33 576 Natuurbeleid

Nr. 391 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN LANDBOUW, VISSERIJ, VOEDSELZEKERHEID EN NATUUR

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 september 2024

De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft op 2 juni 2024 een brief ontvangen van G. van G. omtrent de natuurontwikkeling in de Noord-Hollandse duinen. De brief verwijst naar 3 verschillende YouTube-video’s waar door de vereniging «Namens Noord-Hollanders» zorgen worden geuit over de huidige gang van zaken. U heeft mijn ambtsvoorganger, de Minister van Natuur en Stikstof, gevraagd om op de brief te reageren. Dat doe ik graag in onderstaande brief.

In dit specifieke geval begrijp ik dat op enkele plaatsen in de Noord-Hollandse duinen delen van het bos worden gekapt om de kwaliteit van het aanpalende duingebied te vergroten. Ik erken dat bossen zeer belangrijke functies vervullen zoals het tegengaan van klimaatverandering, versterking van biodiversiteit, de vitaliteit van onze leefomgeving en voor recreatie. Juist vanwege de brede waarde van bossen begrijp ik de onrust die ontstaat bij het kappen van bomen. Zo werk ik ook samen met de provincies aan de Nationale bossenstrategie1 om meer bos, vitaler bos, en meer bomen in onze leefomgeving te realiseren. Ook kennen we in Nederland een wettelijke meld- en herplantplicht en is in de bossenstrategie afgesproken dat al het gekapte bos voor natuurontwikkeling met terugwerkende kracht gecompenseerd wordt. Zo zullen ook de gekapte hectares in de Noord-Hollandse duinen gecompenseerd worden, waarvoor reeds financiering beschikbaar is gesteld uit het programma natuur (tranche 1)2.

Nederland heeft een verantwoordelijkheid voor de instandhouding van natuurgebieden die onder Europese bescherming vallen: de zogenaamde Natura 2000-gebieden. Omdat de staat van instandhouding van veel doelen in veel van deze gebieden niet gunstig is, zijn extra maatregelen nodig die verslechtering tegengaan en herstel bevorderen. Zo ook in de Noord-Hollandse duinen die onlosmakelijk verbonden zijn met ons Nederlandse kustlandschap. Soorten die hier leven gedijen bij dynamiek of een open habitat, maar staan onder grote druk.

Verantwoordelijkheid en bevoegdheid van het nemen van deze maatregelen is een provinciale aangelegenheid. Ik heb begrepen van de provincie dat het te verwijderen bos voornamelijk uit uitheemse Corsicaans den bestaat, ooit aangeplant voor hout voor de mijnbouw. Deze bebossing belemmert dynamiek, wat stikstofdruk op de duinen verhoogt en de habitat onder druk zet. In dit geval is het kappen van bepaalde delen van het bos een geschikte maatregel. Dit besluit komt voort uit het vastgestelde Natura 2000-beheerplan van de provincie3. In de evaluatie4 van dit beheerplan is expliciet ingegaan op de bomenkap en de discussie die hierover is ontstaan. Hierin wordt gesteld dat – de nu wat ingeperkte – bomenkap ecologisch voldoende onderbouwd is. Deze lijn is herbevestigd in de concept-natuurdoelanalyse5. Ondertussen is hierop ook het advies van de ecologische autoriteit gegeven6. Daarin wordt de lijn dat – zo beperkt mogelijk – bomen kappen onvermijdelijk is voor het behalen van de natuurdoelen wederom onderschreven. De provincie heeft ook diverse stakeholderbijeenkomsten en dialogen georganiseerd en de media soms ook actief geïnformeerd met nadere toelichting7.

Zoals beschreven is kap ten behoeve van natuurdoelen soms onvermijdelijk. Hier gaat echter een zorgvuldig proces aan vooraf. Met de bossenstrategie werk ik, samen met de provincies, juist aan meer bos in Nederland. We doen dus beide: we herstellen duinnatuur én we werken via de bossenstrategie aan meer en vitaal bos.

De Staatssecretaris van Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur, J.F. Rummenie

Naar boven