Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 februari 2019
De Vaste Commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport heeft mij per brief van
20 december verzocht een reactie te geven op het door hen ontvangen manifest van KansPlus
met betrekking tot het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap
(hierna: VN-verdrag). Met deze brief geef ik u mijn reactie.
Met dit manifest vragen 16 belangenorganisaties voor mensen met een verstandelijke
beperking aandacht voor een specifieke uitwerking van het VN-verdrag voor de rechten
van personen met een verstandelijke beperking. De belangenorganisaties benadrukken
dat er bij de uitwerking van het VN-verdrag aandacht moet zijn voor het individu en
maatwerk noodzakelijk is bij het bieden van voorzieningen en ondersteuning. Daarnaast
geven de belangenorganisaties aan dat het belangrijk is om de implementatie van het
VN-verdrag te zien als een cultuurverandering.
De oproep die de belangenorganisaties doen, sluit aan bij het doel van mijn programma
«Onbeperkt Meedoen». Ik deel met hen het uitgangspunt dat ieder individu verschillend
is en naar eigen wens en vermogen mee moet kunnen doen in de samenleving. Het is een
opdracht aan ons allemaal om ervoor te zorgen dat er in de samenleving een andere
manier van denken en doen komt en er aandacht is voor de wensen en behoeften van het
individu. Dit vraagt wat mij betreft niet om een specifieke uitwerking van het programma
per type beperking, omdat deze benadering voor alle beperkingen geldt.
Ter beantwoording van uw brief heeft recent overleg met een delegatie van de indieners
van het manifest plaatsgevonden. Het overleg heeft duidelijk gemaakt dat het hiervoor,
door mij verwoorde beeld wordt gedeeld. Daarbij wijzen de indieners van het manifest
op het belang van meer bewustwording in de samenleving over wat een verstandelijke
beperking kan betekenen in het dagelijkse leven van het individu en diens mogelijkheden
en wensen ten aanzien van participatie. Ik deel dit belang ten volle.
In de uitvoering van de programma’s «Onbeperkt Meedoen» en «Volwaardig Leven» neem
ik de oproep van de indieners van harte mee. In het ambtelijk overleg is afgesproken
dat de ook in het manifest gewenste cultuurverandering, daar waar het gaat om de bewustwording
van het moeten leven met een verstandelijke beperking, wordt meegenomen in de communicatie-
en bewustwordingsstrategie van het programma «Onbeperkt Meedoen». Binnen het programma
«Volwaardig Leven» is er aandacht voor persoonsgerichte zorg. Het invullen van persoonsgerichte
zorg kunnen mensen met een beperking en hun naasten het beste zelf. Samen met ervaringsdeskundigen
– dit betreft met name mensen met een verstandelijke beperking – richten we een traject
in voor vijfhonderd mensen met een beperking die een indicatie voor de Wet langdurige
zorg hebben. We zorgen ervoor dat ze zich meer gezien kunnen voelen en zich verder
kunnen ontplooien in een voor hen zingevende omgeving waarbij ervaringen van anderen
benut kunnen worden. Persoonlijk begeleiders, ouders en vertegenwoordigers draaien
ook (periodiek) mee in dit traject. Ik zal uw Kamer uiteraard op de hoogte houden
van de in dit traject te verkrijgen inzichten.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
H.M. de Jonge