33 638 Goedkeuring van het op 10 augustus 2012 te Addis Abeba tot stand gekomen Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Federale Democratische Republiek Ethiopië tot het vermijden van dubbele belasting en het voorkomen van het ontgaan van belasting met betrekking tot belastingen naar het inkomen (Trb. 2012, 179 en 192, en Trb. 2013, 84)

C VOORLOPIG VERSLAG VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR FINANCIEN1

Vastgesteld 17 maart 2014

Het voorbereidend onderzoek geeft de commissie aanleiding tot het maken van de volgende opmerkingen en het stellen van de volgende vragen.

Algemeen

De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het onderhavige wetsvoorstel en de behandeling daarvan in de Tweede Kamer. Zij hebben hierover enkele vragen.

De leden van de fractie van GroenLinks hebben met belangstelling kennis genomen van het voorliggende wetsvoorstel. Zij hebben hierover enkele vragen, mede in het licht van het debat over het internationaal fiscaal verdragsbeleid zoals dat in de Eerste Kamer is gevoerd op 21 januari 2014.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de SP

Bij de behandeling van voorliggend wetsvoorstel in de Tweede Kamer lichtte de Staatssecretaris van Financiën toe dat voor dit verdrag ook geldt wat aan 22 andere ontwikkelingslanden is toegezegd, namelijk dat later aan het verdrag nog een antimisbruikbepaling kan worden toegevoegd. Daarover zou parallel aan de parlementaire goedkeuring van deze wet worden onderhandeld. Kan de regering over deze nadere onderhandelingen al enige voortgang melden? Zo ja, hoe ziet deze voortgang er uit? Zijn de wensen van beide verdragspartijen aangaande antimisbruikbepalingen inmiddels geïnventariseerd? Zo nee, waarom nog niet?

Tijdens het debat in de Tweede Kamer zegde de Staatssecretaris toe de evaluatiebehoefte van de Kamer te stillen door de Nederlandse belastingverdragen naast de bevindingen in het kader van de Base Erosion and Profit Shifting (BEPS) exercitie van de OESO te leggen. Wanneer wordt de concretisering van actiepunt 6 van het BEPS actieplan (prevent treaty abuse) precies verwacht en op welke termijn zal de regering vervolgens de aanbevelingen daaruit op de bestaande verdragen toepassen?

In het kader van het tegengaan van belastingontwijking heeft de OESO inmiddels vast een nieuwe standaard aangaande automatische gegevensuitwisseling vastgesteld. Zal deze standaard, evenals de eventueel specifiek overeengekomen antimisbruikbepalingen, ook aan bestaande verdragen worden toegevoegd? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe en wanneer?

In het licht van het debat over het fiscaal verdragsbeleid zoals dat in de Eerste Kamer is gevoerd op 11 januari jl. sluiten de leden van de SP-fractie zich aan bij de vragen van de GroenLinks-fractie over het voorliggende wetsvoorstel. Zij vernemen graag hoe de opmerkingen van de huidige Staatssecretaris in de Tweede Kamer, dat stakeholder-consultatie niet per verdrag wordt georganiseerd, zich verhouden tot de opmerkingen van de vorige Staatssecretaris in de Eerste Kamer dat «Ngo's en andere Ministeries ons allemaal weten te vinden. We zoeken hen zelf ook op om punten te adresseren die van belang zijn, ook in het kader van verdragsonderhandelingen».

Tenslotte vragen de leden van de SP-fractie naar de in de Tweede Kamer toegezegde schriftelijke beantwoording van vragen over de vaste inrichting. Welke bepaling hieromtrent zag Ethiopië graag in het verdrag opgenomen en wat is met die wens precies gebeurd en waarom?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van GroenLinks

In het debat over het fiscaal verdragsbeleid gaf de (toenmalige) Staatssecretaris van Financiën in reactie op de motie-De Boer (25 087, H) aan dat de regering actief zoekt naar inbreng van onder meer ngo's op voorgenomen belastingverdragen: «In het begin van het jaar publiceren wij het programma waarin staat met welke landen we allerlei gesprekken aanknopen. Het mooie daarvan is dat ngo's en andere Ministeries ons allemaal weten te vinden. We zoeken hen zelf ook op om punten te adresseren die van belang zijn, ook in het kader van verdragsonderhandelingen».

Mede naar aanleiding van deze toezegging is de motie-De Boer aangehouden, waarbij door de woordvoerder van de GroenLinks-fractie is aangekondigd: «Ter gelegenheid van de belastingverdragen die in de toekomst aan ons worden voorgelegd, zullen wij de Staatssecretaris zo nodig bevragen op de uitgevoerde analyses en consultaties, de resultaten hiervan meewegen en dan bekijken of het zinvol is om deze motie alsnog in stemming te brengen». Naar het oordeel van de leden van de GroenLinks-fractie vormt het voorliggende belastingverdrag een dergelijke gelegenheid.

In de aanbiedingsbrief bij het onderhavige verdrag van 22 mei 2013 (33 638, A/1) heeft de regering vermeld dat «enkele belanghebbenden» opmerkingen hebben gemaakt naar aanleiding van de publicatie in het jaarprogramma. Kan de regering aangeven om wat voor belanghebbenden het gaat, en uit welke landen zij afkomstig zijn? Is er ook inbreng van ngo's ontvangen? Zo ja wat behelsde die? Wat heeft de regering gedaan om ngo's, waaronder vakbonden en mensenrechtenorganisaties, zowel in Nederland als in Ethiopië «ook zelf op te zoeken om punten te adresseren» die van belang zijn»? Wat vinden vakbonden en mensenrechtenorganisaties, zowel in Ethiopië als in Nederland, van het nu voorliggende belastingverdrag met Ethiopië?

Tijdens het debat over het fiscaal verdragsbeleid heeft de (toenmalig) Staatssecretaris ook gezegd dat in de onderhandelingen met betrekking tot belastingverdragen met ontwikkelingslanden altijd nauw wordt samengewerkt met de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Kan de regering aangeven welke aandachtspunten er ten aanzien van het onderhavige verdrag vanuit haar departement zijn aangedragen, en hoe dat is meegenomen in de onderhandelingen? Waren haar ambtenaren actief betrokken bij het onderhandelingsproces? Maakten zij deel uit van de onderhandelingsdelegatie?

In de nota naar aanleiding van het verslag in de Tweede Kamer van 13 november 2013 zegt de regering dat de mogelijkheid om een anti misbruik bepaling toe te voegen aan het verdrag aan Ethiopië zal worden voorgelegd. Is dat inmiddels gebeurd? Hoe staat Ethiopië hier tegenover?

De leden van de commissie zien de beantwoording van voorgaande vragen met belangstelling tegemoet. Zij verzoeken de regering de memorie van antwoord bij voorkeur binnen vier weken aan de Eerste Kamer te doen toekomen.

De voorzitter van de vaste commissie voor Financiën, Essers

De griffier van de vaste commissie voor Financiën, Van Dooren


X Noot
1

Samenstelling:

Holdijk (SGP), Van der Linden (CDA), Terpstra (CDA), Sylvester (PvdA), Essers (CDA) (voorzitter), Witteveen (PvdA), Nagel (50PLUS), Elzinga (SP), Koffeman (PvdD), Reuten (SP), Knip (VVD), Hoekstra (CDA), Van Boxtel (D66), Backer (D66), Vos (GL), De Boer (GL), De Lange (OSF), Sent (PvdA), Postema (PvdA), Van Strien (PVV), Faber-van de Klashorst (PVV), Ester (CU), De Grave (VVD) (vice-voorzitter), Bröcker (VVD), Kok (PVV), Bruijn (VVD)

Naar boven