33 687 Wijziging van de Algemene Ouderdomswet teneinde het recht op partnertoeslag van de gehuwde pensioengerechtigde van wie de echtgenoot jonger is dan de pensioengerechtigde leeftijd afhankelijk te maken van het gezamenlijk inkomen van die pensioengerechtigde en diens echtgenoot

Nr. 8 AMENDEMENT VAN DE LEDEN DIJKGRAAF EN BISSCHOP

Ontvangen 18 september 2013

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel I wordt onderdeel A als volgt gewijzigd:

1. Onderdeel 1 komt te luiden:

1. Het derde lid wordt vernummerd tot vierde lid.

2. In onderdeel 2 wordt «worden drie leden ingevoegd» vervangen door: wordt een lid ingevoegd.

3. In onderdeel 2 vervallen het derde en vierde lid.

4. In onderdeel 2 komt het vijfde lid te luiden:

  • 3. Indien het recht op toeslag is geëindigd uitsluitend als gevolg van een incidentele stijging van het inkomen, bedoeld in het eerste lid, kan, in afwijking van het tweede lid, het recht op toeslag herleven.

Toelichting

Dit wetsvoorstel regelt dat het recht op een partnertoeslag definitief vervalt indien het gezamenlijk inkomen van twee partners boven de inkomensgrenzen uitkomt. Er kunnen echter omstandigheden zijn dat twee partners een inkomensval doormaken. Ook in dat geval zou het recht op partnertoeslag volgens dit wetsvoorstel niet herleven. Dat vinden de indieners ongewenst.

Met dit amendement wordt daarom bewerkstelligd dat het recht op de partnertoeslag kan herleven als het gezamenlijk inkomen op een gegeven moment lager is dan de in dit wetsvoorstel gehanteerde inkomensgrenzen voor de afbouw van de partnertoeslag.

Dijkgraaf Bisschop

Naar boven