te houden wordt veel onderzoek gedaan naar de rol die robots en automatisering kunnen spelen. Van Japanse zijde was veel interesse in thuiszorgorganisaties en Nederlands onderzoek naar organisatiemodellen voor het gezondheidsstelsel.
• Tijdens een aantal ronde tafels, waar ook Minister Kamp aan deelnam, en bedrijfsbezoeken werd aandacht besteed aan het thema cybersecurity. Hier werden mogelijkheden besproken voor nauwere samenwerking om kritische infrastructuur zoals elektriciteit, transportsystemen en watervoorziening beter te beschermen.
• Een select gezelschap van bedrijven uit de sportinfrastructuurbranche was naar Tokio gekomen om, in aanwezigheid van Minister Kamp, voor het Tokio2020 Olympisch Comité een aantal korte «elevator pitches» te houden. De Olympische Spelen die in 2020 in Tokio worden gehouden, bieden mogelijk interessante aanknopingspunten voor Nederlandse bedrijven.
• In aanwezigheid van het Koninklijk Paar en Minister Kamp vond een ronde tafel plaats met Nederlandse en Japanse CEO’s. Voorzitter De Boer van VNO-NCW zat de bijeenkomst voor met zijn Japanse counterpart.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaand aan het bezoek zijn de deelnemers door geïnformeerd over MVO-uitdagingen bij internationaal ondernemen. Aangezien de MVO-uitdagingen bij het ondernemen in Japan relatief gering zijn, is hier tijdens de missie geen speciale aandacht aan besteed.
Betrokken partijen
De bedrijvendelegatie naar Japan bestond uit 140 vertegenwoordigers van 110 bedrijven en kennisinstellingen uit de (top)sectoren Agri & Food, Energie, Life Sciences & Health, smart mobility, cybersecurity, healthy ageing en sportinfrastructuur. Al deze sectoren hadden aparte programma’s, met een paar gezamenlijke onderdelen en enkele aansluitmomenten met het staatsbezoek. Ook reisde een CEO-delegatie mee onder leiding van de voorzitter van VNO-NCW.
Resultaten en follow-up
ITS Japan en Connekt/ITS Nederland ondertekenden een MoU op het gebied van Intelligent Transport Systems. Hiermee wordt synergie gezocht tussen de Nederlandse expertise op het gebied van elektrische mobiliteit en het Japanse onderzoek naar zelfsturende auto’s.
De topsector Energie zal naar aanleiding van de missie de samenwerking met Japan in de sector wind op zee de komende tijd concretiseren. De topsector zal het initiatief nemen om een consortium van bedrijven te vormen, om vervolgens met de Japanse partijen en de Nederlandse overheid tot een strategische samenwerking te komen. Ook de (top)sectoren cybersecurity en Life Sciences & Health onderzoeken of samen met de Nederlandse overheid een meerjarige strategische aanpak ten aanzien van Japan kan worden ontwikkeld.
Nederland en Japan hebben de intentie uitgesproken om de krachten te bundelen door tripartiete samenwerking op het gebied van grote infrastructurele OS-projecten. De derde UN World Conference on Disaster Risk Reduction in maart 2015 is een goede gelegenheid om deze samenwerking verder vorm te geven.
Zuid-Korea, 1–5 november
Van 1 tot en met 5 november vond, parallel aan het staatsbezoek, onder leiding van Minister Kamp een economische missie plaats naar Zuid-Korea. De combinatie met het staatsbezoek bood een goede mogelijkheid om de bilaterale relatie te verstevigen en de economische betrekkingen te intensiveren in sectoren als High Tech Systemen en Materialen en Agri & Food.
Doelstellingen
Knelpunten/uitdagingen in Korea zijn, naast de relatie met Noord-Korea, de afgeschermde agrarische sector, de productiviteitsverbetering in de dienstensector en de vergrijzing van de bevolking. De economische missie was erop gericht uitwisseling tot stand te brengen tussen overheidsinstanties, bedrijfsleven en kennisinstellingen over mogelijke oplossingen voor deze problematiek.
Net als voor Japanse bedrijven, is Nederland ook voor Koreaanse bedrijven een belangrijke investeringsbestemming. Ook geldt, evenals in het geval van Japan, dat de concurrentie uit andere EU-lidstaten als het VK en Duitsland toeneemt. Het behouden en aantrekken van Koreaanse investeringen was dan ook een belangrijke doelstelling van het bezoek.
Belangrijkste onderdelen programma
• Het staatsbezoek stond voor een aanzienlijk deel in het teken van de economische relaties tussen Nederland en Korea. Op 3 november vonden een MoU-ondertekeningsceremonie in het presidentieel paleis, een ontmoeting met Nederlandse CEO’s en een seminar over de Creative & Learning Economy met o.a. Guus Hiddink plaats.
• Minister Kamp had een ontmoeting met (potentiële) Koreaanse investeerders. Deze bijeenkomst gaf een impuls aan Koreaanse bedrijven om Nederland te (blijven) kiezen als bestemming in Europa voor hun investeringen.
• De delegatie bracht een bezoek aan de scheepswerf van SHI, waar Royal Dutch Shell momenteel een Floating Liquefied Natural Gas-faciliteit laat bouwen. Scheepsbouw is één van de belangrijkste sectoren in de Koreaanse industrie, met veel Nederlandse bedrijven als afnemers.
• Tijdens het seminar Innovative Solutions kwam de gehele bedrijvendelegatie met Koreaanse counterparts samen om na een plenaire opening door Z.M. de Koning uiteen te gaan in vier parallelle sessies. Zo presenteerden Nederlandse bedrijven bijvoorbeeld oplossingen die kunnen bijdragen aan het verhogen van de productie van de Koreaanse landbouwsector.
• Dit is een belangrijke prioriteit voor de Koreaanse regering, die deze sector een bijdrage wil laten leveren aan de economische groei.
• Minister Kamp sprak met Minister Yoon van Handel en Industrie onder andere over het «windenergiemasterplan» van de Koreaanse overheid en mogelijkheden voor samenwerking met het Nederlandse bedrijfsleven in deze sector. Ook nodigde Minister Kamp Korea uit om deel te nemen aan de in 2015 te houden conferentie in Den Haag over het Energiehandvest en sprak hij de hoop uit dat Korea het bijgewerkte Energiehandvest op dat moment zou ondertekenen.
• Met Minister Choi van Wetenschap, ICT en Toekomstplanning sprak Minister Kamp onder andere over overheidsondersteuning voor de samenwerking tussen Nederland en Korea op het gebied van wetenschap en R&D.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaande aan het bezoek zijn de deelnemers geïnformeerd over MVO. En marge van het staatsbezoek sprak Minister Koenders met zijn Koreaanse counterpart en enkele deskundigen over de mensenrechten en humanitaire noden in Noord-Korea.
Betrokken partijen
De bedrijvendelegatie naar Korea werd gevormd door vertegenwoordigers van 77 bedrijven uit de (top)sectoren «Agri & Food», (wind-)energie, «Life Sciences & Health» en «smart mobility». Al deze sectoren hadden aparte programma’s, met een paar gezamenlijke onderdelen en enkele aansluitmomenten met het staatsbezoek. Tijdens de parallelle programma’s van de economische missie werden mogelijkheden onderzocht voor samenwerking tussen Koreaanse en Nederlandse bedrijven en instellingen door middel van bedrijfsbezoeken, seminars en matchmaking. Onder aanvoering van voorzitter De Boer van VNO-NCW reisde ook een CEO-delegatie mee.
Resultaten en follow-up
In totaal werden tijdens het bezoek 17 MoU’s en een contract ondertekend. Deze documenten, die onder andere betrekking hebben op windenergie op zee, watermanagement en de agrarische sector, bieden een goede basis voor intensivering van de samenwerking op deze terreinen. De Nederlandse ambassade in Seoul zal deze initiatieven actief blijven ondersteunen.
Waar vooral het MoU tussen de Nederlandse en Koreaanse schaatsbonden in de Nederlandse pers veel aandacht kreeg, stonden vooral enkele meer wetenschappelijke MoU’s in de belangstelling van de Koreaanse media. De twee MoU’s tussen het Korea Brain Research Institute en The Netherlands Institute for Neuroscience (hersenonderzoek) en tussen TU Delft en Korea Atomic Energy Research Institute (nucleaire wetenschap) en het contact tussen TU Delft en KHC (infrastructuur voor stralingsgerelateerd onderzoek) geven een belangrijke impuls aan de technologisch-wetenschappelijke samenwerking tussen beide landen.
De samenwerking tussen het Havenbedrijf Rotterdam en de havenautoriteiten van Busan en de samenwerking tussen de luchthavens Schiphol en Incheon werden tijdens het bezoek bekrachtigd. In 2015 organiseert het Havenbedrijf Rotterdam met NDL en Schiphol een seminar in Korea over logistiek.
Verslagen hoofdlijnen economische missies / werkbezoeken onder leiding van Minister-President Rutte
Duitsland, Deelname Minister-President Rutte, Minister Kamp en Staatssecretaris Dekker aan de Hannover Messe, 6–11 april
Nederland was van 6 tot en met 11 april partnerland van de belangrijke internationale technologiebeurs Hannover Messe. De Nederlandse inzending was georganiseerd in samenwerking met FME-CW. Gezien het brede karakter van de beurs heeft Nederland zich met deze inzending internationaal goed kunnen profileren als high tech- en industrieland.
Doelstellingen
De Nederlandse inzending had tot doel met het thema Global Challenges, Smart Solutions de relatie te leggen met de Horizon 2020 agenda en alle topsectoren en crossovers de mogelijkheid te bieden om hun oplossingen voor mondiale vraagstukken te laten zien aan een internationaal publiek. Hiermee werd opvolging gegeven aan de deelname van de topsector High Tech Systemen en Materialen aan de Hannover Messe in 2013. Tevens bood de Hannover Messe Nederland de gelegenheid zich te profileren als vestigingsland voor buitenlandse investeerders. De beurs is voor de Nederlandse industrie zeer belangrijk. Het thema van de beurs was Industrie 4.0: de slimme fabriek van de toekomst.
Belangrijkste onderdelen programma
• Ers tonden negen Nederlandse paviljoens op de Messe: Industriële automatisering, Holland High Tech House, Centraal Holland Paviljoen, Industrial Supply, Centrum voor Bevordering van Import uit ontwikkelingslanden (CBI), Holland Composits, Holland E-mobility House, Holland Energy House en Holland Smart City House. Er was gedurende de hele week op alle paviljoens een vol programma met events, lezingen, seminars en recepties. Een kleine selectie:
• Feestelijke openingsceremonie Nederland Partnerland. Toespraken van Minister-President Rutte en Bondskanselier Merkel.
• Opening van de beurs door Bondskanselier Merkel en Minister-President Rutte met aansluitend de traditionele rondgang over de beurs, waarbij veel aandacht was voor Nederlandse bedrijven en Duits-Nederlandse samenwerkingen.
• Business summit georganiseerd met Duitse industrievereniging BDI. Opening door Minister-President Rutte en Bondskanselier Merkel.
• Seminar met Daan Roosegaerde op het Holland Paviljoen.
• ING rapport «opportunities for Dutch system suppliers and subcontractors in a more open supply chain in Germany» werd aangeboden aan Minister Kamp.
• Seminar Topsector Energie.
• Seminar Thermoplastic Composites door Kenniscentrum Twente.
• Seminar Smart Industrie, Dutch Industry fot for the futures door TNO, FME, VNO-NCW.
• Uitzendingen van RTL-Z vanaf het Holland Paviljoen.
• Ondertekenen Partners for International Business Convenant Dutch Design door de Staatssecretaris van OCW Dekker.
MVO/mensenrechten
OESO richtlijnen voor multinationaal ondernemen zijn ook hier van toepassing.
Betrokken partijen
Meer dan 270 Nederlandse bedrijven uit alle topsectoren (merendeel MKB) waren betrokken bij de inzending, evenals diverse universiteiten, onderzoeksinstituten, provincies en industrieverenigingen. Een kleine selectie van betrokken organisaties: Hannover Messe, Duitse Ministerie van Economische Zaken, Bundeskanzleramt, deelstaten NRW, Baden-Württemberg, Beieren, provincie Brabant, provincie Groningen, steden Amsterdam Eindhoven Rotterdam, FME, Brainport, Metaalunie, Mikrocentrum, topteam energie, topteam HTSM, Vanuit de topsectoren waren showcases ontwikkeld, zowel in het centrale Holland Paviljoen als in acht decentrale paviljoens.
Resultaten en follow-up
Na haar rondgang op de beurs en gesprekken met vertegenwoordigers van Nederlandse bedrijven heeft Bondskanselier Merkel voorgesteld om de bilaterale regeringsconsultaties in 2015 te laten plaatsvinden in de Brainport Regio Eindhoven. De Duitse regering heeft het thema digitalisering nl. tot prioriteit verklaard en deze locatie leek haar nuttig om ook over het berede economishce beleid en mogelijkheid tot samenwerking te spreken.
Vietnam, 15–18 juni, Minister-President Rutte en Staatssecretaris Dijksma
Op 15 en 16 juni bracht Minister-President Rutte en van 15–18 juni bracht Staatssecretaris Dijksma een bezoek aan Vietnam. Zij werden vergezeld door een delegatie van dertig bedrijven, vooral actief in de topsectoren Agri & Food, Tuinbouw en Water, en een aparte CEO-delegatie. De zwaarte van zowel de politieke als de zakelijke delegatie onderstreepte het toenemende belang van de bilaterale economische relatie. Het bezoek sloot aan bij eerdere bezoeken aan Nederland van Minister-President Dung en vicepremier Hai, die eveneens in het teken stonden van deze sectoren, en vormde een goede gelegenheid om de eerder gestarte samenwerking om te zetten in concrete afspraken.
Doelstellingen
Het bezoek was erop gericht het belang van de politieke en economische betrekkingen op het hoogste niveau te bevestigen en Nederland en het Nederlandse bedrijfsleven positief op de kaart te zetten in Vietnam. Daarnaast bood het bezoek een gelegenheid om een aantal afspraken vast te leggen over energie, klimaatadaptatie en landbouw en voedselzekerheid.
Belangrijkste onderdelen programma
• Minister-President Rutte sprak onder anderen met Minister-President Dung, president Sang en voorzitter Hung van de Nationale Assemblee. Belangrijke gespreksthema’s waren mensenrechten en economische samenwerking in onder meer de sectoren landbouw, energie en water.
• Ook was Minister-President Rutte betrokken bij een aantal onderdelen van het economische programma. Zo nam de Minister-President deel aan bijeenkomsten met het bedrijfsleven voor over energiesamenwerking en het Mekong Delta Plan. Ook was de Minister-President aanwezig bij een ronde tafel met Nederlandse en Vietnamese CEO’s en een goed bezochte netwerklunch met de gehele bedrijvendelegatie en Vietnamese counterparts.
• Tijdens het bezoek werd stilgestaan bij een aantal investeringen van Nederlandse bedrijven in Vietnam. In Hai Phong verrichtte de Minister-President de opening van een scheepswerf van Damen Shipyards en was hij aanwezig bij de start van de bouw van een depot van het Rotterdamse bedrijf C. Steinweg. Ook enkele andere lokaal aanwezige Nederlandse bedrijven waren hierbij aanwezig.
MVO/mensenrechten
Eén van de door Minister-President Rutte uitgedragen kernboodschappen aan politieke counterparts was dat economische diplomatie en mensenrechten geen gescheiden trajecten zijn. Rechtszekerheid, respect voor de rechtsstaat en mensenrechten maken een land economisch aantrekkelijker en (daardoor) sterker. Premier Dung stelde dat Vietnam zich zal blijven inzetten voor het verbeteren van de mensenrechten in Vietnam.
Betrokken partijen
Parallel aan het bezoek van de Minister-President leidde Staatssecretaris Dijksma een economische missie. De bedrijfslevendelegatie bestond uit dertig bedrijven uit de topsectoren Agri & Food, Tuinbouw en Water. Daarnaast reisde een CEO-delegatie mee onder leiding van (toenmalig) voorzitter van VNO-NCW Wientjes.
Resultaten en follow-up
De aanwezigheid van de Minister-President en de Staatssecretaris leverde een belangrijke bijdrage aan de bilaterale betrekkingen met Vietnam en de positionering van het Nederlandse bedrijfsleven. De Vietnamese autoriteiten toonden zich enthousiast over de inzet van Nederlandse kennis en expertise. Er is duidelijke belangstelling voor Nederland als partner in duurzame ontwikkeling van de sectoren water, land- en tuinbouw, maar ook op het gebied van energie. Tijdens de missie is het bestaande partnerschap in de watersector verder geconcretiseerd. Ook is een nieuwe strategische samenwerking aangegaan op het gebied van Agri & Food.
Tijdens het bezoek zijn tien private samenwerkingen tussen bedrijven bevestigd door ondertekening van overeenkomsten, zowel op het gebied van land- en tuinbouw als in de energiesector.
Zie ook factsheet Vietnam7.
Hoofdlijnen economische missies/werkbezoeken van de bewindspersonen van het Ministerie van Economische Zaken
Minister van Economische Zaken
Koeweit, 8–9 september
Het bezoek van Minister Kamp aan Koeweit volgde op een bezoek van de Koeweiti olieminister aan Nederland in juni.
Doelstellingen
In de economische relatie tussen beide landen ligt het accent op de energiesector. Vooral op het gebied van olie en gas bestaan aanzienlijke wederzijdse handels- en investeringsbelangen. Tegen deze achtergrond had het bezoek tot doel de energierelatie met Koeweit te versterken en bij te dragen aan de positionering van de meereizende bedrijven.
Belangrijkste onderdelen programma
• Minister Kamp sprak met Minister Ali Al Omair van Olie. In dit gesprek kon hij een aantal specifieke kwesties aankaarten die waren aangedragen door deelnemers aan de bedrijvenmissie.
• Verder is de bedrijvenmissie geïntroduceerd bij de twee belangrijkste oliebedrijven van Koeweit en bracht de delegatie een bezoek aan een landwinningsproject dat in opdracht van de Kuwait National Petroleum Company door het bedrijf Van Oord wordt uitgevoerd.
MVO/mensenrechten
Tijdens de deelnemersbijeenkomst voorafgaande aan het bezoek zijn de deelnemers geïnformeerd over uitdagingen op MVO-terrein en de wijze waarop de bedrijven geacht worden hieraan invulling te geven.
Betrokken partijen
Met Minister Kamp reisde een bedrijvenmissie mee uit de olie- en gasindustrie, georganiseerd door FME-Exportplatform Dutch Energy Solutions. In deze delegatie bevonden zich vijftien MKB-bedrijven. Ook waren enkele CEO’s aanwezig van bedrijven uit de sectoren maritiem en energie. Tijdens enkele bezoeken aan oliebedrijven hebben de deelnemers aan de bedrijvenmissie goed inzicht gekregen in enkele grote, nieuwe projecten. Ook hebben zij tijdens een netwerkbijeenkomst nieuwe contacten kunnen opdoen. Op deze wijze heeft het Nederlandse bedrijfsleven zich kunnen profileren als een kennis- en zakenpartner voor Koeweit op gebied van olie en gas.
Resultaten en follow-up
In Koeweit is een MoU afgesloten om de energiesamenwerking te intensiveren. Een Koeweiti delegatie is uitgenodigd om op het terrein van carbon capture and storage Nederland te bezoeken. Enkele bedrijven hebben concrete stappen kunnen zetten, sommigen in de vorm van contracten, anderen door snel na de missie terug naar Koeweit te gaan en met nieuwe partners afspraken te maken over vervolgstappen.
Minister van Economische Zaken
Kazachstan, 24–28 november
Van 24 tot en met 28 november bezocht Minister Kamp Kazachstan met een economische missie van 21 bedrijven en nam deel aan de reguliere Energiehandvestconferentie. Hier is de basis gelegd voor de ministeriële Energiehandvestconferentie die op 20 en 21 mei 2015 in Den Haag wordt gehouden.
Doelstellingen
Het doel van het bezoek was drieledig: het leggen van een basis voor de Energiehandvestconferentie in Den Haag, het versterken van de politieke en economische relatie met Kazachstan en het positioneren van Nederlandse bedrijven in de sectoren olie/gas en offshore/maritieme industrie.
Kazachstan heeft de afgelopen jaren snelle economische groei doorgemaakt. Voor Nederlandse bedrijven is het een uitdaging markttoegang te verwerven. Ondersteuning door de Nederlandse overheid is hierdoor van toegevoegde waarde.
Belangrijkste onderdelen programma
• Minister Kamp heeft gesprekken gevoerd met verschillende politieke counterparts, onder anderen met de Minister-President, de Minister van Energie en Minerale Grondstoffen, de plaatsvervangend Minister van Investeringen en Ontwikkeling en de Minister van Economische Integratie, en met de CEO van overheidsinvesteringsfonds Samruk-Kazyna en de heer Kulibayev, aandeelhouder van o.a. Halyk bank en Kazachstan Petrochemical Industries. Voor een aantal Nederlandse bedrijven heeft Minister Kamp hier specifieke kwesties kunnen aankaarten. Ook sprak de Minister onder andere over het Energiehandvest, olie en gas, hernieuwbare energie, small scale LNG en landbouw.
• De Minister heeft deelgenomen aan de jaarlijkse Energiehandvestconferentie en hier inzet gepleegd voor de bijzondere Energiehandvestconferentie die op 20 en 21 mei 2015 in Nederland plaatsvindt. En marge van de Energiehandvestconferentie heeft Minister Kamp onder meer gesproken met Eurocommissaris Maroš Šefčovič, verantwoordelijk voor de Europese Energie Unie.
• Twee universiteiten die nauw met Nederland samenwerken zijn bezocht, de Nazarbayev Universiteit in Astana en de Kazakh British Technical University in Almaty. Tevens is met verschillende Akims (gouverneurs/ burgemeesters) gesproken over onder meer lokale investeringsmogelijkheden.
• In Astana heeft Minister Kamp de kick-off bijgewoond van de Joint Business Council, die is ingesteld naar aanleiding het MoU dat VNO-NCW tijdens de Nuclear Security Summit ondertekende met de Kazakse Kamer van Koophandel.
• Tevens is met de bedrijvendelegatie een bezoek gebracht aan het olieraffinaderijcomplex van Kashagan (Shell heeft 16.8% aandeel in consortium North Caspian Joint Venture, dat verantwoordelijk is voor de exploitatie hiervan).
MVO/mensenrechten
Kazachstan is nog geen lid van de Voluntary Principles on Security and Human Rights. In zijn gesprekken met politieke counterparts heeft Minister Kamp Kazachstan uitgenodigd om toe te treden. Een belangrijk aspect betreft de werkomstandigheden in o.a. de olie-, gas-, maritieme en offshore industrie. MVO is een van de onderwerpen die aan de orde kunnen komen tijdens het in 2015 geplande bezoek van de Nederlandse Mensenrechtenambassadeur Kees van Baar aan Kazachstan.
Betrokken partijen
De economische missie bestond uit 21 bedrijven, waarvan het grootste gedeelte uit de olie en gas- en offshore/maritieme industrie. Voor de deelnemende bedrijven was een programma georganiseerd in vier steden (Atyrau, Astana, Aktau en Almaty) met matchmaking, seminars, netwerkgelegenheden. Ook waren vertegenwoordigers van de bedrijvendelegatie aanwezig bij enkele gesprekken met politieke counterparts, Akims en vertegenwoordigers van de genoemde universiteiten.
Resultaten en follow-up
Het belang van de Energiehandvestconferentie in Den Haag is multilateraal onder de aandacht gebracht. Gelet op de investeringsambities van Kazachstan was de missie nuttig voor verdere positionering van het Nederlandse bedrijfsleven, het leggen van contacten en om een beter zicht te krijgen op toekomstige plannen en ontwikkelingen. Vooral Philips geniet grote bekendheid bij zowel consumentenproducten als medische producten en maakt o.a. goede kans op een straatverlichtingsproject in Almaty. STC (Scheepvaart College) heeft een uitstekende samenwerking met de KBTU en wil dit graag voortzetten. CB&I heeft zich goed gepositioneerd met het oog op de gunning van een tender voor een petrochemisch project. Shell heeft zijn commitment bij het Kashagan project opnieuw benadrukt. Daarnaast was er ook aandacht voor het Nederlandse MKB, zoals voor het bedrijf Marecon, dat zich heeft geprofileerd op het terrein van duurzame stadsontwikkeling. Op verzoek van Kazachstan zal Nederland twee inkomende missies verwelkomen op gebied van agro en small scale LNG, gericht op de totstandbrenging van concrete projecten.
Hoofdlijnen economische missies/werkbezoeken van de bewindspersonen van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu
Minister van Infrastructuur en Milieu
Indonesië, 31 maart–5 april
Van 31 maart tot en met 5 april bracht Minister Schultz van Haegen met een sectordelegatie een bezoek aan Indonesië. Hiermee werd opvolging gegeven aan de tijdens het bezoek van de Minister-President Rutte in november 2013 gemaakte afspraken.
Doelstellingen
Het voornaamste doel van het bezoek was het versterken van de samenwerking in de watersector en in de maritieme sector, met daaraan gerelateerde activiteiten op het gebied van logistiek en havenontwikkeling. Tijdens het bezoek werden afspraken vastgelegd over een brede toekomstgerichte samenwerkingsagenda.
Belangrijkste onderdelen programma
• Minister Schultz van Haegen had bilaterale ontmoetingen met de vicepresident en de Ministers en hoogambtelijke vertegenwoordigers van de Ministeries van Publieke Werken, Milieu, Transport, Economie, Planning en de nationale investeringsautoriteit. Daarnaast sprak de Minister met de autoriteiten van de stadsprovincie Jakarta, de gemeente Surabaya en de lokale havenautoriteiten. Vooral de Nederlandse betrokkenheid bij het NCICD-project (zie hieronder) kreeg in deze gesprekken veel aandacht. Ook werden afspraken gemaakt over het verlengen van het bilaterale MoU Water, waarbij behalve de havenbedrijven en gemeente Jakarta alle andere bovengenoemde partijen aansluiten.
• Andere belangrijke programmaonderdelen waren de presentatie aan de Indonesische autoriteiten van het concept Masterplan National Capital Integrated Coastal Development/NCICD, over de waterveiligheid en kustontwikkeling van Jakarta, en een gezamenlijk overleg met alle MoU-partners over de toekomst van de bilaterale samenwerking. In Surabaya lag de focus op havenontwikkeling en logistiek.
MVO/mensenrechten
Tijdens het gesprek met het Ministerie van Milieu kwamen enkele duurzaamheids- en milieuvraagstukken ter sprake.
Betrokken partijen
Vertegenwoordigers van 17 organisaties (bedrijven, kennisinstellingen en NGO’s) met bestaande belangen én goede perspectieven in de Indonesische watersector reisden mee met de Minister. Binnen de watersector lag de nadruk op hoogwaterbescherming en kust- en havenontwikkeling.
Resultaten en follow-up
Naast enkele door meereizende bedrijven afgesloten contracten en samenwerkingsovereenkomsten waren de belangrijkste resultaten de afspraken over de toekomst van de samenwerking op water en infrastructuur gebied. Het NCICD-masterplan geeft richting aan de Indonesische inspanningen om de waterveiligheid in Jakarta te vergroten en gelijktijdig een duurzame economische ontwikkeling te faciliteren. Verder is afgesproken dat Nederland de komende vijf jaar betrokken blijft bij de aansturing en institutionele en technische implementatie van dit project.
Afgesproken is dat Minister Schultz van Haegen Indonesië opnieuw zal bezoeken met een economische missie gericht op water, kust- en havenontwikkeling, maritiem, infrastructuur en logistiek. Beide zijden spraken de wens uit het bestaande MoU Water in 2015 te verlengen en daarbij, naast de overheid, ook bedrijfsleven en kennisinstellingen nauwer te laten aansluiten.
Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu
Brazilië, 31 maart–4 april
Van 31 maart tot en met 3 april bracht staatsecretaris Mansveld een bezoek aan Brazilië. In Brasilia sprak zij met een aantal vertegenwoordigers van de Braziliaanse overheid; in Sao Paolo bracht zij een bezoek aan de transport- en logistiekbeurs Intermodal.
Doelstellingen
Aangezien Brazilië serieuze kansen biedt voor bedrijven uit de topsectoren Water en Logistiek, hebben de Minister en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu de intentie dat één van hen ieder jaar een bezoek brengt aan het land. Het belangrijkste doel van deze reis was het faciliteren van kennisuitwisseling op het gebied van klimaat en energie, alsmede duurzame mobiliteit, biobrandstoffen en circulaire economie. Een tweede hoofddoel was het ondersteunen van bedrijven en kennisinstellingen uit de luchtvaartsector op de Braziliaanse markt.
Belangrijkste onderdelen programma
• Staatssecretaris Mansveld bezocht Brasilia voor gesprekken met diverse counterparts op de Ministeries van Milieu, Luchtvaart, Energie en Mijnen, Buitenlandse Zaken en Wetenschap, Technologie en Innovatie. In het gesprek met Minister Teixeira van Milieu ging bijzondere aandacht uit naar de positie van Brazilië bij de mondiale klimaatonderhandelingen en de activiteiten van Brazilië op het gebied van de productie van biobrandstoffen, biomassa en afvalmanagement. Het gesprek met viceminister Moreiro Ramallo van Luchtvaart, waarbij ook enkele bedrijven en kennisinstellingen aansloten, ging vooral over de lopende onderhandelingen tussen de EU en Brazilië voor een EU-brede luchtvaartovereenkomst, duurzaamheid in relatie tot luchtvaart en samenwerking onder het bilaterale MoU Luchtvaart.
• Aansluitend bezocht de Staatssecretaris Sao Paulo, waar zij een bezoek bracht aan de transport- en logistiekbeurs Intermodal.
MVO/mensenrechten
Staatssecretaris Mansveld sprak in Brasilia met vertegenwoordigers van milieuorganisaties IUCN en Conservation International, die hun activiteiten op terrein van bescherming van de biodiversiteit in Brazilië hebben toegelicht. Ook vertegenwoordigers van de Duitse en Noorse ambassades waren bij dit overleg aanwezig.
Betrokken partijen
Bij het gesprek met viceminister Moreiro Ramallo van Luchtvaart waren enkele CEO’s aanwezig van bedrijven uit de luchtvaartsector. Ook namen vertegenwoordigers van enkele kennisinstellingen deel aan het gesprek.
Een deel van de delegatie, onder leiding van de directeur-generaal Bereikbaarheid, bracht een bezoek aan de deelstaat Belem. Daar werd onder andere gesproken op een seminar over logistiek en transport over de verbetering van de bevaarbaarheid van binnenlandse vaarwegen en werd een bezoek gebracht aan een Nederlands/Braziliaans bedrijf dat uit biomassa energie opwekt voor de lokale markt.
Resultaten en follow-up
Staatsecretaris Mansveld heeft in Brasilia de verlenging ondertekend van het MoU over samenwerking op het gebied van biobrandstoffen, met name ten behoeve van de luchtvaart. Ook ondertekende zij een intentieverklaring over samenwerking tussen het KNMI en de Braziliaanse counterparts op het gebied van klimaat en weer.
Minister van Infrastructuur en Milieu
Singapore – Birma/Myanmar, 1–6 juni
Van 1 tot en met 6 juni bracht Minister Schultz van Haegen een bezoek aan Singapore en Birma/Myanmar. In Singapore sprak zij op 2 juni bij de opening van de International Water Week (IWW), de World City Summit en CleanEnviro Summit Singapore. Zij was hiervoor uitgenodigd door de Singaporese Minister van Water en Milieu en de Minister van Nationale Ontwikkeling. Vervolgens bracht de Minister haar tweede werkbezoek aan Birma/Myanmar, dat in het teken stond van de bilaterale watersamenwerking.
Doelstellingen
Het doel van het bezoek aan Singapore was het positioneren van de Nederlandse watersector. De IWW is de grootste van de drie gelijktijdig gehouden summits en is tevens de belangrijkste vakbeurs in de regio. Ook bood het bezoek aan Singapore de Minister de mogelijkheid om in te gaan op de uitnodiging om te spreken tijdens de vergadering van de United Nations Secretary-General Advisory Board on Water and Sanitation (UNSGAB) die gelijktijdig werd gehouden in Singapore.
Ook het bezoek aan Birma/Myanmar stond grotendeels in het teken van de watersector. Het bezoek gaf Minister Schultz van Haegen gelegenheid het netwerk binnen de Birmese regering en overheid te verbreden en de watersector te positioneren op de recent «geopende» Birmese markt.
Meer specifiek besteedde de Minister aandacht aan initiatieven gericht op het ontwikkelen van projecten met private en/of IFI-financiering en aan een strategische studie naar watermanagement in Birma/Myanmar, die in opdracht van de Nederlandse overheid wordt uitgevoerd door een consortium van Royal Haskoning, DHV, Arcadis, Rebelgroup, UNESCO-IHE, waterschap De Dommel en Tygron.
Belangrijkste onderdelen programma
• In Singapore hield Minister Schultz van Haegen een toespraak tijdens de opening van de International Water Week, de World City Summit en de CleanEnviro Summit.
• Ook had de Minister hier ontmoetingen met de Singaporese Minister-President, de Singaporese Ministers van Nationale Ontwikkeling en Water en Milieu, de Chinese Minister van Water en de voorzitter van UN Water.
• In Birma/Myanmar sprak de Minister onder andere met de vicepresident en de voor de watersector belangrijkste Ministers. In deze gesprekken werd geconcludeerd dat de samenwerking in deze sector goed verloopt en is de intentie uitgesproken de samenwerking verder uit te breiden. De Birmese counterparts onderschrijven het belang van integraal waterbeheer en willen hier ook op korte termijn in projecten mee aan de slag.
• Minister Schultz van Haegen, de Birmese vicepresident en een drietal Ministers woonden een gezamenlijk georganiseerd seminar bij, getiteld Myanmar Waters in Development: from vision to implementation. Aan het seminar namen veel vertegenwoordigers van de overheid, NGO’s, bedrijven, de VN en andere organisaties deel.
MVO/mensenrechten
In Birma/Myanmar richt Nederland zich op de rechten van minderheden, mensenrechtenverdedigers, gelijke rechten voor vrouwen en mensenrechten en het bedrijfsleven. Nederland is een van de vijf financiers van het Myanmar Center for Responsible Business. Dit instituut adviseert bedrijven over mensenrechten in het land en stimuleert MVO in lijn met de UN Guiding Principles. Gedurende het werkbezoek is tijdens de gesprekken met de autoriteiten over te ontwikkelen projecten specifiek aandacht gevraagd door Minister Schultz van Haegen voor het uitvoeren van gedegen milieu en sociale effect rapportages (Environmental and social impact assessments). Bij het identificeren van de te ontwikkelen projecten is het een belangrijk uitgangspunt dat de waterprojecten ten gunste komen aan de voltallige Birmese bevolking zonder dat bevolkingsgroepen daarvan uitgesloten kunnen worden.
Betrokken partijen
In Singapore stonden in totaal 19 Nederlandse bedrijven op de aan de IWW gekoppelde beurs en namen ruim twintig Nederlanders als spreker deel aan de verschillende conferenties. Nederland was net als in voorgaande edities van de IWW goed vertegenwoordigd met een «Holland paviljoen» op de beurs.
In Birma/Myanmar werd Minister Schultz van Haegen niet alleen vergezeld door acht Nederlandse bedrijven, maar ook door vertegenwoordigers van Hoogheemraadschap Delfland, TU Delft, Delta Alliance en Deltares. Daarnaast was het team aanwezig dat de strategische studie naar integraal waterbeheer in Birma/Myanmar uitvoert als onderdeel van een lopende bilaterale samenwerkingsovereenkomst.
Resultaten en follow-up
De actieve rol van Minister Schultz van Haegen bij de opening van de IWW heeft ook de zichtbaarheid van de deelnemende Nederlandse bedrijven kunnen vergroten. Daarnaast heeft de Minister in Singapore meer aandacht gevraagd voor het versterken van internationale samenwerking bij het voorkomen van en het verminderen van de effecten van water-gerelateerde rampen. Tijdens de vergadering van de UNSGAB heeft zij steun verworven voor het verheffen van het watervraagstuk tot één van de Doelen voor Duurzame Ontwikkeling (Sustainable Development Goals).
De samenwerking met Birma/Myanmar in de watersector, naast tuinbouw de voor het Nederlandse bedrijfsleven meest interessante sector, heeft met het bezoek van Minister Schultz van Haegen een duidelijke impuls gekregen. Tijdens het bezoek van president Thein Sein aan Nederland op 8 en 9 september is hier verdere invulling aan gegeven.
Projecten als de strategische studie naar integraal watermanagement, maar bijvoorbeeld ook een bilateraal programma waarin Nederland studiebeurzen en leerwerktrajecten voor jonge werknemers in het watermanagement faciliteert, moeten de drempel verlagen voor Nederlandse bedrijven.
Verslagen economische delen inkomende bezoeken
Zweden, Koning Carl XVI Gustaf en Koningin Silvia Sommerlath met Minister Björling van Handel en Noordse samenwerking, 4–5 april.
Op 4 en 5 april brachten de Zweedse Koning en Koningin een officieel bezoek aan Nederland. Zij werden vergezeld door Minister Björling van Handel en Noordse samenwerking. Het bezoek vond plaats in het kader van de viering van vierhonderd jaar diplomatieke betrekkingen tussen Nederland en Zweden.
Doelstellingen
Op economisch vlak had het bezoek twee hoofddoelen: het realiseren van meer samenwerking tussen Nederlandse en Zweedse bedrijven en kennisinstellingen op het gebied van innovatie en het vergaren van input van Nederlandse en Zweedse bedrijfsleven ten aanzien van resterende barrières binnen de interne EU-markt.
Belangrijkste onderdelen programma
• Een belangrijk economisch onderdeel van het bezoek was een bilateraal innovatieseminar getiteld Innovation and Growth – Sweden and the Netherlands in the Global Economy. Zowel beide staatshoofden, als Minister Björling en Minister Kamp waren hierbij aanwezig.
• Ministers Björling en Kamp waren eveneens aanwezig bij een ronde tafel met CEO’s van Nederlandse en Zweedse multinationals, waar de interne EU-markt het centrale thema was. Het doel van dit overleg was te onderzoeken hoe gezamenlijk kan worden opgetrokken om de belangrijkste resterende barrières binnen de interne markt weg te nemen.
MVO/mensenrechten
MVO en mensenrechten waren geen gespreksonderwerpen tijdens dit bezoek.
Betrokken partijen
Het innovatieseminar was georganiseerd in samenwerking met de topsectoren Life Sciences & Health, High Tech Systemen en Materialen, Agri & Food en Creatieve Industrie. Aan het goed bezochte seminar namen vertegenwoordigers deel van beide overheden, kennisinstellingen en het bedrijfsleven. Zowel het MKB als het grootbedrijf was hierbij ruim vertegenwoordigd. Bij de ronde tafel over de interne markt waren, naast beide Ministers en toenmalig voorzitter van VNO-NCW Wientjes, CEO’s van een tiental Nederlandse en Zweedse bedrijven aanwezig.
Resultaten en follow-up
Innovatie en de interne markt zijn centrale thema’s in de viering van vierhonderd jaar bilaterale betrekkingen. Op 9 december vond in Stockholm een tweede seminar plaats, met de toekomst van grensoverschrijdende e-commerce als thema. Een ander relevant evenement was het symposium Innovation in the city, dat op 20 oktober in Eindhoven werd georganiseerd.
Ghana, Minister Ativor van Transport, 7–8 mei
De Ghanese Minister van Transport, Dzifa Ativor, bracht op 7 en 8 mei een bezoek aan Nederland, op uitnodiging van het Havenbedrijf Rotterdam/Port of Rotterdam International (PoRint).
Doelstellingen
Minister Ativor kwam naar Nederland om zich te oriënteren op de logistiek, bedrijfsvoering en financiering van de haven van Rotterdam, inclusief de Tweede Maasvlakte. Het uiteindelijke doel is te komen tot een samenwerkingsverband tussen Nederland en Ghana met commerciële belangen voor Nederland op de langere termijn.
Belangrijkste onderdelen programma
• Op 7 mei ontving ik de Ghanese Minister van Transport en haar delegatie, waar ook de voorzitter van de Raad van Bestuur van de Ghana Ports & Harbour Authority, de secretaris-generaal van het Ministerie van Transport en de directeur PPP van het Ministerie van Financiën deel van uitmaakten. Ik heb mijn bereidheid uitgesproken om een eventueel samenwerkingsverband tussen Nederland en Ghana op het gebied van havenontwikkeling te faciliteren en te ondersteunen.
• Vervolgens bezocht Minister Ativor met haar delegatie de haven van Rotterdam en bracht zij een bezoek aan de Tweede Maasvlakte. Ook had zij ontmoetingen met Nederlandse bedrijven uit de maritieme sector.
• PoRint gaf een presentatie en uitgebreide toelichting op de totstandkoming van de Tweede Maasvlakte. Daarbij werd expliciet ingegaan op de publiek-private samenwerking en de financieringsconstructie die de bouw en het beheer van het uitgebreide havengebied in Rotterdam mogelijk maakten.
Betrokken partijen
Naast het havenbedrijf Rotterdam/Port of Rotterdam International, de uitnodigende partij, waren enkele andere bedrijven en organisaties uit de maritieme sector betrokken bij de ontvangst.
Resultaten en follow-up
PoRint gaf een presentatie van het integrale model van havenontwikkeling dat het Havenbedrijf hanteert. Zowel PoRint als enkele andere Nederlandse bedrijven toonden zich geïnteresseerd om de samenwerking verder te concretiseren indien de Ghanese zijde kiest voor een vergelijkbare wijze van havenontwikkeling. Tijdens de gesprekken bleek echter dat Ghana vooralsnog geen interesse heeft om Nederlandse partijen te betrekken bij het management en dagelijkse bestuur van de haven van Tema.
Het bezoek heeft niet geleid tot een breed samenwerkingsverband. Wel heeft het bedrijf APMT (samen met het Franse Bollore) recent overeenstemming bereikt met de Ghanese autoriteiten over betrokkenheid bij de uitbreiding van de haven van Tema. Met deze uitbreiding is een totale investering gemoeid van circa 1 miljard euro.
Birma/Myanmar, president Thein Sein, 8–9 sept
Het werkbezoek aan Nederland van president Thein Sein van Birma/Myanmar op 8 en 9 september volgde op officiële bezoeken aan Duitsland en Zwitserland. De president liet zich vergezellen door zijn economisch adviseur en de Ministers van Transport, Energie en Veeteelt, Visserij en Plattelandsontwikkeling.
Doelstellingen
Het bezoek van president Thein Sein volgde op eerdere reizen van Minister Schultz van Haegen en mijzelf naar Birma/Myanmar en had tot doel de bilaterale relatie, en de economische samenwerking in het bijzonder, verder te verdiepen. De watersector was prominent vertegenwoordigd in het programma van de president. Sinds het opheffen van de economische sancties ten aanzien van Birma/Myanmar staat het land in Nederland in de economische belangstelling. Vooral bedrijven actief in de topsectoren Water, Energie, Agri & Food en Tuinbouw hebben belangstelling voor zakendoen in Birma/Myanmar.
Belangrijkste onderdelen programma
• President Thein Sein werd onder anderen ontvangen door het Koninklijk Paar, Minister-President Rutte en de Staten-Generaal. Tijdens deze ontmoetingen werd onder meer gesproken over recente ontwikkelingen in de transitie van Birma/Myanmar.
• Samen met Staatssecretaris Dijksma sprak ik de delegatie over de Nederlandse «hulp en handel»-agenda, waarbij we vooral aandacht besteedden aan de rol van de private sector.
• Een groot deel van het programma was gericht op de watersector. Zo bracht de delegatie een bezoek aan de Maeslantkering, waar Minister Schultz van Haegen optrad als gastvrouw, en de Tweede Maasvlakte. Aan dit bezoek was een werklunch gekoppeld met relevant Nederlands bedrijfsleven.
• De president en zijn delegatie namen deel aan een in samenwerking met VNO-NCW georganiseerde ronde tafel met CEO’s van vijftien Nederlandse bedrijven, van Nederlandse zijde voorgezeten door voorzitter De Boer van VNO-NCW en mijzelf.
• De delegatie werd ontvangen bij landbouwvoorlichtingscentrum «Tomato World» in het Westland door commissaris van de Koning voor Zuid Holland Jaap Smit. Enkele bedrijven kregen de gelegenheid hier presentaties te geven.
• De verschillende meegereisde vakministers brachten parallelbezoeken aan een zuivelfabriek, LEI Wageningen UR, Damen Shipyards en Waterschap Rivierenland.
MVO/mensenrechten
In verschillende gesprekken is door de betrokken bewindspersonen herhaaldelijk aandacht gevraagd van de president en andere gesprekspartners voor verdere voortzetting in Birma/Myanmar van democratische hervormingen en van het vredesproces. Ook de positie van minderheden, in het bijzonder de moslims in de deelstaat Rakhine, is hier aan de orde gesteld. Bij afwezigheid van de Minister van Buitenlandse Zaken ben ik in het gesprek met de Birmese Minister van Buitenlandse Zaken dieper ingegaan op de binnenlandspolitieke ontwikkelingen in Birma/Myanmar. Ook is tijdens diverse verschillende programmaonderdelen stilgestaan bij het belang van MVO en de rol die Nederlandse investeerders (kunnen) spelen om dit te bevorderen.
Betrokken partijen
Aan de CEO ronde tafel namen veertien bedrijven deel. Bij het bezoek aan de Maeslantkering en de Tweede Maasvlakte was een brede Nederlandse delegatie aanwezig, bestaande uit vertegenwoordigers van rijksoverheid, gemeente Rotterdam, kennisinstellingen (TU Delft, UNESCO IHE) en bedrijven. Ook Cees Veerman, boegbeeld van de topsector Water in Birma/Myanmar was hierbij aanwezig.
Resultaten en follow-up
Tijdens het bezoek aan de Maeslantkering en de rondvaart langs de Tweede Maasvlakte is de president uitgebreid geïnformeerd over Nederlandse kennis en kunde op het gebied van watermanagement. Ook in de andere veldbezoeken lag het accent op het presenteren van wat Nederland kan bieden ten behoeve van de ontwikkeling van Birma/Myanmar. Het kabinet is voornemens de betrekkingen met Birma/Myanmar op economisch terrein in 2015 verder te intensiveren.
Frankrijk, premier Valls, 31 oktober
Tijdens het bezoek van premier Valls vond een ronde tafel plaats met vertegenwoordigers van het Nederlandse bedrijfsleven. Van Nederlandse zijde werd deze voorgezeten door Maxime Verhagen, optredend als vicevoorzitter van VNO-NCW, en mijzelf. Van Franse zijde nam naast premier Valls ook Minister Sapin van Financiën deel aan de bijeenkomst.
Doelstellingen
Tijdens het bezoek van president Hollande in januari jl. werd een reguliere strategische, economische dialoog met Frankrijk geïnitieerd. De bijeenkomst met premier Valls was onderdeel van deze dialoog en was erop gericht met een positieve blik en op gestructureerde wijze te spreken over intensivering van de bilaterale economische relatie. Het gesprek bood de deelnemende bedrijven gelegenheid om de economische situatie en hervormingen in Frankrijk en het Franse investeringsklimaat aan de orde te stellen. Ook werd gesproken over samenwerking tussen Nederlandse en Franse bedrijven op derde markten.
Belangrijkste onderdelen programma
Premier Valls had, naast de ronde tafel bij VNO-NCW, gesprekken met onder anderen Minister-President Rutte en Ministers Asscher en Dijsselbloem.
MVO/mensenrechten
Tijdens de ronde tafel is gesproken over de recente samenwerking met Frankrijk in OESO-verband, onder andere op het gebied van de arbeidsomstandigheden in de textielsector, een goed voorbeeld van gezamenlijk optrekken op het gebied van MVO.
Betrokken partijen
Namens het Nederlandse bedrijfsleven waren CEO’s en andere hooggeplaatste vertegenwoordigers van 17 multinationals aanwezig bij het gesprek. Ook president Knot van De Nederlandsche Bank was aanwezig.
Resultaten en follow-up
De aanwezige bedrijven zijn door premier Valls uitgebreid geïnformeerd over de hervormingsplannen van de Franse regering. Ook hebben enkele bedrijven de gelegenheid gebruikt om hun nieuwe plannen in Frankrijk toe te lichten. Premier Valls benadrukte dat zijn regering pro-business is en echt ernst wil maken met hervormingen en terugdringen van het begrotingstekort. Hij zei zich bewust te zijn van de scepsis hierover. Premier Valls presenteerde het project Grand Paris (nieuwe verbindingen, vier nieuwe steden, energiebesparing en elektrische bussen bij RATP) en sprak de wens uit om hiervoor samen te werken met Nederlandse architecten en stedenbouwkundigen/stadsplanologen Dit onderwerp past in het seminar Smart Cities dat als follow-up van het bezoek van President Hollande op 20 en 21 november in Parijs is georganiseerd. Tijdens hun bilaterale overleg spraken premier Valls en Minister-President Rutte af te bekijken of in 2015 een gezamenlijke handelsmissie kan worden uitgevoerd.
Duitsland, Baden-Wurttemberg, Minister van Economische Zaken Schmid, 2–3 december
Dit inkomende bezoek van 2 en 3 december was de follow up van de economische missie van 4 juni 2013 en marge van het bezoek van het koninklijk paar aan Baden-Württemberg. Tijdens dit bezoek heb ik dhr. Schmid, Minister van Economische Zaken en Financiën en tevens vicepremier van de Duitse deelstaat Baden-Württemberg, uitgenodigd om een tegenbezoek aan Nederland te brengen.
Doelstellingen
Het versterken van de bilaterale economische betrekkingen tussen Nederland en Baden-Württemberg en het verhogen van de bekendheid van Nederland. Nederland staat bij de Zuid-Duitse deelstaten vaak nog onvoldoende op de kaart. Het bezoek uit Baden-Württemberg past hierdoor goed in de Zuid-Duitslandstrategie, waarbij meer prioriteit wordt gegeven aan handelsbevordering naar de zuidelijke deelstaten, omdat daar de economische groei het grootste is, terwijl het Nederlandse bedrijfsleven hier nog ondervertegenwoordigd is. Het is het eerste bezoek vanuit Baden-Württemberg aan Nederland en moet in dit licht dus vooral gezien worden als een verkennend / oriënterend bezoek, waarbij aanknopingspunten/ kansen voor samenwerking nagegaan werden.
Belangrijkste onderdelen programma
• Op 2 december werd een bezoek gebracht aan Festo. Focus van het bezoek was industrie 4.0/ smart industry. Er werd tijdens een rondleiding aan de hand van concrete voorbeelden getoond dat Nederlanders bijzonder sterk zijn in co-engineering en in het flexibel inspelen op wensen van de klant. Deze Nederlandse kwaliteiten zijn vaak nog onbekend in Zuid-Duitsland.
• Op 3 december bracht de officiële delegatie en de bedrijfsdelegatie Life Sciences & Healthcare een bezoek aan Philips Healthcare in Best. Hierbij heb ik Minister Schmid begeleid. Tijdens dit bezoek werd tijdens een rondgang door de showroom van het bedrijf de innovaties op het gebied van medische technologie getoond.
• Op 3 december bracht de officiële delegatie en de bedrijfsdelegatie e-mobility een bezoek aan VDL Bus & Coach. Hier werd o.a. de elektrische openbaarvervoersbus, de Citea Electric, getoond en verder werd aan de hand van een voorbeeld geïllustreerd dat Nederland en Duitsland natuurlijke partners zijn: de firma Ziehl-Abegg kent een langdurige samenwerking met VDL Bus & Coach en levert wielnaafmotoren voor de Citea Electric.
• De bedrijfsdelegatie Life Science & Health bezocht o.a. BioScience Park Leiden, Yes! Delft High Tech Incubator (met 65 start-ups) en de High Tech Campus Eindhoven. Bovendien vond er een networking event plaats waaraan ook Nederlandse bedrijven deelnamen.
• De bedrijfsdelegatie E-Mobility bezocht o.a. Spijkstaal Elektro B.V., de hogeschool van Rotterdam (Future Mobility) en de High Tech Automotive campus in Helmond. Daarnaast vond er een networking event plaats, waaraan ook Nederlandse bedrijven deelnamen.
• Ten slotte was er een gesprek tussen Minister Kamp en Minister Schmid waarbij een gezamenlijke agenda werd ondertekend. Hierin wordt de wens om beter samen te werken op het gebied van innovatie & onderzoek en samenwerkingskansen na te gaan in de sectoren Smart Industry/ E-Mobility, lucht- en ruimtevaarttechniek en Life Sciences & Health.
MVO/mensenrechten
MVO/ mensenrechten is in onze relatie met buurland Duitsland geen bijzonder punt van aandacht; Nederland en Duitsland delen dezelfde normen en waarden op dit gebied.
Betrokken partijen
De reis is door Baden-Württemberg in samenwerking met Innovation Quarter (Zuid-Holland), de Brabantse ontwikkelingsmaatschappij, de provincie Brabant en de DNHK georganiseerd. Met de Minister reisde een officiële delegatie mee waarin vertegenwoordigers uit zowel bedrijfsleven, overheid alsook kennisinstellingen zaten. Daarnaast reisden er twee bedrijfsdelegaties uit de sectoren e-mobility en life sciences & health mee. Aan Nederlandse kant waren verschillende kennisinstellingen (TU delft, Hogeschool Rotterdam, Leiden Bioscience Park) en bedrijven betrokken (o.a. Festo, Philips, VDL, en Spijkstaal).
Resultaten en follow-up
Het was de eerste keer dat een delegatie uit Baden-Württemberg Nederland bezocht. De Nederlandse partners hebben middels kennisuitwisseling en (bedrijfs)bezoeken laten zien waar Nederland sterk in is en dat Nederland een uitstekende en betrouwbare partner voor Duitse bedrijven is. Dit werd getoond aan de hand van heel concrete voorbeelden (bijv. samenwerking VDL Bus & Coach en Ziehl-Abegg). Als eerste aanzet van intensievere samenwerking tussen Nederland en Baden-Württemberg is door Minister Kamp en Minister Schmid een gezamenlijke agenda ondertekend. Verder is er de wens uitgesproken om samen te werken op het gebied van innovatie en onderzoek, bijvoorbeeld in het kader van Europese subsidieprogramma’s/ projecten. Verder heeft Brainport Industries het voornemen uitgesproken opvolging aan de missie te geven door een bezoek te brengen aan Baden-Württemberg tijdens de MedTec in april. Baden-Württemberg heeft aangegeven hieraan graag mee te werken.
De herkomst van steenkool die wordt gebruikt voor opwekking van elektriciteit met Nederlandse kolencentrales wisselt jaarlijks en lag voor Colombia in de afgelopen jaren tussen de 25 en 45 procent van de totale import.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-34000-XVII-42.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.