33 576 Natuurbeleid

Nr. 55 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 oktober 2015

Hierbij informeer ik u naar aanleiding van het verzoek van de vaste commissie Economische Zaken van 7 oktober jl. over de omvang van de olievlek in de Noordzee en de gevolgen voor de zeevogels in het natuurgebied het Zwin als gevolg van het lekken van olie uit het vrachtschip Flinterstar.

In de vroege ochtend van dinsdag 6 oktober jl. is voor de kust van Zeebrugge het vrachtschip Flinterstar in aanvaring gekomen met een ander schip. De Flinterstar is niet volledig gezonken, maar vastgelopen op een zandbank. De Belgische autoriteiten zijn verantwoordelijk voor het bergen van het schip.

Als gevolg van de aanvaring is olie gaan lekken. Het gaat vooral om vlekken met een lage dichtheid. Om de gelekte olie op te ruimen hebben de Belgische autoriteiten, in samenwerking met Rijkswaterstaat, oliebestrijdingsschepen ingezet. Een beperkte hoeveelheid olie is op de stranden in Walcheren aangespoeld en daar direct opgeruimd.

Om te voorkomen dat olie het natuurgebied het Zwin zou bereiken is door de Belgische autoriteiten in de monding van het Zwin een zanddam aangelegd. Tot op heden is er nog geen olie aangespoeld op het strand bij het Zwin. Op maandag 12 oktober jl. is in de zanddam een bres gemaakt, waardoor het zeewater bij hoogwater het Zwin weer kon instromen. Hiermee wordt voorkomen dat het daar aanwezige bodemleven (voedselbron voor vogels) uitdroogt als gevolg van het uitblijven van het getij.

Tot op heden zijn er circa 100 licht besmeurde zeevogels waargenomen. Er is tot nu toe slechts één dode – door olie besmeurde – vogel aangespoeld.

De Belgische autoriteiten hebben, in samenwerking met de Nederlandse autoriteiten, adequaat gereageerd en geanticipeerd op eventuele gevolgen. De gevolgen voor de natuur worden nauwlettend gemonitord, maar lijken beperkt.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma

Naar boven