Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 november 2013
Bij brief van 7 november van de Vaste Commissie van Veiligheid en Justitie is mij
verzocht Uw Kamer nader te informeren over «de (on)mogelijkheden van een onderzoek
in de politieregisters, met het oog op de vaststelling van de wijze waarop door de
politie werd gereageerd op meldingen en aangiften van seksueel misbruik in het algemeen
en ten aanzien van de Rooms-Katholieke Kerk in het bijzonder».
In het eindrapport van Commissie «Archiefonderzoek handelen Openbaar Ministerie bij
seksueel misbruik Rooms-Katholieke Kerk» (Kamerstuk 33 400 VI, nr. 95) is aangegeven dat een onderzoek in de politiearchieven – dat overigens niet tot
haar opdracht behoorde – niet mogelijk is, omdat deze archieven niet voldoende toegankelijk
zijn (par. 5.2.3.). Tijdens het rondetafelgesprek op 6 november jl. met de Commissie
van Veiligheid en Justitie heeft de heer van Boven desgevraagd aangegeven dat er wel
politiearchieven zijn die onderzocht kunnen worden, maar dat dit onbegonnen werk is,
omdat het om zeer grote hoeveelheden ongeordende stukken (dagrapporten) gaat.
Met het oog op de beantwoording van de vraag van Uw Kamer heb ik nadere informatie
ingewonnen bij de onderzoekers. Op basis daarvan kan ik hierover het volgende melden.
In de zogeheten dagrapporten (tegenwoordig mutaties genoemd) zijn onder andere vermeld,
incidenten uit de wijk en wat er aan de balie of per telefoon aan klachten, meldingen
en aangiften bij de politie is binnengekomen. De politieambtenaar maakte bij het opmaken
van de dagrapporten een voorselectie. Wat niet relevant werd geacht haalde het dagrapport
niet. Hoewel deze dagrapporten volgens de geldende regels vernietigd hadden mogen
worden, zijn deze over de jaren 1945–1980 vaak bewaard gebleven. Deze zijn niet centraal,
maar op diverse locaties, zoals in de diverse gemeentelijk archieven en deels nog
bij de politie gearchiveerd. Het gaat daarbij in totaal om kilometers papier. Alleen
al in een stad als Arnhem betreft het minimaal 2,5 meter per jaar, dus over een periode
van 30 jaar meer dan 75 meter. Bij de toenmalige rijkspolitie zijn bij veel districten
de dagrapporten wel vernietigd.
Veelal zijn de dagrapporten moeilijk toegankelijk. Voor het onderzoek in archieven
van het Openbaar Ministerie kon gebruik worden gemaakt van concrete ingangen en registers.
Dit ontbreekt bij de politiedagrapporten. De onderzoekers achten een onderzoek niet
geheel onmogelijk, maar blijven bij de conclusie dat de archieven feitelijk onvoldoende
toegankelijk zijn
De Minister van Veiligheid en Justitie, I.W. Opstelten