33 628 Forensische zorg

24 587 Justitiële Inrichtingen

Nr. 99 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR RECHTSBESCHERMING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 juni 2023

Op 21 juni 2022 ontvluchtten twee tbs-gestelden uit Forensisch Psychiatrisch Centrum (FPC) Pompestichting in Nijmegen. Een handlanger maakte met een slijpwerktuig een opening in het hek dat rondom de kliniek staat. De twee tbs-gestelden zijn door deze opening gekropen en reden met de handlanger weg in een klaarstaande auto. Een ontvluchting uit een FPC met hulp van buitenaf is uitzonderlijk. De twee tbs-gestelden zijn inmiddels aangehouden. De handlanger is veroordeeld voor hulp bij een ontvluchting. Geen van de twee tbs-gestelden wordt op dit moment verdacht van het plegen van nieuwe strafbare feiten in Nederland. De Inspectie Justitie en Veiligheid (hierna: de Inspectie) heeft een onderzoek uitgevoerd naar deze ontvluchting¹.

De Inspectie heeft daarnaast een rapport gepubliceerd over het functioneren van de vier Penitentiair Psychiatrische Centra (PPC’s). Ik heb dat rapport op 17 mei 2023 aan uw Kamer gestuurd.² Gedetineerden met een psychiatrische stoornis en wiens zorgvraag groter is dan de zorgmogelijkheden binnen reguliere detentie, verblijven in een PPC. Vier locaties bieden deze zorg aan: Justitieel Centrum Zaanstad, Penitentiaire Inrichting (hierna: PI) Haaglanden, PI Vught en PI Zwolle. In deze brief geef ik mijn beleidsreactie op beide rapporten.

1. Ontvluchting FPC Pompestichting

In een FPC verblijven mensen aan wie tbs met dwangverpleging is opgelegd. Zij zijn veroordeeld voor het plegen van een tbs-waardig delict waarbij zij (gedeeltelijk) ontoerekeningsvatbaar zijn verklaard. FPC’s hebben het hoogste beveiligingsniveau dat we kennen in de forensische zorg. Dit is noodzakelijk voor de veiligheid van de maatschappij en in de kliniek. Dat twee tbs-gestelden ontvluchten uit zo’n hoogbeveiligde kliniek is voor mij dan ook onaanvaardbaar. Het is daarom goed dat de Inspectie hier een grondig onderzoek naar uit heeft gevoerd en aanbevelingen heeft gedaan waarmee we de forensische zorgverlening kunnen verbeteren. Ik neem de aanbevelingen dan ook over en stel daarbij externe deskundigen aan om de verbeteringen te monitoren.

1.1 Eindoordeel Inspectie ontvluchting FPC Pompestichting

De Inspectie concludeert dat FPC Pompestichting onvoldoende scherp op de veiligheid is geweest. Uit niets is gebleken dat de informatie uit de

voorgeschiedenis van de twee tbs-gestelden heeft geleid tot beperkingen aan hun contacten met de buitenwereld of in het toekennen van vrijheden binnen de kliniek. Daarbij houdt de kliniek volgens de Inspectie onvoldoende zicht op het contact dat tbs-gestelden met hun netwerk onderhouden en is er onvoldoende zicht op tbs-gestelden met terreinverlof. Op de plek waar de twee tbs-gestelden ontvluchtten ontbrak het op dat moment aan een dubbele beveiligde ring. De Inspectie concludeert verder dat de crisisstructuur van FPC Pompestichting goed functioneert. Tot slot geeft de Inspectie aan dat FPC Pompestichting te weinig heeft geleerd van de ontvluchtingen in 2017 en 2019.

De Inspectie doet de volgende aanbevelingen:

A. Aanbeveling aan DJI en FPC Pompestichting

Ga met elkaar in gesprek en maak afspraken over hoe FPC Pompestichting de scherpte op de veiligheid gaat verbeteren.

Zorg ervoor dat op het moment dat er niet aan eisen wordt voldaan er afspraken worden gemaakt over wat er nodig is om wel aan de eisen te voldoen. Kijk daarbij of er tijdelijke dan wel compenserende maatregelen nodig zijn om risico’s te beperken.

B. Aanbeveling aan FPC Pompestichting

Zorg dat de veiligheid centraal komt te staan binnen de organisatie. En zorg hierbij dat forensische scherpte een meer prominente rol krijgt binnen de organisatie. Faciliteer medewerkers hierin door minimaal te zorgen voor:

• duidelijke werkinstructies op alle kritische processen;

• toerusting van medewerkers voor de uitvoering van deze processen;

• sturing op de uitvoering van de werkinstructies en de processen.

C. Aanbeveling aan DJI

Ga monitoren hoe FPC Pompestichting de scherpte op de veiligheid verbetert.

1.2 Beleidsreactie

Ik sta voor een sector waarin kwalitatief hoogwaardige zorg wordt geleverd met als doel de veiligheid van de maatschappij en het werken aan herstel van tbs-gestelden.³ Zoals ik in mijn brief aan uw Kamer van 9 juni 2022 heb aangegeven, hecht ik groot belang aan het lerend vermogen van de forensische zorg.⁴ Dat de Inspectie in haar rapport de vinger legt op het lerend vermogen van FPC Pompestichting, vind ik dus een harde boodschap. Maar die sterkt me wel in mijn ambitie om te blijven werken aan een sector die leert van incidenten en blijvend inzet op verbetering. Dit rapport laat zien dat het leren nooit klaar is, maar continu aandacht vraagt. Leren gaat immers niet vanzelf. Het vereist kritische zelfreflectie, een open houding en ruimte voor tegenspraak. Dit in een omgeving waar een moeilijke doelgroep wordt behandeld met een hoog risico op recidive, en waar scherpte op de veiligheid continu vereist is. Niet voor niets is in het Kwaliteitskader Forensische zorg opgenomen dat veiligheid voorop staat. Voordat ik aangeef hoe de aanbevelingen worden opgepakt en de veiligheid weer centraal komt te staan in FPC Pompestichting, licht ik toe dat ik externe deskundigen laat aanstellen om de verbeteringen te monitoren. Dat vind ik noodzakelijk gegeven

de conclusie van de Inspectie dat de kliniek te weinig heeft geleerd van eerdere ontvluchtingen.

1.2.1 Lerend vermogen

De Inspectie concludeert dat FPC Pompestichting te weinig heeft geleerd van eerdere ontvluchtingen. De kliniek heeft de afgelopen jaren meerdere verbeteringen doorgevoerd, maar dat is niet voldoende gebleken. De Inspectie beveelt aan dat DJI afspraken maakt met FPC Pompestichting over hoe de kliniek gaat verbeteren en DJI dit gaat monitoren. Deze gesprekken lopen al: de maatregelen die ik verder in deze brief beschrijf worden besproken en afgestemd tussen DJI en de kliniek (aanbeveling A).

Externe monitoring

Maar dat vind ik niet genoeg. De conclusie van de Inspectie vraagt in mijn optiek om een extra stap, juist omdat ik zo hecht aan dat lerend vermogen. Ook recente incidenten (onttrekkingen aan verlof en ongeoorloofde internettoegang) in deze kliniek onderstrepen de noodzaak hiervan. Daarom stelt DJI op mijn verzoek onafhankelijke, gerenommeerde deskundigen aan die de uitvoering van en interne sturing op verbetermaatregelen gaan monitoren, en het lerend vermogen van FPC Pompestichting zullen stimuleren. Deze deskundigen zijn niet in dienst van de kliniek of DJI en beschikken over de relevante kennis aangaande forensische scherpte en materiële beveiliging. Zij zullen de kliniek gevraagd én ongevraagd aanspreken op de uitvoering van de noodzakelijke verbeteringen en de stappen die worden gezet. Zij gaan periodiek over de voortgang rapporteren aan DJI, FPC Pompestichting en aan de Raad van Bestuur van Stichting Pro Persona Holding (aanbeveling C).⁵ De kliniek heeft aangegeven hier volledige medewerking aan te geven. Dat betekent dat de deskundigen toegang krijgen tot de kliniek, naar eigen inzicht met medewerkers kunnen spreken en documentatie op kunnen vragen. In beginsel worden zij aangesteld voor een periode van 1 jaar, met de mogelijkheid tot verlenging. Namens mij besluit DJI te zijner tijd over een verlenging op basis van de resultaten die de kliniek dan heeft behaald en het advies van de deskundigen.

Breder leereffect sector Forensische Zorg

De bevindingen van de Inspectie kunnen ook voor andere tbs-klinieken aanleiding zijn om werkprocessen te verbeteren. Daarom wordt het rapport ook besproken in het Bestuurlijk Overleg Forensische Zorg, in het overleg met TBS Nederland en het Forensisch Netwerk.⁶

Vervolg door de Inspectie

De Inspectie heeft aangegeven voor de zomer van 2024 geïnformeerd te willen worden over de voortgang van de verbetermaatregelen en hier een gezamenlijk bestuurlijk gesprek over te voeren met de kliniek en DJI. Ik zal uw Kamer hier dan over informeren.

1.2.2 Veiligheid centraal

De directie van FPC Pompestichting en de Raad van Bestuur van Pro Persona hebben aangegeven de noodzaak en urgentie van verbetering te onderkennen. Naar aanleiding van de aanbevelingen van de Inspectie heeft FPC Pompestichting

een verbeteraanpak opgesteld. De verbeteraanpak bestaat uit twee componenten. In de eerste plaats worden kritische processen verbeterd. Die verbeteringen zien op de onderwerpen die de Inspectie heeft benoemd in het rapport, zoals forensische scherpte, zicht op contacten met het netwerk, terreinverlof en materiële beveiliging. Om er voor te zorgen dat de veiligheid weer centraal staat, gaat de kliniek deze werkprocessen verbeteren en aanscherpen. Ten tweede worden medewerkers beter toegerust om scherp te zijn op de veiligheid en om hen te faciliteren in het werken in een lerende omgeving waarin ruimte is voor tegenspraak. Ik ga hieronder nader in op de twee componenten.

Verbeteren kritische processen

De Inspectie wijst in het rapport op een aantal kritische processen dat verbetering behoeft (aanbeveling B). De belangrijkste hiervan zijn de materiële beveiliging, hoe men omgaat met terreinverlof en de wijze waarop de kliniek zicht houdt op het contact van tbs-gestelden met hun netwerk. De Inspectie beveelt aan om deze processen te verbeteren en de medewerkers er beter op toe te rusten.

Materiele beveiliging

Ten tijde van de ontvluchting was de bouw van het tweede hekwerk rondom de hele kliniek nog niet afgerond. De ontvluchting vond plaats op een plek waar het tweede hek nog niet stond. Inmiddels is het nieuwe hekwerk gerealiseerd waardoor er rondom de hele kliniek een dubbele schil van minimaal 5 meter hoog is. In aanvulling hierop zal de kliniek nieuwe technische voorzieningen installeren ten behoeve van het toezicht. Ook wordt er verbouwd zodat tbs-gestelden die in een latere fase van hun behandeling zitten niet op het terrein in aanraking kunnen komen met tbs-gestelden met minder vrijheden. Hiervoor zijn wederom aanpassingen in de gerealiseerde omtrekbeveiliging noodzakelijk. Een tweede reden voor deze verbouwing is dat hierdoor taken van beveiligers gescheiden kunnen worden. Het toezicht op het gehele complex en het monitoren van alarmsystemen wordt namelijk gescheiden van de toegangscontrole en het controleren van tbs-gestelden, bezoekers en medewerkers. Deze verbouwing zal in juni 2024 klaar zijn.

Terreinverlof

FPC Pompestichting beschikt over een buitenterrein binnen de beveiligde ring waar tbs-gestelden buiten kunnen zijn, mits zij daar toestemming voor hebben. De Inspectie concludeert dat de kliniek geen goed zicht heeft op tbs-gestelden die buiten zijn. De kliniek gaat hiervoor een gebouwelijke ingreep doen zodat er een toegangscontrole is om dat terrein op te mogen. Door de toegangscontrole is straks ook altijd duidelijk hoeveel tbs-gestelden op het terrein zijn. Als een maximum is bereikt, wordt de toegang afgesloten en/of gaan (extra) medewerkers naar buiten om toezicht te houden. Dit moet eind 2023 gereed zijn. Verder gaat de kliniek het vrijhedenbeleid dat nu wordt gehanteerd geheel herzien.

Totdat bovengenoemde verbouwingen gerealiseerd zijn, blijven tijdelijke maatregelen van kracht. Voorbeelden hiervan zijn tijdelijk hekwerk op meerdere plaatsen en extra cameratoezicht. Ook zet de kliniek op plekken een extra beveiliger in. De extra maatregelen worden pas afgeschaald na goedkeuring van DJI.

Toezicht op contact netwerk

Het systeem waar tbs-gestelden mee bellen wordt aangepast zodat zij alleen telefonisch contact kunnen hebben met telefoonnummers gekoppeld aan personen die gescreend en goedgekeurd zijn. Voor het screenen van mensen krijgen medewerkers extra begeleiding. Alle telefonische contacten (zowel inkomend als uitgaand) worden bijgehouden en overzichten worden maandelijks verstrekt aan de behandelcoördinator en de zorgmanager. Dit is in juli 2023 gereed.

Toerusting medewerkers

Een essentieel onderdeel van het werken in de forensische zorg is het hebben van zogeheten forensische scherpte. Forensische scherpte is het vermogen, of de vaardigheid, om alle professionele kennis, kennis van de voorgeschiedenis van de cliënt, spelende belangen en (subtiele) signalen te laten samenkomen tot een afweging of beslissing. Daarbij is het van belang over dit proces (indien nodig) te communiceren met de tbs-gestelde en collega’s en (indien nodig) ernaar te handelen om het risico op onveilige situaties voor de samenleving, de tbs-gestelde en professionals te minimaliseren. Voorafgaand aan de ontvluchting is personeel volgens de Inspectie onvoldoende forensisch scherp geweest. Een voorbeeld is het feit dat de voorgeschiedenis van de twee tbs-gestelden, met daarin meerdere agressie-incidenten en onttrekkingen, niet tot andere keuzes in het toekennen van vrijheden heeft geleid. Ook was er op een opnameafdeling te weinig kennis van psychopathologie.

Medewerkers zijn het kapitaal van FPC’s. Door hun dagelijkse inzet werken zij succesvol aan de behandeling en resocialisatie van tbs-gestelden.⁷ Dat werk is moeilijk, uitdagend en complex. Ik spreek dan ook mijn waardering uit voor het goede werk dat zij doen. Wat daarbij hoort, is dat de medewerkers blijven leren en blijven verbeteren. De kliniek heeft de opgave dat lerend vermogen te borgen. Daarom zet de kliniek fors in op het opleiden van personeel, in lijn met het Kwaliteitskader Forensische Zorg (aanbeveling B). De opleidingen zullen met name gericht zijn op forensische scherpte, daaraan ondersteunende methodieken en complexe psychopathologie. Ook komt er meer ruimte voor intervisie en supervisie, zodat dilemma’s en tegengestelde inschattingen besproken kunnen worden in een veilige en lerende omgeving. De kliniek kijkt tot slot naar de inzet van externe coaches in complexe casuïstiek ten behoeve van extra tegenspraak.

Interne sturing op verbetering

De uitvoering van de verbetermaatregelen gebeurt onder regie van een door FPC Pompestichting aan te stellen programmamanager die periodiek zal rapporteren aan de directie van FPC Pompestichting en de Raad van Bestuur van Pro Persona.⁸ Hiermee zal de kliniek controleren of de werkprocessen inderdaad beter worden uitgevoerd conform nieuwe afspraken (aanbeveling B). Door de verbetermaatregelen moet de veiligheid centraal komen te staan binnen de organisatie.

1.2.3 Strafbaarstelling ontvluchting

Op 5 november 2019 heeft mijn ambtsvoorganger aan uw Kamer toegezegd de strafbaarstelling van onttrekking aan vrijheidsbeneming ter hand te zullen nemen.⁹ Ik ben op dit moment bezig met de uitwerking van dit wetsvoorstel. Met dit voorstel wordt het ontvluchten uit een justitiële inrichting, waaronder een FPC, strafbaar gesteld. Een ontvluchting ondermijnt het gezag van justitie en brengt gevoelens van onveiligheid teweeg in de samenleving. Ik verwacht het wetsvoorstel dit najaar in consultatie te brengen.

2. Penitentiair Psychiatrische Centra

Het PPC staat voor een verantwoorde forensische zorgverlening aan gedetineerden met ernstige psychische problemen en psychiatrische stoornissen die op reguliere regimes onvoldoende behandeld kunnen worden.¹⁰ De PPC’s doen dit door binnen een penitentiaire setting doeltreffende, doelmatige en op de gedetineerde gerichte zorg te bieden. De geleverde zorg moet voldoen aan de eisen van het kwaliteitskader forensische zorg. Het uiteindelijke doel van de behandeling is dat de gedetineerde op een zo veilig en verantwoorde manier terugkeert in de maatschappij. Op deze wijze draagt het PPC bij aan de veiligheid van de samenleving. De Inspectie heeft in 2021 en 2022 onderzoek gedaan naar de wijze waarop de PPC’s uitvoering geven aan de normen die betrekking hebben op de uitvoering van de rechtspositie van gedetineerde patiënten, de wijze waarop er met gedetineerde patiënten wordt omgegaan alsmede de interne veiligheid en personele zorg en inzet.

2.1 Eindoordeel Inspectie functioneren PPC’s

De Inspectie is van oordeel dat de vier PPC’s volledig voldoen aan de aan hen gestelde normen op het gebied van omgang met gedetineerde patiënten. De PPC’s behandelen hun gedetineerde patiënten respectvol en humaan. Ten aanzien van de rechtspositie van gedetineerde patiënten, de interne veiligheid en de personele zorg en inzet voldoen de PPC’s niet volledig aan alle normen. De doorlichting heeft plaatsgevonden gedurende een bijzondere periode. Het coronavirus en de maatregelen die zijn getroffen om verspreiding tegen te gaan hebben een grote impact gehad op de taakuitvoering van de PPC’s en de mate waarin PPC’s aan de hen gestelde normen voldoen. Corona en de bijbehorende maatregelen hebben een weerslag gehad op de personele bezetting. Er was sprake van een hoog personeel verzuim, naast de al aanwezige vacatures. Er werd met dagdiensten gewerkt in plaats van met vroege en late diensten. Hierdoor waren er minder contactmomenten tussen medewerkers en tussen leidinggevenden en medewerkers. De Inspectie constateert dat er gedurende de coronaperiode een groot beroep is gedaan op medewerkers. Opleidingen en trainingen die noodzakelijk zijn voor de uitoefening van executieve functies konden op momenten fysiek niet doorgaan. Ook stond het dagprogramma tijdens de coronaperiode onder druk. Het dagprogramma is regelmatig ingekort, waardoor gedetineerde patiënten vaker dan gebruikelijk ingesloten werden op hun cel.

2.2 Beleidsreactie

De Inspectie komt tot een genuanceerd beeld van de PPC’s en heeft daarbij oog voor de grote druk waaronder de medewerkers van de PPC’s hebben gestaan gedurende de coronaperiode. Ik spreek hier nogmaals mijn waardering uit voor de prestatie die deze medewerkers hebben geleverd onder die moeilijke omstandigheden. De coronaperiode is inmiddels voorbij en ik ben blij met de scherpe blik van de Inspectie. De uitkomsten van de doorlichting stellen de PPC’s en DJI in de gelegenheid gericht in te zetten op verbetering. Ook dit rapport laat zien dat het leren nooit klaar is, maar continu aandacht vraagt. Ook de PPC’s zijn een omgeving waar een moeilijke doelgroep wordt behandeld met een hoog risico op recidive, en waar scherpte op de veiligheid continu vereist is.

De Inspectie constateert dat binnen de PPC’s de primaire focus zorg aan gedetineerde patiënten is. Hoewel de Inspectie dit begrijpt gelet op de opdracht van de PPC’s, is de Inspectie van oordeel dat veiligheid ook scherp op het netvlies van de PPC’s dient te staan. Ik onderschrijf dit oordeel en neem alle aanbevelingen van de Inspectie over. Hierna wordt kort beschreven hoe invulling aan de aanbevelingen wordt gegeven.

2.2.1 Rechtspositie

Aan de PPC’s:

• Zorg dat alle gedetineerde patiënten over huisregels kunnen beschikken in een voor hen begrijpelijke taal.

De Inspectie constateert dat de huisregels nu alleen op verzoek in enkele andere talen dan de Nederlandse taal beschikbaar zijn. Ik ben van oordeel dat alle gedetineerde patiënten actief geïnformeerd moeten worden over de huisregels en hun rechten en plichten. Daarom zorgen alle PPC’s nog dit jaar voor een actuele versie van de huisregels. Deze komen beschikbaar in de talen: Nederlands, Engels, Frans, Spaans, Arabisch en Pools.

Aan de PPC’s en DJI:

• Zorg voor sanctiebeleid waarin naast ruimte voor het leveren van maatwerk, het risico op willekeur en rechtsongelijkheid wordt ingeperkt.

Gedetineerden worden via de huisregels geïnformeerd over wat wel en niet toelaatbaar is binnen de PPC. Zij worden bij binnenkomst op de hoogte gebracht welke regels er gelden en dat sancties of maatregelen kunnen volgen als regels worden overtreden. In de PPC’s is het vanwege de specifieke kenmerken van de doelgroep belangrijk dat iedere sanctie maatwerk is en dat de feiten en omstandigheden van het individuele geval worden betrokken. Om willekeur en rechtsongelijkheid te voorkomen heeft DJI in een informatieblad voor de directeuren en de medewerkers van DJI samengevat wat de wettelijke regels zijn rond het opleggen van sancties en ook hoe invulling kan worden gegeven aan maatwerk.¹¹

2.2.2 Interne veiligheid

Aan de PI’s die een PPC huisvesten:

• Draag zorg dat de IBT’s voldoen aan de door DJI gestelde eisen.

• Draag zorg voor een volledige geweldsinstructie.

Door de coronamaatregelen hebben de opleidingen en onderhoudstrainingen van het interne bijstandsteam (hierna: IBT) gedurende periodes niet plaatsgevonden.

Drie van de vier IBT’s van PI’s met een PPC voldeden tijdens het onderzoek niet volledig aan alle eisen van DJI. De Inspectie is van oordeel dat elk IBT aan deze eisen dient te voldoen of dat de eisen dienen te worden aangepast indien blijkt dat ze niet meer passen bij de actuele situatie. Conform de aanbeveling zal DJI nog dit jaar beoordelen wat er nodig is om elk IBT aan de eisen te laten voldoen en/of het beleidskader IBT aangepast moet worden. Ook de geweldsinstructie wordt nog dit jaar door DJI op elke locatie geactualiseerd. Ik vind het belangrijk dat al het executieve personeel volledig op de hoogte is wie wanneer bevoegd is tot het gebruik van welk geweldsmiddel. Daarmee voorkomen we de kans op onjuiste toepassing van geweldsmiddelen.

Aanbeveling aan de PPC’s:

• Heroverweeg het standpunt ten aanzien van uitgebreide controles en de inzet van de LBB hierbij om de aanwezigheid van contrabande tegen te gaan.

In alle PPC’s vinden dagelijkse celinspecties plaats, waarbij onder meer wordt gecontroleerd op de aanwezigheid van contrabande. Met ingang van 2023 is het beleid op dit punt al aangepast en zodoende voert de Landelijke Bijzondere Bijstandseenheid (LBB) twee keer per jaar binnen de PPC’s inspecties uit.¹²

2.2.3 Personele zorg en inzet

Aan de Minister voor Rechtsbescherming:

• Draag zorg voor passende financiering ten behoeve van benodigde opleidingen binnen het PPC om medewerkers toe te rusten op de uitoefening van hun functie.

In de voortgangsbrief forensische zorg van 31 januari 2023 is uw Kamer geïnformeerd over de visie op de rol van de PPC’s in het gevangeniswezen. Hiertoe zijn structurele extra middelen (27,8 mln.) voor de PPC’s beschikbaar gesteld door het Kabinet.¹³ Deze extra middelen helpen bij het faciliteren van de benodigde zorg aan een steeds complexere doelgroep en verlichten de bestaande werkdruk in de PPC’s. Hiermee geef ik invulling aan deze aanbeveling.

Tot slot

Door veroordeelden met psychiatrische problematiek, verslavingsproblematiek en/of een verstandelijke beperking te behandelen in de forensische zorg werken we succesvol aan recidivevermindering. Dat is een belangrijke maatschappelijke opgave waar dagelijks hard aan wordt gewerkt in een complexe omgeving.

We moeten dit goede werk koesteren. Onderzoek van de Inspectie laat zien dat goede forensische zorg geen vanzelfsprekendheid is. Ik voel de verantwoordelijkheid om blijvend in te zetten op kwaliteitsverbetering en het lerend vermogen van de sector. In deze brief heb ik toegelicht dat ik daarom de aanbevelingen van de Inspectie overneem. Voor FPC Pompestichting zetten we een extra stap door externe deskundigen aan te stellen die de verbeteringen kritisch gaan volgen en daarover rapporteren.

De Minister voor Rechtsbescherming, F.M. Weerwind

---

1 Zie bijlage

2 Kamerstuk 24 587, nr. 896.

3 Zie artikel 2.1 van de Wet forensische zorg.

4 Kamerstuk 29 452, nr. 245.

5 Stichting Pro Persona Holding is de holding waar de Pompestichting onder valt.

6 Bij TBS Nederland zijn FPC’s, FPK’s en CTP Veldzicht aangesloten die tbs-zorg verlenen. Bij het Forensisch Netwerk zitten daarnaast ook aanbieders van overige forensische zorg, niet zijnde tbs.

7 Zie onderzoek van het WODC waaruit blijkt dat slechts 18% van justitiabelen met de maatregel tbs met dwangverpleging binnen twee jaar na het aflopen van de maatregel recidiveert. In slechts 8,5% van de gevallen gaat het om een tbs-waardige recidive. Recidive na forensische zorgtrajecten met uitstroom 2013–2015. WODC, 2020 (bijlage bij Kamerstuk 33 628, nr. 76).

8 Totdat de programmamanager is aangesteld is een team van managers verantwoordelijk voor het uitvoeren van het verbeterplan. De programmamanager zal meerdere projectleiders in de kliniek gaan aansturen.

9 Kamerstuk 29 279, nr. 546

10 Zie ook de visie op de PPC’s in Kamerstuk 33 628, nr. 97

11 Zie in dit verband ook de beleidsreactie op het RSJ rapport over disciplinair straffen en afzonderen in detentie: Kamerstuk 24 587, nr. 829

12 De LBB is een onderdeel van de Dienst Vervoer en Ondersteuning (DV&O) van DJI. Zij zijn inzetbaar voor verschillende specialistische taken, waaronder zoekacties in PI’s.

13 Kamerstuk 33 628, nr. 97