33 852 (R2023) Wijziging van de Rijkswet op het Nederlanderschap ter verlenging van de termijnen voor verlening van het Nederlanderschap en enige andere wijzigingen

Nr. 52 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 februari 2017

Op 28 juni 2016 is tijdens de behandeling (Handelingen II 2015/16, nr. 101, item 13) van het wetsvoorstel ter verlenging van de termijnen voor de verlening van het Nederlanderschap (Kamerstuk 33 852 (R2023)) een motie van de leden Voortman en Sjoerdsma (Kamerstuk 33 852 (R2023), nr. 34) aangenomen, waarin is verzocht om langdurig in het buitenland verblijvende Nederlanders actief voor te lichten over de verliesbepaling in de Rijkswet op het Nederlanderschap.

Met deze brief informeer ik u over de wijze waarop ik aan deze motie uitvoering zal geven.

De doelgroep van de beoogde voorlichting is woonachtig in het buitenland. Dat maakt deze Nederlanders moeilijk bereikbaar voor de Nederlandse overheid en daarmee voor overheidsvoorlichting. Nederlanders in het buitenland zijn namelijk niet altijd bij de Nederlandse overheid bekend. Zij zijn niet verplicht zich bij de Nederlandse overheid te (laten) registreren en zijn ook niet altijd bekend met de mogelijkheid van registratie.

De Nationale ombudsman stelt in zijn rapport van 10 mei 2016 («En toen was ik mijn Nederlanderschap kwijt») onder andere vast dat in het buitenland woonachtige Nederlanders zich vaak niet bewust zijn van de mogelijkheid dat de Nederlandse nationaliteit soms automatisch (van rechtswege) verloren gaat. Om die reden gaan zij dus niet zelf actief op zoek naar informatie.

Om onder de zojuist genoemde omstandigheden toch de relevante kennis over de verliesbepalingen in de Rijkswet op het Nederlanderschap zo veel mogelijk bekend te maken bij hen die het aangaat, heb ik gekozen voor een voorlichtingsstrategie die uitgaat van de volgende uitgangspunten:

  • a. Het bereiken van een zo groot mogelijk deel van de doelgroep op indirecte wijze, namelijk via het sociale (thuis)netwerk (vrienden, familie, etc.) in Nederland.

  • b. Het proberen te bereiken van de doelgroep zelf via informatie online en social media.

  • c. Het voor zover mogelijk benutten van bestaande contactmomenten van de in het buitenland wonende Nederlander met Nederlands gerelateerde organisaties, waaronder de Nederlandse overheid en netwerken.

  • d. Het op zo eenvoudig en aantrekkelijk mogelijke wijze presenteren van de boodschap.

Op basis hiervan zal medio 2017 de volgende informatiecampagne starten:

  • a) Een PR-campagne gericht op sociale (thuis)netwerk van de doelgroep

    Deze campagne, die wordt uitgevoerd door een daartoe gespecialiseerd PR-bureau, heeft als doel het sociale (thuis)netwerk (familie, vrienden en andere bekenden) van de doelgroep te bereiken. Het in Nederland verblijvende sociale netwerk is zich evenmin bewust van het risico op het verlies van Nederlanderschap, maar de interesse wordt gewekt wanneer zij geconfronteerd wordt met het onderwerp, juist omdat ze een dierbare in het buitenland hebben wonen.

  • b) Online informatiecampagne en het benaderen van sociale media

    Dit onderdeel van de informatiecampagne wordt een gespecialiseerd communicatiebureau dat de strategie voor de online campagne bedenkt, ingeschakeld. Het gaat hierbij om Bannering, Facebook, LinkedIn, etc.

  • c) het benutten van bestaande contactmomenten en netwerken

    Juist omdat de doelgroep moeilijk bereikbaar is, zullen zo veel mogelijk kanalen ingezet moeten worden om een zo groot mogelijk deel van de doelgroep direct of indirect te bereiken. Het benutten van bestaande contactmomenten en netwerken is daarbij één van de mogelijkheden. In dat kader wordt in 2017 het volgende gedaan.

    • Nederlandse organisaties in het buitenland via BZ

      Er wordt informatie aangeboden aan Nederlandse organisaties in het buitenland. In dat kader wordt Nederlandse organisaties in het buitenland verzocht zich bekend te maken.

    • ANWB

      Voor veel landen is een internationaal rijbewijs nodig. Dit is bij ieder ANWB verkooppunt te koop. Informatie verstrekken bij uitreiken van internationaal rijbewijs.

Wegens het brede en proactieve karakter van de informatiecampagne ben ik ervan overtuigd dat langdurig in het buitenland verblijvende Nederlanders meer dan voorheen geïnformeerd zullen raken over de verliesbepaling in de Rijkswet op het Nederlanderschap.

De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, K.H.D.M. Dijkhoff

Naar boven