33 841 Regels inzake de gemeentelijke ondersteuning op het gebied van zelfredzaamheid, participatie, beschermd wonen en opvang (Wet maatschappelijke ondersteuning 2015)

Nr. 43 AMENDEMENT VAN HET LID KEIJZER

Ontvangen 18 maart 2014

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Aan artikel 2.3.2, tweede lid, onder c, wordt een zinsnede toegevoegd, luidende:, waarbij rekening wordt gehouden met:

  • het evenwicht tussen de draagkracht en de draaglast van mantelzorgers en andere personen uit zijn sociale netwerk, en

  • de bereidheid van mantelzorgers en andere personen uit zijn sociale netwerk om deze hulp te verlenen.

II

In artikel 2.3.5 wordt na het vierde lid een lid ingevoegd, luidende:

  • 4a. Indien de cliënt, de mantelzorger of personen uit het sociale netwerk van de cliënt in redelijkheid stellen dat de mantelzorger of personen uit het sociale netwerk van de cliënt niet verder kunnen worden belast, oordeelt het college in ieder geval dat de cliënt niet met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk in staat is tot zelfredzaamheid of participatie als bedoeld in het derde lid of zich kan handhaven in de samenleving als bedoeld in het vierde lid.

Toelichting

Dit amendement regelt dat het college in het onderzoek als bedoeld in artikel 2.3.2 ook dient te kijken naar het evenwicht tussen de draagkracht en draaglast van mantelzorgers en personen uit het sociale netwerk van de cliënt. In aansluiting hierop regelt het amendement dat, wanneer de cliënt, de mantelzorger of personen uit het sociale netwerk van de cliënt bij de aanvraag van een maatwerkvoorziening in redelijkheid stellen dat de mantelzorger of personen uit het sociale netwerk van de cliënt niet verder kunnen worden belast, het college bij het beoordelen van deze aanvraag er in ieder geval van uit gaat dat de cliënt niet met gebruikelijke hulp, met mantelzorg of met hulp van andere personen uit zijn sociale netwerk in staat is tot zelfredzaamheid of participatie.

Keijzer

Naar boven